vvoensüag mr eoruan ihöö.
Antirevo
«f aargang iv. mo.
Orgaan
voor de Kiiidhollandiche en 2Keenw§che Eilanden.
IN HOC SIGNO VINCES
Vriendelijk verzoek
Voor Chili, tweemaal
hellen.
Voorin. 6 uur.
Zondag, Kam. 1
uur.
111
TERDAM.
1.
IS.
idang XII."
Januari 1908
W.Z.
•nis
lag,
,30
tl.
aasnymph."
met 31 Maart 1906
WZ.
dagelijks, behalve
Vlaardingen 36
amMaandag en
Schiedam 2*80 unr
ER
oedereede en
October 1905.
is en Hellevoetsluis
1,uur.
'ellevoetsluis.
i. 2,uur.
tiddelharnis.
3,uur.
itellendam.
Stellendam.
rdamschen tijd op-
ernis".
41.
WZ.
im: Zondag 9 en 4
Dinsdag 9, 12.15,
9,12.15 en 4.30 uur.
uten, Schiedam 20
Zondag 8 en 8
Dinsdag 7,30, 10,1
en 3 uur.
en Dinsdag vertrek
BRIELLE.
istbuot.
Aankomst.
10.20
3.15
5,10
8,15
TERDAM
istboot.
Aankomst.
8,6
D.P.
1,31
5.—
8.45
evoet-
Rotterd.
uis.
D.P.
YUard.
Postbo.
trek. Aankomst.
.10
8.6
35
,89
.35
2.34
K
»40
0,—
8.45
11,55
Numansdorp-
6.25
6.45
7.6
7.10
7.43
8 3
8.37
9— t
9.19 g.
7.52
8.8
8.16
8.44
9.—
9.22
9.44
10.21
10.38
11.—
!jen halten.
5 6.7
3 6.26
i 6.48
4 7.20
8-
6.25
CL
7
6.51
O
7.13
d d
pu
7
7.34
r 1
Loturdam
45
5.54
.1
6.10
Bi
i.ii
6 20
3" 0
M
i.25
6.31
F*" Cu
1.14
7.20
1
10
6 25
».3
7.6
>.15
7.19
O
1.25
7.32
co P
r cu
40
7.50
legen
halten,
4.10
6.25
s-£r
6.10
8.13
d 0
6.23
8.25
a> 0
P4
4.40
7.30
4.52
7.42
d O
7.20
9.22
r cu
e.
ievoetsluia
4.—
4.40
5.10
5 28
5.43
6.—
6.30
7.—
7 25
7.44
7.59
8.15
4.20
4.35
4.49
5.13
5.31
6 5
6.25
6.41
6.57
7.22
7.43
8.20
'biiiptoand,
7.55
8.40
9.27
10.2
10.22
11.2
10.10
11.20
12.7
10.5
10.55
11.30
11.15
11.53
12.10
1230
1.21
2.—
Deze Courant verschijnt eiken Woensdag en Zaterdag.
Abonnementsprijs per drie maanden franco per post 50 Cent.
Buitenland bij vooruitbetaling f 4,50 per jaar.
ifzonderlijhe nummers 5 Cent.
UITGEVER
T. BOEKHOVEN.
têO±nMMüË.<8S$gJH
Adverteiitiën 10 cent per regel en 3/2 maal. Reclames 20 per regel.
Boekaankondiging 5 Cent per regel en 4/s maal.
Menstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing,
öroote letters en vignetten worden berekend naar do plaatsruimte die zij 'oealaan.
Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- ei Vrijdagmorgen 10 aar.
%BIe sf ukken voor «Ie Hetiactie bestjpmd, Adveraentiën en verdere Adminisfiralie franco toe fe aeiaden aan den Uifg-e'
aan hen wier adres door verandering
van woonplaats moet veranderd wor
den, ons niet alleen het nieuwe, maar
ook het oucie adres daarbij te
vermelden.
De Administratie.
Weer is de reis van den heer Kraus
in de Tweede Kamer een onderwerp
van bespreking geweestvan grap
pige bespreking, zouden we haast
zeggen, lezende de Verslagenmaar
die toch in 't eind een ernstig karak
ter aannam.
