Antirevolution
Orgaan
IN HOC SIGN O VINCES
FEUILLETON.
Woensdag 25 October 1905.
asnymph."
uet 31 Maart 1906
rz.
dagelijks, behalve
Vlaardingen 35
Maandag en
Schiedam 2,30 uur
Sn 2e Kerstdag en
fR
\edereede en
dotober 1905.
tn Hellevo»t$luia.
li,uur.
Illevoetsluis.
2,uur.
t ddelharnis.
1,uur.
teliendam.
tellendam.
dmnschen tijd op
Irma
|l-
Z.
Zondag 9 en 4
[Dinsdag 9, 12.15,
B, 12.15 en 4.30 uur,
|teo, Schiedam 20
Zondag 8 en 3
dinsdag 7,30, 10, 1
3 uur.
In Dinsdag vertrek
|ND.
ude Maas.*
f.Z.
naar Oud-3eier-
iiuten, Ylaardiugen
rinuten. Oud-Beier-
Éer land alle werk
uur.
lilil MLLli.
|tboot.
Aankomst.
10.20
3.15
5,10
8,15
ITËRUAM D.P.
ptboot.
Aankomst.
8,6
1,31
5.—
8.41
ïvoct-
Kotterd.
ïis.
D.P.
Via.trd.
Postbo,
rek. Aankomst.
10
8.6
35
9,39
35
2.34
40
5,
8.45
11,55
Numansdorp-
6.25
6.45
7.6
8.37
9— S
9.19 e
7.10
Si.
£i
7.43
a"
O
8.3
C0
rt-
5
7.52
5
8.8
9
8.16
9.44
8
8.44
10.21
5
9.—
10.38
0
9.22
11.—
en
halten.
6.7
6.26
6.48
7.20
a-o.
6.25 t»
6.51 S'É
7.13 g g,
7.34 f
■otterdam
.45
5.54
1
6.10 0.
.11
6.20
0,
,25
6.31 ft
pu.
14
7.20
.10
6.25
.3
7.6 a
.15
7.19 g
0
25
7.32 ft
p
40
7.50
egen
halten,
4.10
6.25 Si
6.10
8.13 g
6.23
8.25 r-
a
O.
4.40
7.30 e-
4.52
7.42 S
0
7.20
9.22
a
P*
evoetsluis
4
6.30
4.40
7.—
0
5.10
7.25
p
pu
5.23
7.44
Bi
5.43
7.59
a
6.—
8.15
CD
4.20
6.25
fc6"
4.35
6.41
O
4.49
6.57
3
OJ
5.13
7.22
Bi
5.31
7.43
6,5
8.20
8-
vak.
hilipsland,
7.55
10.10
ÏT
8.40
11.20
o-
9.27
12.7
P
P*
10.2
2?
10.22
11.2
11.15
5-
11.53
0
12.10
P-.
10.5
12.30
O-*
G>*~
10.55
1.21
P
55-
11.30
2.—
208te Jaargang N°. 1079.
voor tl® Zuidholli»inI*<*lie en Zeeuniche Eilanden,
Deze Courant verschijnt eiken Woensdag en Zaterdag.
Abonnementsprijs per drie maanden franco per post 50 Cent.
Buitenland bij vooruitbetaling f 4,50 per jaar.
4 Wonderlijke nummers 5 Cent.
UITGEVER
T. BOEKHOVEN.
SOMMELSniJH.
Aövertentiën 10 cent per regel en 3/2 maal. Reclames 20 per regel.
Boekaankondiging 5 Cent per regel en */s maal.
Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan.
Adverlentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10 uur.
Alle sêuliSieii voor tie fitedactie bestemd, Advertenties! ess verdere Administratie franco toe te «enden aan den Uitgever.
18de LIJST
van de 21e Jaar-Collecte voor de
Scholen met den Bijbel.
