Woensdag 19 Juli 1905. r, voos* de %uÊüli@i!and§clir en Keenwsclie Skilanden. An tit eva lu tionair Orgaan IER. IN HOC SIGNO VINCES - AM. T. BOEKHOVEN. bummmuj SBMJ h FEUILLETON, WAT LIEFDE VERMAG. ers. tien. rkt, KIS. rJK. JTS te Ou.de JRVINK te Alle sliilifeen voor «3e Redactie bestemd, A«lverlentlën ess verdere Administratie franco toe te zenden aan den Uitgever. Isi de val loopen. 8Jit «Ie Pers. bek- |te. .-O. |kend ..©O. letlen. I aarten .f4.50 itronen Jet Spits- -,p. 100. SLAND. Iche inten. ptiën ïoeften. vi&- et» s. g' - -EN. Lam- voorraad f - »MO fc cadeau. m Deze Courant verschijnt eiken Woensdag en Zaterdag. Abonnementsprijs per drie maanden franco per post 50 Cent. Amerika bij vooruitbetaling f 4,50 per jaar. Afzonderlijke nummers 5 Cent. ÜJTGEYER Advertentiën 10 cent per regel en 3/2 maal. Reclames 20 per regel. Boekaankondiging 5 Cent per regel en */3 maal. Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing. Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaat Adverientiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10 uur. De liberale bladen meenden zeker, dat de christelijke coalitie met hand geklap kijken zou naar de ballons, die door hun redacties langzaam werden opgelaten. Er waren er twee. Het Handeliblad« had in zijn hoofdarti kel over den uitslag reeds deze anti these gezet: Nu Ruyper gevallen is, wenschen we met aandrang 't Conser vatisme tegenover de Democratie. Het drukte zich zoo uit De geboorte eener krachtige con servatieve partij en de vorming eener krachtige democratische partij, beide bestaande uit verschillende groepen, maar die 't eens zijn over de groote lijnen van hun politieke opvatting, is nu mogelijk geworden en wordt van harte door ons begeercb- Een lokken en lonken naar den linkschen kant onzer coalitie, naar Talma, Van Vliet, Pastoors en Aal- berse. Zelfs de vrienden der liberaal socia listische coalitie namen deze «begeerte van 't Handelsbladslechts als kennis geving aan om die neer te leggen naast en even te vergelijken met de Handels blad politiek van 1902, toen de beer Bijlevelt tegen mr. Toelstra werd ge steund en de vinnigste democraat, nu zoo geaaid, toen als een nijdige kat werd weggestooten. De liberale zusterbladen gingen de stemming na van 11 Sept. 1902. En daar vonden ze H. Bijleveld (A.) '1643. C. v. Gerritsen (V.-D.) 1016. N. G. Pierson (L.) 803 Mr. P. J. Toelstra (S.-D.) 2050. En ook de herstemming op 18 Sept. Toen kwam uit de bus H. Bijleveld (A.) 3330. Mr. Toelstra (S.-D.) 3231. Natuurlijk, met zoo'n politiek ver leden achter zich, neemt niemand der Gezusters de Handelsbladbegeerte in ernst. Die Ballon is dan ook niet hooger opgestegen dan de dakgoten van de Pijpenmarkt. In niet één Blad is die Handelsblad- politiek aanbevolen, Een conservatieve partij tegen een democratische, nu, is voor ieder, die het politieke leven, niet oppervlakkig, r o spottelijke onnoozelheid. Dan moest de zittingsperiode 1901 tot 1905 weggecijferd kunnen worden. Dan moest 't verleden, de Takki- aansche wetgeving van'94 geen richt snoer en baken voor de toekomst zijn. Dan moest de christelijke coali tie haar politieken zelfmoord plegen willen. Neen 't Handelsblad staat met zijn begeerte alleen. In die val loopen we niet. Maar een andere val werd opgezet. Conservatieve groepen tegen Demo cratische neen, dat was al te dwaas; doch handhavende de recht- sche coalitie en de linksche concen tratie kon toch een gemengd kabinet gevormd worden, waarin de gematig den van Rechts en Links zitting hadden. Men was reeds zoo parmantig van de overzij, adres aan de N. Ct., om ons een paar onzer Rechtsmannen aan te wijzen Ellis moest er in, Loef of Idsinga en Idenburg. De rest zou bijna Gematigd-Liberaal moeten zijn De Beaufort of Roëll, voor Buitenland; de nobele Drukker voor Justitie, Lely voor Waterstaat, Pierson voor Finan- tiën en Tomson voor Oorlog. Ziezoo 't Ministerie was er een