voor de Knidhollandscbe en üfieeuw§e1tr Hilanden.
Woensdag 11 October 1905.
20slc Jaargang N°. 1075.
li.
!R.
A ntir evolutionair
Orgaan
IN HOC SIGN O VINCES
M
I
luis,
IT
-ZAAIJER.
HELEN,
:oonen,
H? 4540
ff
géén ge-
:sma.
lieten
ttuigea,
Ko rale n
340.
oterhamworst.
n Assurantiën,
Waarden,
T. BOEKHOVEN.
Vit «Ie Pers.
FEUILLETON.
Eens spelers leven.
I
Logement,
ïijck, wordt
jzen.
yi.fi.
I«X8.
nneukas -
yés, enz.,
I
lich we-
|mel den
HRKSLAND.
ille
landsche
Couranten.
fertentiën
|en
\oolbehoeften.
IA DIG
Poëzie- en
teuts
tijbels.
raretlen
andere
bezichtigen,
[ELEN
ft worden enz.
>baar bij
LN,
Nieuwe Tonge.
ook Benzine ver-
>Tën.
ü'v.'CZi
ÜELHAR1VI8.
Jide artikelen.
80111 melsdijk,
van W. Boekhoven).
soh,
gesneden.
olpens verkrijgbaar.
llijke prijzen,
volen
tigd
tl) No. 10.
a DEPOSITO
)g JD/2 pOt. Voor
ader overeen te
gratis verkrijg-
I
Deze Courant verschijnt eiken Woensdag en Zaterdag.
Aboanomentsprijs per drie maanden franco per post 50 Cent.
Buitenland bij vooruitbetaling f 4,50 per jaar.
Afzonderlijke m;Tinners 5 Cent.
UJTGRVEK
Advertentiën 10 cent per regel en 3/2 maal. Reclames 20 per regel.
Boekaankondiging 5 Cent per regel en 4/s maal.
Dieiistaauvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan.
Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- ei Vrijdagmorgen 10 uur.
,111e Miihlten voos- «Ie Meöaelie feeslesaid, Adverteiretiën en verdere Administratie franco toe ie asemlen aan «3ea O 8 ge ver.
14de LIJST
van dg 27e Jaar-Collect3 voor de
Scholen met den
nj
Transport
Uniegift van Mevr. C. de G. te B.
Oldehove met Niehove
Pingjum met Zurich
Sexbiarum met Pietersbierum
IJlst
Oranjedorp (Bvang. lokaal
Vriezenveen met Westerhaar en
Sibculo (h. en H. K.)
Epe
Kerkwijk met Delwijnen
Scherper.zeel met Woudenberg en
Leusden jj
Tiel met Zoelen, Ophemert, Ech-
teld, Zennewijen en Lienden
Varsseveld
Benschop
Lopik met Cabauw, Lopikerkapel
Eenswonde
Amsterdam III (Overtoom e. o. me
ged. Sloten)
Uithoorn met Kwakel en de Men-
Moerkapelle
Monster met Ter Heide en Poeldijk
Mijnsheerenlar.d
Nieuwerkerk a./d. IJsel met Moor
drecht en Gouderak
Woerden met 's-Gravesloot, ged.
Eietveld en ged. B. Waarder
Oost en West Souburg inet Groote
Abeelu
Breda met Princenliage, Chaan en
Ginnelcen
39.704.10
5.00
124.65—
77.45—
139.50'/,
130.32'/,
11 85—
104.75—
71.50—
27.31'/,
143.03—
87.45—
320.46-
57.40—
188.35—
106.53 -
548.09'/,
130,35'/,
81.44'/,
67.08—
275.21—
214.55—
202.64'/,
300.00—
74.00—
40.50—
89.20—
Totaal van 350 Locale Oomite's. f 43.389.91
Waar niets staat a:, gegeven i9 de colecte aan
de huizen gehouden.
Behalve de Unie-collecte hebben de maande-
lijksche scbooleolleoten in de Herv. Kerk te
Vriezenveen (ondanks de ontzettende ramp, die
door den brand op 10 Mei j 1. het dorp zoo vree
selijk heeft geteisterd) in het afgeloopen jaar
pl.rn. f 500 opgebracht.
