i r Hit fi S|| ill iii i r i I! I I Tan Leeil tui Liefde'1 !\T\ \n Tuin- en LandDouw. Antwoorden of mededeeliugeu Buitenland. If 8 1 II® I jlMff I Vtfi I ■j '.V i :)|i, 1; I Niets van dat alles gebeurde. Een zeer enkelen keer kwam nog, alsof een oude herinnering opwelde, onder zijne partij-genooten een schuchtere klacht over den civiel-rechterlijken bouw v. n het ontwerp op, maar daarbij bleet het. Zwaar gewapend was het fregat in zee gezonden, maar bij de eerste ont moeting de beste werd het schip door den heer Drucker zoo toegetakeld, dat opkalefateren onmogelijk scheen, terwijl in het gevecht de dikke stuurman zijn hoofd, en de kapitein den moed verloor. Dê »geestelijke leider* van de expeditie trok zich van haar lot verder niets aan en zweeg Zweeg Nu, niet geheel de heer Tak kwam schoorvoetend nog tweemaal in debat, om een hoogst on beduidend amendementje te verdedigen, doch toen was hem de oude rol reeds zoo volslagen ontschoten, dat hij bij het laatste o a. vergat, dat het artikel zelf in het lijfblad van den ^geestelijken leider* der agitatie voor zoo iets als een vloek voor de arbeiders was uit gekreten I Ook de houding van Tak's opvolger Mr. Troelstra. vindt het blad niet te loven de eenige die werkelijk iets van beleekenis deed was de heer Schaper, doch diens hou ding was zoo oppertunistisch, »dat zelfs de kleinste vertegenwoordiger van de meest klein-burgerlijke partij het hem niet zou hebben verbeterd*. En dan zegt het blad ook iets over de leiding. Gelukkig was de leiding aan uitnemende handen toevertrouwd, De Minister van Justitie was berekend voor zijn taak en het onderwerp meester. Daarbij had hij het voorrecht ter zijde te worden gestaan door den eigenlijken vader van het ont werp, den voorzitter van de commissie van rapporteurs, die bleek zijn oude liefde voor zijn geesteskind niet te heb ben verloren. Zijne heldere, sobere wijze van de zaken uiteen te zetten, zijne groote vaardigheid om in het debat hel kaf van het koren te ziften, hebben de Kamer zeker tegen verschillende mis slagen behoed. Het besef, dat niets aan zijne aandacht ontsnapte bovenal de groote mate van objectiviteit, waarmee hij elk voorstel aan een degelijk onder zoek onderwierp, wekte vertrouwen, zoo dat de Kamer al spoedig op zijn kompas ging varen. Er was, dank zij hem wat zoo uiterst noodzakelijk is bij de behandeling van een onderwerp als dit leiding. Ziehier de bevestiging van een meer ge maakte opmerkingMinister Van Kaalte de duizenden, maar de heer Drucker de tien-duizenden. De leiding niet achter de Kegeeringstafel, niet bij den Minister de leiding werd gegeven door den heer Drucker. Niemand die het weerspreken zal. Maar o, wat zouden we gehoord hebben, indien b v. de heer Loeff eens achter de ministers tafel had gestaan, en een Kamerlid de leiding genomen had. Dan ware daarmee voor de zooveelste maal in een helder licht gesteld, dat een »clericaal« Ministerie een onding was. Nu daarentegen wordt de beschermende hand boven den bewindsman, die de leiding uit handen moest geven, toch heel goedig uitgebreid. (Standaard) „LANDBOU W-ONDER WIJS". III. Dan komt 't Verslag van de werkzaamheden van den Landbouw-consulent der Vereeniging den heer Van Bijlevelt. 