BIJVOEGSEL.
Zaterdag 17 Augustus 1907.
JLntirevo air
22*'° Jaargang N°.1268.
Orgaan
rooi* de Kiiistli©ll»iiil®cli© cis fceiiw^clie Eilanden.
IN HOC SIGN O VINCES
T. BOEKHOVEN.
Alle stukken voor de Hedactie bestemd, Advertentiën en verdere Administratie franco éoe te zenden aan elea Uitgever.
gle l^ssge vallen wet en de
SOMMELSIilJMi
Dr. Knöps niet toegelaten
Inkrimping der kermis in Som
melsdijk-
Deze Courant verschijnt eiken Woensdag en Zaterdag.
Abonnementsprijs per drie maanden franco per post 50 Cent.
Buitenland bij vooruitbetaling f 4,50 per jaar.
ifzonderiijke nummers 5 Cent.
ÜITGEYER
Telefoon Enfercontm. Ho. 2.
Adyertentiën 10 cent per regel en 3/2 maal. Reclames 20 per regel.
Boekaankondiging 5 Cent per regel en */s maal.
Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan
1 Adyertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10 uur.
Bij dit nummer behoort een
liSiKlbOIIW.
Het is niet voor tegenspraak vatbaar,
dat de Verzekeringswetten zware las
ten leggen op veler schouders. De
Middenstand voelt den druk ervan.
Maar dat ook de Landbouw voor groote
offers zal komen te staan, wordt in
't onderstaande stuk van den heer
H. Schoonejongen Jacobsz. te Zeist,
dat we in de Nederlander van 9 Aug. jl.
met instemming lazen, duidelijk aan
gewezen. Dat stuk luidt als volgt-
Geachte Redactie!
In het »Ned. Landbouw-weekblad«
komt een schrijven voor van den heer
Mansholt over de Ongevallenwet.
Daarin wordt berekend, wat die wet
aan de landbouwers in de provincie
Groningen kan kosten, als zij ook voor
den landbouw wordt ingevoerd. Als
maatstaf wordt aangenomen voor tuin
bouw 3 pCt., weiland 4 pCt en bouw
land 5 pCt. premie per jaar van het
werkloon, dat wordt uitgegeven Een
landbouwer, die f 2000 werkloon uit
geeft zal naar dien maatstaf dus f 100
premie per jaar moeten betalen, en
één die jaarlijks f 4000 uitgeeft f200.
Nu heett een landbouwer, die twee
of vier duizend gulden werkloon uit
geeft nog al eenig bedrijfskapitaal
noodig, waarvan de rente moet afge
trokken worden van de bruto winst,
om tot eene zuivere winstberekening
te komen. Want kapitaal brengt zon
der bedrijfjj'ook! rente op. Na aftrek
dezer rente heeft een landbouwer, die
f 4000 aan werkloon uitgeeft dooreen
genomen hoogstens f 2000 zuiver in
komen per jaar. Indien hij daarvan
f 200 moet afstaan voor premie aan
de Ongevallenwet, dan staat die premie
gelijk met een belasting van 10 pCt.
op zijn inkomen.
Als de regeering zulk eene belasting
van penning tien eens niet op een
gedeelte der inwoners, maar op de
geheele bevolking bracht vrijlatende
hen, die minder dan f 600 inkomen
hebben dan zou daardoor jaarlijks
ongeveer 70 millioen gulden in de
schatkist vloeien. Dat is een bedrag,
hetwelk gelijk staat met de gezamen
lijke opbrengst van grond-, bedrijfs-
en vermogensbelasting, benevens die
van zegel-, registratie-, hypotheek- en
successierechten, vermeerderd met de
opbrengst van den accijns op het ge
slacht
En als men dan vraagt, waarom
zulk eene belasting gelegd op den
kleinen burger, waartoe over het alge
meen de landbouwer behoort, dan zal
niemand van hen, die in een land
bouwstreek bekend zijn, behoorlijke
gegevens daarvoor kunnen aanvoeren
Indien in elke landbouwstreek bij
boeren, welke minstens f 1U00 aan
werkloon jaarlijks uitgeven, een be
hoorlijk onderzoek werd ingesteld,
hoeveel zij hadden moeten uitkeeren
aan hunne werklieden, wanneer zij 2/3
van hun loon voortdurend hadden
verstrekt a,an allen, die een bedrijfs
ongeval bij hen overkwam, dan zou
blijken hoe gering dat bedrag zou.
