Advertentiën.
M. VAN DER STAD,
SOMMELSDIJK.
Naaimachines
Reeds lang, voor dat al deze ziekten
uitgebroken zijn, is de man gewoonlijk
ongeschikt voor zijn beroep en een
lastpost geworden voor zijn gezin
zoowel als voor de maatschappij. Maar
ook zonder dit, wanneer deze zeer
ernstige gevolgen uitblijven, is de
alcoholist in vele opzichten een min
derwaardige geworden.
Voor Hof en Huis.
Buitenland.
fieincn^ü Nieuws.
Handel in Naaimachines,
Levert met succes voor- en dchter-
uitwerkende
voor den spotprijs van ÜO gulden
met 5 jaar schriftelijke garantie.
Reparatie spoedig en billijk.
Oude Machines worden te-
gen hoogen prijs ingeruild
OP IIKX UIPRIJK.
Voor een van de districten van Amster
dam district VIII heeft in de
Staten zitting prof. Fabius, die ditmaal
aan de beurt van aftreding was. Toen in
onze antirev, kiesvereeniging de candidaten
besproken werden, was er een der onzen,
die in overweging gaf, den hoogleeraar
niet opnieuw te candideeren, tenminste,
niet in dit arbeiders-district.
Nu is het waar, al is 't jammerdat men
soms zijn meest eminente mannen, het
minst gemakkelijk een plaats in Kamer,
Raad of Staten kan bezorgen. Juist wij,
die boven de gewone middenmaat uitkomen,
staan daardoor het meest bloot aan de
pijlen van den vijand, zoodat men 't met
hén soms verliezen zou, waar er met een
plaatselijke grootheid, een »getapt« man
in 't district, winst te behalen zoude zijn.
Hoe verdrietig dat ook is, men moest
er mee rekenen
Toch zat er iu Amsterdam wat anders
achter.
Het wat Mr, De Vries, de voorzitter,
zei en uit 'tgeen Ds. Sikkel er in zijn
blad over schreef, blijkt, dat deze tegen
stander van de candidatuur-Fabius hem
liefst zou zieq voorbijgegaan, om daardoor
afkeuring uit te spreken, over de wijze,
waarop prof. Fabius sinds vele maanden
al over de gedwongen arbeiders-verzeke
ring schrijft.
Nu is de vraag, wien men in Amsterdam
al of niet candideeren wil, van meer huis-
houdelijken aard. Dat gaat ons »in de pro
vincie* niet aan. Maar een man als prof.
Fabius is 't gansche land door bekend en
daarom is er in 't debat over zijn candi-
daluur iets, dat ons allen raakt.
Zooals men allicht heeft gelezen of
gehoord is prof. Fabius onvermoeid in
het bestrijden van wat hij Staats-socialisme
noemt en waarmee hij bedoelt de verze-
kerings-wetgeving tegen de gevolgen van
ziekte, ouderdom en overlijden van den
werkman.
Ook tegen de wetten, zooals dr. Kuyper
ze heeft ingediend, heeft hij zeer ernstige
bezwaren en waren ze in behandeling ge
komen, prof. F. lid der Kamer zijnde,
dan zou hij er hoogstwaarschijnlijk tegen
gestemd hebben.
Nu is het niet gewaagd, te zeggen, dat
in dezen de mearderheid onzer partij zijn
bezwaren niet deelt, Hoe groot de minder
heid is, die het min of meer met hem
eens is, kan niemand gissendaarom kan
men van meening verschillenten slotte
doet het er weinig toe, want de hoofdzaak
is niet welke volgelingen, maar welke
argumenten iemand heeft.
Dwaas echter, om niet te zeggen mis
dadig, zouden we 't achten om iemand die
als antirevolutionair zijn sporen heeft ver
diend, uit te sluiten, wijl hij op een of
ander punt niet eenstemmig denkt met de
meerderheid der partij.
Alleen als een Kamer-verkiezing beslist
zich bewoog om een kwestie als die van
de gedwongen verzekering, dan zou de
vraag in overweging kunnen komen, om
voor die keer iemand, die bekend stond
als tegenstander niet moest worden voorbij
gegaan door de voorstanders. Maar dan
ook alleen, als men vreesde, dat het worden
zou een dubbelije op z'n kant. Want indien
eenigszins mogelijk, dan moet ook een
minderheid in de gelegenheid worden ge
steld, zich te laten hooren.
