voui' Se SSaiiiliollandselie en Keeawsehe Eilanden. BIJVOEGSEL Zaterdag 4 Maart 1905. 20s,on Jaargang N°. 1012. A n tir evo n air Orgaan IN HOC SIGN O VINCES T. BOEKHOVEN. Si j Advertenties 10 cent per regel en 3/2 maal. Reclames 20 per regel. Boekaankondiging 5 Cent per regel en V3 maal. Ijje sÊiskfcen voor «Ie itediaefie bestemd, Aslvertentlëia era verdere ItdoiiiiMraéie franco toe te zenden «tan «less Uitsrever. Wameroverxielsg. FEUILLETON. WAT LIEFDE VERMAG. •j yth Deze Courant verschijnt eiken Woensdag en Zaterdag. Abonnementsprijs per drie maanden franco per post 50 Cent. Amerika bij vooruitbetaling f 4,50 per jaar. Afzonderlijke nnmmers 5 Cent. üjtgeyer: Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing, Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij bes!a«t Advertentien worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10 uur. Bij dit nummer behoort een Bureaucratie. Een verblijdend teeken des tijds is 't al meer en meer strijden van aller lei richtingen tegen de bureaucratie. Wat is dat? Bureaucratie is het re glementeeren van allerlei voorschrif ten, die door hoogeren en lageren, de een vóór en de ander na, aan het maatschappelijk leven worden gegeven. Bureaucratie en vrijheid zijn water en vuur. De Bureaucratie maakt dood; de vrijheid maakt levend. De Bureau cratie maakt machines van menschen de vrijheid blaast de «machines leven in. Bureaucratie is reglementeeren uw arbeid in 't gezin, in de .school, in den Staat en in de maatschappij. Gij ligt gebonden aan handen en voeten door wetsbepalingen, door voorschrif ten, »mededeelingen,« «opmerkingen,® »besluiten,(( die van alle kanten u op den vinger kijken. Gij zijt u zei ven niet meer, maar de uitvoerder van eens anders wil, die u controleert. niet of gij uw plicht doetmaar of gij uw plicht doet volgens de voorschriften en bepalingen en artikelen en beslui ten en aanzeggingen en circulaires en missives enz, enz. van den zoo veelsten der maand des jaars. Bureaucratie is de zenuw van het leven doorsnijden nl. de ambitie en liefde en toewijding voor zijn werk want gij werkt niet meer uw werk, met uw eigenaardigheden en inzichten, doch gij zijt slaaf, knechtdie op blz. zooveel van de verordening vinden kunt, hoe een ander eischt, dat Rijwer ken zult, zonder u en uw karakter en aard en hebbelijkheden te kennen. Juist in de laatste jaren, nu het Sociale leven is ontwaakt en Sociale wetten worden gemaakt, gaat men de overmacht der Bureaucratie voelen aan den lijve. Natuurlijk, dit sta hier wel op den voorgrond, is de Bureau cratie geen noodzakelijk uitvloeisel van Sociale Staatkunde: nog maar weinige weken geleden heeft Prof. Fabius en ook Ds. Sikkel er ernstig op gewezen bij 't wetsontwerp Ziekteverzekering, dat dat reglementeeren nu eens uit moest zijn en zij wezen ook den weg, hoe dat uit kon zijn, welke weg ieder bekend is in theorie, maar die prac- tisch nog zoo moeilijk te betredenis, omdat we, laat ons het zoo eens uit drukken, al lang in 't schuitje der Bureaucratie varen, waaraan het libe raal beginsel van Staatssouvereiniteit volstrekt niet vreemd is. Doch daar over nu gezwegen. We zeiden: de Bureaucratie (door welk beginsel dan ook) viert op dit oogenblik zijn tri omfen doch dat behoeft zóó niet .te zijn. En juist omdat door allerlei wet ten op Leerplicht, Onderwijs, Onge vallen, Gezondheid en Woningen enz. 