IS.
voor de ZiidholSaodieiie en SKeenwsch© Eilanden,
onze EERSTE BLAD,
s
I
1
1
i
I
1
1
Zaterdag 21 October 1906,
31ste Jaargang K*. 1184,
>en.
or den
An tirevo hi li onair
id der
Heer
mg,
rzittcr.
aris.
IN HOC SIGN O VINCES
Alle snakken voor de itedaclie bestemd,-Atlverïeiitl^ra eis verdere Ada«aBBiIstralie traiseo toe ie aeasdegs nmi 'ilegn ajdffever.
18de LIJST
Leiders
Be. ftliddeisslassd roer»
zlcli.
W IIESÏ SUIT 14 IJ M,
BuitenBami.
11
■M
r
Deze Courant verschijnt eiken Woensdag en Zaterdag.
Abonnementsprijs per drie maanden franco per post 50 Cent.
Buitenland bij vooruitbetaling f 4,50 per jaar.
Afzonderlijke nummers 5 Cent.
UITGEVER
T. BOEKHOVEN.
toOMMBÏijSBèMJ H
Telcüoon InfercoKins. No.
Advertentiën 10 cent per regel en 3/2 maal. Reclames 20 per regel.
Boekaankondiging 5 Cent per regel en V3 maal«
Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing,
f Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan.
Advertentiën worden ingewacht tot Dingdag- en Vrijdagmorgen 10 mir.
Rossing
E
TEz
1 Wiele
Klooster
"ende Kz
h d Chr Sch
3mp
hort
iet
igd Pz
Dz
nbroek Cz
broek Wz
iroek Kz
broek Cz
■ok.
van de 28ste Jaar-Collecte voor de
Scholen met den Bijbel.
Transport
Onstwedcler-Mussel
Berlikum (Fr.) met Anjum
en Wier
Schoonebeek (0. en N.)
Balkbrug (Avereerst)
Heemse met Collendoorn,
Reeze en Diffelen
Hengelo (O.) met Wooldaen
Oela
Lemele metLemelerveld (G.K.l
Nijverdal met Hellendoorn c.a.
Ambt-Vollenliove II iHeetveld)
Harderwijk met Hierden.Ton-
sel en Frankrijk
Beverwijk met Heemskerker-
dam, Wijk aan Zee, Assum,
Castricum,Uitgeest en Noot
dorp
Enkhuizen met Bovencarspel
Opperdoes
Spaarndam
Midsland op Terschelling
Winkel met Kolhorn
Bergambacht met Bergstoep,
Zuidbroek en Berkenwoude
Maasland
Naaldwijk met Honselersdijk.
Ouddorp
Schoonhoven met Willige-Lau-
gerak
Waddingsveen met Zuid-Gou-
wekade en Kruisweg
Oostburg met Zuidzande
Vrouwepolder
Sprang met Besoyen en Waal
wijk (G. K.)
f
60.103.22|
20.—
226.55
152.70
45.75
117.30
118.10
4.244
165.
75.59
137.48
102.101
254.80
7.—
5.50
9.66
8.60
157.S0
331.75
246.24è
275.—
143.85
163.50
91.021
17.53
7.051
Totaal van 450 Locale Comilés t 62.987.36
Waar niets staat aangegeven is de collecte
aan de huizen gehouden.
Behalve de Uniecollecte groot f 165 is te
Nijverdal nog f 1850 verzameld voor den bouw
van 2 nieuwe schoollokalen.
Behalve de Uniecollecte wordt te Opperdoes
wekelijks ern schoolcollecte gehouden, die
plm. t 350 per jaar opbrengt.
Denk aan de nagiften s.v.p. Op de 20e lijst
worden zij vermeld.
R. DERKSEN,
Secretaris der Unie.
Te Hekelingen nam de Socialistische
afdeeling aldaar een motie aan, die
ze tevens te Abbenbroek op de fede
ratievergadering neerlegde en waar
ze met groote meerderheid werd aan
genomen, een motie, een scherpe
afkeuring bevattend over de dwars
drijverij van Loopuit, Wijn hoop en
gezellen.