Ik geloof vast, als prof. Fabius een jaar
of tien lid der Kamer was geweest en dus
minder uitsluitend in de wegen der theorie
had gewandeld, dat hij thans, voorzeker!
evenmin zijd critiek zou sparen, evengoed
zijn waarschuwende stem zou laten hooren,
maar ook meer voelen zou 't gewicht van
de argumenten zijner tegenstanders en be
proeven zou, om tot een vergelijk te komen,
waarbij zijn bezwaren zooveel mogelijk zou
den worden weggenomen.
Gaarne wil ik erkennen, dat ik van prof.
Fabius de laatste jaren veel geleerd heb.
Hij heeft me meer dan vroeger aan 't
nadenken gebracht over de wijze waarop
een goede sociale wetgeving moet worden
uitgevoerd en me klaarder dan voorheen
de gevaren doen inzien van het Staats
socialisme waartegen hij waarschuwt, al
acht ik, dat de jongste brochure van dr.
Kuyper overdrukken uit »De Standaard*
verscheiden argumenten bevat, die nog
op weerlegging wachten.
Doch meer dan eens vroeg ik me af, of
de hoogleeraar wel genoeg op de hoogte
is [van de praktijk des levens, met name
van het arbeidersleven.
Een paar voorbeelden ten bewijze.
Zoo geeft prof. Fabius ergens een be
rekening, waaruit blijkt, dat de arbeider,
wanneer hij b.v. van zijn 16e tot zijn 30e
jaar een premie betaalt aan een verzekerings
maatschappij, die niet boven zijn fïnantiëele
krachten gaat, hij zich daardoor een minstens
even hoog pensioen op 65-jarigen leeftijd
zou verzekeren, als dr. Kuyper hem op
zijn zeventigste wilde geven.
Ik heb 'teens nagerekend en het klopt.
Zelfs heb ik me boos gemaakt op d«
arbeiders, die dat zouden kunnen doen en
er toch niet voor te vinden zijn tot
ik, met schaamte, moest erkennen, dat ik er
zelf op dien leeftijd ik keu nu boven
de 30 óók niet aan gedacht heb en
dus even onverantwoordelijk heb gehandeld.
Sinds dien tijd heb ik meer dan een
arbeider aangespoord, dien weg te volgen,
doch met weinig succes, 't Is wel vernederend
voor ons, redelijke wezens, maar 't is een
waarheid, die men eiken dag bevestigd
vindt en die ik onlangs in de iV. Rott. Crt.
aldus omschreven zag: »Het staat vast,
dat zelfs in de hoogst ontwikkelde cultuur-
staten slechts weinigen moreel hoog genoeg
staan, om uit eigep beweging voorzorgen
le nemen van zoo ethischen aard, als die
waartoe da levensverzekering in staat stelt.*
Nu dénk ik er niet aan, om te zeggen:
De menschen zijn niet wijzer en ge krijgt
ze niet wijzer ook! Ik hoop tenminste mijn
kinderen alvast vroegtijdig over deze zaken
in te lichten. Ik zou het toejuichen als er
zulk een regeling getroffen kon worden,
waarbij sterke prikkels werken, om steeds
meer menschen arbeiders met name moreel
hoog genoeg* te brengen, dat ze uit eigeu
beweging, hun leven lang, voor hun ver
zekering doen, wat ze zelf kunnen
Maar de bange vraag blijft me beklem
men: Zoolang nu de groote meerderheid
moreel niet hoog genoeg staat wat
dan?
'k Heb nóg een opmerking.
Terecht merkte onlangs prof, Fabius op,
dat het geen schande is en ook geen ver
nedering, wanneer men buiten zijn schuld
arm en ellendig werd, door liefdegaven te
worden ondersteund.
Alle goederen in hemel en op aarde zijn
van mijn Vader, die in de hemelen is en
als Hij mij zoo arm maakt, dat slechts de
milde hand, die een aalmoes reikt, mij
helpen kan, dan heb ik daar Hém voor te
danken, die mij langs dézen weg mijn
nooddruft wil doen toekomen en daartoe
de harten beweegt. Naar de zijde Gods
gezien is ook die aalmoes nog een onver
diende weldaad.
