Plaatselijk Nieuws.
Geineencsraad.
Heciames, Meeiedee-
tingen ems.
Spit in den Rug.
Waanneer men tweemaal daags wrijft
mei Klooslerbalsem is then binnen
drie dagen genezen. Prijs per pol
ƒ0.35, ƒ0.75 en ƒ1.20. Let op
den rooden band mei bandteekening
L. I. Akker.
iBig-exonden
Posterijen.
l'erStoogsingeii.
Gemengd üïeuws.
Een siieuw luchtschip.
Want, Keizer Wilhelm heett niet
bereikt wat hij dacht te bereiken. Ook
hier kan men zeggen, dat de bom ver
keerd is gesprongen.
De Engelsche sympathiën voorDuitsch-
land zijn er niet grooter door geworden.
Eer zon men het tegendeel kunnen
zeggen. Het wantrouwen tegen Duitsch-
land is er door toegenomen.
Z. M's eigen volk heeft zijn mededee-
lingen met leedwezen aangehoord en
sierk afgekeurd. Zelfs bladen, die anders
wanneer het den Keizer geldt, nog wel
eens een blad voor den mond nemen,
hebben dat gedaan.
Frankrijk en Rusland zijn hoogst on
aangenaam getroffen door 's Keizers
houding en al wat Nederlander heet,
vraagt onwillekeurig, wat van zulk een
onoprechte politiek te denken
FRANKRIJK.
Er is gelukkig eenigen ontspanning
ingetreden. Men houdt zich thans weer
overtuigd, dat Duitschland en Frankrijk
in 't eind wel tot een accoord zullen
komen. Dus gèèn verstoring vande vriend
schappelijke betrekkingMaar gespannen
hèèfc het, en de toestand is nog volstrekt
niet zuiver.
Niemand twijfeld er in Parijs aan, oi
het is Frankrijk besliste houding, die de
Duitsche regeering van verdere poging
tot „intimidatie" doet afzien. De Fransche
pers, openbare meening en regeering
waren eenstemmig om geen stap te wijken
voor Duitsche schrikaanjaging en sabel-
gerinkel. Zij toonden zich integendeel
beslist bereid, desnoods met de wapenen
de nationale waardigheid en belangen
tegen eiken aanval te verdedigen
Eerst vandaag zal men waarschijnlijk
te Parijs te weten komen, of de Duitsche
regeering den door den Franschen gezant
te Berlijn, Jules Cambon, aangegeven
vorm eener wederzijdsche betuigen van
leedwezen over het te Uasablanca gebeur
de, goedkeurt. De Rijkskanselier had n.i.
zeker voorbehoud gemaakt, omdat hij
eerst den Keizer wil raadplegen, die bij
den Oostenrijkschen Kroonprins op jacht
is geweest en Zaterdagavond naar Do-
naueschingen, Baden, vertrokken is.
Om 61/?, uur Zaterdag had men te
Parijs op het ministerie van buitenland-
sche zaken nog geen antwoord ontvangen
op het Fransch voorstel.
De tekst, dien Cambon aan Minister
Yon Schön heett voorgelegd, luidde, naar
men zegt als volgt„De twee regeeringen
het incident van 29 September, dat
hnnne ambtenaren aanleiding gaf tot
geweldadigheden, betreurend" enz.
De Fransche regeering wenscht, dat
behoorlijk zal uitkomen, hoe daarmee
geen blaam voor de officieren werd be
doeld, daar zij niet kan toestaan, dat op
dezen de verantwoordelijkheid worde ge
schoven. Maar als de Duitsche Regeering
deze formule verwerpt, heeft zij dan een
andere die toch aan Frankrijk niet
mishaagt P
De Temps zegtwat ook de afloop
van het voorval zij wij vertrouwen op
een gunstig resultaat het zal Frankrijk
de bewustheid van zijn recht en plicht
gegeven hebben. Dit is een verkregen
voordeel, hetwelk in de toekomst nog
grooter zal worden
En in een telegram uit Berlijn aan
de Debats heet het, dat men in toon
gevende kringen overiger's beslist van
meening is dat twee groote Staten van
zoo booge beschaving als Frankrijk en
Duusehland, wel een geschikte formule
zullen vinden ter beëindiging van het
incident. Tevens verklaart men het voor
onj«:st, dat Von Bülow deze gelegenheid
zou hebben aangegrepen om daarin een
afleiding te vinden voor de binnenlandsche
moeilijkheden. Bij de regeling van het
geschil laat de rpg^ei ing zich leiden door
de meest vredeliev-ede bedoelingen.