't gevoeld wordthoe de Bureaucratie drukt; omdat 'tleger één stuk Bu reaucratie is, waarin officieren en minderen door de hiërarchische sa menstelling bevelen ot ondergeschikt zijn zonder zelfstandigheiddaarom gaan de oogen open, zelfs van Socia listen, die toch krachtens hun Staats leer en Sociale beginselen vóór Bu reaucratie moeten pleiten. Want de Socialistische staat is een Bureaucratie op en top. En hun Sociale leven èén reglementeering. De Bureaucratie is een logisch ge volg van der Socialisten leer. Het trof ons daarvan te lezen, wat de Socialistische Onderwijzers in hun Blad schreven, waarvan we echter maar een klein deel zullen overnemen. Een bron van eindeloos wee voor Indië is altijd geweest de bureaucratie. De bureaucratie drukt eD doodt, kweekt bedriegers en verklikkers. Slechts door vertrouwen te schenken, wekt men vertrouwen Een der groote oorzaken van de nederlagen van Rusland is het bu reaucratisch regeersysteem Alles zeer juist! Frankrijks spion- nagedienst is niemand onbekend. Schurken en bedriegers moet ge in Frankrijk zoeken, denk om de Drei- fushistorie, om de Esterhazy's en dier gelijke. In Rusland steelt men zich rijk en de soldaten moeten ontberen, wat de schraapzuchtige ambtenaars in den zak steken. Voorzeker, de bureaucratie is een gifplant, die op den akker van het Sociale leven het plukken van bloe men tegenhoudt. Voorzichtigheid is bij t samenlezen van een bouquet aanbevolen. Maar 't verheugt ons, dat zelfs Socialisten oog er voor krijgen, dat zulk een toestand de dood is. Maar, en daarmee eindigen we ons artikel Waar de Sociaal-democratische Staat centralisatie en bureaucratie in haar ergste ontwikkeling eischt, hoe kan een Socialist dan principiëeel den strijd tegen de Bureaucratie aanbinden en toch zijn Siaats- en Sociale inzichten niet verloochenen. Dat klopt niet, dunkt ons I Dit klopt welDe natuur gaat bo ven de leer hij die mannen. -a Onverzoenlijk. Het Tweede Kamer-debat kon uit den aard der zaak niet hoog staan. Wat nog gezegd werd bij de artikelen was meesttijds een herhaling van het geen in de eerste zittingen over de Hooger-Onderwijswet gesproken is. Maar dit bleek toch ook andermaal van liberale zijde enz geen de minste tegemoetkoming aan onze bezwaren. Onverzoenlijk staat de Linkerzijde tegenover dit ontwerp. En de heer v. d. Vlugt, of mr. Roëll, óf mr. Druk ker of van Karnebeek 't is alles koek en ei: 't Ontwerp is onaannemelijk. En of min. Kuiper en de woordvoer ders van de Rechterzijde al in 't licht stellen, dat hier in dit|ontwerp niets onredelijks wordt voorgesteld, dat slechts een kwestie van recht en vrij heid in 't geding is, bij elke stem ming is 't rechts tegen links. 't Zal de heeren niet baten. Het wetsontwerp zal in 't Staatsblad komenmaar 't getuigt voor de zoo- veelste maal, dat bij de Linkerzijde voor ons goed recht niets is te halen. Voor het groote volksdeel, dat van de Openbare Universiteiten niet ge diend is, hebben ze geen kik over. Ze voelen 't niet, wat ons drijft en wat ons begeeren is. Hun begrip van vrij heid is zoo bekrompen, zoo kleinzie lig, zoo peuterig dat 't om niets draait dan om hun eigen Ik. Hun school is de schoolhun onderwijs het onderwijs; hun professoren de mannen van liet intellectaan onzen kant is geen »waarborg« voor flinke opleiding-en dege studie. OnverzoenlijkEn er zullen nog heel wat jaren verloopen,. eer die tegenstanders met al hun wijsheid, eens wijzer zijn geworden. Zitting van 23 Febr. Aan de orde de kwestie der Theolog. Faculteit. De heeren de Visser en Schok king hebben het volgende amendement in gediend, het vorige dus gewijzigd Het bepaalde omtrent de faculteit der godgeleerdheid aan de Rijksuniversitei ten wordt binnen drie jaar na het in werking treden dezer wet weder geie- EEN VERHAAL door L. VAN GERKEL. 