Maar iets anders is het toch, dunkt me,
als ik naar de zijde der menschen kijk.
Indien ik dan b.v. mijn leven lang hard en
trouw gewerkt heb, vroeg in de kleine
kinderen zat, laat er uit kwam en ze heb
verzorgd en voortgeholpen, gelijk een goed
vader betaamt, zonder ooit iets te kunnen
oversparen en hoevele arbeiders ver-
keeren niet in dit geval heb ik dan niet
het recht, om tot de menschen te zeggen,
dat ik niet ten volle het loon gekregen heb,
dat ik als arbeider waardig was, wanneer
ik grijs en krom, een gegeven bete eten
moet? >dan is dit, dunkt me, toch wél een
oneere, niet voor wie ^bedeeld* wordt, maar
voor de maatschappij.
Zie ik geloof, dat het meer dan
totdusver ons streven zijn moet, om de
dwang verzekering binnen zoo eng mogelijke
grenzen te beperken en prof. F. verdient
onzen dank, dat hij ons op de j>verzekerings-
klippen* wijst, maar hoe men zonder dwang
den arbeider recht doen kan, is mij, het
oog op de praktijk des levens gevestigd,
nog niet duidelijk geworden,
UITKIJK.
Kanaria.
Ge»f uw kanarie een kooi van ijzerdraad, een
vierkante met een blikken schuiflade, deze vol
doet het best.
Het hoofd voedsel moet zijn zomerraapzaad, dat
een noodachtigen smaak heeft, met ala, muur,
enz. als groenvoeder en in den winter inplaats
hiervan stukjes rruohten.
Ter afwisseling, zoo nu en dan, wat kanarie
hennep- ol maanzaad en eveneens een enkele
maal een stukje hard gekookt ei Geef geen aard
appelen of brood en laat ook de suiker achterwege.
Wat fijn zout of fijne muurkalk strooien op den
bodem der kooi verdient aanbeveling.
Maak dagelijks voeder- en drinkbakja schoon,
plaats ze zóó, dat de vogel niet morsen kan. In
de winter moet het drinkwater de kamertempe
ratuur hebben.
Bij mooi zonnig weer late men de kanarie
baden, op andere dagen niet, en evenmin des
avonds. Haal het badje na het gebruik weg.
Reinig de kooi geregeld, ook de zitstokjes. Deze
moeten van zacht hout en niet dikker dan een
pink zijn.
Spreek het diertje dikwijls op vriendelijke wijze
toe I
Beschut het tegen tocht, zonnehitte en kachel-
warmte. Staat de vogel voor 't raam, zet hem
dan even weg, als ge het raam opent. Doet ge
dit niet, dan kan het beestje niet slechts ver
kouden en heesch worden, maar ook aan rheuma-
tiek in de pootjes gaan lijden.
Een goede zitstok is voor een kooivojel van
veel waarde. Zulk een stok mag niet te dun of te
glad zijn, dit vermoeit den vogel te veeleen
riet deugt dus niet, biedt geen stevigheid genoeg,
tenzij het dier zich te veel inspant. Is het riet
stokje dun en ruw, dan is het afvliegen moeilijk
en blijft de vogel soms hangen. Het moet ruw
zijn en tevens een behoorlijke dikte hebben, zoo
dat de nagels der teenen niet verder reiken dan
aan den onderkant van het stokje.
FRANKRIJK
De kamer is Maandag klaar gekomen
met de algeineene beschouwingen over
het ontwerp tot het tegengaan van de
wijnvervalsehing en houdt zich nu bezig
met de behandeling der artikelen. Gelijk
wel te verwachten viel, kon het voorstel
van Jaurés om de wijnbergen nationaal
eigendom te maken, enkel op de stemmen
van de zuivere socialisten rekenen. Het
haalde er maar 65, terwijl de meerder
heid tégen 505 bedroeg. Uit deze cjjfera
blijkt ook, dat de afgevaardigden nü in
grooten getale opkomen. De belangstelling
is wel plotseling ópgewaakt na de gewel
dige betoogingen in bet Zuiden
De minister van koophandel Doumer-
gue verklaarde Maandag nog, dat de
regeering wel aan den toestand wil te
gemoetkomen, maar dat geen betoogingen
of bedreigingen, die de eenheid des lands
in gevaar konden brengen, de algemoene
sympathie hunnen verwerven. De minis
ter van landbouw Ruau voegde hieraan
toe, dat, naar hij hoopt, het ontwerp dit
jaar vog vóór den wijnoogst zal kunnen
worden afgekondigd. Het verbiedt alle
bewerkingen om de geaardheid van den
wijn to wijzigen, zijn hoeveelheid te
vermeerderen uf gebreken te verbergen,
kortom alles wat als vorvalsching is te
beschouwen.