Besloten werd de volgende vragen
te publiceeren
Wordt 't niet hoog tijddat de
partij haar actie voortzet zonder der
gelijke zoogenaamde leiders.
Moeten deze zich op hun staat van
dienst beroepende ruziezoekers in de
partij, ons, arbeiders opvoeden en
klaarmaken voor bet leven in den
Sociaal-democr. toekomststaat
Die vrage zijn ad-rem, van pas.
Het gekibbel in de Socialistische
partij is voor ieder warm Socialist
onduldbaar en wij begrijpen, dat men
te Hekelingen eens zijn hart luchlen
wou.
Is het niet mr. Troelstra tegen Van
der Goes, dan is het Wijnhoop tegen
Hugenholz; is het niet Loopuit tegen
't Patijbestuur, dan is't Vliegen tegen
Mevr. Roland Holst.
Een fraai denkbeeld over dat door
de federatie genoemde «leven in den
Sociaal-Dem toekomststa'at« geeft dat
gekibbel echter niet.
Als nu reeds over vaak onbenullige
zaken, waarin niemand belang stelt
dan die Socialist is, een heeten strijd
kan gevoerd worden, wat moet het
dan wel worden als de »groote« be
ginselen moeten toegepast worden,
waarover ook thans reeds geen een
stemmigheid bestaat, waarbij zelfs de
leiders nog niet in 't volle licht wan
delen 1
Een partij, wier leiders onophou
delijk op voet van oorlog staan met
elkander wier leiders steeds wroeten
in 't leven van anderen, zal aan de
arbeiders niet geven het verlangde
leven in dien toekomststaat.
Leiders heeten die voorgangers
maar die veel te weinig zelfverloo
chening bezitten om eigen, ideeën wat
achteraf te houden, opdat 't Partij
leven niet geschaad worde.
En in den Soc. Dem. Toekomst
staat zal dat ook zoo zijn: de strijd
tegen de burgeoisie zal dan uit zijn,
maar de onderlinge strijd zal dan in
vlammen uitbreken nu is er nog een
vijand, dien men gezamenlijk tege
moet trektT kapitaalmaar dan is
die vijand er niet meer en wordt het
een strijd van Socialisten onderling,-
hoe men de zegeningen der Groote
kladderadatscli het best zai genieten.
Dan zal men nog iets anders zien en
hooren dan 't gekibbel der leiders 1
Heusch die toekomst lacht ons niet
toe.
Er is een tijd geweest, dat de Mid
denstanders, en we bedoelen hier meer
in 't bijzonder, den Handeldrijvende»
Middenstand steen en been klaagde
over hun bestaan, 't Was maar las
ten opbrengen, werd gezegd, en een
zware concurentie voeren tegen de
Warenhuizen, die bijna niet vol te
houden was 't crediet was niet groot
genoeg, sommige wetten des Lands
werkten zelfs den Middenstand tegen
enz. enz. in één woorder was ma
laise.
Van andere zijde is toen gezegd
Klaag niet langer, maar sla de hand
aan den ploegzoek actie toon, dat
ge er zijt en dat men U niet onver
dedigbaar in een hoekje zet,
Wilt gij geholpen worden door
den wetgeverhelp dan eerst U zelf
En de Middenstand is ontwaakt.
Twee flinke congressen zijn ge
houden het eerste te Amsterdam,
het tweede te Rotterdam en daar zijn
de bezwaren van en grieven tegen
den Middenstand flink besproken en
in lijvige rapporten neergelegd.
Nog duurt die actie voort, die niet
anders dan tot heil van den Midden
stand strekken kan.
Naar De Winkelier verneemt, zal
de Commissie van voorbereiding in
zake de Middenstandstentoonstelling
in 1908 te Amsterdam te houden, op
Vrijdag den 26 October door den
Bondsvoorzitter, den heer Meeuwsen,
geïnstalleerd worden.
Een achttal plannen kwam reeds
bij een der Commissieleden in. Eenige
van die plannen zijn geheel uitge
werkt, met opgave van kosten voor
aanleg van gebouwen, parken enz.
enz En vele bewijzen van instem
ming zijn reeds ontvangen zoowel
van winkeliers als van voorstanders
en begunstigers van den Handeldoen-
den Middenstand.