't Klinkt wel z^er geruststellend. Maar
toch al wil men niet pesaimitisch wezen,
juist toch wat men in staatkundige
kringen te Parijs staande houdt: dat
zoolang Duitschland aan een bevredigende
formule zijn goedkeuring niet heeft
gehecht, men den toestand nog niet kan
vertrouwen, en dus een afwachtende
houding moet aannemen.
Soiuinelsdijk. Proces-verbaal is opge
maakt tegen T. L. bouwknecht, thans te
Ooltgensplaat, wegens valschheid in geschrif
ten en oplichting.
Hedenmorgen (Dinsdag) stierf van den
landbouwer D. v. d. Meide een best werk
paard. Dit is bet tweede in 14 dagen tijd.
Middelharnis. Vrijdagmiddag ontstond
er een begin van brand bij de Wed. P. v.
d. W. op de Westdijk, den heer F. van
Zetten 't gevaar ziende, begaf zich in huis
en gooide het brandende voorwerp de straat
op en voorkwam zoodoende dat 't vuur zich
verspreidde.
Maandagmorgen werd aan de ingeze
tenen uit de trassen der Openbare school
aan ieder die gebrek had, 2 emmers water
verkocht. De menschen verdrongen elkander
om geholpen te worden.
Heden Dinsdagmiddag reed een wagen
geladen met suikerbieten van de landbouwer
D. P., in de kaai, na veel moeite en in
spanning had men deze aan stukken uit het
water, hoewel de suikerbieten allen in de
kaai verloren gingen.
Den Bommel Door de gemeente veld
wachter is proces-verbaal opgemaakt tegen
C. den C. B. wegens overtreding der
Leerplichtwet.
J. v. d. M. had het ongeluk, zoo
danig in het stekeldraad te vallen, dat ge
neeskundige hulp moest worden ingeroepen.
Alhier wordt een Collecte gehouden
langs de huizen der ingezetenen, voor een
ondersteuning van het melk- en eierenfi >nds.
In deze gemeente circuleert een ad;es
aan den gemeenteraad om Dr. A. W. van
Toorenenbergen arts, Stad aan 't Haring
vliet als zoodanig alhier te willen doen be
noemen.
Oude Tonge. Vrijdag jl. viel het 5
jarig zoontje van L. Bauwens, tusschen
schip en wal in de kaai met het hoofd
naar beneden Geheel bemodderd werd het
kind door den vader gered uit zijn b- nar
den toestand. Het kind kwam er zonder
ongelukken af.
Op 't oogenblik ligt alhier een schip
bieten te laden, zooals er volgens menschen-
heugens nog nooit een in de kaai is ge
weest. Het is een tweemaster, groot 230
ton.
Door de vorst van de laatste nach
ten zijn alhier veel suikerbieten bevroren.
Maandagmorgen werden door de fabrikanten
geen bieten geaccepteerd. Met groot ver
langen wordt uitgezien naar regen en tot
voorziening in de allengs hoog gestegen
waternood, en tot verzachting van den
bodem, waaruit alsnu de bieten met geen
mogelijkheid te rooien zijn.
Nieuwe Tonge. Met de gehouden
Sommelsdijksche verloting is een 2-jarige
bruine Merrie ten deel gevallen aan P. Kom,
alhoewel hij dat paard zelf niet kan gebruiken
is toch het geld daarvan voor hem zeer
welkom.
(«oedereede. Aan den Landweer-ver
lofganger G. Non alhier is eene geldelijke
vergoeding toegekend ad f 0,80 daags
De zeevisscherij brengt te dezer
plaatse in verband met het kalme najaars-
weder belangrijke voordeelen. Bovendien
beloopen de schippers weinig averij aan
hunne korren enz.
Het gebrek aan water heeft zich al
hier zóódanig doen gevoelen, dat uit de
w.el- en duinputten uit de buurtschap
>Oostdijk«, water gehaald wordt. Zelfs is
door blazerschuiten Maaswater aangevoerd.