Het voorbeeld van Montpellier, Nar-
bonne enz. is reed3 gevolgd door de ge
meenteraden van Aniane, Puissegnier,
Aigues-Vives, Clapper, Montoulier en
Poujol. Vóór zij aftraden, hadden deze
Raden besloten geen belasting te betalen.
Te Moatagnac, waar een soortgelijk
besluit genomen was, werden de afgetre
den raadsleden door de saamgaloopen
bevolking met geestdrift toegejuicht. Men
riep „Leve de staking! Weg met de
belasting
Te Montpellier is het na de afkondi
ging van hef aftreden des Raads tot
ernstige ongeregeldheden gekomen. Op
het oogenblik dat een der socialistische
raadsleden een toespraak, tot de menigte
hield om het aftreden te verklaren, trok
een troep betoogers langs den politiepost
onder het geroep van „aftreden I" Een
jongen liep met een bord, waarop o. a.
geschreven stond „Weg met de knoeiers!"
en aan de aohterzjjde „Allen naar Parijs
leve de revolutie!" Toen de politie dit
bord wilde afnemen, onts'ond er een
kloppartij, waarbij een agent gewond
werd de gendarmerie werd toen te hulp
geroepen en dreef de menigte uiteen,
maar op tal van punten werden de ruiten
ingeworpen, terwijl met glazeD naar de
marechaus39üs werd gegooid.
Een officier werd ernstig aan hst hoofd
en de borst gewond naar het hospitaal
gebracht, terwijl ook tal van agenten eu
paarden gewond werden, 's Avonds tegen
11 uur rukte een escadron bereden jagers
uit, weldra gevolgd door een compagaie
infanterie die de pleinen eu straten
schoonveegde, raaarde vluchtende menigte
ging nog steeds voort met het ingooien
van ruiten en het werpen met glazen en
karaffen uit de koffiehuizen naar de gen
darmes.
Te Narbonne hebben Zondag da in de
kazernes geconsigneerde soldaten gehoor
zaamheid geweigerd door op den muur
te klimmen en de treinen met reizigers
toe te juichen. Toon een sergeant een
hunner eraf trok, ontstond er een vecht
partij, waarbij met steenen werd gegooid
en de onderoffioierskamer werd vernield.
Da vermauingen der officieren werden
beantwoord met de „Internationale"; de
soldaten verklaarden niet te zullen ge
hoorzamen, wanneea hun bevolen werd
tegen hun bloedverwanten en vrienden
op te treden.
Eerst na onderhandelingen, die een
uur duurden, gelakte het den kolonel
de mannen over te halen, hun kwartie
ren op te zoeken.
De minister van Justitie heeft den
minister van Oorlog kennis gegeven, een
mededeeling te hebben ontvangen, vol
gens welke sinds eenigen tijd binnen de
kazernes anti-militaristische propaganda
gevoerd wordt, vooral door briefjes met
oproerige opschriften, die worden rond
gedeeld. De minister van Oorlog heeft
daarop aan alle korpscommandanten ge
last een nauwkeurig onderzoek in te
stellen, en vooral uit te makon of sol
daten hebben deelgenomen aan zulk doen.
Het comité te Argeliers heeft, inge
volge de opdracht der meeting van
Montpellier, een nota opgesteld, waarin
herinnerd wordt (Jat de weigering om
belastingen te betalen en het aftreden
der gemeenteraden moet plaats hebben
vóór 12 Juni te middernacht. Het ge
meentelijk bestuur zal echter alleen
„stop zetten" wat betreft de betrekkingen
der gemeente met het-centraal gezag.