't Begint met ons het een en ander te vertellen van de Cursussen. En vervolgens herinnert er de heer Van Bijlevelt ook aan de excursie die verleden jaar de Con- culent met z'n élèves maakte naar de IJpolders. «Toevallig* aldus de Consulent, was ik te weten gekomen, dat in een der IJpolders sinds jaren de heer J. van Spunter oud Flakkeeënaar woonde, en trad met genoemden heer in corres pondentie met verzoek, ons van de IJpolders een en ander te laten zien. Zeer bereidwillig werd daaraan voldaan en op 21 Juni stond de heer Van Splunter met eenige familieleden ons met rijtuigen aan het Centraal-Station te Amsterdam op te wachlen. De tocht ging van daaruit naar Velsen, onder weg hier en daar ophoudende bij andere leden der familie Van Splunter. In Velsen werden wij gul onthaald op de hofstede van den oudsten zoon van onzen geleider en na daar eenigen tijd de cultures in oogenschouw te hebben genomen, werden wij naar Zaandam gebracht vanwaar wij weder Amsterdam bereikten. Wij kunnen den heer J. van Splunter en fa milie niet genoeg danken voor hunne onver moeide pogingen om het ons dien dag leerzaam en genoeglijk te maken. Den volgenden dag werd door ons een bezoek gebracht aan den Vechtstreek en den derden dag Rijks-Museum, Artic en Biologische tentoonstel ling bezocht. Vooral dit laatste trok bij de leer lingen zeer de aandacht, daar zij hier veel in werkelijkheid zagen, wat op delessen was bespro ken. Hoogst voldaan werd dan ook den vierden dag de terugreis aangevangen. Nietwaai, 't verwondert niemand, dat zulk soort van reisjes heel, heel nuttig werken op de ontwikkeling der jongelui. Vooral, als daardoor, wat niet uit kan blijven, de band tus- schen Consulent en leerlingen sterker wordt. Dan blijft 'die band en zullen ook op rijperen leeftijd onze vrienden zich tot „Landbouw-On- derwijs" getrokken voelen. Uit het verslag van den heer Van Bülevelt herinneren wij nog even aan een zevental voor drachten, vormende een «leergang in de kennis der Bemesting" welke te Sommelsdjjk werden gehouden. De Consulent besprak achtereenvolgens: doel en strekking van leergangen in bepaalde onder- deelen van de landbouwwetenschap; „in hoofd trekken de vorming van organische stof" „stal mest en gier werking en eigenschappen daarvan omzetting der stikstof"; „stikstofhoudendemest stoffen. Afkomst en gebruik"„phosphorzuurhou- dende meststoffen, bereiding tijd en wijze van aanwending; „Samengestelde meststoffen" en .Groenbemesting". Bovendien beantwoordde hij bij die gelegenheden verschillende vragen, de bemesting betreffende. Dat zulke voordrachtenreeks en uitstekend werken om prakaijk en theorie bij elkaar te bren gen, spreekt wel van zelf. Den heer Van Bijlevelt komt het voor en wie zou dit betwijfelen dat genoemde voordrachten naar buiten gewerkt hebben, 't Aantal vragen om advies uit de omgeving van Sommelsdijk bewezen dit had duidelijk. M. Ti'au^'baak. Vragen en Antwoor len worden kosteloos geplaats- zijn met hetzelfde nummer gemerkt als de vragen waarop ze betrekking hebben. Vragen. 956. Is 't waar, dat hooi minder voedend is, wanneer 't wat laat gewonnen wordt 957. Kan ik nu fuchsia stekken 951. Mijn kamerplant Ficus zijn bladen komen met gele vlekken en dan worden ze geheel geel wat mag dat wezen, of wat moet ik daaraan doen. D. M. Antwoorden en mededeelingen. 954. Wat pastinaken zijn? 'tls de witte peen ook wel pinksternakel genoemd. 