oor de Kuldbollandsebr en ZeeHWiclie Eilanden,
21st® Jaargang TTT 1181.
Antirevolutionair
Orgaan
f slemdesa (yd.
Woensdag T October 1906.
IN HOC SIGN O VINCES
0. WARNAER,
C. WARMEE.
W AIIN A EII
O. WARNAER.
Deze Courant verschijnt eiken Woensdag en Zaterdag.
Abonnemeutsprys per drie maanden franco per post 50 Cent-
Buitenland bij vooruitbetaling f 4,50 per jaar.
HzöïMlerlijke nummers 5 Cent.
HITGEVER
T. BOEKHOVEN.
SOMJK S3MIH JH
Teletoon Intercemin. So. 2.
AdvertentïëB 10 cent per regel en 3/2 maai. Reclames 20 per regel,
j Boekaankondiging 5 Cent per regel en V3 maal.
i| öiengtaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing.
I Groote letters en vignetten worden berekend naar da plaatsruimte dia zij beslaan.
I Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10 uur.
t
He fcSsifefeeig voor\«pe MedacSie toestemd, AdverienUftn en verdere Administratie fragaes) toe te zenden aagg den fljaiyever.
Iseeft zljss be-
De oorzaak van den nieuwen strijd,
waarvoor we staan is een droeve, en
niemand duide 't ons euvel, dat we,
als nog hoorend de weeklanken van
den klokketoren, die den zoo trouwen
grijsaard RüüDZANT opriep tot de
rust, die er overblijft voor 't volk Gods,
een oogenblik stilstaan en in 't ver
leden blikken, hoe hij de hitte des
daags en de koude van den politieken
nacht verduurd heeftgestreden en
steeds geleden heeft bij 't aanschouwen
van teleurstellingen in 't partijleven
zoo na dien, dan na genen slag, dien
we verloren door ontrouw van den
een, door lakschheid van den ander,
door laster en leugen der vijanden.
fiij is heengegaan in hoogen ouder
dom als een vaandeldrager, meer nog,
als een overste der garde, die op hem
zag met gepaste jalousie, dat in het
ingezonken lichaam nog zooveel levens
vuur gloren kon, levensvuur om op
alle terrein des levens zijn God te
belijden zij 't ook in menscheiijke on
volmaaktheid.
Dat afsterven van den heer ROOD-
ZANT noopt tot nieuwen strijd.
Want alles heeft zijn bestemden tijd
op aarde.
Voorzeker is de taak moeilijk voor
zijn plaatsvervanger
Zulk een moet aangegord zijn met
een vast beginselmeer nog, bezield
met liefde om dat beginsel in te dragen
in 't leven; in te dragen in 't College,
dat hem als lid zal opnemenmeer nog,
bedeeld met de voorzichtigheid der
slangen en de oprechtheid der duiven
om steeds en ten allen tijde vrucht
te kunnen oogsten voor dat beleden
beginselmeer nog hij moet hebben
een ruimen blik om niet maar zijn
partij te dienen, maar te dienen al
de belangen van een district om te
dienen mede- en tegenstanders, opdat
er niet geklaagd worde over misken
ning, terzijstelling, verwaarloozing van
goede bedoelingen, en voornemensen
plannen, al komen ze zelfs van een
niet altijd eerlijken vijand.
Zulk een plaatsvervanger moet in
zicht hebben in de belangen van het
Eiland in de eischen van 't leven der
landbouwershij moet daarin geleefd
hebben en steeds leven.
Hoe gelukkig is dan in dat opzicht
de keuze der Antirev. Kiesvereni
gingen geweest.
Want zonder ook maar iets af te
dingen op de meerdere of mindere
bekwaamheden derliberalecandidaten,
durven we toch te verzekeren, dat
onze candidaat, de heer
een uitnemend plaatvervanger zal zijn
van het helaas, nog te vroeg gestor
ven Statenlid.
En dit is 't edele.
De heer Warnaer heeft zich niet
opgedrongenwe hebben hem allen,
overtuigd, dat hij onze man was, naar
voren gehaald.