Transport 1 53,884,49'/,
Houwerzijl119,90
Oldekerk met Niekerk en Eaan 129,00
Spijk (Gron.) Godlinze en Losdorp 490,05—
Uithuizermeeden met Roodeschool
Oosternieland en Oldenzijl 656,50
Uithuizen met Eppenhuizen en
Zanderveer1076,95
Winschoten met Heüigerlee en
Beerta (h. en G. K. 233,10
Ooster-Nijkerkerk met Metslawier en
Nes (W. D.) 107,82—
Heemse met Collendoorn, Reese
en Diffelen123,55
Aalten met Lenteloo en Breedevoort 298,01
Ede473,30-
Silvolde met Terborg en Etten 40,15'/,
Voorst68,88—
Utrecht1602,31'/,
Diemen met Diemerdam en Die-
merbrug (H. K.)8,25—
Heemstede met de Glip 276,45—
Hilversum655,76—
Weesp met Weespercarspel779,53
Delft met Hof van Delft en Vrijen
ban 491,54'/,
Giessendam met Giesen-Ouder-
kerk (Benedenkerks) en Hordinx
veld (Beneden) 120,15'/,
■'s Gravenhage 1354,17—
'Leiden671,18'/,
Biggekerke en Krommelioeke 49,35—
Biezelinge met Kapelle en Evers-
wijk (per lijst) 130,05
Serooskerke (W.) 68,45—
Werkendam met ged. van de
Werken245,70
Totaal van 450 Locale Comité's f 64,154,62—
Waar niets.staat aangegeven is'de collecte aan
de huizen gehouden.
Behalve de Unie-collecte zijn er te Oldekerk
nog voor de school gecollecteerd f 140.
De Unie-collecte te Uithuizermeeden bedroeg
f 333,70 en te Roodeschool f 322,80, terwijl bij
dat L. C. nog f 1300 is gecollecteerd voor den
bouw eener onderwijzerswoning.
De Unie-collecte bedroeg f 81,40 te Ooster-
Nijkerk en f 26,42 te Metslawier.
De Unie collecte bedroeg te Aalten f 208,01 en
te Lenteloo f 90.—
Onder de Unie-collecte te Utrecht zijn f 108,98
aan nagiften begrepen.
Op de 20e lijst worden de nagiften opgegeven.
R. DERKSEN.
Secretaris der Unie.
Het Groene Biruls.
Het Hoofdbestuur van het Groene
Kruis zal de oorzaak worden, dat afdee-
lingen zich gaan afscheiden. Op ons
althans, en we gelooven de tolk te
zijn van zeer vele leden der Afdeeling
MiddelharnisSommelsdijk heeft de
jongst ingezonden en op onze Afdee
ling behandelde Agenda een onaange-
namen indruk gemaakt.
Twee punten vooral maakten onze
Afdeeling wrevelig nl. de verhooging
van het quotum van 10 tot 16 pCt.
en de uitgaven voor de gezondheids
kolonies.
We zagen absoluut niet in, waarom
we tot zulk een hooger percentage
onzer inkomsten zouden moeten over
gaan. Het Hoofdbestuur is slechts
een corporatie, een lichaam, dat het
symbool, het zinnebeeld is van de
saamhoorigheid der Groene-Kruis-Ver-
eenigingenmaar meer dan symbool
is het niet. Het Groene Kruis is geen
organisatie, waarin van boven af aan
de Afdeelingen iets wordt opgelegd
maar een saamvoeging van eigen,
zelfstandige krachten, die naar de
Hoofd- of Algemeene vergadering een
afgevaardigde zenden niet om te hooren
wat de Algemeene Vergadering als plicht
voorschrijft en goed achtmaar om he
slist, kort en goed, te zeggenwat een
Afdeeling wel of niel wenscht.
Een Afdeeling is een autonome
machtze leeft zelfstandigontvangt
geen voorschriften van 'tHoofdbestuur,
staat alleen als een zuster naast de
zusters en wil zich door den geest van
solidariteit gedreven, met het Hoofd
bestuur in relatie stellen zonder ech
ter gedrongen te worden tot ook maar
den kleinsten afstand van eigen pri
vilegiën of autonomie.
En nu wil 't Hoofdbestuur van onze
vereeniging eischen niet 10, dat toch
al kras hoog is, maar 16 pCt., of een
zesde onzer bruto-inkomsten. ^73
En dat nog al, waar het op den
Beschrijvingsbrief van April dezes
jaars bij art. 7 in de Toelichting-
schreef
Opdat echter de meerderheid van
een Algem. Verg. de minderheid niet
in zooverre te zeer kunne overheer-
schen, dat zij óf de Algemeene kas
tegen den wensch van velen te zeer
kan verzwakken, óf wel het quotum
te hoog kan opdrijven, is een minimum
bedrag als regel gesteld (10 pCt
en voor de afwijking een maximum,
aangenomen (20 pCt.J.
Nu echter laat het Hoofdbestuur
»den regek los en verplicht het ons
»de afwijkingee, die wel nog niet het
maximun van 20 pCt. is, maar het
scheelt niet zooveel, te aanvaarden.
En waarom nu die verhooging?