Zoo gaat het dus in orde.
In den strijd om 't bestaan, baat
klagen nietalarmeeren is noudzake
lijk en
daden, die
komen.
niet terugschrikken voor flinke
't doel kunnen doen nader
Wijlen prins Hohenlohe, Duitschland's
derde kanselier, behoorde tot degenen, die
nog spreken nadat zij gestorven zijn. Menig
een, die den buigzamen hoveling, den glad
den diplomaat bij zijn leven gekend heeft,
zal bij 't lezen zijner Memorie gezegd heb
ben Wie had dat achter dien man gezocht P
Wie had kunnen denken, als hij zoo losweg
babbelde met grooten en minderen of met
verschuldigden eerbied luisterde naar de
meeningen van zijn eigen en van vreemde
monarchen, dat zijn herinnering dan de klan
ken als een gevoelig gemaakte plaat zou
^enzet, dat het in
en snuffelen kan
algemeen wordt
opnemen, om ze in een familie-fonograaf
na zijn dood uit te zeggen.
Algemeen wordt de onbesuisdheid van
den jongen Hohenlohe, die voor het groote
publiek de deuren wijd o
de schuilkameren gluren
van zijns vaders hart
ze afgekeurd.
Ik zal de verdediging van den onbedacht
zame, die bereids uit zijn staatsambt getreden
is, niet op mij nemen. Er moge durven
opivchihi id zijn in deze handelwijze, die
iu.< Is achterhouden wil de voorzichtigheid
der slang wordt te eenenmale gemist. Prins
Hohenlohe Jr. naar onze manier van spreken
weet niet wat hij zeggen of zwijgen moet.
Zulke personen stuurt men bij een vertrou
welijk gesprek de kamer uit en daarom is
't mij een raadsel, dat de oude prins juist
den jongsten zijner zonen de beschikking
over deze nalatenschap gaf.
Toch is er in die verontwaardiging een
element van valsch allooi.
Ongetwijfeld heeft menig hooggeplaatst
persoon, ziende wat Hohenlohe hem laat
zeggen, toornig de vuist saamgeknepen, dat
nu de hetle wereld weet, hoe hij zich toen
en toen .over dien vorst en dezen gezant,
heeft uilgelaten. Menig ander, die een min
vleiend oordeel over zichzelf vindt vermeld,
zal 't bloed naar 't gelaat geschoten zijn.
Heel wat ergernissen ziju uit deze bladen
de wereld ingegaan.
De jonge pi ins had dit nu niet moeten
doen. De Memorie's zijns vaders behooren
tot de geschiedenis en hadden dan pas
mogen verschijnen, als zij, die daarin bespro
ken staan, gelijk de oude Bismarck historische
personen zijn geworden. Behoedzaam geschift
en gelouterd, had er nu reeds een interessant
boek van gemaakt kunnen zijn, zonder dat
de nog levenden pijnlijk werden gekwetst.
Maar zij, die toch betreuren dat de oude
prins zijn herinneringen in dezen vorm te
boek steldegaan veel te ver. Daarvoor
hem niet genoeg danken hij
kunnen we
gaf een kostbare bijdrage tot de kennis van
zijn tijd.
Zulke dagelijksche aanteekeningen van
mannen, die met de staatslieden van hun
tijd gemeenzamen omgang hadden, zijn goud
waard.
Eenige jaren geleden werden door de
goede zorgen van het Historisch Genoot
schap dergelijke aanteekeningen uitgegeven
van zekeren baron Hardenbroek, die in den
tijd van Willem V leefde. Voor wie wat
thuis is in dien tijd is menige roman min
der boeiend dan het dagverhaal van een
man, die u rondleidt met het stadhouderlijk
hof
en u mee in 't vertrouwen neemt,
waar de zaken van Staat besproken worden
onder de hooge schouw van der regenten
huizingen. Zulke 2>I-Ierinneringen<z, vooral
waar ze in den vorm van een dagboek
werden bijgehouden, ziju een kostelijk hulp
middel, om personen en tijden te leeren
kennen.