De heer Kolkman had een inter
pellatie (onderzoekend vragen) inge
diend; hij wilde nu eens het naadje
van de kous weten. Wist de heer
Kraus voor zijn benoeming tot Minister
reeds, dat hij beslist en zeker naar
Chili zou opgeroepen worden, en als
hij dat wist, hoe kon hij, met de
Miriisterieele verantwoordelijkheid het
rijmen, om eigen heimat te verlaten
voor vijf maanden en te gaan dienen
een vreemde Regeering.
Als er in Nederland eens iets ge
beurde, dat een zusje was van 1903,
een tweede werkstaking uitbrak van
dien omvang of nog grooter, hoe zou
hij, als de chef der Spoorbeambten
en het personeel van Post en Tele
grafie hoe zou hij dat voor zijn, ge
weten klaar spelen, zittende in Chili.
Hij is toch de verantwoordelijke Mi
nister, dat Waterstaat, Spoorweg en
Posterij in zulke dagen geheel mobiel
is om tegenover stakers den dienst te
kunnen voortzetten.
Is het niet de dwaasheid gekroond,
om zijn Ministersstoel vijf maanden
leeg te laten en zijn zaken door een
ander Minister te laten bedisselen,
die daardoor toch ook weer uit zijn
eigen werkkring getrokken wordt,
want immers de waarnemende Minis
ter heeft toch ook maar één hoofd en
kan maar op een plaats te gelijk zijn.
Zal dus het Landsbelang niet geschaad
worden door het vertrek van den
Minister. En daarbij, is er nog niet
een ander gevaar 1 Als de Minister
na vijf maanden buitenlandsch ver
blijf terugkomt, zal dan zijn hand en
hoofd nog al niet in beslag genomen
worden door allerlei correspondenties
uit Chili over de uitvoering en nog
nadere uitwerking der havenwerken.
De heer Kolkman was bang, dat
de Minister ook op de uitvoering der
werken nog, van den Haag uit, een
oog zou moeten houden en dat aan
het departement van Waterstaat dus
een bordje zou moeten gehangen
wordenVoor Chili tweemaal bellen,
In één woord de interpellant luidde
't klokje om inlichtingen te bekomen,
die hem dan ook voldoende gegeven
werden.
Was de heer Kraus contractueel
verbonden om naar Chili te gaan
AntwoordJa.
Kon hij zich niet van Chili losma
ken, toen hij Minister, werd Ant
woord Neen. De plannen bestonden
reeds lang en er was al meermalen
uitgesteld. Langer uitstel kon niet
gedoogd worden.
Zal na de vijf maanden de Chileen-
sche regeering den heer Kraus niet
onophoudelijk noodig hebben om nog
eens over allerlei ditjes en datjes een
Naschrift te houden. Antwoord Neen.
Na de vijf maanden is de heer Kraus
van Chili los.
Wist de heer Kraus reeds, toen hij
zijn begrooting in de Tweede Kamer
verdedigde, dat hij naar Chili zou
moeten. AntwoordHij vermoedde,
dat hij kon opgeroepen worden, doch
zeker was 't nog niet; waarschijnlijk
heid was er zelfs, dat hij nog van de
reis afkwammaar Chili's regeering
hield hem stevig vast.
Meent de Regeering, dat het verlof
is overeen te brengen met 's lands
belang en de ministerieele verant
woordelijkheid Ja. De buitengewone
bekwaamheid van den heer Kraus,
alsmede het feit, dat hij de meest
aangewezene scheen om bezuiniging
in te voeren in het Waterstaatsbeheer,.
deed de Kabinetsformateur over het
bezwaar heen stappen.
De heer Kolkman merktefop, dat
de heer Borgesius, die »zijn kind te
vondeling had gelegdcc, er in die mate
reeds los van was, dat hij er niet over
wilde sprekenmerkte op, dat het
antwoord van den Premier hem niet
bevredigde, en diende eene motie in,
waardoor de Kamer zou uitsprekeu,
dat het verlof door geen enkel lands
belang gerechtvaardigd was.
Toen gingen de poppen aan 't dansen.