2) Hoofdstuk i. Be komst «Ier diligence. »'t Is de diligence, die mijnen hoogen hoed meebrengt I* riep Jamal vroolijk uit, ter wijl hij de straat inging, den wagen tege moet. «Zie,* zei Bakker, die Smit aan den arm stiet, «daar komt de oude Kramme, Willems vader. Nu is het wel zeker, dat hij er in zit.* Eenige oogenblikken later hield de wa gen voor het logement stil. Eene menigte menschen drong om de diligence heen, maar allen weken terug, toen de oude, stramme conducteur van den bok steeg, den wagenslag neerliet en het portier open de, eerst voor een joodschen veehandelaar, toen t«{ee burgers uit het stadje en ein delijk voor den lang verwachten Willem. Alle handen werden tegelijkertijd naar hem uitgestoken, maar onze jonge man wist wel, dat hij zijnen vader het eerst moest groe ten, die hem hartelijk verwelkomde, waarna hij zich omkeerde en zijne vrienden met eenen gullen lach toewenkte. Intusschen werd de diligence van hare bovenlading ontdaan en ontving Willem zijnen koffer, die te zwaar was om gedra gen te worden. »Laat hem maar staan, zei Holle, «ik en Muller zullen hem u wel bezorgen. Ga maar gerust met uwen vader heen «Goed,* zei Willem, «wij zien elkan der toch spoedig «Vanavond nog bij Bakker* fluisterde Smit hem in het oor. «Misschien,* zei Willem, die een oogen blik nadacht, maar in de opgewondenheid van het oogenblik eigenlijk niet recht wist, wat hij zei. Smit knipte met de oogen tegen Bak ker, en op Van Beek wijzende, zeide hij «ik heb mijne weddenschap al zoo goed als gewonnen Kramme ging met zijnen zoon heen, door dezen en genen gevolgd, die hem nog even kwam verwelkomen. De menigte verwijderde zich en de conducteur besteeg weer de diligence, om nog een uur verder te rijden naar de naburige plaats. Jamal had dit alles stil aangezien. Tel kens, als er een voorwerp van boven ot uit den wagen gehaald werd, meende hij, dat de beurt aan hem zou komen, om iets te ontvangen, maar toen de wagen ledig was, of er slechts pakjes in geborgen wer den voor het naaste 6tatioD, keek hij be dremmeld voor zich. «Conducteur,* stotterde hij, «is mijn hooge hoed niet meegekomen?* De conducteur kende den vrager en had het antwoord al gereed. «Morgen, morgen breng ik hem mee!* riep hij hem toe. De diligence zette zich in beweging en reed door. Tien minuten later was de hoofdstraat ledig. Alleen Jamal stond nog op hetzelf de plekje van daar straks. Hij had het zich nu eenmaal vast in 't hoofd gezet dat de diligence eenen hoogen hoed voor hem zou meebrengen. «Morgen* dus pruttelde hij, «morgen zegt pe conducteur. Dat heeft hij al een half jaar gezegd (en op deze wijze krijg ik mijn hoed nooit.* En meewarig het hoofd schuddende, gmg hij weg. Hoofdstuk II. Me blikslage!' ess sïjss gezin. Kramme was de blikslager van het stadje, een man zooals er duizenden zijn, die stil hun arbeid verrichten, zuinigjes leven, sparen voor den ouden dag, zich burgerlijk kleeden en gedragen, op hun' tijd naar de kerk gaan, maar zich bijna geen oogenblik gunnen om over hunne hoogste belangen na te denken, die meenen, dat hiertoe gelegenheid genoeg bestaat, als zij oud zijn geworden, maar vergeten, dat zoo menigeen in de kracht zijns levens wordt weggerukt en opgeroepen, om voor God te verschijnen en rekenschap af te leggen van hun doen en laten. Zij verge ten, dat het hun dan niet zal baten te zeg gen, dat zij steeds hun' plicht als burger hebben gedaan, op tijd naar de kerk zijn geweest en wat dies meer zij God eischt van ons betere dingen. Wij moeten een' Borg hebben, die onze schulden betaald wij moeten de vergeving onzer zonden hebben door het bloed van Jezus