Er moeten in de boekerijen onzer aan
zienlijke familien nog tal van ïrandschriften
schuilen, met name uit de 18e eeuw, die
ze uit valsche schaamte niet door den druk
publiek willen maken.
Vele aanzienlijke namen toch, die men
thans in stads- en staatsbestuur telkens terug
vindt, werden in de 18e eeuw gedragen
door de voormannen der aristocratie, tegen
standers van het Oranjehuis, zoodat hun
woorden en daden, in dagboeken en gedenk
schriften opgeteekend, overvloeien van bit
teren haat tegen Willem V en de partij,
die zich naar hem noemde.
Maar dat alles is historie geen levend
wezen zal meer schuin worden aangekekeu
voor wat zijn betovergrootvader in dien tijd
misdeed in 1813 heeft de Prinses-
weduwe een Doende Is en Kraaijenhof al in
gehoor ontvangen, zou men dan in 19 r 3
haatdragender zijn
Ik wil toegeven, dat men ook bij het
maken van dagelijksche aanteekeningen de
te gauwe pen controleeren moet. Maar
tevens wil ik beweren, dat de man die
waarlijk groot is, die bovendien waarlijk
God vreest en deze vreeze Gods dagelijks
in praktijk brengt, niet bang behoeft te
zijn voor de Camera, waarmee hij op het
onvoorziens wordt gekiekt, om voor het
nageslacht bewaard tê blijven.
Wie in des Heeren Wet zijn dagelijksche
vermakingen vindt, heeft ook door genade
geleerd, zijn tong een breidel aan te leggen
en zijn driften te beheerschen, ook hij zal
zich dagelijks moeten verootmoedigen over
zondeD, door woord en daad bedreven, maar
het volledige beeld zijns levens door den
trouwen kroniekschrijver neergepend, zal
zijnen God niet tot een oneer zijn.
Het intiem gesprek, wie zou het ontken
nen, behoeft niet dadelijk naar buiten uitge
dragen. In elk geval dient het tijdens het
leven der betrokken personen als privaat
bezit te worden geëerbiedigd. Maar het dient
zóó te worden gevoerd, dat het later, als
elke prikkelende bijsmaak door verjaring
haar kracht verloor, gerust mag worden
openbaar gemaakt. N
En daar mankeert veel aan.
Ook onder, wie zich christenen noemen.
Ze houden het negende gebod, naar de
verklaring van den Heidelberger, in hooge
eere, telkens wanneer hun woord uitgaat
in 't publiek. Maar in het intiem gesprek,
onder 't zegel der geheimhouding, »onder
de roos,« zoo in de gezelligheid van het
theeuurtje of bij een fijne sigaar en een
schuimend glas, dan laat men soms zijn
fantasie en zijn rappe tong vrij spel, om te
knagen aan zijns naasten eer en goeden
naam.
Ik geloof, dat de omgang ook onder ons,
veel hartelijker zijn zou, als die geheime
en geheimzinnige praatjes sonder ons,<t zoo
weinig mogelijk over personen liepen. Voor
de broederlijke en zusterlijke liefde
zijn ze zoo vaak, wat de nachtvorst voor
het herfstgroen is
Niet het minst ons, Nederlanders, zit de
zucht in 't bloed, om langs de kronkel
paadjes van vele onder-onsjes ons doel te
bereiken. Met zijn woorden zuinig in het
publiek, kwistig in allerlei apartjes
zoo komt men er.
Voor de publieke zaak is dit al 't ergste,
dat men denken kan
Zoo brachten de 18-eeuwsche regenten
hun naam en ambt in oneere, door in hun
»tractaten van coirespondentie« het systeem
van geheime afspraakjes tot een stelsel van
regeering te maken.
Groen van Prinsterer woest daar niets
van hebben. Hij was gewoon te zeggen,
niet wat hem voor den mond kwam, maar
wel wat hij op het hart had. En dat sprak
hij uit, met wat Thorbecke zijn ^terrible vrij
moedigheid-!: noemde, zich ook over perso
nen uitlatende met groote openhartigheid.