Die motie is onaannemelijk, zei de
Premier. Er spreekt wantrouwen
tegen onsen als je ons niet ver
trouwt, dan moet je het maar precies
zeggen, want dan gaan we weg.
Daar komen de Liberalen als de
kippen er bij om te redden, wat te
zinken stond.
Ik heb een betere motie, zei Lief-
tink, die niet zoo scherp is. Luister
»Het verlof van Minister Kraus is
»geen voldoende reden om aan dien
»Minister het vertrouwen op tezeggenci,
Klop, zei de Premier die lijkt me
Mij goed, riep Kolkman, de liberale
partij is 'ttoch met ons eens, dat er
van heel die reis niets deugt.
Zwijgend mokken, bij de liberalen
Want t was zoo: hoe zacht of scherp
die motie ook mocht zijn, niemand
der Linkerzijde nam 't voor den heer
Kraus op.
We kunnen het vertrouwen niet
opzeggen, zei Lohman, want we heb
ben het voor dit Kabinet nooit gehad.
Neen, herhaalde Takdie motie
van Lieftink is lariewant wij Soci
alisten stellen ook geen vertrouwen
in dit Ministerie.
Lieftink in de rats, dat z'n molie
verworpen zou worden.
Neen, repliceerde hij, je hoeft geen
vertrouwen te hebben, als je maar
zegt, dat deze reis je wantrouwen niet
verkleint of vergrootdat je 't Mini
sterie er niet nijdiger om aankijkt.
Top riepen de Liberalen en Soci
alisten. zoo is tie goed.
Stemmen! asjeblieft.
Vóór de motie van Lieftink 47
(Links). Tegen 37 (Rechts).
Het Ministerie was gered.
En Kraus gaat als Nederlandsch
Minister, zoDder behoud van tracte-
ment naar Chili, en vindt daar in
rijke bezoldiging een schadevergoeding
voor de 6 duizend, die hij van zijn
tractement moet missen.
Uit, de Pers.
Landarbeiders en zee visschers.
Onder het opschrift „Uitgesteld" schrijft
»Patrimonium«
In de zitting van 14 Februari j.l.
deelde de voorzitter der Tweede Ka
mer aan de leden mede, dat de
wetsontwerpen tot verzekering van
personen, werkzaam in de landbouw
bedrijven en het zeevisscherijbedrijf,
tegen de geldelijke gevolgen van on
gevallen, hun in verband met de uit
oefening van het bedrijf over-
kjmen, voorloopig niet in dc afdee-
lingen onderzocht zullen worden.
De reden daarvan moet niet gezocht
worden in de meening, dat die aan
gelegenheden niet voor eene s-poedige
behandeling in aanmerking zouden
komen.
Integendeel, meende de voorzitter,
maar de Minister van Landbouw,
Nijverheid en Handel, de heer Vee-
gens, heeft zich voorgenomen eene
wijziging der ongevallenwet van 1901
in overweging te nemenmet dien
verstande, dat hij daaraan de indie
ning van een ziekte-verzekerings-
ontwerp wil doen voorafgaan
En nu gaat het toch niet aan de
ontwerpen voor landbouw- en zee-
visscherijongevallen in de afdeelingen
te behandelen, voor dat men bekend
is met de denkbeelden der regeering
omtrent de wijzigingen in de onge
vallenwet.
Het afdeelingsonderzoek zou in
deze omstandigheid geen resultaat
opleveren en daarom is het maar
beter dg behandeling der bedoelde
ontwerpen in de afdeelingen uit te
stellen.
Geen verzet in de Kamer.
Maar wat zal men er ook aan
doen. De redeneering van den voor
zitter was juist.
Maar daar schieten de landarbeiders
en visschers niet mee op.
Zij mogen alweer wachten. Voor de
zooveelste maal. Hun geduld is be
kend. Hoe dankbaar zullen ze wezen
voor deze winst, die de wisseling van
ministerie hun bracht.
De vorige regeering had alles klaar
liggen, Wijziging ongevallenwet 1901,
ontwerp -ziekteverzekering, ontwerpen
voor ongevallenverzekering bij den
landbouw en de zeevisscherij.
Maar nu komt een nieuw ministerie
en trekt de eerste twee in.
De laatste twee niet.
