voor de Znidliollaiid«elie en Keeuwsrbe Eilanden. Woensdag 17 Juni 1908. A n tirevo lutionair 23ste Jaargang N°. 1355. Orgaan IN HOC SIGNO VINCES J. VEOEGIIDEWEIJ. Vroegindeweij. T. BOEKHOVEN, SOMMELSDIJK. Alle stukke» voor «Ie iledactie bestemd, Ad verteut iëu en verdere Administratie franco toe te xenden aan den Uitgever. Tuin- en Landbouw. üinnenland. T i&asselijk A ieii ws. Deze Courant veraehijnt eiken Woensdag en Zaterdag. Abonnementsprijs per drie maanden franco per post 50 Cent. Buitenland bij vooruitbetaling f 4,50 per jaar. Afzonderlijke nummers 5 Cent. UITGEVER Telefoon Infereomm. 9lo. 2. Advertentiën 10 Cent per regel en 3/2 maal. Reclames 20 per regel. Boekaankondiging 5 Cent per regel en 4/3 maal. Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing. Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan. Advertentiën wosden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10 uur. Gemeenteraadsverkiezing te Mid delhar nis. We gunnen den Heer Schilperoord, die oni konscientiebezwaren tegen »'t gebed in den Raad,« en den Heer van°der Baan, die tegen de herberg- sluiting op Zondag stemde, gaarne een zetel in den Raad Hun tegen stemmen achten we een verkeerd in zicht in de antirev. beginselenmaar wie kan niet eens op één punt dwalen Zeer gaarne hadden we hen »vóór« zien stemmen en zeer velen onzer; maar aan onze Kiesvereeniging en hare leden blijve nu opgedragen de vrienden te overtuigen, dat ze gedwaald hebben En wij twijfelen geenszins of dat been komt weer in 't lid. Goed begrijpen wat in dezen ons beginsel eischt, is noodzakelijk En dan stellen we in beide Raadsleden genoeg ver trouwen, dat ze, eenmaal hun vergis sing inziende, die ook erkennen, door »vóór« te stemmen, als die twee punten weer aan de orde komen. Want aan de orde zijn ze en blijven ze. De burgerij heeft zich uitgesproken vóór Sluiting en dat punt laten we nooit en nimmer losal gingen de herbergiers te vuur en te zwaard tegen ons overstaanals antirev. mogen we dat «ieHoslaten. Hier geldt: Gij zult Gode meer gehoorzamen dan menschen. En daaromde burgerij heeft zich in haar adres krachtig uit gesproken 326 handteekeningen van voorstanders is toch van groote betee- kenis en zouden wij dan nalaten dat punt op gelegener tijd weer aan de orde te stellen In geen geval. Het komt weer aan de orde. Maar nu ge\oelt de burgerij ook, dat onze Raadsleden versterking noodig hebben. En daarom pleiten we weer voor onzen Candidaat VRÜEGINDE- WEIJ. Wordt hij gekozen, al is't dan dat een der vrienden Rechts gewetens bezwaren heeft, wat we te eerbiedigen hebben, al doet het ons leed, dat ze bestaan op een gewichtig oogenblik van stemming, dan nog is de zaak aangenomen. Niemand beeft het recht de heeren Schilperoord en van der Baan hard te vallen, ze hebben den eed afgelegd, naar plicht en geweten te stemmen maar wel heeft ieder antirevolutionair het recht om te zeggen de Raad moet ziende, wat er gebeurd is, versterkt worden met mannen, die die gewetens bezwaren niet hebben en op die twee puntenSluiting en gebed, beslist vóór zullen stemmen. Wordt onze Candidaat gekozen, dan stemt hij vóór beide onderwerpen, en dan is 't pleit toch gewonnen, al valt één der andere vrienden af. Wel nu dan, kiezersdie 't adres geteekend heeft Zet uwe handteeke- ning kracht bij, dubbele kracht, door te stemmen onzen Candidaat Wie drinkt op Zondag in Mid- delharnis Bij de discussie over de Herberg- sluiting op Zondag hebben twee Li berale heeren, nl. de heeren Van der Koogh en Kolff hun kennissen onge wild en onbedoeld in een ongunstig daglicht gesteld, en van dier droge keel, die om een drupsken roept, getuigenis gegeven De heer Van der Koogh zei»ik acht het volk van de gemeente geen herbergloopend volk.« Hij bedoelde 't arbeidende volk en de Kerksche burgerij. Volkomen waar. En dat is een eere voor de arbeiders en een hulde aan de Kerk. Maar wat voegt hij erbij »dat verschillende ingezetenen er door be nadeeld zullen wordenct, wat de heer Kolff nog kwam aandikken met te zeggen »dat hotelhouders zooals Meijer er jaarlijks zoowat 600 gulden schade van hebben en Bennemeer 300 gulden«. Schade, dat is dus 900 gld. winst. Laten we een winst vaststellen van 50 pCt., dat is zeker niet weinig. Wie verteren dan die 1800 gulden op Zondag bij Meijer en Bennemeer Niet de arbeiders, die komen niet in die hotels. Niet de Kerksche burgerij. Wie dan Ja, wie dan Ieder geve nu zelf't antwoord maar. 