955. Mee (de drank) heeft niets te maken met meekrap. Met mee of mede bedoelt men in dit geval eene zoete vloeistof, die door gisting bereid wordt uit honing. jiisuienEaiid. De Nieuwe Courant van Gouda vraagt waarom Df. Kuyper juist op Zondag door den President der Fransclje republiek is ontvangen. Hierop kan geantwoord dat de ontvangst op het Elysée niet op Zondag, maar op Zaterdag, des namiddags te 4 ure heeft plaats gehad. Op Woensdag 4 Juli as. beginnen wij met het zeer interressante en boeiende Feuilleton, getiteld 5} door den welbekenden schrijver den heer P. Brouwer. We kunnen niet nalaten onze lezers hierop te wijzen, temeer, daar wij dit niet op de gewone wijze zullen plaat sen, maar alléén bij ons Woensdag nummer als Bijvoegsel zullen geven en zóó gedrukt, dat het bewaard, later een geheel boekdeel vormt van onge veer 250 pagina's. Onze abonne's, die met meer anderen samen lezen, zouden we in overweging geven om zich ieder afzonderlijk te abonneeren, daar zij dan zonder geld uit te geven in het bezit komen van een prachtig werk. Keurige Stempelbanden worden later, bij genoegzame deelneming ver krijgbaar gesteld. DE UITGEVER. RUSLAND. Donderdag zijn eindelijk de Ministers in de vergadering van de Doema verschenen. Zoo werd ten laatste toch antwoord ge geven op de interpellaties, waarvan ver scheidene reeds een maand hadden ge wacht. De Times" heeft van deze zitting der Doema, om verschillende redenen een zeer belangrijke, een uitvoerig ver slag, waaraan wat hier volgt ontleend is De Kamer was Donderdag geheel ge vuld er bevonden zich ook een groot aantal belangstellenden, onder wie groot vorst Nicolaas Mioh elowitsj. Allen waren zeer benieuwd naar het optreden der mi nisters aan de uiters.e linkerzijde was het erg rumoerig. Prins Oeroessoi, de leider van de groep der sdemocratische reformisten«, een groep van acht leden, die te midden der constitutioneel democraten zetel, hield een merkwaardige rede, waarin hij trachte aan te toonen hoe de moorden vooruit worden georganiseerd. Hij zeide verder, dat zoolang geheime invloeden practisch de regeering van Rusland voeren, geen eokel kabinet, zelfs geen ministerie waar van de leden gekozen zijn uit de Doemaleden, er in slagen kan de orde te herstellen. Do woorden van prins Öerossof ver wekten een gejuich zooals men in de Doema nog niet gehoord had. Graaf Sjeglovitof, minister van justitie antwoordde opeen interpellatie bc-treffende het optreden van krijgsraden en het .gevangen houden van een boeren-leider met de gewone uitvluchtdat de centrale regeering hiervoor niet aansprakelijk was, aangezien deze feiten vallen onder de onafhankelijke jurisdictie der gou verneurs-generaal. Daarna was het woord aan den minister van binnenlandsc'ne zaken, Stolypin, die voor de eerste maal in de Doema hot woord ging voeren. Hij had zich te verdedigen tegen twee zeer ernstige beschuldigingen, betreffende 1 het drukken en verspreiden door ambtenaren aan het ministerie van Bin- nenlandsche zaken van proclamaties, waarin het volk werd opgewekt de Joden en Polen dood te slaan 2 de moordtooneelen, te Vologda, Tsaritsyn en Alexandrofsk. Stolypoin, die zeer onder den indruk van zijn eerste optreden was, trachtte eerst het vraagstuk tusschen hem en de Doema juist te stellen. "Wat, vro g hij, is het doel van deze interpellatie Hij zag daarin een beschuldiging tegen zijn voorgangers en tevens een middel om te weten ol de dwalingen, die men hem toeschrijft, zullen worden voortgezet, en een middel van onderzoek naar zijn eigen politiek. Persoonlijk is hij van meening, dat de Doema hem niet om antwoord be treffende zijn voorgangers moet vragen. Wat hemzelf betrefthij weet niets van het drukken van proclamaties aan het ministerie, en ten opzichte