Met vernietiging der beslissing van
H.H. Ged. Staten is het Raadsbesluit,
houdende overdracht van 103 c.A. grond
aan J. Lodder Cz. alhier tegen f 1 de
Centiare bij Koninklijk besluit goedgekeurd.
Tengevolge van de plotseling inge
vallen vorst zijn alhier groote hoeveelheden
suikerbieten aan de hoopen bevroren, ter
wijl de nog te veld staande niet dan met
zeer veel moeite gerooid kunnen worden.
Men vermoedt, dat het suikergehalte
reeds aanmerkelijk gedaald is.
Aan den milicien-verlofganger J.
Luine der lichting 1903 is gedurende zijne
opkomst onder de wapenen eene vergoe
ding ad f 0,50 daags toegekend.
Ouddorp. Door de vroeg invallende
vorst zijn nog vele landbouwers alhier ver
rast. Nog tamelijk veel suikerbieten en
paardepeen staan nog te rooien, doch door
de hardheid van den bodem zal dit werk
spoedig ten einde zijn.
De achterdeur in en de voordeur uit 1
Zaterdagmiddag gaf een jonge koe bij de
landbouwer J. B. een niet alle daags schouw
spel te zienin het gedrang gekomen
zijnde, stapte zij „heel deftig de keuken van
den landbouwer binnen, vervolgde haar
tocht door den gang van diens woning en
werd door de vrouw des huizes weer even
deftig de voordeur uitgelaten.
Klaaswaal. Omtrent het overlijden van
den 10 jarigen jongen alhier door de Rotterd,
stoomtram, wordt vernomen, dat de schuld
geheel en al aan hemzelf te wijten is. Hij
klom op de treeplank van de in gang
zijnde tram, en werd door een andere
jongen daaraf getrokken, waardoor hij onder
de tram geraakte en hem het hoofd ver
pletterd en hem een arm afgereden werd.
VERSLAG
van het verhandelde in de Openbare ver -
qadering van den Raad der gemeente
Stad aan 't Haringvliet, op 3
November 1908,
Tegenwoordig alle leden, uitgezonderd de heer
A. Braber Pz. die zonder kennisgeving afwezig was.
De notulen der vorige vergadering worden ge
lezen.
Op de vraag van den Voorzitter of iemand nog
aanmerkingen op de voorgelezen notulen heeft,
vraagd de Heer Koert het woord.
Hij beweert dat hij betreflende het suppletoir
kohier van den Hoofdelijken Omslag, niet in op
dracht van den zieken Secretaris gesproken heeft,
wanneer hij den Voorzitter van onwaarheid be
schuldigde, maar dat dit zijne eigen woorden
waren, nadat de secretaris had medegedeeld, dat
genoemde kohieren het geheele jaar door waren
opgemaakt.
De Voorzitter beweert, dat de notulen juist weer
geven hetgeen door den heer Koert is gezegd. De
heer Koert sprak toch, gemachtigd te zijn, door
den ongestelden secretaris om hier te verklaren,
dat de Voorzitter eene onwaarheid had gesproken.
De heer De Kuiter beweert eveneens dat het
door den heer Koert gesprokene juist is weerge
geven, maar wil gaarne aannemen, dat het diens
bedoeling was als zijne eigen meening weer te
geven, dat de Voorz. de vergadering ODjuisthad
ingelicht.
Ook de Voorzitter wil gaarne gelooven dat zulks
door den heer Koert is bedoeld, maar beweert
dat de heer Koert zich dan niet juist heeft uit
gedrukt.
De heer Koert wil dan aannemen dat hij zich
minder juist heeft uitgedrukt en verzoekt dan
alsnog opname in deze notulen, dat door hem is
bedoeld de Gemeente-secretaris de heer Elvé bui
ten questie te laten.
De Voorzitter merkt naar aanleiding van deze
kwestie het volgende op.
Toen de heer Koert in de vorige vergadering
kwam met eene machtiging van den zieken Ge
meente-secretaris inhoudende de verklaring dat
door den Voorzitter in die vergadering een on
waarheid was gezegd betreffende de datum van
een suppletoir kohier van den Hoofdelijken Om
slag, bij hem direct het plan gerijpt is, in de eerst
volgende vergadering een motie van afkeuring
voor testellen over de houding van den Secretaris.
