TWEE
Zaterdag 6 JuH 1907. No. 1256,
Tweede Blad
IN HOC SIGNO WSES
Dit nu miner bestaat uit
Officieel €we«leelfe.
Uil de Pers.
Illunenland.
Plaat§elijk Nieuws.
.Sommelsdijk
„om.
Wat Menneerse in tweeën hoopt te
doen, doet Sommelsdijk in ééns: de
Raad om.
Met keurige cijfers zijn onze Candi-
daten gekozen; we wenschen hen geluk
en mogen niet anders dan den kiezers
lof toe zwaaien voor den steun, dien
zij ons verleend hebben.
Moge Sommelsdijk de goede vruch
ten plukken van de actie, die getoond is.
En nu ligt Middelharnis aan de beurt.
Dezer dagen werd gezegdjullie in
Menneerse brengt niks tot stands
maar we zullen 't den Sommelsdijk-
schen vrienden dan toch eens toonen,
dat goed voorbeeld goed volgen doet
zooals 't spreekwoord zegt
De Raad in Middelharnis kan om,
als de Anti-liberalen maar flink opko
men.
En we hebben de overtuiging, dat
ze ook allen 't hooge gewicht van den
herstemmingsdag beseffen.
Nu of nooitis de leus. En als we
de meerderheid niet halen, dan valt
er meerDan staan we aan 't begin
van een achteruitgang in onze 5 zetels
Waar geen vooruitgang is, gaan we
beslist verliezen in de toekomst,
Doch hoe dit zij. In Sommelsdijk is
't doel bereikt! Wie volgt!
Kohier van den Hoofdelijken
Omslag.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der ge
meente Ooltgensplaat maken bekend, dat
een afschrift van het primitief kohier van den
Hoofdelijken Omslag voor het dienstjaar 1907,
gedurende vijf maanden, van 4 Juli tot en met
4 December as. ter gemeente-secretarie vooreen
ieder ter lezing ligt.
Ooltgensplaat, 3 Juli 1907.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Wethouder, De Burgemeester,
J. VAN NOORDT. JOH. VAN PUTTEN.
Kennisgeving Kohier van belasting
op de honden.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der ge
meente Ooltgensplaat maken bekend, dat
een afschrift van het primitief kohier der be
lasting op de honden voor het dienstjaar 1907,
gedurende vijf maanden, van 4 Juli tot en met
4 December a.s. ter gemeente-secretarie voor een
ieder ter lezing ligt.
Ooltgensplaat, 3 Juli 1907.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Wethouder, De Burgemeester,
J. VAN NOORDT. Joh. VAN PUTTEN.
Ontmaskerd
Hoe langer hoe meer begint men in te
zien, dat het Ministerie-Kuyper door de op
regeermacht belaste vrijzinnigheid, zeer
onwaardig is bestreden.
Het is waarlijk geen wonder, dat de heeren
liberalen bij de jongste stembus van zoo'n
slechte reis zijn thuisgekomen
Men herinnert zich het kabaal over de
Speetwet.
Nauwelijks was echter het Ministerie-
Kuyper wèg, of Minister Veegens moest
komen verklaren: de feiten wijzen uit, dat
die speetwet uitnemend werkt.
Wat heeft het voorts die Drankwet niet
moeten ontgelden.
Dat was een wangedrocht*. Heel de
liberale pers weeklaagde over Dr. Kuypers
gemis aan wetgevend talent.
Maar wat verklaarde dezer dagen e®n
blad als de »Echo« (geen clericaal orgaan)?
»De praktijk toont aan, dat de nieuwe
Drankwet, in plaats van een wangedrocht
van wetgeving te zijn, in het algemeen,
wonderlijk goed en volledig voorziet in alle
gevallen, waarvoor zij werd gecreëerd.
En ook dat zij nuttig werkt.*
Dat werd ons, zegt het blad, meermalen
verzekerd door liberalen, die belast zijn met
de uitvoeiing en toepassing der wet.
Ja, ook in de ^Staatscourant,* in het
officieel verslag van den Inspecteur der
eerste inspectie, kan men lézen:
»Het is mij gebleken, in de practijk, dat
de veelbesproken Drankwet in menig opzicht
nuttig werkt.*
De »Echo« constateert dan ook, dat het
Drankwet- spectakel, >hoe langer hoe meer
een vrucht blijkt geweest te zijn van dien
welig tierenden boom, die zijn voedzame
sappen zuigt uit domme napraterij, partij
schap en eigenbelang.*
O, zoo!
