EERSTE BLAD. Zaterdag 9 November 1907. 22sle Jaargang IN". 1292. Orgaan A n Mr evolution air voor il© %üidhoS8ansiNehe en Xeeuttichf Eilanden. IN HOC SIGN O VINCES &OMMSEL&MPEJH. Alle üfukhe» voor «Ie lieitactie be^cind, Advertentiën ep verdere Administratie franco toe te «enden aan dei» Uitgever. Sociaal-Democraten op de Lagere School. Een Ministerlid der Kamers. Deze Courant verschijnt eiken Woensdag en Zaterdag. Abonnementsprijs per drie maanden franco per post 50 Cent. Buitenland bij vooruitbetaling f 4,50 per jaar. Afzonderlijke nummers 5 Cent. ÜITGKYER T. BOEKHOVEN, Telefoon Intercom*». So. 3. AdYertentiën 10 cent per regel en 3/j maal. Reclames 20 per regel. Boekaankondiging 5 Cent per regel en */s maal. Dienstaanrragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing. Grootö letters en vignetten worden berekend naar de plaatsraimte die zij beslaar. Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10 unr. Tekort der Slijksver» «ekes'sffigsbaiik. Op 31 Dec. '06 was het tekort der Bank 2.667.679 gld. en 98,5 cent; en thans is het reeds een 4 millioen. Voor sommigen een reden om vuurwerk te branden voor de particuliere verzeke ring en de Staatsverzekering den strop om te binden. Men zij echter in dezen voorzichtig. Ten eerste bevatte de Bovenge noemde bijna 3 millioen een 1, 2 a 1, 5 millioen, dat voor rekening kwam alleen van het bedrijf van laden en lossen van schepen. En aangezien in dat bedrijf de premiën nog luttel zijn verhoogd, ligt het voor de hand, dat ook dit jaar bij die 4 millioen een kapitale som op rekening komt van dat bedrijf. Zeer zeker zijn er nog andere, die ook te lage premiën be talen, maar het bootwerkers vak geelt toch al een flinken doorslag. We wenschen nu niet na te gaan, hoe 't komt, dat juist het bootwerkers- bedrijf zoo schuldig staat; slechts ver melden we, dat de oorzaak vooreerst ligt in de onvoldoende controle der loonlijsten; tweedensin denverkeerden grondslag bij de bepaling der schade vergoeding. waardoor de Bank in plaats van 70, wel feitelijk 100 percent van het dagloon uitkeert; derdensin de omstandigheid, dat er verzekerden zijn, die rëeds rente genieten en die toch weer 70 percent van hun loon ontvangen, als hen ten tweeden male, nog onder behandeling van den ge neesheer zijnde, een ongeval overkomt, zoodat door deze cumulatie (dubbele ontvangst) de vergoedingen samen het loon overtreffen. Maar wfe willen aantoonen, dat de Rijksverzekering op dit oogenblik in niet gelukkige omstandigheden ver keert, die de particuliere verzekering niet kent. De ongevallenwet gaat bij de premie- bereking uit van gevarenklassen; maar dat was en is voor den wetgever steeds een proef, die mislukken kan, en ook bij ons voor een deel mislukt is, omdat er geen statistieken van ongevallen ten dienste stonden. Daardoor zijn sommige bedrijven terecht gekomen in een te hooge gevarenklas; en na tuurlijk is 'tdaarom, dat die indus- trieelen, die ondernemers toen in een particuliere verzekering gingen. Voor de Rijksbank bleven dan de kwade posten op de bedrijven, die in een te lage gevarenklasse waren aangeslagen, Maar als de Statistieken eens goed bekend zijn, zoo dat men er een grond slag voor, de gevarenklassen en de premiën op maken kan, dan zal nog moeten blijken, of de particuliere ver zekering ook wel zoo goedkoop kan werken als nu. Het statistisch mate rieel, dat geeft in de toekomst den doorslag. Nog iets De particuliere banken betalen een deel der admininistratie- kosten van de Rijksbank. Maar de ervaring heeft geleerd, dat dat aandeel te Jaag is. En wordt de Ongevallenwet herzien, dan zal zeer zeker de parti culiere Bank grooter aandeel moeten betalen en haar gunstige positie wordt ook daardoor weer verzwakt. Nog iets. De particuliere Banken hebben het in hun macht om alle Wade risico's af te wijzen maar dat heeft de Rijksbank niet. Zij moet aan vaarden rijp en groenmaar de partic. Bank rekent en trekt naar