1
I
I
EERSTE BLAD.
Zaterdag 19 Mei 1906.
isrn^l
IN.
itie.
\EN,
I
AAR
21stc Jaargang N°. 1138.
Orgaan
Antirevola tionair
voor lie Zuidliollandftclie eo Keeuwsche Eilanden.
is
IN HOC SIGN O VINCES
EEN DONKERE WEG
FEUILLETON.
raaaimachines
2 paards
[aaimachines
üe drijfkracht,
aaling en het
porden gaarne
oedel enz. wil
dan eerst
'remie,
Lertogenbossche
fis.
laarzen.
bij DIJ KEMA
'nelsdijkbij A.
oopers,
Jstoffen,
s Tocht-
xpansche
)ERIJ.
IA,
Deze Courant verschijnt eiken Woensdag en Zaterdag.
Abonnementsprijs per drie maanden franco per post 50 Cent.
Buitenland bij vooruitbetaling f 4,50 per jaar.
Afzonderlijke nummers 5 Cent.
T. BOEKHOVEN.
&O.MMELSIHJH
Advertentiën 10 cent per regel en 3/2 maal. Reclames 20 per regel.
Boekaankondiging 5 Cent per regel en V3 maal.
Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan.
Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10 uur.
Alle stukken voor de Redactie bestemd, Advertentlën en verdere Administratie franco toe te zenden aan den Uitgever.
Zij die zich nu
abonnccren, ont
vangen de nog- vóór 1
Juni verschijnende nun»'
mers OKATIS.
Een gewijzigd besluit.
Den 19 Febr. 19Ü6 is een Koninklijk
Besluit verschenen tot vaststelling van
een algemeenen maatregel van bestuur
ingevolge art. 33, derde lid, der Ka
mers van Arbeid met intrekking van
het Koninklijk Besluit van 9 Juli 1901.
Vóór we dit Besluit meedeelen, wen-
schen we eerst iets toe te lichten.
Den 2den Mei '97 stond in 't Staats
blad de Wet tot oprichting van Ka
mers van Arbeid.
Wat zijn dat Het zijn Organisaties,
bestaande uit patroons en werklieden,
hetzij mannelijke of vrouwelijke, die
in een zeker bedrijf arbeiden en uit
dat bedrijfsleven allerlei gegevens kun
nen verstrekken.
Er zijn kiezers voor de Kamers van
Arbeid en leden. De kiezers zijn al de
patroons en al de werklieden, die in
een vak arbeiden. Op één kiezerslijst
worden de namen der patroons ge
plaatstop een andere de namen der
werklieden.
De patroons uit een zeker vak kun
nen kiezen tot lid een patroon; de werk
lieden een werkman. En deze gekozen
patroons met de gekozen werklieden
vormen te zamen de Kamer van Ar
beid, waarachter natuurlijk de kiezers
staanuit die patroons en werklieden
(er worden er van elk evenveel geko
zen) kiest men weer een Voorzitter
en Secretaris.
Wat is nu 't werk van de Kamer
van Arbeid Let wel, in elke stad of
dorp kunnen verschillende Kamers van
Arbeid zijn. Zooveel vakken, zooveel
Kamers. Maar 't gebeurt ook, dat som
mige vakken te zamen werken om te
komen tot een Kamer, 't Doet er trou
wens verder niet toe, of er veel of
weinig zijnwe vragen slechtswat
is haar
(Zie art.
doel.
En 't antwoord is dit.
De K. v. A. heeft ten doel de
belangen van patroons en werk
lieden in ondei linge samenwerking
te bevorderen door het verzamelen
van inlichtingen over arbeidsaange-
legenheden het dienen van advies
aan de hoofden van de Departemen
ten van algemeen bestuur en de
besturen van provinciën en ge
meenten, hetzij op aanvrage van
die autoriteiten, hetzij uit eigen
beweging ten aanzien van alle
onderwerpen, welke de belangen
van den arbeid raken het dienen
van advies en het ontwerpen van
overeenkomsten en regelingen op
verzoek van daarbij belanghebben
den het voorkomen en vereflenen
van geschillen over arbeidsaange-
legenheden, ook, voor zoover noo-
dig, door te bewerken, dat een
scheidsrechtelijke uitspraak tus-
schen de partijen tot stand kome.