gematigd Kabinet, dat vertrouwen had bij Lohman door Idsinga bij Aalberse door Loef, bij Schokking door Roëil en bij Talma door Idenburgidem vertrouwen bad bij de Unie-Liberalen door Thomson, bij de Vrijzinnige- Democraten door Drukker en bij de Oud-Liberalen door Pierson. Was het niet mooi in mekaar gezet Maar we loopen ook niet in die val. Karl von Vogelsang heeft eens ge zegd »De geest van den waren staats man moet wortelen in 't verleden, en onze staatslieden kennen dat. Ze weten, boe zulk een gemengd kabinet van allerlei beginselen 't bederf bracht in de politiek. De christelijke idee taande, doofde in de schemering der neutraliteit. 't Belijden en 't belijnen houdt op. Het kiezersvolk verslapt in actie, omdat ze geen grootsch doel meer zien schitteren en van 't oude ideaal de goudglans is afgeslagen Er komt verflauwing der grenzen in en door 't Gemengde Kabinet, die terug slaat op de natie. Warm wordt men voor één denk beeld niet meer. 't Kabinet is grauw de actie wordt grauw en de toekomst wordt door al die neutraligheden in handen gespeeld van 't Liberalisme. Dat is de les van 't verleden. En zouden we nu zitting gaan nemen in een Gemengd Kabinet om de vrucht daarvan te dragen in den schoot van de tegenpartij. Dat in geen geval. Of we dan »bang« zijn om de Anti these te verliezen In geenen deele. Die bangheid zou misplaatst zijn, omdat de Antithese niet is gemaakt, niet is opgeworpen, maar een even gewoon levensverschijnsel is als 't zon licht en de duisternis, die, of we leven of dood zijn toch op de aarde zich openbaren. Zoolang de aarde draait zullen licht en duisternis zonder of met onzen wil de getuigenis zijn van een levend God en een ordelijke natuur. Niet daarom weigeren we dus een Gemengd Kabinet, omdat we de Anti these niet zouden willen verliezen, maar hierom, omdat de historie heeft bewezen, dat de Gemengde, neutrale Kabinetten voor 't christelijke Staats beginsel de dood zijn voor vsle jaren. En waar dat christelijk Staatsidee ons begeeren, ons ideaal, ons doel en streven is, zou 't dan niet roekeloos zijn om eigen leven te gaan begra ven in 't Gemengde Kabinet. In die val loopen we niet. Neennoch een partijgroepeering volgens het Handelsblad, noch een Gemengd Kabinet volgens den Middel burger kan thans onze instemming hebben. Verantwoordelijk om de crisis op te lossen is alleen de Linkerzijde, die tegen Rechts den strijd had aange bonden. Aanvaarde zij die taak en helpe zij Volk en Land daardoor zeer spoedig aan een nieuw christelijk Kabinet, dat met de portefeuilles onder den arm klaar zal staan om den desolaten boedel uit Borgesius onbekwame han den over te nemen. Noodlijdende Hervormde Kerkeu. Onder dit opschrift schrijft de Nieuwe Prov Groninger Ct. het volgende Van doorgaans goed ingelichte zijde vernemen we, dat het volgende biljet is gezonden aan alle liberale kiesver- eenigingen, liberale jonge gardes en dito propagandisten Mijne Heeren Tot onze groote blijdschap heb ben we in de dagen voor 28 Juni gezien, dat U innig belang stelt in den bloei der Hervormde Kerk. Voor dien tijd wisten we dit niet, omdat we U nooit in de Kerk zagenmaar thans begrijpen we, dat de liefde zich op verschillende wijzen kan openbaren, zoodat nog steeds het oude woord geldteen ieder zoent zijn vrouw op zijn manier. Gij behoort tot de menschen, die de voorkeur geven aan de kerk van ongekorven hout, waai men zijn havanna kan rooken waar men op zijn tijd een bittertje kan krijgen of, als men de mode van den dag volgt, wat likeur zonder alcohol of een kwast. Gij behoort tot hen, die hun twee kinderen desnoods nog laten doopen, omdat de vrouwen in hun zwakheid daaraan nog hechtendie zelfs, ter wille van den vrede in het huisgezin op Oudejaarsavond de vrouwelijke helft naar het kerkgebouw willen geleiden, omdat moeder en grootmoeder daaraan nog al veel hechten. Gij behoort tot hen, die geleerd hebben met Cats, Vondel, Huygens