De Unie-collecte bracht op te Nieuwerkerk
a/d IJsel f 53.53'/,, te Moordrecht f 37.11 en te
Gouderak f 12.
R. DERKSEN,
Secretaris der Unie.
In ))De Rotterdammer a van gisteren
vonden wij onder het omschrift
„Met Itevolatlonair,''
een artikel dat we gaarne gedeeltelijk
een plaatsje geven. Zij schrijft
De antirevolutionaire en de vrijzin
nige richtingen staan lijnrecht tegen
over elkander
De eene erkent de zeggenschap van
God almachtig ook op het gebied van
het Staatsleven, de andere wenscht
den dienst van God beperkt te zien
tot de binnenkamer, en verlangt op
het publieke levensterrein niet te wor
den lastig gevallen met ordinantiën des
Heeren, geopenbaard in Zijn Woord.
Ook bij de kiesrechtquaestie, die
weldra weer de gemoederen van onze
Nederlandsche bevolking zal bezig hou
den, wordt deze tegenstelling tusschen
het revolutionaire en het antirevolu -
tionaire spoor aanschouwd.
Principieel geeft elke vrijzinnige
richting op de vraag »wie is' er op
den Nederlandschen bodem heer en
meester,ten antwoordliet volk.
Jn het vrijzinnige stelsel is het volk
souverein, en betrekkelijk o zoo gemak
kelijk weet dit revolutionaire systeem
dan de gansche Staatsinstelling in el
kander te passen.
Het volk is souverein, en dus wordt
ieder individu, hij zij man of vrouw,
geboren met het recht om iti de Staats-
aangelegenheden mee te spreken.
Omdat dit echter voor kinderen
slecht, gaat, werpt bet stelsel die aan
stonds ter zijde, om zoo te komen tot
deze grondstellingieder die geboren
wordt, hij zij man of vrouw, heeft als
individu het recht om, wanneer hij
tot onderscheid van jaren is gekomen,
in Staatszaken zijn stem tedoenhoo
ren.
Eigenlijk zou het in dit systeem het
beste zijn, dat al de individuen van
het souvereine volk op een bepaalde
plaats bij elkander kwamen, om dan
met elkander de belangen van »de
gemeenschap® te behartigen.
Dat kan echter niet. Eenige millioe -
nen inenschen kunnen niet eens te
zamen vergaderen.
Daarom is er dan een volksverte
genwoordiging, dwz. zijn er volgens
revolutionair systeem een aantal man
nen, die door de individuen worden
aangesteld om naar hunne begeerten
en bevelen de volksbelangen te ver
zorgen.
Deze volksvertegenwoordiging heet
dan Staten-Generaal, die eigenlijk
namens het volk in Nederland het
gezag dragen, en desnoods als luxe
zich kunnen veroorloven een Koning
of eene Koningin te benoemen, die
naar hunne wenken met de «andere
ambtenaren« het door de Staten-Ge
neraal beslotene heeft uit te voeren.
Men gevoelt, elke vrijzinnige, die
met dit stelsel in handen desniettemin
het kiesrecht slechts goed acht voor
de rijken en de meer gezeten burgers,
en niet voor de lagere klassen, pleegt
onrecht. Wanneer principieel het kies
recht een aangeboren individueel recht
is van eiken man of elke vrouw, is
het niet billijk zeer vele burgers in
Nederland van dat aangeboren recht
te berooven.
Wij, antirevolutionairen, huldigen
dit revolutionaire stelsel niet.
Naar onze overtuiging, die met den
Souvereinen Schepper van hemel en
aarde rekening houdt, is God de lleere
de gebieder over alle volken en natiën,
en door het Woord dat Hij ons
schonk weten wij, dat Hij aardsche
Overheden verordineerd heeft om na
mens Hem, bij Zijne gratie; het gezag
over de volkeren der aarde te dragen.