Hoofdzaak is duseen arbeidssta-
tistiek te leveren ènalsverzoeningsraad
optreden.
Wat het laatste betreft: onze indruk
over dien arbeid is steeds ongunstig
geweest. Wat we van 't begin af al
gevreesd hebben, is verwezenlijkt, nl.
dat de verzoenende kracht der orga
nisatie zeer luttel zou zijn. En de oor
zaak is bekend er moest achter de
in art. 2 genoemde «bewerking® een
wettelijke sanctie liggen.
Er moest meer dringende macht van
de Kamer uit kunnen gaan doch dat
is thans niet 't geval. Algemeen wordt
dan ook maar schouderophalend over
de waardij der Kamers gesproken
de onverschilligheid op den dag van
stemming voor een patroon of arbeider
is miniem, onbeduidend, 't Is of er
geen fut in zit. We zullen daar nu
niet verder op ingaan en niet bespre
ken de wijzigingen, die in enkele arti
kelen beslist zouden moeten worden
gemaakt, zou er nog wat van terecht
kunnen komen.
Doch het andere punt willen we
even bezien in vecband met het nieuwe
Koninklijke Besluit.
Art. 33 der Wet eischt, datdeKamer
jaarlijks een verslag inzendt aan den
Minister en bij algemeenen maatregel
van bestuur zal of zou bepaald worden
in hoever en naar welke regelen de
Kamer, afgezien nog van datjaarlijk-
sche Verslag, verplicht is de inlichtin
gen te verstrekken, die we hierboven
in art. 2 hebben meegedeeld.
De eerste beslissing, hoe en wat de
Kamer moest verzamelen, verscheen
op 9 Juli 1901, dus vier jaar na dato
en nu, op 19 Februari is hij ingetrok
ken en door een ander vervangen.
We lezen nu in 't Staatsblad
Hebben goedgevonden en ver
staan
Art. 1. Elke Kamer van arbeid
verzamelt met betrekking tot de
daarin vertegenwoordigde bedrijfs
takken, voor zoover deze binnen
het gebied der Kamer worden uit
geoefend, inlichtingen omtrent
1. den stand van-het loon en den
arbeidsduur.
2. bestaande vakorganisaties.
3. bestaande arbeidsbeurzen.
4. gedwongen winkelnering.
5. vakopleiding en leerlingwezen.
6. den algemeenen toestand in de
bedrijfstakken en den stand der
arbeidsmarkt
7. voorvallen, die van belang zijn
voor de kennis der arbeidsverhou
dingen, in het bijzonder omtrent
pogingen, die werden beraamd of
aangewend om veranderingen te
brengen in loon of arbeidsduur 't
uitbreken van werkstakingen en
uitsluitingende oprichting, het
werk en de opheffing van organisa
ties.
Over den inhoud van dit art. 33 en
't daaruit gevloeide Besluit in een
volgend artikel.
De 9 uursluiting.
Zoo heeft dan Amsterdam zijn 9
uursluiting. Natuurlijk, zooals we ook
in onze jongste hoofdartikelen schre
ven, met de noodzakelijke beperkingen
op Zaterdagavond. Een artikel hadden
we gaarne gewijzigd gezien nl. dat de
kappers- en barbiersbedienden op
Zondag pas om 10 uur behoeven te
sluiten.
Overigens verheugt het ons, dat
Amsterdam in dezen voorgaat en niet
wacht op een Rijkswet.
Een oordeel over deze zaak te vellen
met een groot woord en zooals meer
malen gezegd wordter komt toch
niets vanen men kan dat toch niet
stipt handhaven, is onmogelijk.
