voor de Sftuidhollandsclie en Sfieeuwsche Eilanden.
EERSTE BLAD.
Ji Men Liefde"
Zaterdag 30 Juni 1906.
An tir evolu tion air
&Lste Jaargang N", 1150,
Orgaan
IN HOC SIGN O VIN CE S
4lle «tukken voor de Medactie bestemd, Advertentien en verdere Administratie franco toe te Kenden aan den Uitgever.
Patroonsorganisatie.
Uandw eer en de vergoe
ding*.
Uit de Pers.
Deze Courant verschijnt eiken Woensdag en Zaterdag.
Abonnementsprijs per drie maanden franco per post 50 Cent.
Buitenland bij vooruitbetaling f 4,50 per jaar.
Afzonderlijke nummers 5 Cent.
Uï TOEVEE
T. BOEKHOVEN.
toOiHAtEBjBJ Mi
Telefoon Intercom in. lo. 2.
Advertentiën 10 cent por regel en -Vj maal. Reclames 20 per regel.
Boekaankondiging 5 Cent per regel en V3 maal-
Menstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan
1 Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10 uur.
MMELALXGHIJH
HEUICHT
We hebben bet genoegen onze
abonnès mede te deelen dat wij er in
geslaagd zijn, te bewerkstelligen, dat
wij vanaf aanstaande week en voortaan
in ons Woensdagnummer onder de
Marktberichten ook zullen opnemen de
Veemarkt, Eieren-en Botermarkt van
Dinsdagmorgen te Rotterdam
Onze lezers zullen dus Dinsdagmiddag
reeds de Markt van dienzelfden dag
onder de oogen krijgen.
We meenen hiermede zeker niet
ondienstig te zijn.
DE UITGEVER.
Op Woensdag 4 Juli as.
beginnen wij met het zeer
interressante en boeiende Feuilleton,
getiteld
door den welbekenden schrijver den
heer P. Brouwer.
We kunnen niet nalaten onze lezers
hierop te wijzen, temeer, daar wij dit
niet op de gewone wijze zullen plaat
sen, maar alléén bij ons Woensdag
nummer als Bijvoegsel zullen geven
en zóó gedrukt, dat het bewaard, later
een geheel boekdeel vormt van onge
veer 250 pagina's.
Onze abonne's, die met meer anderen
samen lezen, zouden we in overweging
geven om zich ieder afzonderlijk te
abonneeren, daar zij dan zonder geld
uit te geven in bet bezit komen van
een prachtig werk.
Keurige Stempelbanden worden
later, bij genoegzame deelneming ver
krijgbaar gesteld.
DE UITGEVER.
IV.
De organisatie in Duitschland. Voor
aan die der metaalindustrieelen.
Ze bedoelt, naar haar beweren, het
welzijn van de in de duitsche metaal
industrie werkende arbeiders voortdu
rend werkdadig te behartigen.
Welke zijn de middelen om dat
»welzijn« te bevorderen Ze zijn
a. De uitsluiting.
b. De werkstakingsverzekering.
c. De arbeidsbeurzen.
Over elk een kort woord.
Er bestaat een geheele uitsluiting
een uitsluiting volgens het a. b. c. èn
het ouderdomsstelsel.
In 1903 vonden 95 uitsluitingen
plaats, totalewaardoor 39000 arbei
ders getroffen werden. Dat dit voor
de werklieden groote schadeposten
waren, is te begrijpen, maar ze waren
het evenzeer voor de patoonswant
geassureerd als ze waren tegen de
gevolgen van werkstakingmoesten
hun premiën ontzaglijk hoog zijn, niet
alleen, maar hun onderling v'erzeke-
rinasfonds werd na zulke dagen zooda
nig uitgeput, dat de industrieëlen
tegen een totale uitsluiting begonnen
op te zien.
Men wierp 't op een anderen boeg
men ging namelijk toepassen het
a. b. c. systeem. Wat is dit stelsel?