Het past dezen als gemeente-ambtenaar toch
in geen geval om een raadslid te.machtigen zijn
chef als leugenaar aan de kaak te stellen.
Het past hem als belast met de zorg voor het
arebief evenmin aan een leek als de heer Koert
eenige mededeelingen uit het archief te doen.
De heer Koert merkt op, dat de vaststelling
der suppletoir-kohieren, waarvan hier sprake is,
toch in eene openbare vergadering plaats vindt,
en het daarom de secretaris (nl. de heer Elvé)
niet tot geheimhouding is verplicht.
De Voorzitter beweert, dat deze suppletoir ko
hieren waarvan hier sprake is, reeds langen tijd
in het archief berusten, en dat daarom door den
Secretaris een verkeerd gebruik gemaakt is van
hetgeen onder zfjne zorg in het archief berust,
want hoewel de vaststelling in cent* openbare
vergadering heeft plaatsgehad, wist de Secretaris
dit alleen in zijne qualiteii, aangezien hij altijd
als Secretaris in de vergaderingen is geweest en
deze wetenschap dus niet verkreeen kan hebbeD,
door als toehoorder op de publieke tribunie te
staan.
De heer Arensman merkt op dat deze rede
neering van den heer Koert niet afgaat, en hem
wel eenigszins vreemd voorkomt, want dan zou
elk ambtenaar die tot eenige geheimhouding
verplicht is, wel zeggen kunnen „op mijn kantoor
zal ik er over zwijgen, maar daar buiten mag ik
als particulier persoon alle zaken rnededeelen."
Door de wijziging evenwel die de heer Koert
heeft verzocht is opname van bedoelde motie van
afkeuring in de notulen overbodig.
Bovendien wenscht de Voorzitter den heer Koert
er op attent te maken, dat, wanneer hij in het
vervolg inlichtingen betreffende de gemeente
administratie wenscht (hij zich tot den Raad of
tot den in functie zijnden Öecretaris heeft te
wenden en niet tot hem, die wegens ongesteld
heid aan, zijne kamer gebonden is.
Verder spreekt de Voorz. er zijne hoogs afkeu
ring over uit dat de heer Koert zich leenen laat
om voor een gemeente-ambtenaar een boodschap
over te brengen van zoo imfaire qualiteit, aan
het adres van diens chef, de Voorzitter.
De heer Koert meent evenwel, dat de Raad
het op prijs heeft te stellen, dan zijn leden goed
zijn ingelicht.
Dan vindt de Voorzitter nog, dat die onwaar
heid niet bewezen is, aangezien de kohieren van
de laatste 6 jaar werden opgemaakt den 6 Sep
tember, 16 November en 5 December.
De Koert is van meening, dat deze dagteekenin-
gen wel een weinig verschillen, met hetgeen de
Voorzitter zeide n.l. dat ze in Januari werden
opgemaakt. En al is nu met 4 tegen 3 stemmen
uitgemaakt, dat de Voorzitter had gezegd, dat
ze in 't laatst van 't jaar of ook wel in de maand
Januari werden opgemaakt, de heer Koert wil
desnoodig bij eede verklaren, dat de Voorzitter
hem toen, heeft geantwoord zooals hij weergeeft.
De Voorzitter vindt dit dan nog zoo erg niet,
om daar als de heer Koert zoo'n geweld over
te maken.
De heer Koert vindt het evenwel erg genoeg
daar zijn voorstel op de onjuiste mededeeling
van den Voorzitter werd bestreden en verworpen.
Verder meent de heer Koert niet te hebben ge
zegd „dat geene goede administratie wordt ge
houden."
De Voorzitter geeft toe, dat hij daarop zoo
juist geen acht heeft geslagen, en is bereid deze
woorden in de notulen te schrappen.
Nogeens repliceert de Voorzitter ten duidelijkste
dat hij het nooit in de gedachten heeft gehad
den Raad te misleiden, en vraagt den leden of
deze daarvan ooit iets hebben bemerkt.
Daarom vraagt spreker, waarvoor het dienen
moet, om over een dergelijke nietige zaak, waar
mede eigenlijk de Raad niets heeft te maken,
(daar de suppletoir kohieren van den H. O. krach
tens art. 264 der Gemeentewet door het Dagel.