van de ver spreiding toont hij aan dat de schuldige officieren daarvoor gestraft zijn. Betreffende de moordtooneelen waarvan in de interpellaties gesproken werd, gaf hij verklaringen, die daarop neerkwamen dat ook hier de schuldigen waren ge straft. Zoo zou hij alleu straffen wier schuld bewezen werd, zeide de minister en hij was verplicht toe te geven dat enkelen zijner ondergeschikten bij het vervullen van hun taak wel een weinig te ver waren gegaan „Wat do toekomstige politiek betreft," zoo besloot hij, „ik zal al het mogelijke doen om de orde te handhaven en de wet te doen eerbiedigen. Het is niet mijn taak wetten te maken, maar ze uit te voeren, en dit is geheel onmogelijk zonder den staat van beleg toe te passen." Deze verklaring veroorzaakte weder een onbeschrijfelijk tumult, dat eerst be daarde toen Prins Oeroessof weder op de tribune verscheen. Deze zeide, slechts enkele woorden te willen wjjden aan de drukkerij in het ministerie van binnen- landsche zaken, die eenige maanden ge leden zulke heftige proclamaties over het land heeft verspreid. De leden van de Doema wenschen alleen te weten of regeeringsagenten in het vervolg nog maals deel zullen nemen aan deze bloe dige drama's. De vraag is niet, te weten of de bij het schandaal betrokken per soon al dan niet gestraft is; de spreker verklaarde zich overtuigd, dat de minister nooit een propaganda zou toelaten die zulke gevolgen had, maar het feit is dat dit drukken en verspreiden zal doorgaan, in spijt van het persoonlijk inzicht en het karakter des ministers. Na prins OeroesSof was de bekende Israëlitische leider' Windwer aan het woord, die sprak over de moordtooneelen te Alexandrofsk en Gomel, en mededeelde dat de officier, die den minister bekend had dergeljjke proclamaties te hebben verspreid, een officieeier éprimande had gekregen, en daarna een belooning. Twee ambtenaren aan het ministerie, die ra- porten betreffende te verwachten onlusten hadden achtergehouden, kregen gratifi caties en werden bevorderd. Daarna las de afgevaardigde Nabokof getuigenissen voor, die geheel in strijd waren met de verklaringen van den minister over het gebeurde te Vologda. De aanval werd georganiseerd door een officier der gedarmerie, Pyschkin die zijn mannen order gaf te schieten en de brandweermannen belette op te treden. De gouverneur en het hoofd der politie deden wat ze konden om de gewelda- digheden tegen te gaan, maar de mannen van Pyschkin weigerden te gehoorzamen. »De gouverneur heeft zij ontslag ge nomen", besloot Nabokof, en dit voor beeld verdient navolging van de zijde der ministers. Maar vóór alles moeten de hooggeplaatste Pyschkins weg. (Luid applaus Opnieuw besteeg nu minister Stolypin de tribune, onder de kreten „Aftreden Aftreden! Moordenaar!" van de uiterste linkerzijde. Bevende van emotie ver klaarde de minister, dat hij de algeheele aansprakelijkheid wenschte te dragen van al wat onder zijn bestuur gebeurde. (Kreten van links En Bjolostok P) Het rumoer werd nu zoo hevig, dat de voorzitter Moeromtset do zitting moest sluiten. Uit Bjelostok is .bericht gekomen, dat de moordenaar van Derkatsjef ontdek is. Hij is geen Jood geweest, die den pre fect vermoordde, maar een ge wezen politie-agent. De Standard verneemt uit Peters burg Het gerucht van een hevige beschieting werd Zondag in de richting van Klodinka gehoord. Men denkt dat het een opstand is van het garnizoen tan Moskou, dien men met artillerie tracht te