Hij heeft de candidatuur niet gezocht;
maar hij ontving ze, omdat hij ze in
aller oog 't best kon vervullen,
Liever had hij zich terug-en schuil
gehouden, en dat eert hem maar de
antirev kiezers meenden, dat hij juist
ln t vol'e daglicht komen moest
vv el nu dan 1 de strijd om den Staten
zetel is geopend.
En met alle vrijmoedigheid hevelen
we aan, aan heel 't kiezerscorps op
Flakkee, den heer
v Een man in polderzaken geen
vreemde vast in zijn beginselen
met ruimen blik om geen partij
oogmerken na te jagen, waar alleen
't Algemeen Belang beslissen en den
doorslag geven moet.
Een kloeke voorvechter voor de
Antirev. beginselen en jegens zijn hit-
tersten vijand, zoover als de eischen
der samenleving daartoe verplichten,
verdraagzaam.
Een antirevolutionair van ongerepte
reputatie
Kiezersoverweegt uw stem op
Donderdag *25 October zeer wel en
brengt ze uit op onzen candidaat
1!
®n&e Candidaat WAR-
H'AEii.
Hoewel de heer Warnaer door 't
heele eiland zeer wel wordt gekend,
willen we toch iets voor den een ol
anderen minkundigen lezer over hem
meedeelen.
De heer Warnaer is geboren Flak-
keeërDirkslander geboren op 19
Juni '67 hij is dus Jeen man in de
kracht zijner jaren, die zijn gaven
in de Prov. Staten, als hij gekozen
en steeds herkozen wordt, een lange
rij van jaren ten nutte van 't Alge
meen, ten nutte onzer beginselen be
steden kan altijd snaar den mensch
gesprokene:.
En niet alleen besteden kan, maar
ook wil.
Die 't zich voorgenomen heeft om
zijn volle politieke werkkracht te
besteden aan al de belangrijke vraag
stukken, die in de Staten mochten
aanhangig gemaakt.
De heer Warnaer kent Flakkee
van Oost tot West door eigen onder
zoek, door overal betoonde belang
stelling en door zijn familierelaties,
die hij zoo in 't Westen als in 't
Oosten heeft.
De heer Warnaer is geen Dijkgraaf,
noch zit in eenig polderbestuur, want
elke uitnoodiging, die tot hem geko
men is en ze zijn tot hem meermalen
gericht om plaats te willen innemen
in zulk een college, heeft hij van de
hand gewezen.
Waarom? Omdezelfde reden, waar
om hij nu nog in al te groote mate
van bescheidenheid, zich voor Candi
daat wilde onthouden.
Redenen van gansch persoonlijken
aard waren oorzaak, dat hij in geen
Polderbestuur zit, maar daarom
is hij de zaken wel machtig, geheel
machtig, als de beste Voorzitter en
de actiefste Dijkgraaf.
We zouden ze trouwens niet graag
den kost willen geven, de vele dege
lijke mannen op Flakkee, die zelfs
*-ooit in een Vereeniging zitting willen
ebben, maar wier invloed toch wel
an beteekenis is
De heer Warnaer is Wethouder
der Gemeente Dirksland; bekleedt
voorts eenige functies van onder
geschikt belang. Heeft dus reeds
daarin het bewijs ontvangen der
Dirkslandsche kiezers van zijn be
langstelling in en medewerking tot
hun stoffelijke belangen.
Dat hij de belangen der Chr. School
met ijver dient, ieder weet het.
Dat hij zijn functie als Wethouder
met eere vervult, ieder kan 't getui
gen, die in Dirksland woont.
En juist, al die functies, met groo-
tere en kleinere verantwoordelijkheid
juist die zorgzame vervulling' ervan,
die toewijding eraanzij staat ons
waarborg, dat ook de Statenarbeid
door hem met ernst, met toewijding,
onverdeelde belangstelling zal worden
verricht.
En hoe ongaarne we ook over de
Kerk spreken, we zouden onvolledig
zijn indien wij bij de bespreking van
zijn persoon; we zouden velen kiezers
een ongewilden wrevel berokkenen,
indien we ook niet vermelden, dat de
heer Warnaer is Kerkvoogd der Ned.
Herv. Kerk te Dirksland; Voorzitter
van het Kerkelijk Kiescollege en Ge
machtigde.