Dr. Kuyper's talent was dus nog wel
zóó groot, dat hij een wet kan ontwerpen,
die »wonderlijk goed en volledig* in alles
voorziet.
Sterker nog.
Dr. Kuyper had zooveel talent, dat hij
in zijn ontwerp een artikel opnam, waarmee
wij, volgens den vrijzinnige i Dr. Blooker,
andere landen vóór zijn, en dat aan ver
schillende onzedelijke toestanden een einde
kan maken.
Telkens en telkens wordt het Ministerie-
Kuypei gerechtvaardigd en de vrijzinnige
leugen campagne ontmaskerd.
De waarheid achterhaalt den leugen.
De kiezers deden wel wijs, dat zij de
ontbetrouwbare vrijzinnige ^voorlichters*
ditmaal den rug toekeerden.
Moge dit hen tot inkeer brengen.
Dat men ons principieel bestrijdt, nemen
wij niemand kwalijk.
Maar men neme niet zijn toevlucht tot
leugen en laster.
Dat wreekt zich trouwens altijd.
Het in apolitieke ongerechtigheid geboren
Ministeiie* wandelde tot dusver niet op
rozen. Merwébode
Arme domine
Bijna even erg als dr. Kuyper, deelt
tegenwoordig dr. De Visser in den smaad
van het liberalisme.
Hij wordt er ons te liever om 1
Dat de onzen te Leiden zichzelf over
troffen, om hém in de Kamer te brengen,
was ook omdat in 1905 na dr. Kuyper
juist in den persoon van dr. De Visser het
vinnigst de christelijke beginselen waren
aangetast.
En 't gaat nog maar voort.
Zie nu weer in 't Handelsblod
Dr. De Visser is 'n partijmenner, 'n poli
tieke drijver etcetera geworden en tenslotte
komt de verzuchting, dat een paar duizend
socialisten aan kerk en godsdienst nog niet
zooveel kwaad doen als één zoo'n politieke
dominè
Een man dus, die handelt als dr. De
Visser en op zijn waardige, overtuigende
wijze optreedt voor de eere Gods ook op
politiek terrein is erger
dan 2000 socialisten.
Zóó is 't te begrijpen, dat de liberalen
in de hoofdstad er tegenwoordig geen been
in zien, om op de mannen van de S. D.
A. P. te stemmen
Maar wat eigenaardig is
Dr. De Visser is jarenlang een apolitieke
dominé* geweest, zonder dat de liberalen
iets op hem te zeggen hadden. Zoo b.v.
in 1897, loen ze 'n hem een apolitiek
fortuintjes meenden te h bben.
Toen namen ze zijn uitspraken op en
drukten die met vette letters in de kranten af.
Toen was hij een goeie dominé.
Waar niets op te zeggen viel.
Maar eilaci
Het bleek dr. De Visser al gauw, dat
zijn plaats was aan de Rechterzijde en
o weetoen deugde
hij niet meer.
Toen was 't jammer, bitter jammer, dat
zulk een begaafd, geliefd, geacht Evangelie
dienaar zich aan de politiek verslingerd had.
Even slechts, sinds dien tijd, tegen domine's
papieren. Dat was, toen hij tegen Kuyper's
H. O. Wet sprak en stemde. Toen was hij
weer een onbedorven predikant geworden.
Maar 't was een vleugje.
De man bleef rechts zitten.
En zoodoende is hij in den politieker)
draaikold ondergegaan.
De liberalen hebben hem opgegeven
Arme domine Onze Courant.
De vechtpartij te Ossendrecht.
Wij wenschen de aandacht te vestigen
op eene ergerlijke omstandigheid, die zich
zoo vaak en ook nu weder te Ossendrecht
heeft voorgedaan, n 1. dat de politie blijk
baar, wegens hare beperkte vrijheid om te
handelen, tegenover allerlei geboefte het
onderspit moet delven.
Geven wij eerst de feiten weder, zooals
wij die opgeteekend vinden in het Dbl. v.
N.-Brabant
»Tegen tien uur 's avonds waren onge
veer 25 personen van de Santvlietsche heide
in het dorp gekomen, blijkbaar met 't doel
ter gelegenheid van de kermis om eens af
te rekenen met de politie, waarmee deze
personen al geruimen tijd op gespannen
voet leven. Eerst maakten zij zich aan
allerlei baldadigheden schuldig en op ver
schillende plaatsen werden ruiten inge
worpen.