DitBij een staking ontsloeg men
niet alle mannetjes tegelijk, maar eerst
hen, wier naam met een A dan hen,
wier naam met een B, een C, een D,
een E enz. enz. (de 26 letters van
't alfabet langs) begon.
En nu wordt, volgens de berichten,
die we daarover lazen, het ouderdoms
stelsel in ernstige overweging geno
men. Wat is dat Volgens dit stelsel
wordt ieder uitgesloten, die 20 jaar
en jonger is. Baat de maatregel niet,
dan sluit men uit de lui, die van 20
tot 22 jaar zijn en zoo voortsteeds
den leeftijd uitbreidende.
Ten slotte kan men, als de arbeiders
voet bij stuk houden, zoojjpende ook
komen tot de totale uitsluitingmaar
een ieder gevoelt wel, dat deze wijze
voor de patroons heel wat practischer
en goedkooper is. Want immers de
kans bestaat nudat de stakende
arbeiders, het lijden en de ellende
hunner door hun toedoen uitgesloten
medearbeiders ziende, aanstonds de
staking opheffen. En dan is er over
de heele linie weer werk en eten.
Misschien begrijpt één onzer lezers
nog niet, wat eigenlijk uitsluiting bij
staking is. Dit zit zóó: Er wordt bij
patroon A. gestaaktmen wil hooger
loon of zoo ietsmaar nu hebben de
patroons vooraf zich verbonden, om
hun werklieden geen werk te geven,
zoolang de staking bij A. duurt.
Ge zegtmoeten dan onschuldigen,
die bij patroon B. en C. en D. werken,
en daar niets aan te merken hebben,
moeten die dan lijden voor wat hun
kameraads bij A. uithalen. Ja, zoo
willen de patroons het. Ze sluiten al
hun eigen werklieden uit, om die van
A, te dwingen het werk weer te be
ginnen, en dwingen hun eigen werk
lieden om bij A. in de plaats van de
stakers te gaan werken, of zooals de
term ook genoemd wordtze dwingen
tot onderkruiperswerkze dwingen
om de stakers, hun kameraads, in den
rug aan te vallenen wie dat niet
wil doen, wordt uitgesloten, wegge
stuurd en mag niet terug komen, voor
de arbeiders van A. weer aan 't werk
cs
gaan. 'tls een kolossaal wapen, 't valt
niet t,e ontkennen, maar zooals we
reeds opmerkten de patroons zijn er
zelf huiverig van, omdat het hen
zooveel geld kost door dat hun werk
stakingsfonds zoo stevig moet worden
aangepakt.
Waarom heeft men 't a. b. c. stelsel
al willen laten varen, om het ouder-
domssysteem toe te passen Hierom.
Bij de namen met A. kunnen allerlei
oude mannen zijnmaar die zijn niet
en nooit de voorvechters bij een sta
king dat zijn meest de jonge kerels.
En om die nu het eerst te treilen,
daarom wilde men het a. b c stelsel
door het scherpere ouderdomssysteem
vervangen.
Eerst de jongsten eruitdan de
volgenden enzoovoorttot dat men
eindelijk bij de ouden kwam, maar
dan was waarschijnlijk de staking ten
einde en hadden juist de jongeren, de
»belhamels« met de macht der
patroonsorganisatie kennis gemaakt.
Doch genoeg over de uitsluiiing.
Zien we naar de fondsen. Op tweeërlei
manier steunden de patroons elkaar
bij een staking. Men vormde door
een jaarlijksche contributie een weer-
standskas, waaruit betaald werd het
verlies, dat die patroon leed, bij wien
een staking uitbrak. De andere manier
was deze: Was de staking bij A.
rfgeloopen, dan berekende hij de
schade; die werd dan omgeslagen over
al de leden der organisatie, een ieder
naar draagkracht, een ieder patroon
betaalde zijn deel. Deze laatste prak
tijk is niet slecht, in elk geval voor
den patroon veel beter en voor de
arbeiders beter. Om deze reden: Is
er een fonds, allicht wordt gezegd
we zullen volhouden tot de laatste
cent uit de kas gehaald ismaar is
er geen fonds en moet men »omslaan«,
dan is ieder maar graag heel gauw
van de staking af, om de bijdragen
maar des te kleiner te doen zijn.