bedwiugen. Men verwacht een grooten moord van Joden te Odessa. Te Warschau is Zondagmiddag in de voorstad Wola een beude terroristen een restaurant binnengekomen waar 4 olitie- mannen en een gendarme zaten. Zij dood den twee agenten en kwetsten een andere agent en den gendarme. Dezelfde hende doodde een uur later nog een agent van politie. De melkboeren te Warschau staken Zij vragen loonsverhooging. De stakers bewa ken het station ten einde het lossen van melkbussen te beletten. Warschau zou Maandag zonder melk zijn. NOORWEGEN Een Sprookjeshistorie lijkt het, als men leest van de kroning van koning Haakon van Noorwegen. 't Doet zoo denken aan wat Jezus zeide van koning Salomo en van de leliën des velds, die door natuurlijke pracht al den luister des grooten konings overtroffen. De wereld heeft wel schitterender luister van koningsheerlijkheid aanschouwd, waar het goud glansde aan alle kanten, de luchters neerfiitsten in de schittering van duizenden diamanten en het zilver als niets geacht werd waar versiering en illuminatie, bloemen en festeinen, vlaggentooi en legervertoon, alles te zamen een indrukwekkende ver tooning maakte Maar indrukwekkender dan dit alles is het schoon, waarmee de natuur Noorwegens hooge bergen, steile uit de zee rijzende rotsen, heldere, diepe fjorden en groene weiden heeft gesierd. Te Dronlheim, de oude koningsstad, is de plechtigheid geschied. Men moet hen die Noorwegen kennen, hooren over den wonderschoonen aanblik van zoo'n stedeken, dat als een vogel zijn nest,-tegen de ïolsen gebouwd is, waar de hooge bergen als wachters bijstaan en dat zich als in een grooten spiegel staag bewondert in de wateren van de ijord aan zijn voet. Daar, te Drontheim, zijn de Noren bijeen gekomen om hun koning te kronen. Hoe klopte hun hart van blijde ontroering! Er zijn in de laatste eeuwen, ja koningen van Noorwegen gekroond. Maar dat waren vreemdelingen. En 't bléven vreemdelingen. Ze kwamen eens even en gingen dan terug naar Stockholm. Of nog vroeger naar Kopenhagen. Dat waren geen Noorsche koningen, gelijk in veel vroeger tijd, toen de Noormannen de zee beheerschten en hun koningen half Europa deden sidderen voor hun toorn. Maar nü hebben ze weer een echten, een eigen koning Vreemde vorsten en gezanten en oorlogs schepen waren bijeengekomen, om bij de kroning tegenwoordig te zijn. De prins en de prinses van Walesde keizer van Duitschland en vele grooten uit het buiten land. Ook de Nederlandsche regeering had een oorlogsschip gezonden, om den koning haar gelukwenschen over te brengen. Vrijdagmorgen, in de Domkerk, had de plechtigheid plaats en werden koning Haakon en koningin Maud in tegenwoordigheid der hooge geestelijkheid en der hoogwaardig- heidsbekleeders gekroond. Nadat de bisschop van Drontheim den koning gezalfd had, zetten de bisschop en de staatsminister Michelsen hem de kroon op de minister van buitenlandsche zaken overhandigde hem den schepter, en de Staatsraad Arktander den Rijksappel. Dit werd herhaald bij de kroning der koningin. De president van den Storthing verklaarde toen de kroning voltrokken. Noorwegen is in deze schoone zomerdagen, nu er de zon schier niet van den hemel is, een land van jubel en blijdschap. Ol 't zoo blijven zal Koning Haakon deed totnogtoe weinig over zich spreken. Hij leest en bestudeert land en luiden. Die hem kennen, zeggen echter, dat hij allesbehalve een automaat is. Nu, dat is niet erg. Mits hij blijve binnen de grenzen