zich toe al een dezulke, waarvan zij vooruit weet, dat de posten niet schadelijk zijn 't Is daar net mee, als met een Zieken fonds Wie zeer zwak is, wordt niet als lid toegelaten; maar bij een Rijks ziekteverzekering zou hnen hem aan moeten nemen. Alweer dus: de risico 't grootst voor de Rijksbank. Leidek kers kunnen uit een partic: bank ge weerd worden, evenals brandweer mannen en anderen, wier vak gevaarlijk is en kans geeft op vele uitkeeringen enz., maar in de Rijksbank moeten dezulken aangenomenjjworden. s Waar dus de Rijksbank door deze genoemde omstandigheden altijd aan 't kortste eind trekt, is 't natuurlijk, dat niet-beter-wetenden beweren, dat de particuliere Banken voordeeliger zijn. Doch wil men vergelijken, dan moeten de omstandigheden gelijk zijn dan moeten de statistieken volkomen zuiver zijn; de administratiekosten zuiver verdeeld; en de kwade risico's niet allen op de Rijksbank worden geschoven. Zoo krijgt men een eerlijke toepassing van de twee stelsels. Niet dat we daarmee willen ont kennen, dat de partic. banken voor- deelen kunnen aanbieden boven de Rijksbank; maar men zij toch voor zichtig om ze al te veel in 't zonlicht te brengen en de Rijksbank in den donker te laten staan. Blijkens het ingezonden stuk in ons Blad van Woensdag uit Sommelsdijk, noemt, zich één der onderwijzers aldaar, Sociaal-Democraat. Het eert dien onderwijzer, dat hij ruiterlijk voor zijn beginselen uitkomt, en uit kwam op een vergadering, waar zooveel gemodder plaats had, waar zooveel politieke iroebeligheid werd gezien als daarals daar," waar Vrijzinnig-Democraten eensgezind za ten naaèt. de heeren Van Schouwen c s.,^ allen vertegenwoordigers van een partij, die zonder program (laat staaneen hervormingsprogram) niets anders begeeren dan de Recht sche coalitie aan te vallenanders geen gemeenschappelijk strijdpunt kennen dan het stegen-de-christe lijken« »tegen-de-clericalen«. We gevoelen het, dat. een Sociaal- Democraat verlangde om in dit onder ons gedoe in dat negatieve-politieke- gemodder, eens wat frischheid te brengen. Die vergadering van Oud-Liberalen, V rijzinnig- Democraten, Unie-Liberalen en wat voor geesten daar nog al meer "zatendie vergadering was nu een deel der met zooveel ophef aange kondigde Enak de Simson, die met een ezelskinnebak onze duizend zou ferslaan. Maar door die verbintenis is Sim- sons kracht gebroken. Zijn haren worden afgeknipt en wat men in de hoeveelheid wint, verliest men in de hoedanigheid. Deze Simson is voor ons winst, omdat hij beginselloos is. Hoe is 't mogelijk, dat de Vrijz.- Democraten vergeten, wat een hunner partijgenooten schreef na den afloop der verkiezingenlosmaking uit de omarming van de liberale partij is ons behoudgeen blok meer aan 't been, om wille van eenig succes; maar ijverige propaganda voor onze eigen beginselen. Afloop der wateren, helaasj 'fi Doch we zouden het over de Sociaal- Democratische onderwijzers hebben. Hun onderwijs achten we te ver derfelijker, naar mate hun ijver te grooter is. Hun onderwijs staat niet los van, maar is in de richting van hun be ginselen. En al gelooven we, dat een opzet telijke socialistische propaganda blijft uitgesloten, omdat een socialistisch onderwijzer de neutraliteit moet toe passen het kan niet anders of een man van karakter en van beginsel zal zijn ideeën, hoe voorzichtig ook, indragen in de School. Rekent hij met de kinderenhet is geen kunst om aan te toonen, dat een arbeider per dag 90 cent verdient en de Koningin 2000 gld. Want dat zijn feiten. Maar hoe bepraat hij dat met de kinderen Daar zit 'm de kneep. Dat doet hij van uit zijn' Socialistisch beginsel en de slotsom, waartoe hij ze brengt is dezewie niets doet in onze Maatschappij krijgt loonwie de productie tot stand brengt lijdt honger de kapitalistische maatschappij is oneerlijk. (»Rot« wordt onder de grootere gezegd). Behandelt hij Aardrijkskunde het is geen kunst om aan te toonen, dat de rijken