Bestuur en niet door den Raad worden opgemaakt)
zooveel scherpe en onaangename woorden te
gebruiken, en zegt dat de vraag bij hem is opge
komen, of de bij zijne beëediging door dhr. Koert
gesproken woorden, wel ernstig waren gemeend.
Nog wenscht de heer de Ruiter even het woord.
Hij betreurt het gebeurde in de vorige vergadering
ten zeerste. Hij wil evenwel geen stof tot verdere
onaangenaamheid geven, en zal daarom er voor
waken al te sterke woorden te gebruiken.
Toch vindt hij 't jammer dat door een medelid
als de heer Koert op een dergelijke manier ge
tracht wordt, den altijd geachten Voorzitter die
wel verdiende achting te ontnemen.
De heer Koert is zeker in de war geweest, door
welke oorzaak dan ook.
Spreker is dan ook vast overtuigd, dat de heer
Koert wanneer het gebeurde nog eens moest plaats
hebben, veel minder onaangenaam in zijn spreken
zou optreden.
De heer Koert verzekert den heer de Ruiter dat
hij ook na deze inlichting, toch de zelfde woorden
zou gebruiken.
Spreker verklaart nimmer den goeden toon te
zullen of willen verkrachten, doch hij ziet er zich
wel genoodzaakt toe, indien de Voorzitter onjuiste
inlichtingen verstrekt, en blijft van meening dat
indien de Voorz. inlichtingen verstrekt hij zich
eerst dient te overtuigen of ze wel goed zijn.
De Voorzitter zegt toe voortaan altijd, wanneer
in eene vergadering iets gevraagd wordt, daarop
eerst in eene volgende vergadering te zullen
antwoorden hoe luttel de zaak ook wezen moog.
Spreker vindt het evenwel zeer misplaatst om
hierover zoo uit te wijden.
Voor de tweede maal vraagt en verkrijgt de
heer de Ruiter het woord.
Het door den heer Koert in de vorige vergade
ring gesprokene doet hem denken aan de huis
vrouw, die, bezig zijnde met het inmaken van
augurken van haar werk werd afgeroepen.
Berst wilde zij echter haar werk afmaken. Ten
gevolge van den haast, dien zij daarbij had, en
doordat hare gedachten ook reeds vertoefden bij
de andere werkzaamheden, vergat zij alleringre-
dienten, die gewoonlijk bij den inmaak van augur
ken gebruikt worden behalve de Spaansche peper.
Deze deed zij er in, maar helaas, in te groote
hoeveelheid. Later bleken de augurken tengevolge
daarvan zelfs voor een Engelsman ongenietbaar.
Zoo ook schijnt de heer Koert den vorigen keer
een zak vol Spaansche peper meegebracht te heb
ben.
Spreker geeft hem bescheidenlijk in overweging
voortaan de Spaansche peper thuis te laten. De
zaken waarover de discussie liep, waren te futiel,
om er zulke sterke uitdrukkingen bij te pas te
brengen.
Intusschen,daar de heer Koert bij zijne meening
persisteert, wenschte spreker het oordeel van den
Raad over deze questie te weten. Om dit doel
te bereiken zal hij een motie van vertrouwen in
den Voorzitter indienen. Opzettelijk heeft hij er
zich van onthouden, in die motie sterke uitdruk
kingen te gebruiken, die den heer Koert onaan
genaam zouden kunnen zijn. Wat men in een
ander afkeurt, dient men toch immers zelf te
vermijden.
De motie luidt aldus
De Raad
Gehoord de woorden in de vorige vergadering
gesproken door den heer Koert tegen den Voor
zitter
van oordeel dat deze woorden onevenredig
scherp waren ten opzichte der door hem gecon
stateerde feiten
betreurende een dergelijk optreden van den heer
Koert. Stelt er prijs op te verklaren, dat het ver
trouwen in den Voorzitter ongeschokt voortduurt,
en gaat over tot de orde van den dag.
De Voorzitter vindt het op zich zelf al zeer
vreeselijk in staat geacht te worden, om als offi
cieel persoon eene officieele vergadering als deze
te misleiden en legt nogmaals de vraag ter beant
woording in de vergadering neer, of hij ooit reden
heeft gegeven tot dergelijke unfaire gedachten.