Christus, wij moeten als verlosten op aarde gewan deld hebben, willen wij zeker zijn, dat er voor ons plaats is in Gods hemel. Maar zie, aan deze dingen dacht Kram- jeld, zoodat het onderwijs gegeven wordt in de vakken der godgeleerdheid. En zij hebben daarnevens een motie voorgesteld van dezen inhoud «De Kamer, «van oordeel, dat de theologische faculteit in 1876 zoodanig veranderd is, dat onder den naam van faculteit van godgeleerdheid eene faculteit van gods dienstwetenschap is ingevoerd «van oordeel, dat het gewenscht is, dat zij hersteld worde in eene, die tot voorwerp van onderzoek heeft de kennisse Gods in gebondenheid aan de openba ring, die iD Christus haar middelpunt heeft «acht het gewenscht in het thans in behandeling zijnde wetsontwerp tot wij ziging en aanvulling van de wet op het Hooger Onderwijs een bepaling op te nemen, dat de tegenwoordige faculteit van godgeleerdheid bij nadere wet in eene zoodanige zal veranderd worden, dat onderwijs gegeven wordt in de vakken der godgeleerdheid*. Aan de orde is ook de kwestie der Staatsexamens. De heeren Lohman, Heems kerk en Nolens hebben een overgangs bepaling voorgesteld om nl. binnen 5 jaar na de in werkingtreding der H.O. wet een afzonderlijke regeling te maken voor 't ver krijgen van den effectus civilis, een regeling, die zich aansluit aan de universitaire exa mens. B r,ncn 5 jaar dus aanvullende Staats examens. Door de heeren Lohman en No- lens werd een en ander toegelicht, door de heeren Bos en Van der Vlugt eeniger- mate de mindere waarde er van op den voorgrond gesteld, waarna nog de Minister het woord voerde om aan te dringen op aanneming. Het was een vonkje, opgeko men uit zekere strooming in den geest, die gaande was. En nu dat vonkje begon te gloeien, moet men het niet dooven, maar doen oplaaien tot een vlam. Zonder hoofdelijke stemming werd 't aangenomen, waarna de theologische faculteit aan de orde kwam voor 't amendement der heeren Visser en Schokking, Na de toelichting der motie door den heer Schokking, die 't on houdbare van den toestand in verband met de theol. faculteit schetste, waar ze nu slechts is een faculteit van godsdienst wetenschap, en moet zijn een faculteit, die de kennis Gods tot object heeft, werd daarover 't woord gevoerd door den heer Van der Vlugt, die bezwaar had tegen de agendarische wetgeving, om een Regeering van over drie jaar vast te leggen door de me niet. Hij was een werkezel en leefde maar voor het tegenwoordige, terwijl hij de toekomst aan den domine en God over liet, daar deze, naar zijne meening het weten moesten. Hij was nog in de kracht zijns levens, ongeveer 50 jaar, en hoopte, vooidat hij zeventig geworden was, zijne schaapjes op het droge te hebben, of het althans met zijn eenige zoon Willem zoo ver te brengen, dat deze als een welge stelde blikslager de eer van zijns vaders firma zou kunnen ophouden. Dan - dan, als hij zeventig was geworden, zou hij eens naar den domine gaan en vragen «Wat moet ik doen 0111 den dood zonder vrees onder de oogen te zien Want hoe hij ook trachtte het van zich af te zetten, de dood was en bleef voor hem een koning der verschrikking. Eens in zijn leven had hij zijne verschrikking van nabij gevoeld, toen zijne vrouw tien jaren geleden, na een kortstondig ziekbed van hem werd wegge nomen. 't Was een akelig sterfbed, zonder hoop of blijdschap. De domine had er bij gestaan en vurig gebeden, maar zijne vrouw had er niet eens naar kunnen luisteren en was handenwringend de eeuwigheid inge- 8aan' (Wordt vervolgd.j

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1905 | | pagina 1