geweest zijn. Zelf bestuurde ik meer
dan 20 jaar een landbouwbedrijf. Ruim
f 80000 aan werkloon werd door mij
uitgegeven. Wie een ongeval over
kwam werd het volle loon uitbetaald.
Bij kleine ongevallen, zooals er bijv.
bij het hooisnijden kunnen voorkomen,
verrichtte de verwonde tijdelijk ande
ren arbeid, welke voor hem niet
hinderlijk was, en waardoor verlet of
lediggang voorkomen werd. In al die
jaren bedroegen mijne uitgaven voor
ongevallen, tezamen genomen slechts
f 42. Dat is dus tegen eene premie
van ruim f 0,50 op f 1000 werkloon.
En in het »Ned. landbouw weekblad«
vernamen wij van groote landbouwers,
wier uitkeering wegens ongevallen nog
geringer waren. In elk geval zijn de
ongevallen, aan het landbouwbedrijf
verbonden, zoo luttel, dat het onver
antwoordelijk zou zijn, het daarvoor
zoo te belasten.
Met dit schrijven is het onze be
doeling niet, om de wettelijke regeling
van iedere uitkeering wegens bedrijfs
ongevallen in den landbouw over
komen af te keuren of te bestrijden,
geenszins. Wanneer een werkman
daarin een ongeval overkomt, waar
door bij het overig deel van zijn leven
verhinderd wordt in het onderhoud
van zijn gezin te voorzien, dan zou de
uitkeering van een aanzienlijk deel van
zijn vroeger verdiend loon m. i. aan
bevelenswaardig zijn. Maar voor zulk
eene regeling is niet noodig ook dit
bedrijf, waarbij bijna zooveel personen
betrokken zijn als in al de andere
nijverbeidsbedrijven te zamen, onder
eene zeer dure en demoraliseerende
ongevallenwet te brengen.
Wanneer- men den Duitschen land
bouwer aanvoert als iemand, die zich
toch ook de uitgaven aan de ongeval
lenwet verbonden ziet opgelegd, dan
dient in aanmerking genomen, dat deze
onder geheel andere omstandigheden
leeft dandeNederlandsche De Duitsche
regeer ing heft beschermende rechten
op landbouwvoortbrengselen, en dat
doet de Nederlandsche niet. Door deze
rechten bezorgt die Regeering aan zijn
landbouwers een voordeel, dat zeker
tienmaal zooveel voor hen afwerpt
dan de ongevallenwet van hen vraagt.
Mitsdien gaat deze vergelijking niet
op. En de Nederlandsche Regeering
mist zelfs het zedelijlijk recht, hare
onbeschermde onderdanen dezelfde
lasten op te leggen als de Duitsche
hare beschermde.
Gaarne ziet ondergeteekende dit
schrijven in uw geeerd blad opge
nomen. Bij voorbaat daarvoor mijnen
dank.
Met de meeste hoogachting,
Uw dw. dnr.
H. SCHOONEJONGEN JACOBSZ.
Zeist, 7 Aug. 1907.
In de Raadszitting van Vrijdag 9 Aug.
zijn de geloofsbrieven onderzocht van
Dr. Knöps en is deze met algemeene
stemmen niet toegelaten, omdat hij
waarnam de vaccinatie en doodschouw
in dienst der gemeente.
Het is natuurlijk, dat onze Kiesver-
eeniging onmiddelijk een onderzoek
heeft ingesteld of de gronden door den
heer Burgemeester aangegeven, steek
houdend waren en hoewel dat nog niet
volledig is afgeloopen, willen we in
elk geval de mededeeling niet onthou
den, dat onze Kiesv. zich met kracht
tegen de niet-toelating verzet en ze
alle wettige en geoorloofde middelen
zal gebruiken om dr. Knöps toch in
den Raad te krijgen.