't Zijn onkerksche burgers en dorstige heeren, die alleen op Zondag 1800 gld. aan jenever enz. wegwerpen in de zakken van de herbergiers Meijer en Bennemeer. En dan de overige herbergen nog! 't Ware beter, als zooveel geld aan de armen gegeven werde in 't kerk- zakje. Maar jawel 1 de arme ziet geen halfje van die 1800 gld. De heeren Kolif en Van der Koogh mogen waar lijk wel die sluiting tegenstaan Ze geven zelf de krachtige drangredenen op om juist vóór sluiting te zijn. En daaromherbergsluiting niet van de agenda. En gestemd onze Candidaat, die met die 1800 gld. alle armen van Menheerse op éénen dag uit den brand zou helpeu. Trouw ter stembus. De Liberale partij mag over 't algemeen de eer niet ontzegd worden, dat ze op stemdagen haar mannetjes uit alle hoeken en gaten oproept. En ze komen zeer trouw op. In Middelharnis tenminste tot den laatsten man bijna. Deden alle Anti's zóó, en stemden ze dan even trouw op eigen Candidaat als de Liberalen op den hunnen, dan is er geen sprake van of de heer VROEGlNDEWELf komt er metglans. Een liberaal heeft eens gezegd, toen de candidaat van zijn partij hem niet beviel, en hij hem toch stemde»ik deed het niet voor den vent, maar voor zijn zetels, Een flinke kerel, die Liberaal. 't Was hem te doen om den zetel liberaal te maken. En zoo trouw moe ten nu alle anti's zijnwil men den persoon niet, dan stemme men voor den zetel. De liberale zetel van den heer Kruithof moet anti worden. En dat kan. Trouw dus opgekomen. En eenparig gestemdde heer Een man met veel vrijmoedigheid, om ook in den Raad zijn meening flink en goed te zeggen. En genoeg verstand om drogredenen van Liberale sprekers uit elkaar te rafelen. Besliste Anti's. We zien tegenwoordig een belijnder leven dan twintig, dertig jaar achter uit. Toen waren er duizenden liberaal en nog meer, die met dat beginsel meezeulden. Van die half om-half menschen, welke wel de overtuiging hadden, dat ze een ander beginsel omdroegen, maar door de zoete vleiende lip bedrogen werdennaar de zoete sprake van met honing ge smeerde lippen luisterden en zoo toch nog in 't liberale netje gevangen werden. Tegenwoordig is dat iets anders. Het Liberalisme takelt overal af van plaats tot plaats; in alle provin ciën in alle Landen 't is uitgeleefd en 't vlammetje heeft geen grooter pit dan de knop van een speld. Daartegenover zijn de anti's be slister geworden en komen zij hoe langs hoe krachtiger voor hun ideeën uit. 't Is waar; niet ieder, die zich Anti noemt, durft steeds kloek uitko men; er is nog schuchterheid, er is nog halfheid, er is nog een gematigheid, die vrees inboezemt of ze niet te groot is die bedeesde anti's vindt ge nog onder hen, die oorspronkelijk meer tot de Liberale partij neigdenmaar gezien de daden van die partij, die op aller lei treurigs uitliepengezien de machtsaanmatiging van vele dier partijgangers en hun leiders, voor mannen en hooiden en autoriteiten enz. kregen ze van dat Liberalisme genoeg, werden ze er zat van, neigden zich naar den antirevolutionairen kant. En nu zijn ze en heeten wel Anti maar vast op hen bouwen en altijd op hen rekenen kunt ge niet; zoodra de Liberaal met zijn honingpot gaat loopen, raakt ge die anti's weer een oogenblik kwijt. Die honing is zoo zoet, maar hij breekt bitter op. Door »scha en schande« zullen die Anti's natuurlijk wel beslister worden; want 't Karakter van Liberalen mag eens door een benauwd oogenblik tot meegaandheid drijven, maar op den duur is met dat beginsel geen huis te houden. En zoo "drijft alles tot meer waar heid en klaarheid De van huis uit gekweekte Anti's staan rotsvasttre den het liberale beginsel op alle terrein vijandig tegemoet, behoudens natuurlijk erkenning van 't goede, dat er nog kan uitblinken onder Gods algemeene genadeheften de banier van 't Evangelie fier omhoogkomen op voor de geestelijke belangen van de