zijner macht, is een volk 't meest gebaat met een vorst, die zijn eigen taak zelfstandig uitvoert. Als 't enkel op teekenen van besluiten aankomt, kan men wel een stempelmachine aanschaffen ZUID-AFRIKA. Naar aanleiding van de weigering van adv. Malan te Kaapstad om een vergadering van jonge menschen uit zijn volk toe te spreken in een andere dan de volkstaal, bevat »Ons Land* een aantal brieven, waarin de heer Malan geprezen wordt voor zijn moed en vasthoudendheid. Aan den anderen kant wordt in die brieveu te velde getrokken tegen die Hollandsche Afrikaners, »die met alle winden meewaaien.* Ook wij zegt nu de J-Afrikaner* van Pietermaritzburg verheugen ons over 't feit dat er te Kaapstad één man opge staan is, die den moed heeft om, waar het noodig blijkt, stroom-op te roeien. Het is hoog tijd voor de reaktie. Lang genoeg heeft de Afrikaner nu getracht iemand anders te zijn lang genoeg heeft hij naar nieuwe wegen gezocht en anderen nageaapt. Laat ons als een volk toch nu liever weer vragen naar de oude paden en trachten onszelf te zijn. Dit zal net zeker veel beter lukken Wij zijn, om een beeld te gebruiken dat afkomstig is van onzen Kaapschen tijdgenoot - - wrj zijn Afrikaan- sche verzamelvogeltjes, en kunnen geen uitlandsche groene papegaaien worden, al zouden wij het ook nog zoo hard pro- beeren. s>Als Hollands niet meer geschikt be schouwd wordt om bij zulke gelegendheden (de inwijding van de muziekschool te Siellen- bosch) gebruikt te worden, dan zullen onze jonge menschen al spoedig tot het besluit komen dat de Engelsman gelijk heeft wanneer hij beweert, dat ï>Dutsch is only fit for te kitchen*, zegt mev. Roos, de flinke presidente van de Afr. Ghr. Vrouwen- vereeniging. »Men is schijnbaar al weder bezig een ontheilig verbond te sluiten met hen die naar weinige dingen sterker verlangen dan naar de irieensmelting der twee rassen tot één Eugelssprekend volk. God geve wijsheid, voorzichtigheid, beslistheid, moed,* zegt een andere correspondent. »Is het niet een uiterst vernederend en treurig schouwspel, onze studerende jeugd zich zóó aan de neus te zien leiden door vreemdelingen P Of de uitlander-heeren achteraf 'in hun vuistje zouden gelachen hebben, omdat zij de Afrikaners nu weer zooals hun gerede werktuigen hadden ge bruikt Wat moeten die heeren van onze taalliefde denken vraagt een derde. En die vragen en gedachten geven moed voor de toekomst.* Plaatselijk Nieuws, Sonimcisdijk. Donderdag j 1. sloeg het paard van den landbouwer L. Nelis van onder Nieuwe Tonge, bespannen voor een karos, alhier op den Dorpsweg bij de heul op den hol en rende voort tot op het einde van dien weg alwaar het in den sloot liep. De geleider en het paard kwamen er goed af. De karos was erg beschadigd. Eene openbare vergadering van den gemeenteraad is belegd tegen Woensdag a. s. des namiddags ten zeven ure. Maandag jl. viel het 5 jarig zoontje van Jb. Wervers alhier in de volle haven met water, op het hulpgeroep van Klaasje Vilerius kwamen schipper A. van der Gij ze en de knecht van schipper Terstege toe- geloopen, die den drenkeling behouden op den wal haalden. ülulrielharnis.