en Hooft te spotten, als met oude leuterkousenzelfs hebt Ge ze niet gelezen, omdat Ge dat gezeur toch niet verstaat, daar die menschen altijd Bijbelsche beeldspraak ge bruiken. Gij behoort tot ben, die op de onderwijzerexamens Jacob en Ezau voor de zonen van Adam en Eva houden en in de schoolbladen vragen 'wie toch eigenlijk Hagar wel was, daar Da Costa een gedicht op heeft. Ziet, we begrijpen dat alles heel welGij zijt zoo, omdat Ge liberaal zijtomdat Ge behoort tot het denkend deel der natieomdat Ge nooit »verdommiDgsonderwijs<s: hebt genotenomdat Ge gaarne wilt zijn een kind der twintigste eeuw. Niettegenstaande of laten we liever zeggen juist door dat alles zijt Ge toch beminnaars der Her vormde Kerk. Ge hebt het uitge schreeuwd, ja uitgebruld voor de ooren van ieder, die het hooren wilde en ock voor de ooren van hen, die het niet hooren willen, dat de Hervormde Kerk in gevaar was en dat Gij redden zoudt uit de handen \an haar belagers. En 't is u geluktGe hebt dat dier baar kleinood gered en het veilig gesteld in de handen van Mr. Troelstra, Van Kol, Ter Laan, Treub e. a. Dat is voor U een geruststelling en Ge kunt weer veilig gaan naar de Kerk van ongekorven hout om een extra-havanna op te steken en te mijmeren over den grooten schat, dien Nederland bezit in de Hervormde Kerk. Doch voor Ge weer uw witte das opbergt zoo onder ons ge zegd, zou ik die maar spoedig laten wasschen en strijken, tenzij het er een was van zes centen, dan kan het wel een nieuwe lijden, want ik vrees, dat die witte das heel spoedig weer dienst moet doen eer Ge dan Uw witte das opbergt, wilden we U even vragen, of Ge uw blakende liefde voor de Hervormde Ke. k, die nu gebleken is, ook niet wilt toonen door nevensgaand in- teekenbiljet in te vullen. Er zijn zooveel noodlijdende Hervormde Kerken, die zich moeilijk kunnen staande houden. En daar de liefde toch altijd zoekt naar een middel om zich te uiten, is dit voor u een heerlijke gelegenheid om uw groote liefde voor de Hervormde Kerk duurzaam te toonen. We mogen daarom zeker wel rekenen op het behoorlijk ingevuld biljet met rijke toezegging en achten het onnoodig, ja totaal overbodig, U het adres te vermelden, omdat U pas getoond heeft met alle zaken der Hervormde Kerk zoo volkomen vertrouwd te wezen. Daar om noemen we ons slechts De collectanten voor noodlijdende Hervormde Kerken. EEN VERHAAL door L. VAN BEBKEL. 3 9) Hoofdstuk XXII. De zegepraal der beslistheid. Willem werd spoedig op vrije voeten gesteld. Er had echter een groote verandering met hem plaats gevonden. Sommigen, die hem voor 't eerst wederzagen, meenden, dat hij in die twee maanden tien jaren ouder was geworden. Zij schreven dit toe aan de gevangenislucht en gevangeniskost, zoo ook aan het verdriet, dat hij, door onschuldig opgesloten te zijn geweest, on dervonden had. Nu is het wel mogelijk, dat een ver blijf als gevangene in een tuchthuis niet voordeelig is voor het lichaam, en de voorbeelden zijn niet zeldzaam, dat de schrale kost menigeen deed vermageren, maar Willem zou de eerste geweest zijn, met te verzekeren, dat de gevange nislucht hem niet had doen verouderen. Integendeel, hij zou u gezegd hebbenik ben als 't ware verjongd, en al heeft ook mijn vleesch geleden, mijn geest is ver sterkt geworden en heeft geleerd te dan ken en te juichen. En inderdaad, de ge vangenis was voor Willem een leerschool geweest, waar de Heilige Geest hem ge leerd had een blik te werpen in eigen hart. En de eene straal reeds, die daarin door drong, was genoegzaam om hem te doen zien in welk een groot gevaar zich zijn ziel bevoud. Door dat kleine vonkje van het goddelijke licht onderwezen, ontdekte hij in alle schuilhoeken en kloven van zijn hart zoovele zonden, dat hij een afschrik kreeg van zichzelven en gelijk wij we ten tot de verzuchting kwam o God, wees mij zondaar genadig Hij begon het te voelen tot in het diepst van zijn