Volgens antirevolutionaire beschou
wing, is dan ook niet het volk, maar
is onze Koningin heer en meester over
ons vaderland, en eeren wij in haar
de Souvereine, die hij Godes gratie
over onze Nederlandsche natie regeert.
En wel kennen wij bij, naast, ja in
zeker opzicht tegenover onze Koningin,
eene volksvertegenwoordiging, maar
deze volksvertegenwoordiging draagt
niet het souvereine gezag.
Reeds hieruit blijkt, dat de samen
stelling van de volksvertegenwoordi
ging in ons antirevolutionaire stelsel
een heel ander vraagstuk moet worden
geacht, dan deze samenstelling is in
het revolutionair systeem.
Gaat liet revolutionaire stelsel uit
van de individuen, wij antirevolutio
nairen kunnen dut geenszins.
Ook heden ten dage kan niet worden
gezegd, dut het huidige beperkte indi
vidualistische kiesrecht een volksver
tegenwoordiging in het leven roept,
waarvan men kan betuigen, dat ze
behoorlijk is samengesteld.
Voor Rotterdam 1 heeft daar een
liberaal zitting, omdat men van vrij
zinnige zijde eerst het district heeft
beangstigd door een verkiezingsalarm
over den »beul«, en later over een
sgereformeerden Professor,
Van het district Zierikzee is dit even
zoo te zeggen.
Voor Gprinchem zetelt een liberaal,
omdat de Friesch-Christelijk-histori
sehen uit boosheid den antirevolutio
nair lieten vallen.
Door Kampen wordt afgevaardigd
een liberaal, als gevolg van stembus
praktijken, denk maar aan het «vat
jenever«, die alle elders vertoonde
te boven gingen.
Utrecht verkoos twee conservatief-
liberalen, evenals op tal van andere
plaatsen dooi de hulp der sociaal
democraten.
Kortom, kan men nu onder de heer
schappij van dit individualistische
kiesrecht zeggen, dat onze Staten-Ge
neraal behoorlijk zijn saamgesteld
Het lijkt er niet naar.
Uitgaande van een recht der indivi
duen om deel te hebben aan de uitoe
fening van een souverein gezag des
volks, komt men nimmer tot een goede
beschouwing van de volksvertegen
woordiging.
En daarom zal onze antirevolutio
naire partij wijs doen, met in den
komenden tijd niet, naar revolutionair
voorbeeld, te vragen «tot wie moeten
wij het kiesrecht nog uitbreiden,maar
zal ze, in onderscheiding van alle vrij
zinnige richting, hebben voorop te
stellen de souvereiniteit der Koningin
en de beteekenis van het lichaam dat,
Staten-Generaal genaamd, hij, naast
en tegenover de Kroon in Nederladd
bestaat.
Zoo zal onze antirevolutionaire partij
niet in de allereerste plaats spreken
over kiesrecht en nog eens kiesrecht,
maar in de eerste en voornaamste
plaats over het gewichtige vraagstuk:
hoe komt men tot eene go:de Staten-
Generaal, hoe geraakt het volk van
Nederland aan eene qoede volksverte
genwoordiging.
En dan is dus niet het aangeboren
kiesrecht nummer één, en de Staten-
Generaal nummer twee, als in het
stelsel der vrijzinnigen.
Maar dan is een goede Staten-Generaal
nummer één, en komt de kiesrecht
quaestie eerst ter sprake als een mid
del om zulk een goede volksvertegen
woordiging te verkrijgen.
Van Kol over lileiilnirg.
In de zitting der Tweede Kamer
van 21 Nov. 1902 sprak de Heer
Van Kol aldus: Dit echter wil ik
nog wel zeggen, dat, waar ik drie Mi
nisters in ons Parlement heb bijge
woond, ik meer vertrouwen stel in
de beide Calvinistische, dan in den
liberalen Minister, die het bewind in
handen had«.
Blijkens zijne benoeming tot gouver
neur van Suriname heeft de heer
Idenburg de van hem gekoesterde
verwachting niet teleurgesteld.
En toch moest ook deze Minister
omgekegeld worden.
Oiqdat hij Calvinist was.