Gemeenten en de Landszaken. En de half-om half anti's, eigenlijk libe raal ter wereld gekomen, worden be slister, omdat ze de verwording en 't onrecht en de brutale aanmatiging van 't Liberalisme voor oogen zien en ook merken, .wat dat beginsel prak tisch nalaat en aandurft vooral in dor pen, waar je nog 17de eeuwsche men schen aantreft, die denken dat de wereld alleen voor hen draait. Zoo wordt 't Geloof beslister, maar ook 't ongeloof brutaler. De Kermis blijft afgeschaft. De afloop der Pinksterweek of Ker- misweek is van dien aard geweest, dat de Raadsleden en allen, die ge adresseerd hebben te Sommelsdijk, tevreden kunnen zijn. Om met Zaterdag te beginnen, den laatsten dag. Die dag is heel goed voorbij gegaan. En wat is opmerkelijk? Devisscherij was zeer kalm. Wien ge ook in Som melsdijk hoort: ze erkennen en wij hebben 't ook voor oogen gezien, dat do, visschersjongens zeer behoorlijk zijn opgetreden. Op de Voorstraat en den Langeweg gedroegen zij zich zoo, dat verschillende Menneersche burger kwajongens er een puntje aan kunnen zuigen. Voor de visscherij heeft men en wij evenzeer een woord van lof. Ze zagen in, dat ze Maandag een oogenblik verkeerd waren opgetreden en 't eert die jongens, dat ze Zater dag vroolijk waren, zoo, dat er zeer gunstig over gesproken wordt en ook moet gesproken worden. Wie waren Zaterdagnacht de luid- ruohtigen Eenige burger-kwajongens uit Menheerse, die met name te noe men zijn, want zij zijn door allerlei Sommelsdijkers gadegeslagen en ter deeg opgemerkt. Ook de Pinkster-Maandagavond liep goed af, behalve 'tgebeurde op de Som- melsdijksche Voorstraat, waar hemel tergende liederen, honend, spottend werden uitgebulderd, door menschen, die in gewone omstandigheden zich daarover zeker zouden schamen. En dit was 't pijnlijke, dat de politie dit toeliet; ook Zaterdagavond waar ze, volgens ooggetuigen, niets deed om die dronken menschen uit elkaar te jagenze liet ze zingen, die woorden, waaraan elk Christen zich laaft, als hem 't leven bang en moeilijk is; woorden Gods en Zijner heilige zangers. En de vraag is dan ook gedaan is de politie daar en in den Ring niet in haar plicht tekort geschoten En velen zijn er, die op die vraag met een volmondig Ja antwoorden. Zaterdagavond was de politie op den Langeweg zeer voldoende De sur veillance liet niets te wenschen over en de Burgemeesters van Middelharnis en Sommelsdijk hebben zich daar zeer goed van hun plicht gekweten. En alles bij elkaar genomen, is er tevredenheid over den afloop der zoogenaamde Kermisweek. Zeer zeker moet daar nog bij in 't oog gehouden worden, dat het den eersten keer was, dat de Kermis niet bestend. Vanzelf bracht dat eigenaardige moeilijkheden mee voor allerlei jonge menschen, die op die Kermis hun plezier vinden. - Elk jaar mindert dat. En ten slotte denkt niemand meer aan 't Onding. „LANDBOUW-ONDERWIJS." III. PROEFVELDEN. Het desbetreffende verslag van de hand des heeren Van Bijlevelt is voorzeker niet het minst belangrijke uit de reeks. De inleiding nemen we onverkort over. De heer Consulent schrijft: „Op 5 Febr. 1907 had ik met den heer H. Lin deman, Directeur van hetkalisyndikaat te Utrecht eene conferentie te Rotterdam, waarbij 'k werd gemachtigd eene reeks kaliproefvelden te Ouddorp aan te leggen, zoo ik mij wilde belasten met het toezicht daarop. Ik heb van dit aanbod ruim gebruikgemaakt. Een twintigtal proefvelden, waarop verschillende cultuurgewassen, werd aangelegd. Daarvoor werd mij vanwege het kalisyndikaat verstrekt 3219 KG. kaïniet, 70 KG. chloorkalium, 221 KG. pa tentkali of zwavelzure kalimagnesia en 400 KG. kalk. Ik moet hier een woord van dank brengen aan den heer Lindeman voor de groote vrijgevigheid in het verschaffen der noodige meststoffen en de vrijheid mij gelaten de proefnemingen naar eigen inzicht in te richten. Een groot gedeelte dezer proefvelden zijn aan gelegd op haaigemeten. Dit zijn min of meer hooge duingronden, die of iD geregelde cultuur zijn genomen of meestal om de 7 a 8 jaar, wan neer het kanthout wordt gehakt, eene schoof rogge en nog een gewas aardappelen oplevereD, om daarna aan de natuur te worden overgegeven, die