De commissiëa van beheer, benoemd door
de prefecturen, zullen, voor zoover uit
ambtenaren saimgesteld, haar werkzaam
heden voortzetten, ook wat betreft den
burgerljjken stand.
Te Narbonne heeft de beruchte bur
gemeester Perroal, nadat het stadsbestuur
in zijn geheel was afgetreden, een toe
spraak van de stoep van het stadhuis
gehouden. „Daar men ons zoo behandelt,"
zeide hij, „moeten wij van woordeu tot
daden overgaan. Gisteren hebben Albert
en ik de staking der gemeenteraden
afgekondigd en de stad Narbonne heeft
de groote eer genoten, uitgekozen te
worden om aan de gemeenten van de
vier verbonden departementen het ver
wachte sein te geven. Onze macht komt
van u. Wij geven haar u terug, wij
verbreken de banden dia ons aan het
centrale gezag verbinden, en wij zullen
hier niet terugkomen dan nadat wij
voldoening hebben verkregen en op bevel
van het volk."
Toen de burgemeester uitgesproken
had, daalde do driekleur langzaam en
werd aan den stok een groote wimpel
van rouwkrip gehangen. De menigte
juichte als razend
De regeering staat voor een zeer moei
lijken toestand. Met geweld zal ze tegen
het rebelleerende Zuiden wel niet aan
stonds willen en kunnen beginnen. Maar
wat moet zo dan doen Een toestand
van anarchie ginds laten geworden
Als men nu maar hopen mocht dat
ze over genoegzaam boleid beschikte,
om mot zichten dwang alles weer te
brengen binnen de pidea van orde en
wetMaar het verleden der Clémenceau's
doet eer vreazen, dat ze daarin te kort
zuilen schieten. Enkel in zijn anii-cieri-
cale exploited wi3 dit ministerie groot.
ENGELAND.
Maandag is de tekst bekend gemaakt
van het Koninklijk besluit, waarbij aan
de Oranje-Rivier-Kolonie, den voorma-
iigen Vrjjstaat, een grondwet wordt ge
schonken.
Da cons itutie komt overeen met de
Transvaalsche, behalve dat het Hooger-
huis van do Oranje-Rivier Kolonie zal
bestaan uit elf door de regeering te be
noemen leden, het Lagerhuis uit 38
leden, die rechtstreeks door de kiesge
rechtigden zullen worden gekozen. Alle
meerderjarige, mannelijke burgers heb
ben stemrecht.
Wat betreft het gebruik der beide
volkstalen, de bezoldiging der parlements
leden, het verbod van heerendiensten
enz. worden de daarop betrekking heb
bende artikelen der Transvaalsche grond
wet ook in die van de Oranje-Rivier-
Kolonie gevolgd. Voor de indeeling der
districten is de volkstelling van 1904 tot
grondslag genomen
Uit het Koninklijk besluit blijkt nog,
dat dit den 7en dezer door den Minis
ter van Koloniën, lord Elgin, is toege
zonden aan den hoogen commissaris,
lord Selborne, met een begeleidende
boodschap van den Koning aan het
volk van de O. R. K., over te brengen
door den luitenant-gouverneur van de
Oranje-Rivier-kolonie, Goold Adams.
In die boodschap spreekt de voist
zijn vertrouwen uit, dat de burgers der
Oranje-Rivier-kolonie onder de nieuwe
grondwet in toenemende mate hun vroe-
geren voerspoed en tevredenheid zullen
mogen genieten
Het ongeluk te Goor.
Omtrent het vreeselijk ongeluk te Goor
meldt de //Zw. Gt.it nader
De vrouw van den seinwachter Weinber-
gen, die met dezen bewakingspost belast is,
ontwaarde dat bet kind van haar schoon
dochter tusschen de rails liep en wilde dit
terugtrekken, met het gevolg dat ze door den
trein overreden werden, het kind op de plaats
dood bleef cn zij spoedig overleed.
Iu een vlek in Spanje, Colmenar de Ureja
genaamd, hebben een vader en een mosder hun
zoontje van vijf jaar op de gruwelijkste wijze
vermoord. Hierna hebben de monster» hot kind
in een zak gestopt en het nnar een Boort van
spelonk in den omtrek van het dorp gebracht.