In April schreef het in verband met
subsidie aan Ziekenhuisverpleging, zie
dezelfde toelichting bij art. 7
Een bescheiden stap in de richting
van subsidieering van Ziekenhuisver
pleging zou toch vermoedelijk reeds
een quotum van 20 pCt.-vorderen.
Hetzelfde lean zich later voor doen.
Dat flateris nu bijna »heden«
gewordenwant we moeten betalen,
nog niet 20 pCt, maar toch wel 6 pCt.
meer dan het als regel gestelde 10 pCt.
Waarom die verhooging? Omdat
het Hoofdbestuur zich gaat bemoeien
met allerlei zaken, die op zich zelf
beschouwd goed en nuttig zijn, maar
daarom nog niet door 't Groene Kruis
behoeven aangepakt te worden en
pakt het ze aan, dan toch de verplich
ting meebrengen, om de Afdeelingen
niet tot hooger quotum te nopen.
Het moet die gelden dan maar op
andere wijzen vinden.
Zeker, Art. 1 der Statuten zegt:
De Zuid-Hollandsche Vereeniging
Het Groene Kruis heeft haren zetel
te 's-Gravenhage en stelt zich ten
doelSamenwerking tot het bevorde
ren der Ziekenverpleging en der alge
meene gezondheidsbelangen.
Door dit artikel nu kunnen allerlei
stichtingen geschieden, en allerlei „ge
zondheidsbelangen" door 't Hoofdbe
stuur bevorderd worden, maar waar
is de grens? 't Eene jaar is 't subsidie
voor Ziekenverpleging, dan weer steun
aan gezondtieidscoloniesdan weer
komen er andere »algemeene gezond-
heidshelangen« aan de orde, misschien
nog wel 't stichten van arbeiderswo
ningen Maar een grens is er niet, dan
in de ontoereikendheid der linantiën.
Welnu, ouzo Vereeniging ziet het
niet in, waarom het Hoofdbestuur vol
gen moet in zijn aandrang naar steun
voor de vele ^gezondheidsbelangen*!,
die het maar ter hand neemt. En in
geen geval willen we de 10 pCt. daar
door ook tot 16 pCt. zien verhoogen.
Het Hoofdbestuur moet de tering
naar de nering zetten en zeer beschei
den voor die belangen uit art. lwerken,
en zonder zulke opofferingen als de
Afdeelingen zich nu moeten getroosten.
Non possimus Het kan niet geduld
worden. Elke afdeeling kan haar cen
ten goed gebruikenin elke gemeente
is op 't terrein van ziekenverpleging
nog zooveel te doen, nog zoovele on
volkomenheden,' nog zoo noodzakelijke
verbeteringen en aanvullingen totstand
te brengen en nieuwe sanitaire en
hygiënische maatregelen te treffen om
't lijden te verzachten en 't leven der
kranken en herstellenden te veraange
namen, dat iedere afdeeling er naar
hunkert om zelfs de 10 pCt. in den zak
te houden.
En nu gaat, waar elke Afdeeling er
naar hijgt om alle inkomsten te beste
den tot heil der leden, der hulpbe
hoevende dorpelingen, der grootste en
kleinere lijders; nu gaat 't Hoofdbe
stuur in plaats van 10 pCt. er 16
vragen.
Zie, dat maakte onze Afdeeling wre
velig en we besloten dan ook unaniem
met alle stemmen vó.ór, om ons perti
nent te verzetten tegen het opdrijven
van het quotum.
En wil het Hoofdbestuur niet luis
teren, welnu, dan gaat onze Afdeeling
haar eigen wegen we houden de
f 70 in onzen zak en zegenen daarmee
de ellendigen in onze twee dorpen.
Zóó staat het.
We winden nergens doekjes om
maar 't Hoofdbestuur moet wel weten
wat het doet.
Onze Afdeeling, Middelh.-Sommelsd.
betaalt absoluut de '16 pCt. niet.
Dit moet weerstaan worden.
Honderden dingen zijn in een wel
bewuste, oplevende en humane Maat
schappij goed en redelijkmaar wat
goed is behoeft daarom nog niet per
se door een Afdeeling van 't Groene
Kruis gesteund te worden.
Eigen gemeentelijke en plaatselijke
behoeften noodzaken om het steunen
van 't goede en edele in der samenle
ving willen en begeeren te beperken.
Kort en duidelijk gezegd We heb
ben genoeg aan ons eigen, wenschen
voor ons eigen te leven, voor onze
eigene zieken.