Laat men nu flink de verordening
handhavendan kunnen alle belang
stellenden zien, hoe de afloop is.
Want waarlijk, wat in Engeland,
Noorwegen, Duitschland enz. mogelijk
blijkt, kan bij goeden wil onder eenigs-
zins anderen vorm ook hier gebeuren.
Democratisch
Zeer terecht wordt door de Neder
lander een rake opmerking gemaakt,
die we ook zelfs in 't Zondagsnummer
van Het Volk vonden en door Loopuit
geschreven.
Eerst dreigde mr. Troelstra met
ontslag als Kamerlid, als hij tegenover
Gorter e.a. niet werd in 't gelijk ge
steld.
En nu dreigt Gorter om alle partij-
werk los te laten, als de resolutie
niet wordt veranderd en dus Troelstra
ongelijk krijgt.
Loopuit schreef Zondag: Ik aarzel
geen oogenblik deze daad (nl. de
resolutie tegen de Gortergroep) een
gewelddaad te noemenmaar voegt
hij er bij
«Doch al begrijp ik de positie
»van Van der Goes volkomen,
«ik meen dat zijn opvatting
»practiseh in strijd komt met
«de democratie in de Partij, die
»ons gebiedt te bukken, ook al
«valt,dit ons moeilijk.
Prachtige democratie, die der
heerenDwang van den een op den
anderEn zijt ge minderheiddan
bukken, al geloof je ook het beste te
zoekenWe schreven laatstEr is
een democratie, die den dood werkt
't was naar aanleiding van de zwakke
Regeeringi in Frankrijk bij de werk
stakingen. Welnu, hier in de Socia
listische partij, evenknie der Franscbe
toestanden, ziet ge 't zelfde. De «zelf
bewuster zijn ledepoppen. Een paar
trekken aan de touwtjes en alles moet
buigen ot bersten.
Uit «Ie Pers.
Partijbenoeiuingen.
L. VAN BERKEL.
handelsmerk
Ballegooij
Eesteren.
ianijer
Josteiihrugge
Spee.
IMMELSDIJK.
en dij maalcte
It Seliietlamsche
<1 viel niets af
pen van Papen-
,'ant die kenden
sn bekend type.
Et Papendreclit-
len was hij daar
lodschappen en
Chtte hij voor
len glaasje bier
i zwier geweest,
zijn broar en.
bor alle soorten
ften Heeren- en
5HOENEN en
lEN WATER-
v.v.'"T
:ller
UIER a
DEN
hen a 50 ets,
Apothekers en
|rk „Anker
tterdam.
r-l»aïn-Ex-
bij A. Gf. P.
d en ffiij A. L
at.
DAM.
soliditeit als in
imachinehandel
Cloppenburg.
ïevenstaand ge-
elsdijk.
UITGEVER
9
2.)
(Wordt vervolgd.)
Sluitend is wat te Zelhem gebeurde.
In deze antirevolutionaire gemeente heelt
de Regeering een liberalen burgemeester
benoemd, geheel tegen den wensch van de
meerderheid der ingezetenen.
Ei was een adres naar Den Haag gegaan
met ongeveer 700 handteekeningen, waarin
verzocht werd, om den heer Witteveen te
benoemen.
Maar dat maakte de rekening van den
heer Commissaris van Gelderland blijkbaar
nietde Zelhemmers mochten hun adres
naar de Residentie zenden, niet hun wensch
maar die van den heer Commissaris zou
gelden.
En in Den Haag heeft de Regeering
blijkbaar ook slechts gerekend met den
wensch van den Commissarisnu ja, de
Zelhemmers tellen niet mee.
Dat heet nu natuurlijk volkomen onpar
tijdig
Hier is nu eens Diet naar >de richting*
gevraagd
Och komieder, die Gelderland kent,
weet wel beter.
Hier is met opzet den antirevolutionairen
weer eens aan het verstand gebracht, dat ze
onder een vrijzinnig bewind niets te vertellen
hebben.