ïToen zij politie-beambten bemerkten,
keerde de woede der bende zich tegen
dezen. Er waren 4 beambten, n 1. de brigade
commandant Postma, de brigadier Eist, de
marechaussée Bakker en de veldwachter
Dingemans. Oogenbhkkelijk vielen allen
tegelijk hen aan, zoodat de politie genood
zaakt was de sabels te trekken ter zelfver
dediging. Wijl de marechaussées te voet
waren, droegen alle korte sabels en een
dezer, n.l. die van de marechaussée Bakker,
was spoedig door een der vechtersbazen
bemachtigd. Weldra lag de brigade-com
mandant Postma overmand op den grond.
Vijf man zaten -boven op hem en mst de
bemachtigde sabel werden hem verschillende
houwen toegebracht).
»De algemeene vechtpartij duurde inmid
dels voort. Men legde 't er op aan de
politie-beambten van hun revolvers te be-
rooven. Dit mislukte echter, en eindelijk
slaagde Dingemans er in den brigadier te
ontzetten. Dit had echter tot gevolg dat
de woede der vechtlustigen zich nu tegen
Dingemans zelf keerde, hij werd neerge
smeten en vastgehouden op den grond.
2 Ook hij kreeg verschillende schrammen
op het gezicht en een hoofdwonde door de
sabel. Bijna had men de revolver te pakken,
doch de man had in een onopgemerkt
o ogenblik de tegenwoordigheid van geest
zijn revolver weg te werpen, zonder dat
dit door de belhamels werd bemerkt.
^Intusschen werd door de andere mare
chaussées van hun vuurwapenen gebruik
gemaakt. Blijkbaar was ook de tegenpartij
vafi vuurwapenen voorzien, want drie
schoten kwamen van hun zijde, toen plot
seling een der belhamels in den buik werd
getroffen. Het moet zijn een zekere Cabus,
wonende onder Santvliet. Hij riep: Ik sterf!
Toen werd hij door zijn makkers wegge
dragen. De brigadier Postma was door
bloedverlies buiten gevecht gesteld, terwijl
de marechaussée Bakker ook niet meer
kon, wegens de vele slagen, die hem
waren toegebracht.
Het gelukte Dingemans na het vallen
dier schoten los te komen en te vluchten,
om zijn revolver te gaan oprapen. Voorts
werd nog door de belhamels met steenen
geworpen, zoodat een persoon uit Ossen
drecht, die de politie te hulp was geko
men, eenige steenen tegen het hoofd kreeg,
waardoor hij werd gekwetst.
^Herhaalde malen werd door brigadier
Eist aan de Ossendrechters toegeroepen
achteruit te gaan, daar er zou worden
geschoten. Ondanks deze waarschuwing
kreeg een hunner, zekere Sebregts, een
schot in de rechterzij, zoodat de kogel,
naar later bleek, de lever kwetste.
j-Eindelijk gelukte het aan den brigadier
Eist en den veldwachter Dingemans de
belhamels terug te drijven, wat onder het
werpen met steenen plaats vond, zoodat
de politie nog menig keitje tegen het lijf
kreeg. Ten slotte echter trokken zij af naar
de Belgische grens, met medeneming van
den gewonde en zonder dat het gelukt was
een der daders in handen te krijgen.
»Eerst hierna kon men er aan denken
de gewonden op te zoeken.
j>De vechtersbazen hebben den gewonde
Cabus per kruiwagen naar de Belgische
grens vervoerd. Zijn toestand moet ernstig
zijn.
»De kogel, waardoor Sebregts werd
getroffen, is uit de wonde verwijderd en,
naar verklaring van den dokter, is er geen
gevaar voor het leven van den man. Wat
den brigadier Postma betreft, van hem kon
de dokter nog niets zeggen, de oogen zijn
zeer opgezet, en behalve hoofdwonden,
heeft hij nog een houw over den neus
bekomen. De overige gewonden deden
wederom gedeeltelijk dienst.*
Gaan wij deze feiten na, dan valt er
allerlei te constateeren, dat de afloop der
zaak onbegrijpelijk en allerbedroevendst
maakt.