En 't particulier initiatief, dat tegen
woordig op filantropisch gebied lauwe
ren oogst en grooten zegen uitgiet in
allerlei Gestichten en Stichtingen dat
initiatief moet zich ook werpen op
de Gezondheidskolonies, doch van 't
Groene Kruis moeten deze weinig ver
wachten. En wil toch de eene of
andere Afdeeling gelden afstaan voor
zoo'n kolonieze ga haar gangmaar
wij zullen hoogstens een bijdrage schen
ken, als 't particulier initiatief op
onze bereidwilligheid een beroep doet.
Voor gezondheidkolonies en dito
takken van barmhartigheid wil onze
Afdeeling wel wat afstaan, maar niet
door den koker van 't Hoofdbestuur,
eischend 16 pCt.niet als onderdeel
van de Hoofdvereeuiging Groene Kruis,
die ons voortdrijven wilmaar als cor
poratie, die anderer nooden lenigen wil,
als de leden zich er niet tegen ver
zetten.
Wij willen, als men ons dwingt, isole
ment en daarin zit dan beslist onze
kracht.
Die kracht zal onze Afdeeling ont
plooien tot heil van de leden en de
armere dorpelingen.
En mocht het Hoofdbestuur voort
gaan op het verkeerde spoor, waarop
het de vereeijigingen poogt te bren
gen, dan scheiden we ons af.
En na de scheiding gaan we opbou
wen aan een nieuwen Flakkeeschen
bond.
Niet zoo maar hals over kop!
Maar met verplichtende voorzichtig
heid met beleid niemand verplich
tend om met ons te gaan, maar ook
allen welkom heetend, die als Groene-
Kruis-vereeniging met ons plaats wil
nemen in den Bond van Flakkeesche
vereenigingen voor Ziekenverpleging.
Dan steunen we op en gaan samen
met onze 12 dorpenen met elkaar,
vol sympathie, jagen we er alle naar
om onze eigen toestanden te verbe
teren.
Dan zal er solidariteit zijn van
Flakkeeërs voor Flakkeeërs en de
hulpbehoevenden zullen van deze actie
de rijke vruchten plukken.
TVI U R E INI
Uit de Pers.
Socialisme en godsdienst.
De Maasbode schrijft
Het is een oude, bekende waarheid,
maar die nog niet voldoende en alge
meen genoeg geloofd wordt, dat het
socialisme ongodsdienstig, ja anti-gods-
dienstig is.
Dit is weer voor de zooveelste
maal gebleken op het vrijdenkers-con-
cres te Parijs.
EEN scaiiPHH^uii
door
L. VAN BERKEL.
2 Hoofdstuk I.
O in zulke jaren wordt er in Scheve-
ningen en in elke visschersplaats veel ellende
geleden. Het leven is dan een zwart, troos
teloos bestaan en geen enkele vonk van
geluk sprankelt, waar de tegenspoeden des
levens zoo zwaar en diep het opgeruimdste
gestel weet te treffenhet leven is dan
een last, te zwaar om te torsen.
Achter elk dier huisjes treit men kleine
f \oekjes grond aan, die veel gelijken op
f een magazijntje van victualiënin een
■nietig schuurtje hangt eenig vischwant te
drogenstukken van alle deelen van een
schip worden hier tot kleine houtjes her
vormd men ziet er nog flarden van zeilen,
uitgerafeld touwwerk, iu één woord, alles,
wat met het visschersbedrijf in verband
staat, merkt men hier op. Bij gebreke van
den veelal afwezigen eigenaar wordt, hier
de rust bewaard door een haan, die met
een afgepast aantal vrouwen kakelend en
kraaiend rondtrippelt en somwijlen de
aandacht zijner zes kippen inroept voorde
kieuwen ot ingewanden van het zoetwater-
vischje, dat de zuinige zeeman in zijn le
digen tijd tracht te vangen. Tevredenheid
is nog altijd de kenmerkende karaktertrek
der zeelieden. Een feit is het, dat, wan
neer de visscherij maar eenigzins goed gaat,
er nog gulle goedhartigheid in hem huist.
Zij gevoelen dan niet het nijpend gebrek,
dat verbittert; niet die gestrenge armoede,
die van binnen koud maakt, van buiten
onverschilligheid te voorschijn roept en die
hartstochten in den mensch wakker schud
den, wier uitwerking gericht is tegen wet
en gezag doch wanneer de winter aan
komt met ziju lange reeks van droeve ellen
den, in velerlei vorm en gedaante, breekt
een tijd vol zorgen aan, vooral voor de
huismoeders, die alleen 's avonds haar
mannen zien, die bij voorkeur den dag in
de koude lucht doorbrengen en op den
duur weinig gevoelen voor het bedompte
huisje, waar de tabakswalm, vermengd met
etenslucht, als een zwareu mist blijft hangen.