Leid.]
Diep treurig.
De heer Ketelaar, als men weet, is
de groote mond van Nederlandsche
openbare onderwijzers.
Hij spreekt voor hen in Den Haag
op 't Binnenhof; in Luik op de Ten
toonstelling overal.
Zq.. mogen hem echter weieens
'n commissie van controle of zoo iets
terzijde stellen. Want hij kan me dan
raar aan 't doorketelen slaan
Zaterdag pleitte hij voor 't idee,
om de vrouw die in zekeren toestand
is, toch onderwijzeres te laten, zij
't ook met 5 maanden verlof.
Daar had men wel ooren naar op
die vergadering.
Maar werd gevraagd ge bedoelt
tocli zeker de gehuwde vrouw, die In
dezen toestand is, meneer Ketelaar
Nee, neemeent de „vooruitstre
vende® afgevaardigde van Amsterdam
de »Burgelijken Stand« maakt hier
niets uit. Gehuwd ot
er niet toe
En dus, om de dingen op z'n Bij-
belsch maar bij hun naam te noemen
De heer Ketelaar en z'n metgenooten
zien er geen been in om de opleiding
tot alle «christelijke en maatschappe
lijke deugdenop te dragenaan
een hoer.
Is t niet diep treurig
Onze Cour.
ongehuwd doet
Eene Saltslsclie dorpsvertelling.
Naar het Hoogduilsch.
door
L. VAN DERKKL.
9 Hoofdstuk VI.
Het hielp dan ook zoo veel, dat hij
nooit te laat, nooit na half elf thuis kwam.
Op zekeren avond sloeg het elf en twaalf,
en nog altijd was hij er niet. De wind
loeide en wierp de sneeuw als bij schop
pen vol tegen de vensters, en buiten was
het zoo donker, dat men geen hand voor
oogen zien kon. De arme vrouw keek en
■luisterde een en andermaal uit het venster,
evenals Sisera's moeder, toen haar zoon
■uit dc-u strijd tegen de Israëlieten terug
komen zou. (Riehtetèn 5 28.) Een ont
zettende angst greep haar aan. Het sloeg
•één uurtoen kon zij het niet meer uit
houden. Zij wekte de knechtAndreas,
wij moeten er uil er kan mijn man in
•dit noodweer wel iets overkomen zip.-s
Andreas was spoedig in de kleeren.
Beiden narren slokken, en de knecht boven
dien de groote lantaarn in de hand, I11
den hot maakte laatstgenoemde ook nog
den hond los. j.Die helpt zoeken en brengt
ons veilig weder naar huis Zoo gingen
zij den berg op. Liefde en trouw geven
kracht en volharding, en maken het oude
gebeente weder jong. Zij stapten dwars
over het witte hoogveld heen van wegen
was in het geheel geen sprake. Toen zij
een half uur geloopen hadden, begon de
hond aan te slaan en vol blijdschap
vooruit te snellen. Daar stond vóór hen
een man, met een sneeuwvlaag overtogen,
als een steenen wegwijzer met de borst op
een stok leunend hij deed geen enkele
schrede voor- of achterwaarts. Wilhelm,
zijt gij dat riep de vrouw. »Ach God,
ja, ik ben het.« »Waar blijft ge dan zoo
lang »Ik weet het niet,« was zijn ant
woord. Hij was als verlamd en verbrijzeld.
Zij grepen hem ieder bij een arm, de hond
ging vooruit, en zoo trokken zij naar het
dorp. Onderweg sprak hij geen woord.
