EERSTE BLAD.
Zaterdag 25 Mei 1907.
22sle Jaargang N°. 1244
Orgaan
Antirevolutionair
voor de %uidhollandseiie en üfiremtiche Eilanden.
RECHTS.
IN HOC SIGN O VINCES
T. BOEKHOVEN.
Deze Courant verschijnt eiken Woensdag en Zaterdag.
Abonnementsprijs per drie maanden franco per post 50 Cent.
Buitenland bij vooruitbetaling f 4,50 per jaar.
Afzonderlijke nummers 5 Cent.
Advertentiën 10 cent per regel en 3/t maal. Reclames 20 per regel.
Boekaankondiging 5 Cent per regel en 4/3 maal.
Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaap.
Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10 uur.
Alle si ukken voor de Itedactie bestemd, Advertesitiën en verdere Administratie franco toe te «enden aan den Uitgever.
ij die zich nu abonneeren, ont
vangen de nog in deze maand
verschijnende nummers gra
tis.
De Staten verkiezing-
nadert.
Waarom willen de Liberalen de
Eerste Kamer omzetten?
Omdat ze Conservatief is of heet?
Maar hoe dwaas dan, dat de Oud-
Liberalen oftewel Conservatieve Libe
ralen daar dan ook aan meedoen.
Zoo onnoozel zijn toch de kiezers
niet, ol ze gevoelen wel, dat de zoo
genaamde »Democratie« of het Con
servatisme daar niet achter kan zitten
want nog eens: dan moesten de Oud-
Liberalen ons helpen in het bestendigen
dier Kamer, en ze helpen eigen
partij genooten. Waarom willen de
Liberalen de Eerste Kamer dan om
zetter»?
Om onze jonge mannen af te helpen
van de corveeën en wachtdiensten
Maar hoe dom toch van Minister
Staal, dat hij in 1906 het blijvend
fedeelte der onbereden wapens op
100 hield, waarop zijn voorganger
Bergansius het had gezet; toen voelde
hij voor de jonge mannen en hun
corveeën niets geen sympathie; toen
voerde hij allerlei gronden aan, waarom
het blijvend gedeelte blijven moest,
indien niet eerst andere maatregelen
waren genomen; toen werd met 73
legen 7 stemmen verworpen in de
2e Kamer het voorstel van Ter Laan
•op art. 22 om voor het blijvend ge-
•deelte 100000 gulden minder uit te
•trekken. Alleen de Socialisten stemden
voor; maar niet ééne Democraat van
Links stemde tegen. De 100000 gld
moesten op de begrooting blijven voor
't blijvend gedeelte.
En tegen de Begrooting, waarin dit
blijvend gedeelte dus behouden was,
stemden slechts een 11 tal Vrijzinnig
Democraten en Unieliberalen.
Zooveel liefde voelden dus de Demo
craten niet voor de jonge mannen,
want dan hadden ze er in 1906 heel
wat krachtiger tegen moeten opkomen.
En onder 't Kabinet Kuyper hebben
»de Democraten over dat blijvend ge
deelte zelden een mond opengedaan.
Die liefde voor de jonge mannen is
wel plotseling gekomen. Waarschijn
lijk zaten de Statenverkiezingen den
heeren dwars in de maag. Nu hebben
ze weer als in 1905 een leus.
Ze weten wel, dat, al wordt de
.Eerste Kamer Links, het blijvend ge
deelte zijn oplossing toch niet vindt,
omdat een Linksche Eerste Kamer
door Links gekozen nogtal van Linksche
Z<eden telt die conservatief zullen zijn
en tegen geheele wegzending van
't blijvend gedeelte zullen wezen. De
oplossing van het vraagstuk: »'tBlij
vend gedeelte afgeschaft® komt er
door de idberalen in de le Kamer
nooit, want ze zijn onderling te ver
deeld op dit punt.
Waarom willen de Liberalen de
Eerste Kamer dan omzetten?
Om de Ziekteverzekering in veilige
haven te brengen Maar met die ver
zekering komt dit Kabinet niet klaar
En als ze klaar komt, stemt Rechts
•beslist voor. Waarom? omdat deze wet
dezelfde is, als die van 't vorige Kabinet,
't Is de wet Kuyper, met een paar
veranderingetjes. Waarom wou Rechts
tegen stemmen? Die wet is altijd best
ontvangen door Rechts en ze wordt
door Rechts met groot genoegen aan
genomen.
Waarom willen de Liberalen de
Eerste Kamer dan omzetten?
Om de Grondwetsherziening tegen
te houden? Maar die komt niet voor
1913 in de Eerste Kamer. Welke dwaas
is er, die gelooft, dat ze door dit
Kabinet wordt teneinde gebracht?