Hij kon dit geheimzinnige »onder-onsje
spelen-s: niet hebben, In tijden van verkie
zingen en -staatkundige beroeringen mocht
ieder hem gerust schrijven, wat hij dacht,
maar hij moest niet vergen, dat Groen het
»geheim« zou houden. Dan wierp hij het
advies liever in de prullemand. Groen nam
het recht, wat men hem schreef, ook publiek
te maken, altoos echter, als de schrijver nog
leefde, desverlangd zijn naam verzwijgende.
Ook omgekeerd mocht men met hem even
zoo handelen.
Maar ik ben dan ook overtuigd, als er
ooit nog >Brieven,« »Memories« enz. van
hem publiek komen, dat we hem niet anders
zullen leeren kennen, dan hij reeds uit zijn
redevoeringen en geschriften gekend wordt.
Zoo hoort het ook. In het huisvertrek
behoeven we niet het deftige gala te dragen,
dat bij een openbare plechtigheid past
en zijn een luister jasje en pantoffels geoor
loofd. Maar we dienen ook daar voegzaam
gekleed te zijn.
Desgelijks past in het vertrouwelijk gesprek
ook een luchtiger toon dan in de officieele
toespraak. Maar waarheid en bedachtzaam
heid dienen ook daar de uitspraak der lippen
te beheerschen.
UITKIJK.
ENGELAND.
Gisteren is voor de herfstzitting het
Lagerhuis weer bijeengekomen, en de eerste
vergadering heeft al dadelijk veel van zich
doen spreken. Niet door wat in de zit
tingszaal onder de geachte afgevaardigden
verhandeld werd, maar door hetgeen
voorviel in de groote hal, grenzende aan
de koffiekamer van het Parlement. Een
aantal vrouwen, »beschaafde dames«, heeft
daar ten behoeve harer »rechten« zoo druk
gemanitesteerd, dat de politie er aan te
pas moest komen en zelfs geweld gebruiken
moest.
Het veertigtal dames was tegen het bevel
van den speaker naar binnen geslopen en
beproefde dadelijk allerlei »aanslagen« op
de leden, om ze te overtuigen van de
klem harer eischen. Toen de heeren on
gevoelig bleken, begonnen zij vervaarlijk
te schreeuwen »Wij eischen stemrecht
Wij zijn slavinnen Wij tarten uw gevan
genissen
Daarop volgde een meeting in de hal,
waarbij eenige harer, druk gesticuleerende,
toespraken hielden van de banken langs
den muur.
De gewone politie kon haar niet tot
stilte krijgenen zoo werden een groot
aantal agenten op de manifesteerende
afgezonden om haar te verwijderenmaar
de dames, geen katjes om zonder hand
schoenen aan te pakken, verweerden zich
als razenden en scheurden de kleeren der
politieagenten
Mevrouw Montefiore o a. weerstond met
een dozijn vrouwen geruimen tijd een groot
aantal agenten.
Ongeveer een dozijn aanvoersters van de
worstelende dames-bent werden gearres
teerd. maar onder borgtocht weer vrijge
laten. Ook een bejaarde zuster van den
bekenden generaal Etensch behoorde tot
de betoogsters.
Het geval is vermakelijk en heeft na
tuurlijk geen politieke beteekenis. 't Toont
alleen, dat dames uit beschaafde kringen
allesbehalve beschaafd kunnen optreden,
wanneer ze voor de wrochten der vrouw-s:
gaan manifesteeren. En aan de zaak die
ze voorstaan, doet zulke razernij zeker
geen goed.
DUITSCULAND.
Gelijk we reeds in ons vorige nummer met
een enkel woord meldde van de brutale diefstal
te Köpenick, meldt' men de geheele toedracht
die zich aldus voordeed.
De gewaande kapitein moet een man tusschen
de 45 en 50 jaar zijn geweest, van lange gestalte,
eenigszins gebogen houding, met diep liggende
oogen en grijzen knevel. Zijn uniform was die
van kapitein van het 1ste regiment grenadiers
der garde te voet; hij "droeg een sjerp om de
heupen en had de gewone officierspet op. In
zijne manieren was hij zoo zeker en beslist, dat.
Ii
i
li I
A
I
!.i
i,
m
I
i'
f
cüwvuxcr
L/t!
ueooraeeuug de,- a,u,vw,,le„ ryKwea [tcofa