Bovendien merkt de Voorzitter op, dat het toch
wel wat sterk is, indien dit zooal is uit de
mededeeling van een foutieve datum van een
suppletoir-kohier van den Hoofdelijken Omslag
de conclusie te trekken, dat de Voorzitter niet
op de hoogte is.
Nadat de heer Koert heeft opgemerkt dat dit
volstrekt niet in het algemeen bedoeld was, geeft
de Voorzitter hem in overweging om voortaan
dan te zeggen wat hij bedoelt en niet wat hij
niet bedoelt, want door de bijvoeging van de
woordjes „in dezen" zou deze uitdrukking, (zoo
elastisch uit te leggen) tot beperkter afmetingen
zijn teruggebracht.
Ten slotte wordt overgegaan (ot de stemming
omtrent de motie van d*-n heer De Kuiler.
Voor 3 stemmen; dj Voorzilter en de lieer
Koert, als hierbij betrokken, houden zich buiten
stemming. De heer Braber doet evenzoo.
De motie van den heer De Ruiter wordt dus aan
genomen.
Hierna is aan de orde
Eene missive van den heer Inspecteur der Pos
terijen en Telegraphie te Den Raag dd. 17 Oct.
waarbij bericht, dat de wijziging van den koste-
loozen bestellingskring alhier wordt goedgevonden
Wordt besloten, het besluit om aan den be
steller voor elk telegram in den kosteloozen be
stellingskring bezorgd, een bedrag van f 0,10 uit
te keeren, met 1 December a.s. in werking te
doen treden.
Eene missive van H.H. Regenten van het 8t.
Joris Gasthuis te Delft, waarbij bericht, dat zij
zich zien gedwongen het verpleeggeld voor de
patiënten met f 5,per kwartaal te verhoogen,
en zulks met ingang van 1 Januari 1909.
Eene missive van H H. Ged. Staten, waarbij
terugzending der goedgekeurde gemeenterekening
over 1907.
Eene van idem, waarbij bericht dat er in berust
wordt, dat aan het algemeen Armbestuur eene
subsidie van f 1050,— wordt verleend voor
dienst 1909.
Hierna wordt de Verordening op de Onder-
wijzers-jaarwedden herzien, en zooals door H.H.
Ged. Staten wordt voorgesteld, gewijzigd, en op
nieuw geregeld.
Vervolgens wordt eene nieuwe instructie voor
den Gemeente-Ontvanger vastgesteld.
Voor onderwijzers, belast met het geven van
herhalingsqpdorwijs ,in den aanstaanden winter,
worden aangewezen deheeren VanEttinger, Elvé
en Voogd.
Daarna wordt besloten den plaatselijl.an ge
neesheer toe te staan dat door hem vier vrucht-
boomen worden gerooid, mits een even groot
getal boomen in de plaats wordt gesteld.
Hierna geeft de Voorzitter namens het dage-
lijksch bestuur, den heer Koert inlichtingen om
trent het goed slot der rekening 1907, waarvoor
de heer Koert dank zegt.
Ten slotte wordt besloten voorloopig nog geene
geldleening voor de gasfabriek aan te gaan, maar
de ontwerpers van het plan uit te noodigen, de
voorwaarden waarop zij concessie erlangen, mee
te deelen.
Hierna wordt de vergadering gesloten.
(20 Cents per Regel.)
ï)e copie van Ingezonden Stukken, die niet
geplaatst zijDwordt niet teruggegeven.)
(Buiten verantwoordelijkheid der Redactie
en Uitgever.)
Mijnheer de Redacteur
Naar aanleiding van de geplaatste anonce in
„Maas- en Scheldebode" door de firma L. van
Emden, Hof- en BJjksleverancier te Rotterdam,
kan ik niet nalaten bovengenoemd adres te
recomandeeren.
Ik verklaar met volle vrijmoedigheid, dat
die firma een van de betrouwbaarste is voor het
leveren van Brillen en Pince-nez. Als bewijs dat
die heer het vertrouwen waardig is, blijkt dat
zij al sinds jaren het voorrecht heeft mogen
genieten om Hof- en Rijksleverancier te zijn,
welk voorrecht direct wordt ingetrokken als er
niet goed wordt gehandeld.