Die heeft toch ook een al te blijden
kijk op de actie van dit Kabinet en
den snellen loop van 't parlementair
raderwerk?
Over de Grondwetsherziening moet
niemand zich maar ongerust maken:
daar zullen we nog wel eens over
praten, eer 't zoo na istot 1913 be
hoeft men zich niet zenuwachtig te
maken over het Conservatisme van de
eene of andere Kamer of groep in de
Kamer.
Waarom willen de Liberalen de
Eerste Kamer dan omzetten?
Omdat dit Kabinet, van Rechts last
hebben kan, wordt gezegd! Ah zoo,
daar komt de aap uit den mouw, dus
de Eerste Kamer zou maar moeten
slikken, wat dit Kabinet voorzetP Een
prachtige Eerste Kamer!
Als ze daarom Links moet worden,
zou ze toch ook een figurant zijn? En
dan mag ze niet Links worden; want
een Eerste Kamer, die maar ja en
amen zegt op alles wat een Liberaal
Kabinet gelieft te zeggen en te doen,
kunnen we heusch niet gebruiken.
We weten uit de historie, uit den
Schoolstrijd, wat Liberaal beteekent.
En we weten ook, wat toen een Eerste
Kamer durfde aan te nemen en te
slikken, en wat ze durfde te weigeren.
Neen, als dat de toeleg is, om een
Eerste Kamer te kunnen krijgen, die
maar alles goedkeurt wat een Liberaal
Kabinet haar voorzet, dan mag dat
een Kamer zijn naar 't hart der Libe
ralen, maar naar ons hart is ze niet.
Schaf ze dan maar liever af en behoud
alleen de Tweede Kamer, dat spaart
nog tijd en centen.
De Liberalen moesten niet aan de
groote klok hangen, wat eigenlijk de
oorzaak is, waarom zij willen afschaffen
de Eerste Kamer. Nu weet iedere
kiezer het. Ze willen een Linksche
Eerste Kamer, die als makke schapen
alles goed keuren, wat de negen her
ders in de Tweede Kamer voorzetten.
Zoo schadelijk kan het voor onze be
ginselen, voor Kerk en School, Land
en Volk niet zijn, ot de Eerste Kamer
moet 't hoofd buigen.
Goed hooren is alles begrijpen!
Kiest daarom
Schrale troost.
Het lijvig Voorloopig Verslag over
de Belastingplannen van dit Kabinet
hebben we natuurlijk gelezen met de
belangstelling, die 't onderwerp eischt
èn met 't oog op de lasten, die op de
schouders gelegd worden èn met 't
oog op de argumenten, die voor en
tegen die plannen werden gebruikt.
'tïs een stuk, dat nog al raak is
en we zullen hier en daar wat uit
nemen, dat ons 't belangrijkste dunkt.
Is belastingverhooging noodig? [En
velen antwoordden, neen Op dezen
grond: De belastingverhooging steunt
op deze twee gronden, ie opdehoo-
gere uitgaven ingevolge de lager-011-
derwijsnovelle, geraamd voor 1907
op twee en een half millioen en 2e
op de vermoedelijke kosten van de
maatregelen op het gebied der sociale
wetgeving. De eerste der gronden is
al weggevallen, omdat uit de thans
bekende opbrengst der belastingen
over 1906 gerust mag worden afge
leid dat in 1907 de gewone middelen
voldoende zullen zijn om daaruit ook
de meerdere uitgaven voor het lager
onderwijs ten volle te bestrijden. Dat
ook de Regeering die meening deelt,
blijkt wel ten duidelijkste uit het feit,
dat zij vrijheid heeft gevonden het
wetsontwerp tot heffing ook in't dienst
jaar 1907/08 van 10 opcenten op de
vermogens- en bedrijfsbelasting in te
trekken. Aangezien die meerdere uit
gaven voor 't lager onderwijs ongeveer
overeen komen met de jaarlijksche
bare, welke de Minister verwacht van
de door hem voorgestelde inkomsten
belasting, is, meende men, elke goede
grond voor die belasting vervallen.
Wat de tweede grond betreft: de
kosten voor de sociale wetten eene
belastingheffing werd voorbarig geacht
en niet in overeenstemming met den
te verwachten loop der parlementaire
werkzaamheden.
Het scheen hun een open vraag,
oi de ziekteverzekering nog wel onder
't huidige Kabinet zal tot stand komen,
en mocht dit al 't geval zijn, dan zou
de stand van 's Rijks finantiën geen
aanleiding geven om voor de uit dien
maatregel naar 's Ministers raming
voortvloeiende uitgaven, ten bedrage
van 1 mill. 100,000 gld versterking
van middelen te zoeken. Het gewone
in de laatste jaren waar te nemen
accres in de middelen scheen tot dek
king ook van deze uitgave voldoende.