trekken naar de zeebaden om daar geld en goed en gezondheid en eer te verkrijgen of te verliezenen dat de armen ternau wernood hun eiland kunnen verlaten voor een speletocht naar een stad. ,Want dat zijn feiten. Maar hij be handelt dat uit een Socialistisch oog punt dat nl de vreugd is voor de uitbuiters en de zorgen voor de zwoegers of uitgebuiten. Behandelt hij Geschiedenishet is geen kunst om aan te toonen, dat de Koninklijke macht nihil iswant dat is een feitmaar hij voegt, er daarom bij, dat de liefde voor het Oranjehuis eene dwaasheid is, en'vorstenregee- ring een oud stuk zeer, dat beter uit den Staat kan uitgesneden worden. Behandelt hij Doch genoeg. Een socialist bekijkt het heele leven uit zijn standpunt en dat is zijn recht en plicht Maar die levensbeschouwing is in menig opzicht in strijd met onze ideeën, onze traditiën, onze voorstel lingen, onze wenschen en begeerten, dat we hem daarom onze kinderen niet kunnen toevertrouwen. Een socialistisch onderwijzer is voor onze burgerlijke opvattingen, gevaar lijk. Hij leidt de gedachten der kinderen op gansch andere paden, dan de ouders die inprentendaarom is hij èn voor de ouders (èn voor de kin deren), welké zulke ideeën niet koes teren, niet te aanvaarden. Er is wel eens aanmerking op ge maakt,' dat door gemeentebesturen gevraagd werd naar de politieke richting der sollicitanten. Maar we zouden willen vragenwas het niet verstandig geweest, als dit in Som melsdijk gebeurd was Wist de burgemeester, dat hij een Sociaal-Democraat benoemde? Wist de Arrondissement-Schoolopziener hetP En 't hoofd der school Zij, alle drie.- zijn bij de benoeming betrokken. Niet de Raad is de schuldige, want hij gaat af op de voordracht en het advies van den Burgemeester. Maar is 't dan geen reden, dat voortaan de Raad eerst eens een goed onderzoek instelt, wie No. 1 der voordracht is. Heeft de heer Roetman bij zijn sollicitatie geschreven, dat hij Sociaal- Democraat was Is er hem naar ge vraagd Wordt he* ontwerp vap Grondwets herziening eenmaal aangenomen, dan mag een Minister lid der Kamers zijn zonder dat hij aan een herkiezing is onderworpen. In de bestaande Grondwet mag een lid der Kamer pas Minister zijn, als hij in zijn district, na zijne benoeming tot Minister, zich aan een herkiezing onderwerpt De oud-Minister Borgesius was èn lid der 2de Kamer èn tevens Minister maar in 't district Zutfen was daar voor tweemaal een verkiezing uitge schreven. Dit is volgens 't ontwerp niet meer noodig. Wie Minister wordt als Kamerlid, behoett niet meer te" bedanken als lid, en zijn tweede ver kiezing is niet meer noodig, Herhaalde malen is tegen de veree- niging van Minister en Kamerlid be zwaar gemaakt Er is iets verkeerds, iets bedenkelijks in.' Laten we eerst zien, wat de Minister zegt om die niet- meer-noodige herkiezing Jtej verdedi gen. Er staat Voorgesteld wordt eene uitzon dering te maken voor de aanvaar ding van het ambt van Minister, omdat in de practijk herhaaldelijk is gebleken, dat een benoemd lid der Staten-Generaal door het bestaande voorschrift (de herkie zing wordt bedoeld, Red )in groote moeilijkheid kan worden gebracht ten opzichte van het aannemen van eene ministerieele portefeuille (d.w z. het Ministerschap, Red.) Hij kan zich moeilijk aan eene herkiezing onderwerpen, zoo hij niet eenigezekerheid bezit omtrent den uitslag en zoo hij zich daarom niet verkiesbaar stelt, is veelal de kans groot, dat de zetel voor zijn richting verloren gaat. Het kan niet in 't belang van 't land zijn, dat vaak de meest ervaren man nen uit het parlement moeten worden voorbijgegaan bij de vor ming van een Ministerie. Ook de Staatscommissie wilde de herkiezing laten vervallen. Doch niet over die al of niet nood zakelijkheid willen we iets zeggen wel over het feit, dat Minister en Ka merlid één mogen zijn. Daaraan zijn bezwaren verbonden. Er is een ministerieele verantwoor delijkheid; hierin is de Grondwet van '48 beter