Toen onze Kiesv. gesteund door een
groep der Liberale partij hem candi-
daat stelde, geloofden we allen, dat
wat in Middelharnis was voorgekomen,
waar de heer Birkhoff geneesheer
raadslid was, ook kon plaats hebben
in Sommelsdijk. Door een lid van den
Raad werd op- 9 Aug. die opmerking
ook gemaakt, maar de Voorzitter ant
woordde »In Middelharnis is er des
tijds geknoeid.® Nu laten we die uit
drukking voor wat ze is, maar dat er
onwettig is gehandeld, mag worden
aangenomen, als dit door den Voorzit
ter van den Raad wordt gezegd in
krasse taal in een publieke vergadering.
Wat was dan die onwettigheid? Voor
ons is ze een raadsel. Zijn onze herinne
ringen juist, dan is, jaren geleden,
wijlen de heer Vink, gebruik makende
van art. 33 der Gemeentewet, dat elk
Raadslid 't recht geeft om tegen een
beslissing van den Raad bezwaren bij
Ged. Staten in te dienen, bij den heer
Commissaris op audiëntie geweest om
tegen de toelating van den heer Birk
hoff protest aan te teekenen. Naar toen
verluidde heeft de Commissaris gezegd
Indien de Raad besluit of besloten heeft
een gratificatie te geven, in plaats van
loon, dan is de heer Birkhoff geen
ambtenaar der gemeente en mag hij
den doodschouw waarnemen.
Welnu, wat moeite zou 't den Raads
leden van Sommelsdijk op 9 Aug.
gekost hebben, om in dien geest ook
een voorstel te hebben gedaan De
heer Commissaris zal toch geen onwet-
tigen raad geven en waarom is dan
niet in dien geest gehandeld
Waarom is niet gevraagd door de
Antirev. Raadsleden om de Instructie
van dr. Knöps te veranderen? Waarom
is niet gevraagd om het besluit tot
niet toelating nog een week op te
schorten, opdat de Raadsleden dan nog
eens een flink onderzoek in konden
stellen bij deskundige personen, of de
beweegredenen van den Voorzitter van
den Raad wel den toets van alle critiek
konden doorstaan?
Hebben de Antirev. Raadsl den de
Insructie zelfs wel ooit gezUn, zelfs
wel ooit gelezen en er over nagedacht?
Hebben ze ér met dr. Knöps wel ooit
over geraadpleegd? We laten het ant
woord aan hen over, maar dat er geen
voorstel gedaan werd tot opschorting
van 't besluit om nog eens inlichtingen in
te winnen, is niet te loven.
Laat er volgens den Voorzitter ge
knoeid zijn in Middelharnis: de in
structie van Sommelsdijk is voor
verandering vatbaar; vatbaar voor
zoodanige verandering, dat dr. Knöps
bij eene nieuwe verkiezing, wanneer
onze Kiesv. of leden ervan, hem ten
tweeden male candidaat zullen stellen, zal
worden kunnen toegelaten.
En willen de antirev. Raadsleden
geen voorstel tot wijziging dier In
structie doen, dan zullen we met een
adres de Gemeente opwekken om den
Raad tot wijziging te verzoeken. Maar
nochtans: de eer is eerst aan de
Antirev. Leden om zelf met een voor
stel te komen. »Wat niet is, kan wor
den®, zoo heette een vroegere zang-
vereeniging te Sommelsdijk. Welnu,
wat nog niet in de Instructie staat,
kan door een krachtig adres tot stand
komen en onze Kiesv. of enkele leden
zullen gewis medewerken, dat dr.
Knöps in den Raad komt.