* Zaterdagavond reden eenige fietsrijders (4 in getal) uit deze gemeente naar Nieuwe en Oude Tonge. Op hun weg zagen 2 hunner genoodzaakt een onvrijwillig bad te nemen in een der sloten, waardoor ze beiden nat en bemodderd den terugweg moesten aanvaarden. Vrijdag had het dochtertje van L. van der W. liet ongeluk een gedeelte kokend vet uit een pan, die zij van het vuur haalde over den arm te krijgen, tengevolge waarvan dit lichaamsdeel be langrijk verwond werd. De milicienverlofgangers J. Narebout, W. J. Huisman, I van den Nieuwendijk en L. van Eek zijn tegen 10 Sept. a s. en L. Nieuwland tegen 3 Sept. a s. voor herhalingsoefeningen onder de wapenen geroepen. Den Boni mei. Alhier werd heden een postduif gevangen, gemerkt op een ring 90 B.d. 965 op de vlerk I. Heer. Oude Tonge. J l. Vrijdag had de vrouw van P. K. het ongeluk, bij 't waterscheppen in 't sluishaventje, te vallen, Met veel moeite mocht het M. Koert Pz. gelukken haar behouden op 't droge te brengen. Dirkslaud. Op aanklacht van C. G. is tegen K. d. J. proces verbaal opgemaakt., De aanleidende oorzaak moet volgens C. G, gezocht, worden dat na eenige woorden wisseling de J. hem met een zoogenaamd schrepel op het hoofd sloeg. Stellendam. De verlofganger der Land weer Cornelis Klink dezer gemeente der lichting 1903, dienende bij de Infanterie is heden (Maandag) naar zijne garnizoens plaats Brielle opgeroepen tot het houden van herhalings-oefeningen. Goedereede. Tengevolge van de langdurige droogte begint in deze gemeente in verschillende gezinnen gebrek aan drinkwater te heerschen. Ondanks den nadeeligen invloed van den hagelslag is het erwten gewas op vele plaatsen daarvan reeds grootendeels bekomen en staat in vollen bloei. Met het ajuingewas daarentegen is het minder rooskleurig gesteld. Als bewijs, dat de waarde der landerijen zeer hoog is, diene, dat voor een perceel weiland onder deze gemeente ter grootte van 2,10.80 H.A. bij opbod de hoogste bieder was de heer T. Meijer van Stellendam voor f6300, terwijl bij afslag f 6690 werd geboden. Terwijl 1.1. Zaterdag de bouwknecht J. de E. met een voer hooi van het land kwam, viel door een onvoorziene omstan digheid aan den z.g, Westerlooschendijk het voer omver, zoodat de wagen geheel onder het hooi terecht kwam. Spoedig werd een andere wagen gehaald, waarop het hooi werd geladen en naar de schuur vervoerd. Persoonlijke ongelukken hadden niet plaats. Toen schipper M. Lokker alhier met zijn hoogaarts G.O. 10 was uitgevaren, ont dekte hij eensklaps, dat zich aan den mast een groote zwerm bijen had vastgehecht. Ten laatste kwamen de diertjes op het dek van het vaartuig terecht, waardoor de bemanning zeer belemmerd werd in de uitoefening van haar bedrijf. Niet dan na veel moeite slaagde men erin, een groot deel der nijvere diertjes te verwijderen. Otiddorp. Per aanplakbord is door den Burgemeester meegedeeld, dat landbouwers die belangrijke schade hebben geleden door den hagelstorm, zich hebben te wenden naar de Gemeente Secretarie om aldaar de schade op te geven. De herijk van maten en gewichten zal op 13 en 14 Juli plaats hebben. Maandagmorgen had de landbouwer L. Padmos het ongeluk met een volbeladen wagen met zand in de sloot te tuimelen, doordat zijn paarden schrokken en schichtig werden van een voorbijkomende maai- machine. De paarden steigerden achteruit den dijk af en kwamen met den wagen in de sloot terecht. Gelukkig dat de voerman nog bijtijds wist af te springen en de schade b-perkt bleef aan wagen en paardentuig. Toegesnelde arbeiders uit den omtrek hebben met veteeude krachten eerst de paarden en toen de wagen uit de sloot getrokken. Ongeveer tegelijkertijd had den heer J. Goedkoop uit Goedereede het ongeluk om te

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1906 | | pagina 2