Nu wordt nimmer naar >richting« ge
vraagd, en toch worden slag op slag partij
benoemingen gedaan van de ergerlijkste
soort. Heeft één man het in handen, hoe
de ambten in gansch een provincie worden
bezeten wordt er met de ingezetenen
eenvoudig niet gerekend.
Waar blijft nu de bekende Van Rij
Is de man zijn pen kwijt, of is zijn liefde
voor den strijd verkoeld
Intusschen, de Regeering moet zoo maar
voortgaan.
Op die wijze wordt naar „verzoening"
getrachtzooveel mogelijk rekening gehou
den met de wenschen van al de groepen
des volks.
Zoo toont men met de daad, dat de
antithese de wereld uit, de verdeeling des
volks in twee kampen voorbij is.
We zijn alweer mooi op den ouden weg
van onderdrukking en achteruitzettingop
nieuw is getoond, wat men van de vrien
delijke verzekeringen, die het Kabinet bij
zijp. optreden gaf, te denken heeft.
door
14 Hoofdstuk XI.
Herman Wouters was ook niet voldaan,
»Was dat nu een kopstuk van de socia
listen? Als Willemsen zoo gepraat had,
dan was het te begrijpen geweest, maar
voor een kopstuk was dit geen wederleg
ging geweest. Hoe arm, hoe zielig was
dat alles.®
Toen de debatter uitgesproken had, kwam
mr. Kartens naar voien en begon op dege
lijke, zaakrijke wijze te argumenteeren.
Zeker,* zoo begon de spreker, de Bijbel
wordt misbruikt, doch daarmede heeft de
heer Slichter zich niet bezig te houden. De
socialisten rekenen immers niet met het
Woord onzes Heeren en daarom moeten
ook nooit beginnen met ons op dat
Woord te wijzen. Hier geld het, wat
last1013 ^ezus leer(^e: 31 Gij legt een ander
oü °P\ te zwaar onl te dragen, doch
r 1 ze met den vinger niet aan*
r(>f,L(aa,r0m e.r noS geen juist omschreven
er arbeiders is Wel, dat is nog
al gemakkelijk en daarvan behoeft men ons
geen verwijt te maken.
Een zestigtal jaren hebben we al gezucht
onder het liberalen juk en dus moet ge
het den liberalen verwijten, dat ze in die
zestig jaren nog niet gezorgd hebben voor
een recht der arbeiders. Dit beloof ik u,
dat wij er geen tien jaren voor noodig zul
len hebben. Verlangt uw partij dus naar
het goed omschreven arbeiders recht, laat
dan uw ongeloof in den steek en maak
met ons Gods daden groot.
Doch dat willen de socialisten nietvan
de christenen moeten zij niets hebben.
Dominé's en Priesters zijn in hun oogen
de grootste volksverleiders, die er op aarde
rond loopen. Waarom verwonderen zich
de heeren toch zoo om het verbond tus-
schen Rome en Dordt Is dat zoo onbe
grijpelijk Zeker, Rome gelooft het anders
dan wij, doch Rome wil evenals de christe
lijke partij uitkomen voor Gods Naam op
de erve des publiek en des staatkundigeus
levens, Daarom kunnen wij met Rome
samen gaan en het is niet, zooals de heer
Slichter het voorstelt. Trouwens, hij weet
het beter. Als wij de mannen van de
geldkist en de brandkast zijn, waarom ons
dan op het eind zijner rede uilgenoodigd
met zijn partij samen te werken Getuigt
deze uitnoodiging niet om aan te toonen,
dat 'wij toch nog zoo slecht niet zijn als
de spreker het wilde voorstellen De socia
listen zijn godloochenaars. Ze mogen het
willen verbloemen, maar toch is het waar.