Maar welke is de politieke belijde
nis van onzen Candidaat
Onnoozele vraag, zegt ge 't Is zoo.
Toch geven we antwoord.
Hij is antirevolutionair!
Hij is geen Conservatief, maar
jjemand, die als de meest vurige De
ocraat de lasten des volks leggen
il, daar waar ze te dragen zijn.
Hij wil elk voorstel steunen, dat
den werkman verheft in zijn stoffe-
lijken, zedelijken en geestelijken toe
stand
Hij wil en zal nimmer een Candi
daat voor de Eerste Kamer stemmen,
die niet verklaard heeft den Midden-,
stand en de Arbeiders te beschermen
tegen elke sociale onderdrukking
niet. en nooit stemmen een Eerste
Kamer Candidaat, die de rijken zou
willen onderdrukken ton koste van de
andere standen.
Vermindering van druk op de min
dere standen do -r flinke sociale wet
geving en belasting naar draagkracht
voor allen: dat is de democratie van
onzen Candidaat
Voor hem dan ten strijde Ten
strijde voor den heer
C,
Weekblad „Vooruit."
Het Weekblad Vooruit behandelt
ook de finantieele wettenmaar de
wijze, waarop heeft wel eenige be-
ienking.
Ze zegt
Ten bewijze, dat de kleine luiden geen
j meerdere lasten te dragen krijgen, ver
gelijken we den aanslag in de bestaande
bedrijfs- en vermogensbelasting met de
nieuw voorgestelde.
En dan schrijft ze als bewijs
Inkomen uit bedrijf van f iooo is
aldus Aanslag thans f 6,50.
Aanslag ontwerp: ie klasse f 5,25
2e 5,75
3e 6,25
4e 6,75
5e s. 7,25
Maar nu vergeet ze te zeggen, dat
heel Flakkee behoort tot de 4e en de
5e klasse, en dat dus heel 't Eiland
meer moet betalen,
En de elf dorpen weer meer dan
Middelharnis en Sommelsdijk.
Ze schrijft echter, dat de 10 opcen
ten maar voor twee jaar waren dat
is een looze voorspiegeling, en meer
niet. De Inkomstenbelasting treedt
niet in werking voor 1909, en dus
duren de opcenten absoluut drie jaar,
maar, en allerlei liberale bladen ge-
looven 't met ons, dat ook daarna de
opcenten blijven zullen. En waarom
Omdat de inkomsten van den ver
minderden accijns op suiker van den
verhoogden op de jeneverllesch het
debietrecht voor tabak nog geheel in
de lucht hangen. De Minister hoopt
dit en gelooft dat; alles goed en wel;
maar met geloof, hoop en liefde houdt
de schatkist zich niet opeerst moe
ten de inkomsten vast staan, dan weet
een Minister op wat finantieelen
grondslag hij werken kan en of hij
opcenten kan afschaffen. En dat nemen
we niet één Minister kwalijk, dat hij
zoo voorzichtig is. Integendeelwe
prijzen zoo iets. Maar dan moet men
't volk ook geen onzekere voorspel
lingen doen, die verkeerd kunnen
uitkomen.
Mog' eens: Vooruit.
»Vooruit« schrijft
De dubbeltjes zullen niet komen uit
de zakken der kleine luyden, zij zullen
geen zwaarder lasten te dragen krijgen.
(De cursiveering is van "Vooruit.)
Nu hebben we in ons voorgaand
artikel aan Vooruit betoogd, en ze
wist 't wel
tlat heel Flakkee meer moet betalen
dat alle kleine luiden op ons Eiland
't slachtoffer worden der nieuwe wet.
En toch schrijft het cursiefgeen
zwaarder lasten, 't Is kras
Maar we merken nog iets op.
Vooruit schrijft
Men kan verhooging van den drank
accijns afkeuren, omdat het verkeerd
is voor versterking der finantiën te
tekenen op het alcoholgebruik, doch
men kan zoo'n belasting geen belasting
op de kleine luiden er door noemen.
Want alcohol is een schadelijk genot
middel, een weeldeartikel en geen
levensbehoefte.