dan die van '15, toen de Minister zich achter den mantel des Konings verbergen kon bij eenige door de Kamer afgekeurde daad. De Minister is verantwoordelijk aan de Kamer; maar dan moet hij zelf geen lid zijn, want dan is hij ook aan zichzelf ver antwoordelijk, wat in dat geval dwaas heid is. De Tweede Kamer roept den Mipjster ter verantwoording voor elke daad der Regeeringmaar hoe kan nu een Minister Kamerlid aan zulk een ter-verantwoording-roeping deel nemen Hij is dan èn rechter èn partij, zooals men dat in het rechtsleven zegt. Zeker, het is wel praktisch te ver dedigen want de regêeringspartij heeft zoodoende altijd zekerheid van één of twee stemmen der Ministers. Een Minister-Kamerlid stemt natuur lijk altijd voor zijn eigen wetsontwerp en als het er nijptdenk bv. om de Leerplichtwet, die er met 51 tegen 49 stemmen kwam, geeft zoo'n stem van den Minister den doorslag. Maar daar om voelt ook ieder, dat er iets aan mankeertwant zoodoende wordt een wet aangenomen, die verworpen zou zijn, als de Minister niet meegestemd had over zijn eigen ontwerp. Zoo is ook de stemming niet zuiver niet correct. Het vertrouwen in de Ministers, maar ook in de Kamers wordt door zulk een stemming ge schokt. Het wringt. Wij achten het daarom Ijetar, dat het f. etsontwerp der Grondwetsherzie ning zoodanig veranderd wordt, dat niet meer toelaatbaar is het Lidmaat schap-Ministerschap In dezen verschil len we dus rnet den Minister zeer veel want hij wil het niet alleen handhaven, maar nog versterken door de herkie zing onnoodig te maken. OP 6JITI43JM. Onze scholen met den Bijbel hebben nog altijd de liefde van ons hart. En daarom kunnen we 't maar slecht hebben, als er praatjes gaan, die deze scholen in een kwaad daglicht stellen. Wie wat van onze scholen, van onze onderwijzers, van onze leerlingen te zeggen heeft, mag wel zéér voorzichtig zijn in 't gebruik zijner woorden, want het getal der vijanden is mog zeer groot. Niet zoodra hooren zij wat, of als de kippen tippelen ze er heen, om er toch maar de primeur van te hebben, wanneer daar iets van de christenen en haar onderwijs te zeggen valt. Daarom behoeven we nog niet eeo grsote doofpot in 't midden te zetten, waarin we smoren, al wat we op 't hart hebben 1 Komt er van vriendeü een aanmerking, waaraan we hooren kunnen, dat ware sym pathie ze ingeeft, dan nemen we die in alle dankbaarheid aan. Zoo is dezer dagen de vraag gesteld, of onze scholen wel tijd genoeg afzonderen, om onze leerlingen in kennis te brengen met den Bijbel ef het eigenlijk gezegde bijbelsch onderwijs het onderwijs in de ka*- nis der Heilige schrift niet soibs in de knel komt bij de vele andere eische*, die worde* gesteld. Dat is een gewichtige kwestie. Als onze scholen met den Bijbel diea bijbel zelf in 't achteraf hoekje schuiven, jadan graven ze den grond onder haar eigen fondamenten weg 1 Er werd zelfs rondverteld, dat er scholen zijn, waar zoo at en toe een simpel kwar tiertje wordt gebruikt, om wat uit den Bijbel te v.rtellen. Nu hoeft men daar niet zoo wonderlijk van op te kijken. Dat is niet nu pas zoo, maar dat was al zoo voor twintig jaren. Wat is de zaak? Er zijn steeds geweest enkele scholen, die zoowat staan aan de buitenzoom van ons christelijk erf. Met name enkele scholen voor de meer deftige standen. Men weet, hoe de geest onder de conservatief-getinte, ietwat christelijk gezinde standen gewoonlijk is. Zoo om de veertien dagen eens 'n keertje naar de kerk, bij 'n niet al te rechtzinnigen dominé en voorts alles naar evenredigheid. Hun christendom wacht zich vooral voor ^uitersten,* Ze zijn niet >fijn,« hebben een afkeer van »dweeperij,« doen in alle eer en deugd met vele wereldsche pretjes en ver makelijkheden mee, maar willen aan den anderen kant ook niet ongodsdienstig* ziin, vinden 't gekleed staan, als ze n do miné op de thee of bij 't diner Kt:bbe»«h

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1907 | | pagina 1