Zij kwamen gelukkig thuis. Zij kleedde
hem uit, bracht hem te bed, zette tbee
voor hem, en sliep in. Deu volgenden
morgen, toen hij weder tot zichzelven ge
komen was, verhaalde hij haar »Vrouw,
dezen nacht zijt ge voor mij een engel
Gods geweest. Om tien uur ging ik uit
Günthersrode en spoedig had ik de hoogte
bereikt. Op den berg echter heb ik in
den storm en de dikke sneeuwlaag drie
uren in een kring rondgeloopen. Ik was
letterlijk uitgeput mijne gedachten had ik
niet meer in mijn machtmisschien had het
nog maar weinige minuten behoeven te
duren en ik zou neder gezonken en nooit
weer opgestaan zijn. Vrouw, als ik ooit
vergeet, wat gij dezen nacht aan mij ge
daan hebt, dan moge God, als Hij Zijne
genade uitdeelt, mij ook vergeten. Nu
roer ik van mijn leven geen kaart meer aan
Wilhelm, wees niet te haastig met uw
belofte,waarschuwde zijne vrouw, »doe
er liever een gebed voor, dat God er u
de kracht toe moge geven »Ja, dat
ook,« antwoordde hij, »doch dat staal vast:
e;n kaart roer ik niet weder aan!«
Den volgenden Zondag nam hij op zijn
belofte het Heilig Avondmaal als zegel en
bekrachtiging Gods. Zijn speelbroeders
keerde hij beslist den rug toe geen aan
drang van hunne zijde was in staat hem
van besluit te doen veranderen.
Hij bleef te huis
Hij bleef te huis
En nu, mijn lezer, ach, dat we na deze
woorden de pen hadden kunnen neerleg
gen Gij zoudt het met vreugde gezien
hebben en ik ook. Wat er echter verder
geschied is, moeten wij u ook verhalen, al
doet het ons beiden ook nog zoo zeer
aan het hart. Wie weet, waartoe het
dienstig is
Minstens acht jaar duurde deze geluk
kige toestand in den molen. Wilhelms
kinderen werden groot. Zijn beide oudste
zonen waren reeds aangenomen. Zij be
gonnen hun vader in den molen Mink te
helpen. Andreas had nog een gelukkigen
levensavond in het huis gemaaktHij
had het geheele gezin gezegend en was
in vrede heengegaau. Wilhelms welvaart
was zeer toegenomen. Zijn oom en voogd
was gestorven en hij had nog geërfd. De
vrouw prees haren God en zegende duizend
maal den weg, welken zij in dien verschrik-
kelijken nacht had a/gelegd. Driemaal,
dacht zij, had God den jongeling Samuel
uit den slaap geroepen, bij den derden
keer had Hij hem zijne boodschap verkon
digd, en deze is in zijn hart gebleven. Zoo
heeft Hij met uwen man ook gedaan.
Slechts in één opzicht bedroog zij zich.
Sedert Wilhelm den vijand had overwon
nen, sedert hij een reeks van jaren onkwets
baar tegenover de pijlen van den verzoeker
gestaan had, ging hij zich inbeelden, dat
hij het gedaan had en dat zijne kracht er
hem door had geholpen. Hij was in staat,
den spelers in het gezicht te zeggen
Neemt een voorbeeld aan mijmaar er
behoort kracht toe, als men zich losrukken
wil.« Dus hoogmoed komt voor den val.
God wil Zijn eer aan geen auder geven.
Het is een kostelijk ding, dat het hart
vast worde, hetwelk geschiedt door genade.
Het is u aangezegd, o mensch, wat recht
is en wat de Heere uw God van u eischt
namelijk Gods Woord houden, en liefde
oefenen, en nederig zijn voor uw God.
Hoofdstuk VII.
Na de bovenvermelde acht jaar stierf
vader Helfrich, de rijkste notabele van het
dorp. Zijn goed bevatte wel zeven land
hoeven. Hij had zooveel kinderen, dat
geen hunner de vaderlijke bezitting aanvaar
den kon. Zij besloten daarom, het te
verkoopen. Twee opkoopers uit 't Maagdcn-
burgsche, de eene een Jood, de andere
een Jodengenoot, maakte er zich meester
van De Jood bracht het geld, dejoden-
gonoot den naam aan. Die opkoopers
drijven een verachtclijken handel. Zij reizen
de wereld rond en ruïneeren den welgestel-
den boerenstand. Zij koopen geheele land
goederen op, verdeelen die in 10, 20 en
meer perceelen, en verkoopen deze aan de
meestbiedenden.
Slot volgt
1