hart wat het zeggen wil, beladen met zon den te staan tegenover een Heilig God. Hoe had hij roekeloos 's Heeren inzet tingen vergeten en zich tengevolge zijner onbeslistheid door de wereld laten mee slepen. Hierdoor was zijn terugkeer tot God telkens moeilijker geworden. Wel is waar, elke vriend der wereld staat vijandig tegenover God, maar er zijn vele menschen die in onkunde opgroeien en de waarheid niet weten. Komt het Evangelie tot hen, dan valt het hun veel minder moeilijk dit aan te nemen, dan zij, die de waarheid hebben geweten, maar gehoor gaven aan de influisteringen des boozen, die hen be letten wil zich met beslistheid tot God te wenden. Een terugkeer tot God blijft ech ter ook voor hen open en mogelijk, maar de Heere is alsdan een rookende oven, tot wien zich niemand kan bekeeren, die weigert in dien rook te gaan. Even moei lijk, onaangenaam en pijnlijk als het is om te midden van een zwaren rook een huis binnen te treden even zoo zwaar valt het dan een mensch tot God te naderen, die tevens een verteerend vuur is. Maar er blijft geen andere weg over ter behoudenis voor hem, die twee drie en meermalen de reddende hand der genade heeft afgewezen. Verschrikkelijk is dan de worsteling vreeselijk en ontzettend de strijd, 't Is alsof er nergens licht op daagt, en gewis zou er ook geen redding, geen verlossing, geen uitkomst zijn,"zoo niet de ontferming grooter was dan de zonde d e genade krachtiger dan het ver zet, en zoo de Heere niet de stille, aan houdende voorbede welgevallig ware. Willems verzuchting werd verhoord. De tucht, onder welke de Heilige Geest hem gesteld had, diende slechts om hem dien noodkreet te doen slaken, die spoedig daarop gevolgd werd door de lieflijke stem des Evangelies: j>Geloof in den Heere Je zus Christus en gij zult zalig wordenk De predikant zijner woonplaats de nieuwe dominé over wien er onder de gas ten van »De halve Maanc weleer zoovele laffe spotredenen werden uitgesproken bezocht hem juist in den tijd, toen Lena zich naar hem had begeven, en de leeraar verblijdde zich over hetgeen Wil lem hem van zijn ervaringen en worstelin gen mededeelde. Van nu aan, dus zei- de Willem hem heeft de wereld niets meer aan mij en ik zal haar nooit weder begeeren. Wel heb ik eenigen tijd den toorn Gods gevoeld, toen de donders van Siuaï over mij heen stormden, maar gelukkig was die tijd slechts kort van duur anders zou ik er onder bezweken zijn. Daarentegen heeft zich de Heere aan mij geopenbaard in al de volheid en teeder- heid zijner lietde. Hij heeft al mijn vrees veranderd in blijdschap en mijn angsten in gejuich, zoodat ik nu roemen mag een ge- nadigen en getrouwen Herder te bezitten, die mij leiden zal, en onder wiens staf ik veilig kan wandelen, terwijl ik mij verze kerd houd, dat Hij mij nooit neoit zal begeven of verlaten. Hem wil ik dan ook met beslistheid dienen en het voor de gan- sche wereld uitroepen, dat ik voortaan slechts zal liefhebben wat en wien Hij liefheeft. De predikant haastte zich deze blijde boodschap aan den vader van Willem over te brengen. Hij vond echter den ouden man niet te huis, maar wel trof hij Lena aan, die thuis met hare moeder niet over deze zaak kon of wilde spreken, en dus bij nicht Marie haar toevlucht had gezocht, om voor haar uit te stortenwat haar gemoed bewoog. Hij vernam nu, dat de ware schuldige reeds opgespoord was, maar zag wel eenigszins verwonderd op, dat de beide vrouwen zoo stil bleven over zijn mededeeling van Willems bekeering. Hij had gemeend, dat zij in tranen van blijd schap losgebarsten zouden zijn. Wij heb ben het wel geweten dominé,zei nicht Marie»God is immers een waarmaker van zijn woord. Heeft de Heer niet gezegd Bid en u zal gegeven worden Welnu, wij beiden hebben den Heere gebeden hem ons te geven, en wel in dubbelen zin als een verloste k Wordt vervolgd.

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1905 | | pagina 1