Na afloop van dit bloedig karwei hebbon ze
de vermetolheid gehad het verdwijnen van hun
kind bij de overheid aan te geven; De politie
deed alle moeite om het kind op te -poren,
maar natuurlijk tevergeefs. Eindelijk vond de
vader het en droeg het met voortreffeljjk nage
bootste onsteltenis in zijne armen naar het
stadhuis. Daar hot echtpaar niet heel gunstig
bekend stond, begon de publieke opinio zioh al
heel gauw tegen heiden te keeren. Ze werden
gevangen genomen en ia staat van besohuldiging
gesteld. Hoewel ze veinsden doodonschuldig te
zijn, kwam de justitie spoedig achter de waar
heid. Ze vermoedden blijkbaar niet dat er dag
en naoht luistervinken in de nnbfjheid hunner
cellen waren. In elk geval, zij begingen de
domheid zich meer dan eens te laten betrappen
op fluisterende gesprekken, welke zij door de
tralies hunner met eenige tnsschenruimte naast
elkaar geplaatste vensters voerden.
En zoo kwam het dan dat de geheeletoedraoht
der zaak haarfijn bekend werd eu het eind zal
dan ook wel zijn dat de vader gewurgd wordt,
terwijl de moeder er stellig niet lichter dan
met levenslange gevangenisstraf af zal komen.
De trein uit Sebastopol, waarin grootvorst
Constantijn Oonstantinowitoh, een aohterneef vau
deu Czaar en hevolhebber van het Prebrojenski
regiment der garde, gezeten was, is Zaterdag
tweo uren te laat te Moskou aangekomen. Enkele
minuten voor de aankomst van dien trein had
een onbekende een locomotief hem tegemoet
laten loopen om eene botsing te veroorzaken,
maar gelukkig werd de toeleg bemerkt en kon
de onbeheerde maohine tot staan worden gebraoht,
terwijl do trein uit Sebastopol gewaarschuwd
werd en kon stoppen totdat de lijn weer vrij
was. Voorafgegaan door een losce looomotief
zette de trein daarna de reis voort. Blijkens het
ingestelde onderzoek zou de sohnldige een ont
slagen spoorwegbeambte zijn, die zioh op de
maatsohappij wilde wreken, maar hoegenaamd
niets tegeu den Grootvorst in liet sohild voerde.
Een reusaohtige afstand te paard maakte
de Hongaarsche luitenant Krauser. Hjj reed in
14 dagen iijds van Rome naar Buda-pest J.l.
Vrjjdag kwam de ruiter te Rome aan, na 14
dagen aohter elkander „in 't zadel" gezeten te
hebben. Hij was er zelfs 10 uur binnen don
bepaalden tijd, zoodat hij de woddensohap won
en daarmede 25 duizend gulden 1
Aan den grond.
De //Tel.// meldt:
Door den lagen waterstand geraakte Hr.
Ms. opleidingsschip //Polux// Donderdagavond
voor de reede van Hoorn vast. Door de
krachtige hulp van de Hoornsche ooot gelukte
het evenwel, bet schip weer vlot te krijgen.
Hr. Ms. rammonitor vHeiligerlee, die bij
Urk vastgeloopen was, is Vrijdagnamiddag
omstreeks twee uur door eigen middelen vlot
gekomen, door bet op.oopen v n bet water
en nadat trossen met ankers zijn nitgeoracht
kunnen worden.
Brand.
Men meldt uit Haarlem aan de //N. R. Crt.
Vrijdagavond te 8 uur brak een uitslaande
brand uit in het perceel Groote Houtstraat
74, waar de firma Bak en Zonen een maga
zijn heeft van huishoudelijke artikelen, bedden
enz. De brand ontstond op de bewoonde ver
dieping, doordat een jongen door onvoorzich
tigheid kapok deed in aanraking komen met
een gasvlam.
Het duurde een minuut of tien voor de
brandweer er was, doch toen ging het zoo
goed op blusschen af, dat het gevaar zelfs lij
de bovenverdieping bepaald bleef.
Maar de waterschade aan de beddenmaga
zijnen is zeer belangrijk.
Alles is verzekerd te Zutphen.
Door den brand was het verkeer in den
hoofdverkeersweg een paar uur belemmerd.
De trams konden niet doorrijden.