Ook de reeders van die dagen hadden
nog iets typisch. Met hun cylinderhoeden
van eigenwijs model, met hun kleeding, in
de snit, zoo overtreffend dorpsch, met hun
breede, zwarte stropdassen, een paar keer
om den hals gedraaid, zoodat dit lichaams
deel bekneld zat als in een reusachtige
schroef, geleken zij meer op visschers in
hun Zondagsche kleeren dan op eigenaars
van vischschepen.
Toch moet men "meer respect voor die
menschen hebben dan voor het wandelend
modeplaatje, dat 's zomers aan het strand
rondwandelt, en genoemd kan worden
moderne leeglooper. Deze figuren zijn ken
baar aan enorm hooge boorden, vervaarlijke
puntschoenen, of juister uitgedrukt knoop
laarzen, pantalon van ongewone wijdte en
manchetten, waarin duim en vingers bijna
geheel begraven zijn. Ze zijn kenbaar aan
iets onmogelijks in geheel hun verschijning
weerzin wekkende persoonlijkheden, die wel
minachtend op den mindere neerzien, doch
op zedelijk gebied verre bij die minderen
ten achterstaan.
In de eenvoudige wijze van doen der
reeders tegenover de bemanningen hunner
schepen ligt veel, dat men als maatstaf zou
kunnen aannemen, bij hei vaststellen van
enkele verhoudingen in de groote maat
schappij, waarvan hier slechts een klein
deel is te aanschouwen.
Hier geen vertoon van woorden, waar
van bijna elke zin een brutale onwaarheid
is, hier geen gedwongen verhoudingen, waar
het kruipende en lage afschuw inboezemt
en met walging vervulthier geen vernisje
op onbeschaafd, ruw houthier geen vor
men, die den mensch eer verlagen dan
veredelen. Evenmin treft men hier aan de
ongepast hooge bejegening van den werk
gever tegenover den werkman of de mis
plaatste trots van hem, die dikwijls door
louter toeval of geluk geroepen is om
meer te zijn dan anderen.
Wanneer de schepen uit zee komen,
weet de reeder reeds aan de verschillende,
doch altijd sterksprekende, zeer in het
oogloopende kleuren der vaartuigen of het
een zijner bommen is. Aan een eigenaar
digheid in tuigage of romp, aan iets eigen-
dommelijks ziet hij dadelijk welk schip het
is. Dau wisselt hij reeds op geruimen afstand
van den wal van gedachten met den schipper
en men kan het straks op beider gezichten
lezen, of de vangst mee of tegen gevallen is.
Dit is volstrekt niet enkel winzucht der
reeders. Bij hen is er nog niet zoo'n sprake
van een uitzuigen en uitmergelen hunner
ondergeschikten. De reeders stellen gelukkig
veel belangstelling in het lot hunner onder
geschikten, Het is hun werkelijk aangenaam,
als de vangst goed is en de moeiten en
de uitgestane angsten en gevaren beloont.
Dit doet hen in de achting der visschers
rijzen en vandaar dat in onzen tijd het
socialisme bij de visschers hoegenaamd
geen ingang vindt.
Voor ons ligt er iets rustigs in zoo'n
omgeving. Ver van den moeitevollen kamp,
die elders gevoerd wordt in den harden en
onmeedoogenden strijd om het bestaan,
vindt men aan de kusten der zee, waar het
geluid, dat uit de naburige stad opstijgt,
overstemd wordt door het rusteloos geklots
der golven, vergetelheid voor zooveel, dat
beslag legt op ons leven. Er bestaat hier
minder aanraking met driften enbegeertenS
Een deel van de ondeugden der wereld
schuwt den frisschen en ruimen dampkring
der zeekust. De reine en maagdelijke, door
luchtige schoonheid, waarmede moeder
natuur praalt, schijnt aan het strand van
hooger orde te zijn. Vele zonden, die in
de volkrijke steden hand over hand toe
nemen, treft men aan de kusten niet aan.
De werking der elementen valt niet te
loochenen, golfgeklots en stormgeloei, don
derslag en bliksemgeflitszonneschijn en
onheilspellende stormluchtenze sluiten
alle egoïsme uit en maken de samenleving
aangenamer.
Wordt vervolgd.