Zelfs is de vraag te doen of met
deze Instructie niet reeds tot toelating
had moeten besloten worden. We zijn
bereid aan te toonen, dat de Instructie
recht geeft tot toelating. Noch Art. 3,
noch Art. 4, noch Art. 5 geven naar
ons inzicht aan den Voorzitter van
den Raad het recht tot adviseering
van niet toelating Z.E A. kan zich ver
gissen wij ookdaarom zullen we een
onderzoek instellen, dat volkomen afdoen
de is. 't Geldt hier een gewichtige zaak;
een zaak van algemeen belang.
En omdat een nieuwe Candidatuur
Knöps in uitzicht is, omdat we
hem absoluut niet loslaten; ja, nu
meer dan ooit tot de overtuiging zijn
gekomen, dat in den Raad de krachtige
hand van een bekwaam man
onmisbaar, dringend noodzakelijk
is; ja daarom zullen antirev. en
liberalen of afzonderlijk, maar liefst te
samen, hem opnieuw Candideeren
en we twijfelen geen oogenblik of met
een nog veel grooter meerderheid dan
200 stemmen komt de dokter uit de
stembus.
De Raad is om en waar hij nu in
zijn meerderheid Antirevolutionair is,
daar mag verwacht worden, dat er ook
Antirevolutionaire daden gezien wor
den. Daartoe behoort in de eerste
plaats inkrimping van de kermis.
Nu duurt deze van Pinkster Maan
dagmorgen tot Zaterdagnacht: dus
6 dagen. Daar kunnen best een drietal
dagen af. Houdt men de kermis voor
taan van Maandag tot en met Woens
dag, dan is dat al langgenoeg. Eigenlijk
nog 3 dagen te lang. Want heel de
kermis moet verdwijnen. Doch op
eenmaal een boom vellen, die zoo vaste
wortelen heeft, is onmogelijk. Wij zijn
daarom van oordeel, dat een inkrim
ping der kermis te verkiezen is boven
een plotseling besluit tot geheele af
schaffing. We twijfelen geenszins, of
als de Raad der Gemeente gesteund
wordt door een krachtig adres met
honderden handteekeningen, dat dan
ongetwijfeld de kermis ingekrompen
wordt.
Weinigen zijn er tegenwoordig, die
de kermissen nog durven verdedigen;
ze raken uit de mode; ja, men gaat er
heen, omdat ze er is; maar talloos veel
zijn de menschen, die ze net zoo graag
zien verdwijnen, als ze zien komen.
Men voelt het hoe langs zoo meer:
een kermis heeft iets onbeschaafds,
iets, dat den mensch van de verlichte
edww, niet meer slaat. Welnu, met die
wetenschap, dat de kermis uit de mode
raakt, zeggen we: laat de Overheid,
gerugsteund door de Adressanten zoo
spoedig mogelijk beginnen om ze in te
krimpen. Het verdwijnen volgt dan
gauw genoeg, want de kramen en
«spullen® blijven dan vanzelf weg.
Welaan dan: die weg moet het op:
inkrimping van de kermis.
OP DDK UIT 14IJ 14.
Dat was een uitkomst
Het is iets, voor wie in de Augustus
maand als journalist op post moet blijven,
om keer op keer wederom de' krant te
vullen te zorgen, dat de menschen wat te
lezen hebben wat nieuws te geven
als er nieuu s is
Maak eens een vuist, als ge geen vingers
hebt of borstel u een kranige brosse, als
ge geen haar op uw kroon hebt
De journalist staat in den tredmolen.
Dat werktuig, als men weet, dwingt tot
onverpoosd trappen, doortrappen, altijd
maar trappen. Zoo moet hij ook aldoor
copy geven de pers werkt als tredmolen
is er geen nieuws, dan zoekt ze het, dan
maakt ze het, dan zuigt ze het uit uw
duim alles Wordt u vergeven, de on
mogelijkste berichten worden geslikt, en
moet ge ze tegenspreken, dan hebt ge op
z'n hoogst en ergst een zuur gezicht le
wachten, maar als ge géén nieuws hebt,
dan is er voor u ook geen vergiffenis
Onze bladen moesten 't eens probeeren,
om in halven omvang uit te komen, »we-
gens de vacantie«! Wat ons publiek brullen
zou
Dat voorrecht heeft te onzent alleen
De Heraut. Bij dit blad is het een his
torisch recht, zooiets als een privilegie, dat
zich in den nacht der tijden verliest en
berust op een onbeschreven, onbesproken
overeenkomst tusschen redactie en lezers,
waarbij deze laatsten sinds onheugelijke
jaren genoegen nemen met een half blad
gedurende de hondsdagen.