Vele patroon sorgo nisa tie bezitten
zulk een fonds en thans is men nog
verder gegaan.
Na een voorbereiding van jaren is
er tusschen al de verzekeringsver-
eenigingen een zoo nauwe band gelegd,
dat er nu opgericht is een Maatschappij
voor schadeloosstelling bij iverkstaking van
de vereeniging van Duitsche patroons
bonden.
De Bonden van me!aal-, hout-,
textielnijverheid, die de grootste zijn,
vormen dus met de kleinere Bonden
van industrieelen een weerstandskas,
die 't heele Duitsche Rijk kan omvat
ten. Deze Maatschappij heeft vooral
ten doel om de scha door groote werk
stakingen ontstaan te vergoeden, maar
de kleinere stakingen en hare gevol
gen laat ze aan de afzonderlijke verze
keringskassen over. Terecht is dan
ook opgemerkt; »Zoo raakt de tijd,
dat de arbeiders door werkstaking
een bepaalden werkgever of een groep
van werkgevers konden treffen 'in de
gevoelige plek van hun beurs, door
winstderving of door rechtstreeksch
geldverlies wegens stilstand van het
bedrijf, hoe langer hoe meer volledig
voorbij. Want als het er op aankomt
staat de groote massa aangesloten
werkgevers van de voornaamste be
drijven in heel Duitschland als een
man tegenover elke arbeidersvakver-
eeniging, die in één vak den strijd
durft beginnen.
Over de patroonsbeurzen, als strijd
middel, in een volgend artikel.
Wordt vervolgd.)
Het heeft onze aandacht getrokken,
dat zoo weinig vermeld wordt van
een aanvrage oea vergoeding voor de
Landweeroefening. Voor de Herha
lingsoefeningen leest men slag op slag,
dat idem zooveel is uitgekeerd. Daar
blijkt dus gevraagd te zijn.
't Is mogelijk, dat men niet op de
hoogte is met de Wet van 27 April
1906, houdende aanvulling der Land-
weerwet, hoewel het ons vreemd toe
schijnt, aangezien toch, evenals voor
de miliciens der Herhalingsoefening,
wel kaarten of oproepingen zullen
gezonden zijn, waarop op de achter
zijde zoo ongeveer hetzelfde staat of
staan zal dan op de Herhalingskaarten.
Mocht het waar zijn, dat men dit
nog niet weet, dan leze men 't wetsar
tikel, dat aldus luidt
Art 15 bis der Landweerwet. Indien
blijkt, dat tengevolge van 't ver
blijf onder de wapenen of in wer-
kelijken dienst van een dienst
plichtige bij de Landweer door het
gezin, waartoe deze behoort, of
waarin hij is opgenomen of door
den persoon of de personen, in
wiens of wier levensonderhoud
hij voorzag of hielp voorzien, zon
der zijn aanwezigheid niet of niet
voldoende in eigen onderhoud kan
worden voorzien,
dan wordt aan dat gezin aan dien
persoon, naar door Ons te stellen
regelen, voor eiken dag, dien de
dienstplichtige onder de wapenen
of in werkelijken dienst is,
op hun verzoek uit 's Rijks kas
eene vergoeding toegekend van
ten hoogste een gulden en vijftig-
cent, tenzij door onzen Minister
van Oorlog aan Ons wordt voor
gesteld, den dienstplichtige van
den werkelijken dienst te onthef
fen en deze ontheffing door Ons
wordt verleend.