Zie zoo, denken de landbouwar-
beiders en visschers, nu komen we
toch gauw aan de beurt.
Onze ontwerpen zijn gehandhaafd.
Teleurstelling is echter weer hun deel.
Nu moet de wijziging der ongevallen
wet eerst weer boven water komen,
en deze komt niet, als het ziektever-
zekeringsontwerp is ingediend.
En als die er weer zijn komt ook
de landbouw- en zeevisscherij onge
vallenverzekering aan de orde.
Het voordeel van het niet-inge-
trokken zijn dezer ontwerpen is dus
niet groot, nu de behandeling toch
moet wachten op de wederindiening
der ingetrokken ontwerpen.
De linksche politiek is wel ondoor
grondelijk. Vooral ten opzichte van
de sociale hervormingen.
Dr. Kuyper had een afgerond plan,
en leverde een geheel.
Dat werk moest verstoot d.
En nu kan men niet verder. Nu
staat het ontbreken van eerie ziekte
verzekering de uitbreiding der onge
vallenverzekering in den weg.
Juist waar Dr. Kuyper in 1900 bij
de behandeling der eerste ongeval
lenwet tegen waarschuwde.
Maar deze wist er toen niets van.
De linksche heereu wisten beter en
gingen toch door, en toen Dr. Kuyper
de gemaakte fout trachtte te herstellen
moest zijn werk verstoord worden.
Om ten slotte nog te erkennen, dat
hij gelijk had.
Tot schade evenwel van de betrokken
ardeiders.
Wij schrijven nu 1906 ennog moeten
de landarbeiders en de zeevisschers
hooren, dat hunne zaak uitstel vraagt.
Zullen de arbeiders hieruit leeren,
hoe de linksche politiek hunne be
langen tegenwerkt
Tniis- ess liand^ouw.
WAT De. POELS WIL LATEN DOEN OM
KAL VERZIEKTE TE VOORKOMEN.
A' Maatregelen te nemen direct voor en tijdens
het halven.
1. De staart der koe met een lijntje langs een
der zijden aan een touw om den hals der koe
te binden.
2. Vóór het breken der vliezen moeten staart,
aars, kling (bint) en uier door middel eener'spons
goed gereinigd met een 3 pet. creoline-oplossing
(10 eetlepels creolin op 5 liter water.)
3. Met de daarvoor bestemde spuit de kling
uit te spuiten met sublimaat-oplossing ter sterkte
van 1 op 5000 (1 sublimaat-pastille op 5 liter
water.)
FEÏÏILLETOI.
EEN DONKERE WEG.
door
L. VAN BERKEL.
5) Hoofdstuk H.
>Nu, dan hebt u je vergist. Mijn werk
is precies volgens de teekening. Als het
dus niet goed is, dan is dat het gevolg
van de verkeerde teekening, die men mij
gegeven heeft.
sHou je gevolgtrekkingen maar bij je
die maar voor thuis. Jij hadt
zien,« gaat de opzichter voort,
een fout in die teekening was,
daar ben je werkman voor.«
»Pardon, opzichter ik ben werkman om
naar een mij gegeven teekening te werken
en dan verwacht ik, dat de teekening in
orde is.«
»Je hebt niets te verwachten. Ik zeg
je nogmaals, dat jij naar mij toe had
moeten komen om mij te zeggen, dat er
een vergissing heeft plaats hehad.<s
Herman kookte van woede. Zulk een
manier van optreden tegenover een werk-
bewaar
moeten
»dat er
man, die toch geen hond is, mishaagde
hem. Toch bedwong hij zich, maar toen
de opzichter bleef volhouden »jij had dat
moeten zien,« viel hij plots uit, terwijl hij
vuurrood werd
»En ik zeg je, dat jij mij dan zoo'n
prul van een teekening niet hadt moeten
geven. Je bent geen knip yoor je neus
waard.«
»Dat is raak,« dachten de overige werk
lieden.
»Zoo gaat hij goed,«
sje mag wel bedenken, tegen wien je
spreekt, bulderde de opzichter. Ik ben je
gelijken nietik ben de opzichter, versta
je dat
»Dat kan me niets schelen, driftigde
Herman; voor mijn part was je de koning
van Engeland. Ik houd vol, dat de teeke
ning niet deugt en dat ik daarvoor niet
verantwoordelijk ben en ik heb met je
hoogen toon niets te maken.a.