De heer L. van Emden is jaren werkzaam voor
Prof. Mulder, Hoogleeraar aan de Universiteit te
Groningen, wat wel een bewijs is dat die firma
geen kwakzalver is, bovendien worden alle goe
deren, die niet voldoen aan de gestelde eischen,
op voorschrift van H.H. Doctoren gratis geruild.
Ik ondergeteekende, dank U Mijnheer de
Redacteur voor de verleende plaatsruimte. Ik
kon niet nalaten de ingezetenen van de Zuid-
Hollandsche en Z euwsche eilanden, deze firma
aan te bevelen. Wie Brillen of Pince-nez voor
hun oogen noodig hebben, kunnen daar gerust
koopen. Ik ben daarom ook gaarne bereid nog
verdere inlichtingen te geven.
Dirksland
JACOB KASTELEIN.
Meüssisnt. Gedurende de maand Octo
ber jl, werden aan het hulptelegraaf- en
hulp telefoonkantoor alhier behandeld122
telegrammen en 50 gesprekken.
Op Donderdag 12 Nov. 1908 's nam. 1.30
uur te Dirksland aan den Kerkring, van meu
bilair (waaronder groot eikenhout kabinet,) een
partij nieuw eigengemaakt schoenwerk (ver
schillende soorten en maten) en een zoo goed
als nieuwe overdekte handelswagen, ten ver
zoeke en wegens vertrek van den heer S.
Nagtegaal te Dirksland. Notaris VAN DER
SLUIJS.
Op Woensdag 18 November 1908 's namid
dags half 3 uur te Dirksland, ter herberge van
P. Brooshoofd, publieke verhuring van de
etting der gorzen en dijken behoorend, tot
de Ambachtsheerlijkheid Melissant, in percee-
len. Notaris VAN DER SLUIJS.
De brand In faoêeS Dellevue.
Men meldt uit Arnhem
Donderdagmiddag werden bij het wegruimen
van puin aan het afgebrande hotel onder de
kamer, waar de vermiste hotelknecht Wammers
sliep, eenige beenderen geheel verschroeid
gevonden. Of deze al dan niet afkomstig
'zijn van den verongelukte, is nog niet met
zekerheid te zeggen. Gisteren zou een nauw
keurig onderzoek naar de herkomst van de
beenderen plaats hebben.
Intusschen wordt aan de N. R. Crt.//
gemeldt, dat het langen tijd onmogelijk is
geweest om naar het lijk te zoeken, ten le
om de hitte, die thans nog op sommige
plaatsen zoo groot is, dat een werkman zijn
schoen verbrandde en een ander blaren op
de handen kreegten Se omdat met het
opruimen oordeelkundig moest worden te werk
gegaan, omdat anders gegronde vrees bestond,
dat door ontlasting der gewelven op de eene
plaats, die gewelven op andere plaatsen zouden
kunnen instorten. Alleen hoogst bekwame
vaklui kan men wan da! w -rk zetten. Van
een laakbaar verzuim is dus geen sprake.
Men moesi, wilde men gevaar voor ernstige
oruulukken voorkomen, zich dus naar de
Oïii-'wudigiudeti schikken.
vaisclmtg van een plaatsbewijs.
Dezer dagen werd op het traject Utrecht-
Arnhem Nijmegen stawisspoorweg, door een
treincontroleur een reiziger aangehouden, die
oogensehijnlijk in het, 'bezit was van een
abonnement Se klasse, welk plaatsbewijs echter
dooi licüïï wiis vervaischt gii wgI zooduni^'
dat hij een abonnement 3d klasse in een der-
gelijk 2e klasse had gemetamorfoseerd. De
reiziger in quaestie, zekere B. uit Nijmegen,
had zijn abonnement 3e klasse als volgt ver
anderd door een grooie inktvlek was onzicht
baar gemaakt de in cijfers gedrukte klasse
aanwijzing van het abonnement. Vervolgens
was een der drie roode lijnen, onmerkbaar
als 't ware weggemaakt. De prijs 3e klasse
vermeld in cijfers, was tevens zeer nauwkeu
rig veranderd in die van 2de klasse. Tegen
den reiziger werd proces-verbaal opgemaakt.
(Resb.)
Vermorzeld door de train.
Men meldt uit Elburg
Gisteren is door de stoomtram, die om
2.37 van Elburg naar Oldebroek vertrekt,
tusschen deze plaatsen een man aangereden.