Dat het ontwerp ouderdomsverzekering
nog in dit tijdperk van wetgeving zou
kunnen worden afgedaan, werd bij
tragen gang der parlementaire werk
zaamheden, vrijwel onmogelijk ge
maakt. Te minder kans scheen daarop
te bestaan, nu 't Kabinet, door her
ziening van de Grondwet in zijn program
op te nemen, het vierde en een groot
deel van het derde jaar van dit tijd
perk voor de sociale wetgeving als
't ware gesloten heeft. Het ging,
meenden de leden hier aan 't woord,
niet aan, thans voorstellen tot belas
tingverhooging aan te nemen, uit
sluitend ter bestrijding van kosten,
wélke zouden voortvloeien uit maat
regelen, waarvan het zeer onzeker is,
of zij wel ooit in den geest van het
zittend Kabinet zullen tot stand komen
en waarvan in elk geval het tijdstip van
invoering eerst in een onzeker en tamelijk
ver verwijderde toekomst kan liggen
Wat donkere teekening over de
toekomst, zal de lezer zeggen en door
niemand der 100 leden weersproken, voe
gen we er bij
Schrale troost, die den arbeiders
geboden wordt, meenen we.
Geen verzekering dan in tamelijk
ver verwijderde toekomst
Was 'tRechtsche Kabinet van 1901
maar aangeblevendan zou er wat
beters gedaan zijn
Is dat te ritmen f
Alweer putten we uit 't Voorloopig
Verslag over de Belasting-ontwerpen.
Sommigen stelden deze vraagIs
deze belastinghervorming met haar
verzwaring van indirecte belastingen,
voor de helft der gezamenlijke inkom
sten, wel in overeenstemming met de
leuzen, waaronder van de zijde der
tegenstanders van 't vorige Kabinet
de verkiezingsstrijd in 1905 is aange
bonden. Zij herinnerden er aan, dat
destijds de Minister Harte vanTecklen-
burg de bitterste verwijten te hooren
kreeg wegens zijn voorstel om een
zwaarderen last van nauwelijks 4 hon
derd duizend te leggen op tabakalleen
van de directe belastingen, heette het
toen, mocht versterking van de midde
len komen.
Niettemin wordt thans verhooging van
velschillende indirecte belastingen voorge
steld wenscht de Minister een bedrag
van niet minder dan 2 millioen uit de
tabak te verkrijgen en wordt een dusge
naamde technische tariefsherziening voor
gesteld, welke 500 duizend gulden in
de schatkist moet brengen.
Is de tengevolge van een en ander
te verwachten prijsverhooging van de
tabak en van verschillende andere arti
kelen te rijmen met hetgeen in 1905
aan de Kiezers werd voorgespiegeld
Het scheen moeilijk deze vraag
bevestigend te beantwoorden.
't Was eene leuze, en eene onware
leuze, die men aanhief
't Finantieel beleid der Liberale
Regeeringen; hun finantieel stelsel rust
voor een zeer groot deel op indirecte
belastingen, denkt maar aan de accijn-
sen. Die aecijnsen zijn hun kurk en
zullen 't nog wel jaren blijven. Een
invoerrecht is een indirecte belasting
maar door dit Kabinet worden ze ver
hoogd. Het zegelrecht is een indirecte
belastingmaar wordt door dit Kabinet
verhoogd.
Waarom niet de directe belastingen
verhoogd, als men zijn tegenstander
bestrijdt onder de leuze Weg met de
indirecte belastingen.
Wij zijn persoonlijk een voorstan
der van indirecte belastingen, op dezen
grond voornamelijk, dat zeongevoeld
met kleine beetjes betaald worden en
die eisch van gemakkelijke betaling
is een hoofdeisch in elk belastingstel
sel practisch is hij in elk geval.
Daarmee verdedigen we de aecijnsen
nog niet, omdat een matig Invoerrecht
ons heel wat beter dunkt dan een
accijnsheffing om allerlei redenen.
Maar een tegenstander moet ons
geen liefde voor indirecte belastingen
in de schoenen schuiven en daarmee
den loozen kiezer van ons aftrekken,
als hij zelf zijn finantieel beleid daar
op rusten laat.
Wij zijn 't dan ook met die mannen,
bovenbedoeld, volkomen eensWat
dit Kabinet nu doet, is niet te rijmen
met de leuzen van 1905.
OP DEX UITKIJK.
UJTGEYER
SOMMELSMMJH
Telefoon Intercom»». So. 3.
z
Vaa de kinkhoest naar den vrijhandel
is een heele overstap.