Een 25-tal lieden maakt zich schuldig
aan allerlei baldadigheden en als de politie
komt, behoorlijk gewapend, wordt deze
aangevallen. Ter zelfverdediging trekken
deze 4 man, die staan tegenover eene
overmacht van 25, d. i. 1 tegen 6, aan
stonds den revolver, zou men denken, maar
neen, den sabelDe gevolgen blijven
dan ook niet uit. Een marechaussée is zijn
sabel dadelijk kwijt en vervolgens wordt
een ander en daarop den veldwachter
overmand.
Het gevecht van de zijde der politie
krijgt inmiddels een eigenaardig karakter.
Met de zoo doelmatige sabels vechten
zij als leeuwen voor het bezit hunner
revolvers, en de veldwachter schijnt het
summum van tactvol optreden bereikt te
hebben, toen hij zijn revolver weg
wierp
Eindelijk hebben de marechaussées den
tijd gekomen geacht om hunne revol
vers te gebruiken. Postma en Bakker
schijnen niet meer in staat geweest te zijn
behoorlijk te mikken, zoodat het blijkbaar
alleen den brigadier Eist gelukt is iemand
te raken. Als men bedenkt, dat, hoewel
het donker was, een 25-tal menschen in
de termen vielen om getroffen te worden,
is het intusschen vreemd, dat geen der
andere politie-beambten raak schoot.
Nu komt de veldwachter weder ten
tooneele, die zijn revolver ondanks de
duisternis weder teruggevonden heeft.
Daarop worden deze beide mannen, Eist
en Dingemans, benevens de eenige inwoner,
die hen te hulp kwam, met steenen ge
bombardeerd, hetgeen Eist aanleiding geeft
om (let wel, nadat hij reeds een van de
kerels heeft neergelegdte waarschuwen,
dat er geschoten zou worden.
De beide beambten schietenéén al
weder mis en de ander raakt den verkeerde.
De Belgen schijnen niettemin zóó onder
den indruk van dit machtsvertoon te zijn
gekomen, dat zij zich, hetzij dan al gooiende,
laten wegdrijven. Merkwaardig is het nu
weder, dat het steenen gooien nu geen
tegenweer uitlokt en Eist en Dingemans
zich vergenoegen met projectielen tegen het
lijf te krijgen zonder te schieteD.
Als slot zien wij de overwinnaars, zonder
gekwetsten of gevangenen achter te laten,
in triomf naar hunne haardsteden terug-
keeren.
Resultaat van het gevecht, dat te midden
van vele toeschouwers plaats vond: van de
25 aanvallers 1 ernstig gekwetst, van de
4 politie mannen 3 gewond, waarvan één
ernstig, benevens hun helper licht, en daarbij
één toeschouwer zwaar.
Wanneer dit gevecht had plaats gehad
aan de overzijde van onze oostelijke grens,
dan had de politie niet het gelag betaald.
Waarom niet?
Wij kregen eens eenigen tijd geleden een
proces verbaal onder de oogen van een
dergelijke vechtpartij in Limburg bij de
Duitsche grens. Ook toen haddtn eenige
lieden vaa over de grens het op een
marechaussée gemunt; ook toen concen
treerde het gevecht zich om het
bezit van den karabijn; ook toen werd de
ongelukkige erg toegetakeld.
Een Duitscher, die er bij stond en die
niet wist, dat de Nederlandsche politie heeft
te zorgen, dat hare vuurwapenen niet in
verkeerde handen komen (de rest komt er
minder op aank, liet zich zeer naief den
uitroep ontvallen: ï-Mein Gott, dürfen die
Gendarme in Holland denn nicht schiessen
Als de marcchaussé het niet te volhandig
had gehad, zou hij wellicht geantwoord
hebben »Neen, vriend, wij krijgen kara
bijnen en revolvers, niet om ons zelf te
verdedigen, maar om ze te verdedigen; wij
mogen ze alleen gébruiken, als wij halfdood
geslagen zijn, en als wij dan het ongeluk
hebben een van onze aanvallers te raken,
dan schreeuwt men *moord« en loopen
wij gevaar den dienst uitgezet te worden.*
Met zulke instructies tracht de Neder
landsche Overheid door hare dienaren de
orde te doen handhaven. Intusschen stelt
zij de kranige leden van een uitstekend
politie-corps bloot aan ergerlijke mishande
lingen en geeft aan het gepeupel een vrij
brief, om, mits in voldoend aantal op
tredende, den baas te spelen.