Als er socialisten in ons midden zijn,
eerlijke socialisten, laten ze dan maar eerlijk
zeggen, dat de woordvoeders al het moge
lijke doen om hen van den godsdienst los
te maken. De socialisten zijn den godsdienst
vijandigzij hebben er immers geen flauw
begrip vandat toonde ook de uiting van
den spreker. Hij zeide, dat Dominé's en
Pastoors voorschreven, 'hoe men en wat
men gelooven moet. Doch, dat zegt God.
Hij en Hij alleen wijst ons den weg en als
er dan ook een Dominé of een Pastoor is,
die stellingen verkondigt in strijd met het
Woord, weet ge wat er dan gebeurd? dan
zet de gemeente hem af. Dit is toch geen
bewijs van de macht, die Dominé of Pastoor
heeft, zooals de heer Slichter het wilde
voorstellen.
Daarom, niemand schrijft ons de wet
voor dan God. Hij, de Oppermajesteit,
Hij, de Schepper van hemel en aarde, Hij
de Formeerder van den mensch, zegt, hoe
wij te leven hebben. Hij wil door alle
menschen geëerd en gediend worden.
De vergadering was door den Voorzit
ter met een woord van dank en door den
spreker met een vurig dankgebed gesloten.
Men was huiswaarts gegaan.
Van der Hoek nam op den hoek van
de Prinsengracht afscheid. Hij had nacht
dienst en moest naar 't kantoor.
Morgen kwam hij eens aanloopen en dan
zouden ze samen nog eens praten.
Wouters versnelde zijn pas. De toren
klok sloeg elf uur en het was in de meeste
straten doodelijk stil. Zijn hoofd was ver
vuld met alles, wat hij dien avond gehoord
had. Geregeld denken, kon hij niet.
Bij zijn woning gekomen, zag hij het
licht op. Lena was niet naar bed gegaan.
Alles was opgeruimd avondeten stond ge
reed, de koffie verspreidde een aangenamen
geur door het vertrek en met een vriende
lijk, van vreugde stralend gelaat trad zij
hem tegemoet en heette hem welkom.
ï-Was het druk op die vergadering,
Herman vroeg zij belangstellend.
Ach, Leens, het was er stampvol, doch
mijn hoofd is zoo met alles vervuld, dat
ik haast niet meer ordelijk denken kan.
Dit weet ik wel, dat ik op een verkeerden
weg ben dat ik God verlaten, jou en moeder
verdriet gedaan heb en nu niet weet, hoe
ik terecht zal komen.*
O, dat is nog al gemakkelijk, Herman.
God zegtBidt en gij zult ontvangen,
klopt en u zal open gedaan worden. Wan
neer gij tot God gaat met een gebroken
hart en een verslagen geest dan zal God
u hooren en u alles vergeven.*
Hai maar Leens, ik kan niet bidden
niet bidden, zooals het behoort.*
>Ochj Herman, dat zal God je wel
leeren.*
Laten we nu gaan eten, dan kunnen we
morgen wel eens verder praten, want je
hadt mij immers nog wat van de fabriek
te vertellen
>Ja, dat is zoo, doch ik ben er nu niet
voor in staathet duizelt mij.*
»Nu, het kan morgen ook wel* was
haar antwoord.
Toen zij zaten te eten, zei Herman plots
»Hoor eens Leens, jij moest nu maar
lezen en bidden. Ik kan het niet, doe jij
het dan maar.*
>Graag,* antwoordde zij. Het is zóó
beter dan voorheen, toen wij beiden ons
eigen weg bewandelden. Toch Herman,
hoop ik, dat gij die taak spoedig van mij
zult overnemen. De man is priester in
z'n eigen huis en behoort in alles voor te
gaan. Hij moet den toon aangeven. Van
hem moet de geest der liefde, de geest
van den huiselijken vader uit gaan. Nu
zal ik het wel doen, doch ik wensch, dat
het voor korten tijd zij.
Daarop knielden beide neer en werd een
vurig gebed opgezonden tot den Vader,
die in de hemelen woont,
(Slot volgt.)