Toch ben ik er gekomen en dat zonder
>bokkesprongen«, gewoon laDgs »lijnen
van geleidelijkheid, c
Maart en April zijn echte kinkhoest-
maanden Wel bestaat er voor deze lastige
en gevreesde kinderziekte altijd gevaar,
omdat de besmetting overbrengende
bacterieën in alle seizoenen zich voortplan
ten, maar in onzen guren lentetijd komt
daarbij, dat het- verstandsvermogen der
kinderen op z'n minst is.
Den winter hebben ze veelal achter de
kachel en in stoffige lokalen doorgebracht
en hun ademhalingsorganen snakten naar
de frissche buitenlucht, die groote schoon
maak houdtnaar lucht en licht en zon.
Ze hebben kou gevat en koorts gehad
misschien kortonl, hun lichaam is niet in
de beste positie, om een aanval van ma
zelen-, van roodvonk- of van kinkhoest-
bacterieën af te slaan. Eerst vertoont zich
een hardnekkige hoest, die al heviger wordt,
een dag of wat verkeeren de ouders tus-
schen hoop en vrees, tot er die eigen
aardige benauwdheid en dat fluitend zwie
pen van de lucht door de luchtpijp bij
komen, zoodat aan den aard der ziekte
niet meer kan getwijfeld worden.
Alle ouders weten, hoe deze hoest, al
leidt ze slechts zeer zelden tot een doode-
lijken afloop, de kinderen verzwakt en
zoowel hun als hun ouders bij dag en
nacht een ware bezoeking is.
Het middel moet nog gevonden worden.
Nu las ik onlangs, dat prof. Albrecht,
te Weenen, heeft ontdekt, hoe het één
zelfde bacil is, die zoowel de influenza als
de kinkhoest veroorzaakt.
Er is onder ons wel eens gelachen, om
de uitspraken van de wetenschap der bac
teriologie, die zich met die uiterst kleine
wezentjes bezighoudt, die in ons lichaam
dringen, zich daar vermillioenen en zoo
allerlei ziekten veroorzaken.
Toch is het zeer verkeerd.
Als men ooit een duidelijk bewijs wil
hebben, dat God, de Schepper, groot is,
dan moet men dat juist zoeken in die
wereld van het kleine.En we mogen
Hem wel hartelijk dankeu voor alle nieuwe
ontdekkingen, die in deze wereld worden
gedaan. Juist doordat we die vijanden van
ons menschelijk leven beter leeren kennen
zullen we ze ook beter leeren bestrijden.
Van Weenen nu kom ik op Assen.
Dr, f. Damsté aldaar schrijft in De
Geneesk. Courantdat hij met groote be
langstelling de vinding van prof. Albrecht
heeft vernomen, maar dat hij reeds ge-
ruimen tijd vele kinkhoest-patientjes net
precies als lijders aan influenza heeft be
handeld. Hij kwam daartoe door de ervaring,
dat als een gezin bij ouderen influenza
heerschte, deze bij jongeren vaak gevolgd
werd door kinkhoest. Hij gat daarom »je«
influenza-middel (r gr. calicylus natricus
pl.m. y4 gr. anti-pyrine per dag) en zegt
dan »steeds heb ik hierbij voorbeeldig
succes gehad.Binnen een week zag hij
de heftigste verschijnselen bedaren.
Let er nu op, dat dr. Damsté aldus
handelde, zónder iets te weten van de
toekomstige ontdekking van prof. Albrecht.
De ondervinding, was zijn leermeesteres
en toen het bleek, dat zijn middel goed
werkte, bleef hij 't toepassen het
verder aan de geleerden overlatende, om
er naar te vorschen, waarom het goed
werkte.
Hij dacht er zelfs niet aan, dit on
wetenschappelijk* te noemen.
Daarom durf ik nu ook over de brug
te komen. Ik heb zelf tweemaal twee kin
deren gehad, die hevig door de kinkhoest
waren aangetast en heb, juist als dr. Damsté,
binnen een week de heftigste verschijnselen
zien bedaren,* door aanwending van Tar
tar D 3.
Een homoeopatisch middel Ja. Nu wil ik
eerlijk bekennen, geen fanatiek homoeopaalh
te zijn, maar toch, moest een mijner kin
deren kinkhoest krijgen, ik zou of men
't gelooven wil of niet hetzelfde middel
aanwenden.
Ik doe dus net als dr. Damsté.
Wat de ondervinding mij leerde, verwerp
ik niet. Wel heeft dr. D. tallooze gevallen
kunnen nagaan en ik maar vier en ik stem
toe, dat dit verschil uitmaakt. Maar de
handelwijze blijft dezelfdeomdat een
middel in de practijk deugdelijk gebleken
is, wend ik het aan.
Heb ik op 't oogenblik geen theorie bij
de hand, waarmee ik die practijk verklaren
kan, dan is dat voor mij geen reden, om
met de toepassing te wachten, tot de theorie
gevonden is.