Wij zien misschien verkeerd, wanneer wij
oordeelen, dat het hoog tijd is, dat aan de
politie de vrijheid worde geschonken zich
behoorlijk van hare wapenen te bedienen.
Zoo niet dan gelooven wij, dat van Rijks
wege zorg gedragen behoort te worden, dat
steeds een voldoend getal kruiwagens gereed
sta tot vervoer van beklagenswaardige
slachtoffers* van het optreden der rustbe
waarders, opdat niet, gelijk te Ossendrecht,
een ingezetene zich den zijnen zie wegge
haald.
Wie weet, of er anders niet, behalve om
het bezit van, een revolver, ook om dat
van een kruiwagen wordt gestreden!
(Ned. btemmen.)
De verhouding in de Provinciale Staten
der onderscheidene provinciën was en is.
Voor de verkiezing had
Friesland 27 Lib. 3 Soc. 2o Rechts.
Groningen 42
Ovevijsel 24 t
Gelderland 22
Utrecht 14 t
N.-Holland 56
Z.-Holland 36
Zeeland 15
1 2
1 i> 22
40
28
1 Soc. 2o
46
27
236 Lib. 6 Soc. 205 Rechts.
Na de verkiezing heeft
Friesland 22 Lib. 8 Soc. 2o Rechts.
Groningen 38 u 4 3
Overijsel 2o
Gelderland 23
Utrecht 12
N.-Holland 50
Z.-Holland 31
Zeeland 16
2 d 25
39
1 Soc. 29
4 23
5i
26
20Lib. 19 Soc. 216 Rechts.
Uit deze opgave blijkt, dat de liberalen
van allerlei pluimage door geheel het land
zijn achteruit gegaan van 236 op 202, dus
verlies .34.
Wijzen deze cijfers niet op de profetie,
dat eenmaal de worsteling der geesten over
heel het terrein van het leven zal gaan
tusschen Socialisme en Christendom
Socialistische winst.
Het Liberalisme brokkelt af.
En het Socialisme wint, is de droevige
waarheid, die wij er in een adem naast
moeten stellen.
Ziehier een staatje, dat de vooruitgang
der socialisten aanwijst.
Zij hadden vóór de jongste stembus
in Friesland 3 zetels, thans 8
Groningen 1 zetel 2> 4
Overijssel 1 z >2
z Utrecht o z z 1
N.-Holland 1 z 4
Nog al een kolossaal versch'l
Voor de slembus hadden de socialisten
in de Staten-Provinciaal 6 zetels, thans,
na de stembus 19, zegge negentien
leden.
Zeker, een belangrijk teeken des tijds
Een teeken, dat iets te denken geeft.
Het doet ons onwillekeurig deuken aan
het bekende trapje van Mr. Groen van
Prinsterer
Oud-Liberaal,
Unie Liberaal,
Vrijzinnig-Democraat,
Sociaal- Democraat.
Or aafschapper.
Sommelsdijk.* Bij de op Donderdag
gehouden stemming voor twee leden van
den Gemeenteraad zijn uitgebracht 340
stemmen, van onwaarde 6. Daarvan ver
kregen de Heeren
M. Born (aftr.) 203 stemmen.
K. de Graaff (aftr.) 141
J. Joppe Cz, 86
Dr. Knöps 201
Zoodat gekozen zijn de Heeren Born en
Knöps, beiden antir.
Aanstaande Zondag 7 Juli zal, het
precies een Eeuw geleden zijn dat de
Ned. Herv. Kerk, na den tweeden brand,
voor den dienst werd ingewijd door Ds.
Joh. Monlijn met eene predikatie over 1
Koningen 8 vers 29.
Nadat de kerk en toren ten tweeden male
was afgebrand predikte Ds. Montijn een
kleine tijd in de School en daarna in de
Mennonietenkerk, thans een pakhuis in da
W est-Krakeelstraat.