Tan de autoriteiten waren er: de waarne
mende burgemeester, de wethouder vanP.W.
en raadsleden.
Talrijk publiek |werd door de politie op
eerbiedigen afstand gehouden.
Het eerste slachtoffer.
Bij het baden in een kavelsloot is Dins
dag de 14-jarige zoon van A. Bakker te
Nes in een kleiput geraakt en verdronken.
Door een dogcart gedood.
Te Hillegom kwam Maandag een meisje
van 8 jaar onder een dogcart. Het was dade
lijk dood.
Ill een put gevallen.
Dinsdag had de arbeider D. werkzaam bij
den bouw van het kazernement te Ede, het
ongeluk in een ca. 4 meter diepen put te
vallen en een been te breken. Na door den
in de kazerne aanwezigen officier van ge
zondheid te. zijn verbonden, is hij per brand-
card naar zijne woning gebracht.
Ontsnapt en weer gevat.
Men meldt uit H erlen aan de//N. R. Ct
Door de marechaussee alhier werd Zaterdag
aangehouden zekere K. D., wiens uitlevering
door de Duitsche justitie was verzocht. In
het daartoe bestemde lokaal opgesloten wist
hij echter des nachts daaruit te ontkomen,
door de ijzeren traliën boven de deur weg
te breken. Een 10-tal marechaussees trokken
aanstonds op jacht en wisten, na groote in
spanning den inbreker, die in Duitschland
zal terecht moeten staan als inbreker, Zon
dagavond 7 uur opnieuw te arresteeren.
Vrij ernstige ontploffing.
Dinsdagmorgen had op de bovenverdiep'ng
van een perceel in de Vrouwensteeg te Leiden
een vrij ernstige ontploffing plaats.
I11 di, perceel wordt door de zoons van
den heer K. de bovenverdieping gebruikt
voor het vervaardigen van vuurwerk.
Een der zoons ^as daar Dinsdag met zijn
arbeid bezig.
Terwijl hij zich even naar beneden begaf,
werd er een geduchte knal gehoord de rui
ten sprongen en vielen rinkelend op straat
de ramen braken en de pannen werden voor
het meerendeel van het dek geslagen.
Van de oorzaak is niets bekend. Vermoe
delijk heeft eenige ontplofbare stof, hoe dan
ook, vuur gevat.
De schade is niet onaanzienlijk en zal al
licht t 400 bedragen niets was verzekerd.
Jeugdige zwervers.
Dinsdagnacht werden in de Noord-Mo
lenstraat te Rotterdam zwervende aange
troffen twee jongens van 12 en 13 jaar.
Zij waren Zaterdagavond de ouderlijke
woning te Alfen a. d. Rijn ontloopen,
terwijl een huuner f 34 van zijn vader
had meegenomen.
Zij hadden met dat geld een uitstapje
gemaakt naar Bergen op Zoom en naar
Antwerpen, van waar zij Dinsdagavond
naar Rotterdam waren gereisd. Zij hadden
nog f 13 van het geld over.
Door tusschenkomst der politie zijn ze
naar de ouderlijke woning teruggebracht.
Een kwade hond.
Toen Zaterdag de 13-jarige Willem Smits
over het erf bij zijne woning te Sliedrecht
liep, werd hij aangevallen door een grooten
hond, die daar door een koopman uit Wijn
gaarden vastgelegd was.
Niettegenstaande de hond van een leeren
muilkorf was voorzien, drongen zijn tanden
door tot in de armen en in den rug van den
jongen, die door het valsche dier op den grond
geworpen was.
't Is dezelfde hond, die voor eenigen tijd
de wed B., zijn vroegere eigenares, stukken
vleesch uit de armen scheurde, tengevolge
waarvan deze zich enkele maanden onder
heelkundige behandeling moest stellen. Met
ontzetting vraagt men zich af, wat de gevolgen
zouden geweest zijn, indien de hond eens niet
van een muilkorf was voorzien geweest.
//(Dordr. Ct.)//
Het echte vuur.
Men schrijft ons uit Zeist
Dinsdag liep hier een kiezer met een
stemkaart voor de Prov. Staten rond, aan
ieder vragende waar het stembureau was.
Eindelijk werd de man aan het verstand
gebracht dat hij 2 dagen te vroeg was.