De ongelukkige werd door de machine gegre
pen en totaal vermorzeld, zoodat, zijn inden-
titeit niet kon worden vastgesteld.
Een ingenieur le Milaan, de heer Forlanini
maakt in een dorpje dicht bij Milaan een
bestuurbaar luchtschip, dat een vorm van een
ei krijgt. Het hulsel zal bestaan uit geverniste
zijde met een laagje aluminium en wordt
gesteund door een licht stalen geraamte. Het
luchtschip wordt 40 meter lang en krijgt een
hut, die met glasramen gesloten kan worden.
De werkloosheid.
Wij vernemen, dat de te Amsterdam
gevormde commissie, die zicb bezig houdt
met te onderzoekefj of het mogelijk is
werklooze Amsterdammers door landarbeid
werk te versdhafleD, thans de uitvoerbaar
heid der navolgende plannen overweegt
1. Het in gereedheid brengen van duin-
gronden of andere woeste gronden voor
cultuur
2. het aanleggen van een park voor
de gemeente Amsterdam
3. het in gereedheid brengen van
gronden in of nabij Amsterdam voor
arbeiderstuintjes
4. het stichten van een doorgangshuis
voor arbeiders die naar Amerika willen
emigreeren en van te voren zich eenige
bekendheid met den landbouw willen ver
schaffen.
Het plan van een blijvende landbouw
kolonie op de heide of andere ontgonnen
gronden te stichten is door de commissie
opgegeven. Dit is, naar wij vernemen,
niet zoozeer geschied omdat de commissie
dit plan geheel en al onmogelijk beschouwt,
als wel omdat voor een zoodanig plan
landarbeiders, die in slechte economische
positie zijn, vóór stedelingen moeten in
aanmerking komen. De commissie heeft
bij alle landbouw-autoriteiten, wier advie
zen zij inwon, groote bereidwilligheid aan
getroffen. De afdeeling Landbouw, met
haar energieken direcleur-generaal, en de
Nederlandsche Heide maatschappij zijn
daarbij voorgegaan van haar belangstelling
voor den arbeid der commissie blijk te
geven en deze met raad en daad bij te
staan.
Of de commissie nog plannen zal kunnen
voorstellen, welke dezen winter reeds uit
gevoerd kunnen worden, is nog niet geheel
en al zeker. Meer en meer toch blijkt
dat een goed plan van werkverschaffing
reeds maanden van te voren moet ontwor
pen en de uitvoering voorbereid worden.
Feitelijk bestaat er behoefte aan een per-
mante instelling, welke den loop der werk
loosheid gadeslaat en tijdig goede plannen
van werkverschaffing ontwerpen en voor
bereiden kan.
Zijn wij goed ingelicht, dan zal de com
missie in het door haar aan de Emigratie-
vereeniging (door wier initiatief de commis
sie ontstaan is) uit te brengen rapport
vooral op dit laatste punt zeer den nadruk
leggen. (Hbld.)
Door uitputting gestorven.
Dinsdagavond vond een voorbijganger, een
zekeren Habets uit Heerlen, onder de gemeente
Voerendaal stervende. Men liet den man
liggen en was zoo dwaas, eerst naar hem
te gaan informeeren. Toen men terugkwam
was de man dood. Hij draagt geen sporen
van geweld, en daarom neemt men aan, dat
de ongelukkige zwerver van uitputting is
gestorven.
IO2Y2 jaar oud.
Te Haarlem is mevr. de wed. Vermaasser
102^ jaar oud geworden. Zij geniet nog een
uitstekende gezondheid.
Eeu opkoopersplaag bezworen.
De tallooze opkoopers van nuchtere Kalveren
in Friesland, die voor dag en dauw al in den
stal aanwezig.zijn, om met den boer te onder
handelen over het jonge rund, dat dien nacht
het levenslicht aansGhouwde, zijn voor den
boer een plaag.
Onder die opkoopers heerscht vaak een
verwoede concurrentie, die tot allerlei listen
en lagen aanleiding geeft, waarin soms de boer
betrokken wordt. En dan gaat het met de
betaling ook lang altijd niet vlot. Het bedrijfs
kapitaal is vaak niet groot.
Om nu van dien last ontslagen te worden,
bovendien zeker te zijn van een goeden prijs