Van der Waal en Ver voorn, Geschie
denis van Flakkee, zeggen hiervan
»De Mennonietenkerk had vóór 1799
>een beter aanzien dan in dit jaar. Van
»binnen was zij »redelijk fraai, ruim en
>lugtig.< De gemeente was maar klein,
»had zelfs geen leeraar, maar stond onder
herderlijk toezicht van den Predikant te
»Middelharnis, waar ook nog een gebouw,
>een schuur thans, staat, die den naam
>van Mennistenkerk draagt. Om het Som-
»melsdijksche kerkje wat te verbeteren,
»brachten de leden der Herv. gemeente
zf aooo bijeen. Maar zegt Ds. Montijn
»Nadat ik omtrent twee jaren in een oud
>Mennonietenkerkje gepredikt had, waarin
»sommigen tien guldens in het jaar voor
»eene zitplaats gaven, eene beroeping naar
»Arnemuiden had ontvangen, vreesden velen,
»dat ik zou vertrekken, omdat er middelen
ontbraken ter herbouwing van de (afge
brande) kerk.
»Eenigen in de gemeente tiokken dit
»zich zeer sterk aan, en verzochten door
»den kerkeraad aan de Heeren kerkmeesters,
»dat er middelen ter herbouwing van de
»kerk zouden beproefd worden.
>Kerkmeesters toonden zich daartoe ge-
»negen, en besloten eene rentelooze in-
»schrijving, of liever vrijwillige gift, bij
»gesloten biljetten, te verzoeken, en mij,
»om de gemeente daartoe op te wekken.
»Ik voldeed gaarne aan dat verzoek, en
>koos den tekst, uit het 2de Hoofdstuk van
»het boek van Nehemia Toen aeide ik
ztot hen: Gijlieden ziet de ellende, waarin
zwij zijn, dat Jeruzalem woest is, en hare
zpoorten met vuur verbrand zijnkomt
zen laat ons Jeruzalems muur opbouwen,
zopdat wij niet meer eene versmaadheid
zzijnJ'
»Deze preek had dit gevolg, dat eene
»geopende inschrijving de belangrijke som
»van f 14000 opbracht, eene opoffering,
»die Sommelsdijk altijd tot eer verstrekken
»zal.
>Om dit kapitaal te vermeerderen, werden
»de zitplaatsen vooruit verkocht, en de huur
hén jaar vooruit betaald, wat de som van
*f 14000 tot f 20000 deed aangroeien.
»Nu begon men met ijver aan den herbouw
>der kerk, en op den 7den Juli 1807 werd
»zij plechtig ingewijd door den genoemden
»leeraar. Zijne tekstwoorden waren, aan
de voorzijde van het portaal nog duidelijk
zichtbaar, nl.1 Kon. 8 29.*
4 Juli. Door G. Snoep alhier werd
met de vischsloep van stuurman W. van
den Hoek uit Middelharnis een postduif
medegegeven, die om halt twaalf in volle
zee werd losgelaten en haltvier met een
briefje alhier arriveerde.
Als een bewijs met hoeveel vuur
er alhier gestemd is, diene dat, naar men
ons mededeelt, de 84-jarige oude heer B.
door 2 personen op en af de trap van
het gemeentehuis werd gedragen om zijn
kiezersplicht te vervullen.
In den nacht van Maandag op Dinsdagjl,
zijn bij den landbouwer G. van Es alhier
25 kuikens gestolen. De koopman H. N.
van Nieuwe Tonge, die den vorigen dag
deze ku.kens had willen koopen werd als
vermoedelijke dader daarvoor aangewezen
en op telegrafich verzoek van den Burge
meester alhier, door de gemeentepolitie te
Rotterdam aangehouden. Bij aankomst te
Rotterdam van onzen Gemeenteveldwachter
en den bestolenen werd de man wegens
gebrek aan bewijs op vrije voeten gesteld.
Het woonhuis en cafe met vergunning
van den heer N. Heintjes, staande aan den
Oostdijk alhier, hetgeen verleden week
Donderdag door den heer J. Born van
Middelharnis is ingezet voor de som van
f 2625, is voor dat bedrag aangeloopen.
Bij Kon. Besluit is met ingang van
1 5 dezer benoemd tot kantonrechter-plaats-
vervanger in het kanton Sommelsdijk de
heer D. Veenman, ontvanger der registratie
en domeinen alhier.
Middelharnis. De uitslag van de op
3 Juli j.l. gehouden Gemeenteraadverkie
zing is als volgt: uitgebracht 450 stemmen;
van onwaarde 10, Daarvan verkregen de
heeren
Bom (aftr.) 241 stemmen.
Kardux (aftr.) 200
Kolff (aftr.) 253
Sloot 206
Struik 195
Vink 157
Zoodat gekozen zijn de heeren Born en
Kolff en herstemming moet plaats hebben
tusschen de heeren Kardux en Sloot,