wat gras en onkruid te voorschijn roept. Deze laatst bedoelde haaigemeten zijn nooit of nimmer bemest geworden en krijgen ook niets, wanneer zij rogge of aardappelen dragen. Door het toenemend gebruik van kunstmest worden zij meer en meer in den geregelden bouw opgenomen. Niet alle proefvelden voldeden aan de ver wachting. Twee proefnemingen op boekweit mis lukten. Eensdeels was dit een gevolg van het gebruik van minder kiemkrachtig aangekocht zaaizaad, zoodat is moeten worden overgezaaid. Anderdeels is de oorzaak te zoeken in het on gunstigste weder en misschien ook wel in de weinige bekendheid met de teelt van dit gewas, dat volgens zeggen in vroegere jaren te Ouddorp wei eens geteeld is geworden. Van twee proefnemingen op meekrap kon geen verslag worden opgemaakt, doordien één proef nemer buiten mijn weten een ongelijke overbe mesting met stikstofhoudende meststoffen had gegeven en een ander de gedolven meekrap niet had gewogen. Nog waren er twee proefnemingen op uien. De eene leed zeer door ziekte en kreeg onregel- matigen stand, zoodat de cijfers geen waarde haddenhet andere werd niet opgemeten." En nu volgen hieronder de verslagen, waarvan wij kortheidshalve vooral de cijfers overnemeD. No. 1. Proef op Suikerbieten. Proefnemer: de heer P. Witte Mz. te Ouddorp. Grondsoortgoede zandgrond. 't Proefveld was verdeeld in 4 perceelen: I. geen kalimest gaf 19730 KG. bieten. II. 375 KG. kaïniet gaf 20660 KG. bieten. III. 540 21900 IV. 540 en 500 kalk 22555 Wat er uit te leeren valt, zullen de lezers zelf wel in de gaten hebben. No. 2. Proef op Suikerbieten. Proefnemer de heer Human Hameteman te Ouddorp. Grondsoort: duingroud. 't Proefveld was verdeeld in 3 perceelen: I. geen kalimest gaf 16526 KG. bieten met [17,5 suiker. II. 450 KG. kaïniet 20080 KG. bieten met [17,1 70 suiker. III. 450 KG. en 750 KG. kalk gaf 19350 [KG. bieten met 17,1 suiker. (Wordt vervolgd.) Vraagbaak. Vragen en Antwoorden worden kosteloos geplaatst Antwoorden of mededeelingen zijn raet hetzelfde nummer gemerkt als de vragen waarop ze betrekking hebben. Vragen. 186. Wat te doen tegen luis in de roos? 187. Noemt men de Iris ook wel waterlelie Antwoorden en mededeelingen. 184. In vraag 184 staat Batelaar. Dit is stellig een zetfout. De viager zal Patelaar bedoelen en willen weten of die schadelijk is. Stellig I Rate laar is een soort van woekerplant. Waar ze veelvuldig groeit, daar verdwijnt het gras. Men moet ze uitroeien. 185. Een boterkneder is een soort tafel, waar van 't blad in 't midden 't hoogst is en draaien kan. Als 't draait beweegt zich ook een geribte rol in de rondte, die op 't blad past. Een kluit boter op de tafel gelegd komt nu tusschen tafel en rol dooreen gekneed, 't Vocht dat er uitge drukt wordt vloeit weg langs 't hellende blad. minister Idenburg als gouverneur. Uit de rede, uitgesproken door den waarn. Gouverneur bij gelegenheid van de opening der Koloniale Staten van Suriname op Dinsdag 12 Mei, nemen wij het volgen de over: »Thans de balans opmakende, en daarbij rekening houdende tevens met den u van elders bekenden toestand van 's lands middelen, neem ik mij niet aan een ver dreven optimisme schuldig te hebben ge maakt, toen ik zooeven gewaagde van een krachtiger worden van het licht in het voor u te schetsen beeld, De finantieele toestand der kolonie ligt dank zij het seherp omlijnde en heldere systeem door Gouverneur Idenburg ten vorigen jare ontwikkeld, door u aangeno neu en door de wetgevende macht in het moederland bekrachtigd als eeD geopend boek voor ons. Waar vroeger in het duister werd rondgetast en meni.e mispas en struikeling het gevolg was van de onzeker heid van den te volgen weg, waardoor een rustig voortgaan belemmerd uerd, daar zien wij thans dien weg duidelijk afgebakend voor ons en weten, dat wel steeds de uiterste voorzichtigheid dient in acht ge nomen, doch ook, dat met voorzichtigheid onvermijdelijke gevaren bij ons voorsch rijden niet te wachten zijn." Sommelsdijk* Zaterdagnacht werd door een troepje halfdronken jongens, omstuwd door belangstellenden en in het

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1908 | | pagina 1