Voor een groot deel kunnen we
deze woorden onderschrijven, maar
dat had Vooruit in de Junidagen van
1905 en daaraan vorige dagen ook
moeten zeggen. Dat was eerlijk ge
weest.
Doch ze deed het niet en sprak van
alcoholvergiftiging door de verhooging
van f 63 tot f 70, die Harte wilde.
En als dan toen de kleine luiden
vergiftigd werden met de slechtere
brandewijn, dan worden ze nu totaal
gedemoraliseerd door de verhooging
van f 63 op f 90.
En 't lichaam totaal verwoesten
door salpeterachtige brandewijn is
niet democratisch, niet waar 1 Da's re
volutionair op en top
Als zoodanig is deze Minister niet
op de lijn zijner beweerde beginselen.
En als Vooruit dan er bij voegt
Een hooge accijns er op is dan ook
volstrekt niet strijdig met democratische
begrippen, enz. enz.
Dan beamen we datmaar dandiene
zij zich nu evenals onder Harte te
herinneren, dat de goede democratie
waakt over de gezondheid harer belij
ders, over haar leven en lichaam en
dat dus een democratisch Minister de
roeping heeft om der gezondheids
wil den accijns maar luttel te ver-
lioogen doch niet met 40 percent. Van
waar dat afkeuren van f 7 en goedpra
ten van f27? Toen gold Vooruits de
mocrafie den gehaten heer Harte, nu
is ze wat veranderd, omdat De Mees
ters, Minister is.
Taiiii*- ess JLandiJouw.
STAND VAN DEN AARDAPPELOOGST
(in het buitenland).
Het Ministerie van Landbouw, Nijverheid en
Handel heeft hieromtrent het volgende gepubli
ceerd
Engeland. (Oogstbericht over September, ge
publiceerd door het Britsche Departement van
LandbouwDe met aardappelen bezette opper
vlakte is dit jaar in Groot-Britannië aanmerkelijk
kleiner dan die in 1905. Toen waren, bezet, ter
wijl deze oppervlakte in 1906 slechts 565,921 acres
volgens de officieele statistiek, 608,473 acres met
aardappelen bedraagt. De aardappelcultuur is dus,
in vergelijking met het vorige jaar, met 42,552
acres of met 7°/u verminderd, welke inkrimping
grootendeels wordt toegeschreven aan de lage
prijzen waarvoor de aardappelen in het vorige
jaar in Engeland verkocht moesten worden. De
binnenlandsche productie was toen zeer groot,
zooals ook kan blijken uit de cijfers van invoer.
Deze bedroeg in 1903 ruim 9 millioen Cwts, in
1904 bijna 10 millioen Cwts en in 1905 slechts
3,6 millioen Cwts, waarvan natuurlijk ook nog
een groot deel op het tekort van het vorige jaar
is te rekenen.
Over het geheel is de stand van de aardappelen
in Groot-Brittannië thans van dien aard, dat eene
opbrengst per H.A. verwacht kan worden, welke
iets beneden het gemiddelde zal blijven, en daar
waarschijnlijk ook de opbrengst in Ierland niet
hoog zal zijn is het zeer waarschijnlijk, dat
Engeland dit jaar weder belangrijke partjjen zal
moetan invoeren. Da maanden Juli en Augustus
waren in het midden en zuiden van Engeland
abnormaal droog, zoodat, evenals hier te lande,
de aardappelen te vroeg zijn afgestorven. De knol
len bleven dientengevolge klein van stuk, zoodat
de opbrengst niet meevalt. De ziekte trad op zeer
vele plaatsen in, doch werd over het geheel niet
zeer schadelijk. Het sterkst trad zij op in het
noorden van Engeland, in Schotland en in Ierland,
waar eerder te veel dan te weinig regen is ge
vallen.
De berichten uit de verschillende deelen des
lands luiden als volgt
Engeland, oostelijk gedeelte. De planten zijn over
het geheel vrij van ziekte, doch de knollen blijven
klein van stuk. De opbrengst blijft beneden het
gemiddelde.
Engeland, noord-oostelijk gedeelte. De voortdu
rende droogte en hitte benadeelden den groei der
knollen. Ziekte trad bijna algemeen op, doch ver
oorzaakte weinig schade. In Norfolk en Lincoln
is de opbrengst van gemiddelde grootte; in East
Riding zal zij daar beneden blijven.