»En ik zeg je, dat jij je bek houdt.«
riep de opzichter buiten zichzelven van
woede. »Als je dat niet wilt, ga je maar
heen, daar is het vierkante gat, versta je Ps
»Ja maar, dat gaat zoo niet, riep
Herman.
»Ik zal er mét den directeur over spre
ken, en als mijn werk niet overeenkomstig
die teekening is, dan kan je me naar huis
sturen.
•»Geet op, die teekening,dwong de
opzichter»dan zal ik er mee naar den
directeur gaan.«
»Neen, dat is niet noodig,beweerde
Herman, die de zaak niet vertrouwde en
bang was, dat de opzichter spoedig de
fout zou herstellen, »we zullen samen naar
den directeur gaan, en anders haalt ge den
chef maar hier.«
Vk Zal je verklagen,riep de opzichter,
»d'r uit ga jeis het vandaag niet, dan
morgen.
Toen de opzichter verdwenen was, kwa
men eenige werklieden bij Herman »Je
hebt je kranig gehouden hoor,« beweerden
zij. »Je hebt hem flink gezegd, waar het
op stond.»'t Is altijd zoo'n bloedhond,
beweerde een forsch gebouwde kerel, die
Willemsen heette en de leider van de
socialistische werklieden was. »Die kerel,
meent, dat hij het alleen weet en alles mag
zeggen, wat hij wil. 't Is wel eens goed,
dat jij je tanden hebt laten zien, dan weet
hij, wat hij aan je heeft. Maak je nu maar
niet bevreesd, dat hij naar den directeur
zal gaan om je te verklagen. Dat is bang
makerij en niets anders. Hij weet wel,
dat de directeur hem door en door kent.
»Dan ga ik naar den directeur, ant
woordde Herman. Ik laat me door den
opzichter zoo niet behandelen, wat denkt
hij wel
Het overige van den middag ging rustig
voorbij. De opzichter liet zich niet meer
zien en bleef in zijn kantoor.
Toen het tijd was om te eindigen, kwam
de portier met de boodschap of Wouters
bij den directeur wilde komen.
Herman begaf zich er heen. De direc
teur was een man met een hoog voorhoofd
en een paar heldere oogen, die iemand
door en door konden kijken. Hij had een
zeer ontwikkeld rechtsgevoel en stond bij
ieder, behalve bij de werklieden, bekend
als iemand, die wit, wit en zwart, zwart
noemde.
Toen Herman het kantoor was binnen
getreden, zei de directeur
Wouters, de opzichter heeft rapport
van je gemaakt en gemeld, dat ge je onbe
leefd tegenover hem hebt aangesteld.
»Is dit zoo
>Neen, directeur.
»Niet En de opzichter meldt het, zie
maar« en tegelijker tijd vertoonde de direc
teur het rapport.
>Ja, directeur, het is toch niet waar.«
»Wat is er dan gebeurd vroeg de
chef.
»De opzichter had mij een teekening
gegeven en volgens die teekening heb ik
gewerkt. Nu zegt hij, dat mijn werk niet
goed is dat dit mijn schuld is.*
»Kan je het werk en die teekening even
halen
»De teekening wel, directeur, maar het
werk niet, dat is te zwaar en te moeilijk.
Wacht, dan zal ik weieens met je
mee gaan
Samen gingen zij nu naar de fabriek.
Werk en teekening werden aandachtig
bekeken en de directeur moest erkennen,
dat Hermans werk aan de teekening be
antwoordde.
»Als werkman hebt ge uw plicht ge
daan^ begon de directeur, »maar zijt ge
wel correct geweest in uw optreden tegen
over den opzichter p Het rapport meldt,
dat ge den opzichter met jou en jij hebt
aangesproken en een toon aangeslagen,
die volstrekt niet past.«
»Is dat zoo
»Ja, wel, directeur,bekende Herman.
))Dat is dan toch niet, zooals het be
hoort, je moet altijd bedenken, tegen wien
je spreekt.«
Wordt vervolgd.)