Misschien, dat de tijden voor de
gehuwde arbeiders miliciens zoo kleu
rig zijn, dat ze geen vergoeding be-
geeren 't Is in elk geval te hopen
daar niets van voor eene
Rechtsgelijkheid.
Wij hebben onder het vorige Ministerie
een belangrijke stap op den weg naar
j.rechtsgelijkheidtusschen het aneulraal*
openbaar en bijzonder onderwijs gedaan.
Wij zijn daar dankbaar voor.
Maar niemand meene, dat wij daarmede
het einddoel van onze wenschen rechts
gelijkheid«, de volkomene vrijheid van het
onderwijs hebben bereikt.
Dat laat nog wel iets te wenschen over
Letten wij maar eens op onze kweekscho
len voor onderwijzers.
Er bestaan in ons land zeven rijkskweek
scholen, een ^te Maastricht, een te Middel
burg, een te Nijmegen, een te Groningen,
een te Deventer en een te Apeldoorn.
Elk dier opleidingscholen kost aan Rijks
schatkist het bagatel van f 75,000.
Let wel. Vijf en zeventig duizend gulden
per stuk en per jaar. Waarlijk geen klei
nigheid
In het geheel betalen wij dus voor de
opleiding van de onderwijzers aan onze
2>moderne secteschool,* om met wijlen een
vrijzinnig* hoogleeraar te spreken, de kapi
tale som van vijf honderd vijf en twintig
duizend gulden.
Nu zeggen wij
goede, degelijke opleiding onzer onderwij
zers geeft men niet spoedig te veel uit.
Maar hoeveel wil nu het tegenwoordige,
vrijzinnige Ministerie voor de opleiding der
bijzondere, der Christelijke onderwij :ers
uitkeeren
Krijgen die nu ook voor elk harer
kweekscholen f 75,000 per stuk en per
jaar
Men zou het mogen verwachten, omdat
het Koninklijk Besluit van 8 Meijl. waar
over wij in ons vorig No. spraken, aan de
bijzondere kweekscholen ongeveer dezelfde
eischen stelt als aan die van het Rijk.
Volgens gemeld Kon. Besluit zal voor
de opleiding van eiken bijzonderen onder
wijzer of onderwijzeres worden toegekend
a. Voor eiken geslaagden kweekeling
f 480, en
b. voor elk lesuur jaarlijks f 35, en dit
voor hoogstens 120 lesuren, dat is dus niet
meer dan f 4200.
Rekent men nu, dat aan een particuliere
kweekschool 20 leerlingen slagen, en dit
getal 20 is zeer hoog genomen dan krijgt
zulk een inrichting 20 maal f 480, dit is
f 9600 plus f 4200 lesgeld samen f 13800.
Zegge dertien duizend achthonderd gul
den en geen cent meer
Dit verschilt nog al, met wat voor de
Rijks kweekscholen wordt uitgegeven.
Vijf en zeventig duizend voor de oplei
ding onzer »neutrale« ondei wijzers en hoog
stens slechts dertien duizend achthonderd
voor de bijzondere.
Waarlijk, de rechtsgelijkheid op het stuk
van het openbaar en bijzonder onderwijs
laat Dog wel iets te wenschen over
(Graafschapper.)
Abonnement op een vrouw.
In de 18e eeuw is Nederland neergeploft
in een zee van jammer en ellende, doordat
het zich Frankrijk ten voorbeeld stelde.
Onze Patriotten sneden zich de muts
naar 't voorbeeld der Fransche Jacobijven.
Zoo zot kon men 't daar niet uitdenken
of hier vond men 't mooi 't Is het
Bilderdijk jaar welnu, ge moet er den
»oude, met de stroeve trekken* maar eens
over gaan hooren i
Zijn we genezen van die kwaal
Frankrijk is klaarblijkelijk weer op weg
naar een crisis. Het holt den weg van
het radicalisme at. Met groote meerderheid
nam Maandag de Fransche Kamer de
volgende motie aan