Engeland, zuid-oostelijk gedeelte. De stand is
overal vrij goed. De oogst zal iets baven het
gemiddelde uitvallen.
jHiddeii-Engeland (oost.) De opbrengst zal het
gemiddelde niet bereiken. De knollen zijn klein,
doch van goede qualiteit.
Süidden-Engelaiid (west.) De stand laat veel te
wenschen over tengevolge van de droogte.
Engeland, zuid westelijk gedeelte. Hoewel de
droogte in ds ziekte,hier en daar de ontwikkeling
tegeuging, verwacht men een meer dan gemiddel
den oogst.
Engeland, noordelijk gedeelte. De planten zijn
vrij weelderig ontwikkeld, doch lijden aan droogte
De oogst blijft iets beneden het gemiddelde.
Engeland, noordwestelijk gedeelte. De ziekte trad
hier op uitgebreide schaal in. De opbrengst loopt
sterk uiteen.
Wales. De ziekte werd overal geconstateerd.
De stand is overigens vrij goed.
Schotland, oostelijk gedeelte. De berichten luiden
zeer verschillend. Oer het geheel verwacht men
echter dat de oogst beneden het gemiddelde zal
blijven.
Schotland, westelijk gedeelte. Ook hier loopen
de berichten zeer uiteen. De stand is echter beter
dan in het oosten van Schotland.
Omtrent den stand der aardappelen in Ierland
zal binnenkort een afzonderlijk bericht worden
gepubliceerd.
Bnitschlaiid. (Oogstbericht van den 15den
September, gepubliceerd door het „Kaiserl. Sta
tistische Ambt'' te Bei-lijn.) Evenals in Engeland
is de met aardappelen bezette oppervlakte in
Pruisen in dit jaar iets kleiner dan in het vorige.
Deze bedroeg in 1905: 2,274 000 HA. in 1906:
2,254,000 H.A. eene vermindering dus van plm.
20,000 HA. of bijna 1 pCt. Naar de berichten om
trent den stand der aardappelen te oordeelen,
zal ook de gemiddelde opbrengst per H.A. niet
onbelangrijk beneden die van het vorige jaar
blijven. De stand van de gewassen wordt in
Duitschland opgegeven in punten, waarbij de
volgende schaal als grondslag wordt genomen
1 is zeer goed2 is goed3 is gemiddeld 4 is
gering; 5 is zeer gering. Het Statist. Bureau
ontvangt berichten van een groot aantal over
het geheele Rijk verspreid wonende personen
(voor Pruisen alleen plm. 4730) en berekent uit
al deze berichten een gemiddeld cijfer voor het
geheele land. Dit bedroeg voor aardappelen:
op 15 September 1906 2,8
op 15 Augustus 1906 2,6
op 15 Sept. 1905 2,4
op 15 1904 3,4
De berichten over den stand der aardappelen
luiden over het geheel niet zeer gunstig. In vele
streken hebben de aardappelen in het begin zeer
onder te veel vocht geleden^ zoodat de ziekte
reeds vroeg is ingetreden. De latere droogte heeft
echter eene zeer sterke uitbreiding van de ziekte
tegengegaan, zoodat een oogst verwacht kan
worden, welke iets boven het gemiddelde zal
uitvallen, terwijl deze in 1905 niet onbelangrijk
hooger was, hetgeen ook blijkt uit het cijfer, dat
in September 1905 2,4 bedroeg, tegen 2.8 in dit
jaar.
Over het geheel beloven de late soorten eene
betere opbrengst dan de vroege. Van de laatste
valt het beschot algemeen tegen.
Oostenrijk. (Oogstbericht van het Ministerie
van Landbouw te Weenen van 15 September.)
Sedert het laatste bericht (van 15 Aug. 1908;ziju
de vooruitzichten van den aardappeloogst, ten
gevolge van het ongunstige weer, achteruitge
gaan. Door het droge weer is het loof te vrceg
afgestorven, zoodat de knollen klein gebleven zijn
Bovendien trad, vooral in Midden-Oostenrijk, de