Ja, die Heraut-lezers zijn de verstandigste
van alle courante-abonné's
Ze zijn diep doordrongen van de waar
heid dat geestesarbeid niet anders dan
winnen kan, door een week of wat den
geest nonactief te maken en het lichaam
uit wandelen te sturen over de Geldersche
heuvelen of aan strand der zee.
Mijn vader zei al, dat dr. Kuyper nooit
beter sop dreef was, dan in De Heraut,
als hij weer van zijn zomervacantie terug
was. Ja, 't was in ons dorpskringetje 'n soort
mijlpaal in 't leven, als je weer een »heele«
Heraut kreeg. Dat beteekende 't afscheid
van den zomer, 't begin van de winter-
campagne, 't einde van den komkommertijd.
Ja, vacantie is noodig; is heilzaam
Ik wou, dat onze minister van B. Z. nóg
een Staatcommissie instelde, speciaal om
over het vacantie-vraagstuk te rapporteeren,
dan wil ik probeeren, om voor deze zaak
een Congres samen te roepen. Dat is immers
»je« manier, om zaken te doen tegenwoordig.
In afwachting echter zaten op vele punten
van den aardbol moeë journalisten, marte
laars van hun beroep, pers-slaven, hun
inktpot te betikken en hun pen te beknab
belen, of er nu toch es niets gebeuren wou,
dat hen die traag voortkruipende vacanlie-
weken opvroolijkte.
Als ze maar een draad in handen kregen,
zouden ze dien wel uitrafelen en verder
spinnen tot een groot web. Van iets weten
ze véél te maken, maar van niets
och, 'n goed journalist houdt op 'n klein
beetje zuurstof nóg het leven, maar in het
luchtledig kan ook hij niet ademen.
Daar wordt plotseling 't bestuurbare
oorlogs-luchtschip zichtbaar!
Na tal van proefnemingen is eindelijk het
luch tvaartvraagstuk opgelost.
Frankrijk en Duitschland beide hebben
't eerste schip van hun luchtvloot gebouwd
en 't voldoet.
Ging niet de ^Patriei, de fransche be
stuurbare, heel gezellig een uitstapje maken
naar Ramborillet, waar de President der
Republiek vacantie houdt?
Het bestuurbare luchtschip!
Lang leek het een ijdele droom! Toch
is het er gekomen.
Alleen tegen een zwaren stormwind kan
het nog niet op komen. Maar overigens
draait en wendt en keert het in de lucht,
net naar de begeerte des stuurders wil.
Gedruischloos bijna schiet het met sneltrein
vaart door de lucht, hooger, lager, rechts,
links, 'n rukje aan een kruk, 'n druk op een
knop en de richting verandert, naar de
grillige luimen van den mensch.
Aarde, zee en lucht alles doorzoekt
en doorreist hij!
Het was een uitkomst
Elk journalist, met een weinig fantasie,
kon nu over den bestuurbaren ballon, de
luchtvloot der toekomst, over luchtoorlogen
enz. verscheidene kranten van artikelen
voorzien.
't Is merkwaardig, het téékent, het is
eigenlijk gezegd, om alle aardbewoners van
schaamte te doen blozen, dat gedurig bij
nieuwe uitvindingen de vraag onder de
natiën oprijstHoe kunnen we dat nieuwe
voortbrengsel van menschelijke kunst en
wetenschap nu 't best gebruiken, om er
elkander kwaad mee te doen, te verdelgen
En toch is 't maar zoo.