voor ile Zuidhollaiadüclie esa Keeuwirhe Eilanden, TWEE BLADEN. 111115. Vrijdag 16 December 1904. 1 Antirevolutionair Negentiende Jaarg. N°. 1000. Orgaan IN HOC SIGNO VINCES FEUILLETON. T. BOEKHOVEN. Eerste Blad. Nummer 1000. Alle dislike ai voor de iiedacl.ae bestemd, Adverfeniiëii en verdere AeloMnislralie franeo toe te «enden aan den Uit are ver. De actie van den heer Staalman verloopt. Troelstra's rede en Jaures' duel. 4V Deze Courant verschijnt eiken Vrijdag. Abonnementsprijs per driemaanden franco per post 50 Cent. Amerika bij vooruitbetaling f 3,50 per jaar. Afzonderlijke nnmmers 5 Cent. uitgever: Advertentiën IO cent per regel en 3/2 maal. Reclames 20 per regel. Boekaankondiging 5 Cent per regel en */a maal. Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent pei plaatsing. Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaat. Advertentiën worden ingewacht tot Donderdagmorgen 10 uur. Dit nummer bestaat uit In bet nummer van dit blad, hetwelk in den morgen van 2 JANUARI as, verschijnt, zullen, evenals vorige jaren, gebracht aan Familie, Vrienden en Begunstigers, opgenomen worden, tegen den geringen prijs van slechts 25 Cents, indien de advertentie 5 of minder regels bedraagt, elke regel meer 5 Cents Daar van deze wijze om elkaar geluk te vvenschen, steeds meer wordt gebruik gemaakt, omdat het 't om slachtige verzenden van naamkaartjes kg,n vervangen, zal het ons aange naam zijn reeds nu de advertentiën daarvoor te ontvangen, teneinde voor een goede plaatsing te kunnen zorg dragen. De Uitgever. Heden, 16 Dec., wordt het duizendste nommer van dit blad verzonden. Het gaat over geheel Flakkeedoor Ne derland en Amerika op verschillende plaatsen. e Negentien jaar beeft 't Blad propa ganda gemaakt voor de antirevolutio naire beginselen en 't aantal lezers en abonné's vertienvoudigde. In de eerste plaats een woord van dank aan de lezersdie 't in hun woning wilden ontvangen en 't thans als een huisvriend beschouwen. Daarna aan zoo velen, die belang stelden in den groei en bloei en met hun advertentie 't steunden. Redactie en uitgever zijn dankbaar. Dankbaar biervoor, dat hun pogingen om de antirevolutionaire beginselen, mee te helpen indragen in 't volk, niet zijn teleurgesteld. Hun taak was soms uitermate zwaar; en hun kleine krachten gevoelende, kwam er meer dan eenmaal een som berheid over beu of deze arbeid wel gelukken zouof 't zoo lang machtig Liberalisme alle werk niet ijdel maken zou. Maar ondanks feilen tegenstand van Liberale zijde, die ons in den beginne fanatiek negeerde (en soms nog ne geert), ondanks lauwheid bij ons eigen volk, dat zelfs vijandige bladen, met advertentiën steunde, en ons Blad passeerde, zijn we blijven bestaan. We worstelden en bielden, Gode zij lof, het hoofd boven. Het past niet, den zwaren strijd ook maar eenigermate te schetsen. We groeiden in de verdrukking. En »'tlijden« is voorbij. Door de liulpe onzes Gods zijn we thans een weekblad, dat niet ongeze gend zijn weg tusscben de talloos vele persorganen bescheiden vervolgt. Met de andere zusterbladen hopen wij voort tegaan onze beginselen te ver breiden, onze partij te steunen en onze lezers-, zij 't ook met zwakke kracht en naar ons eenvoudig inzicht, voor te lichten. Moge ons Volk voortgaan ons te blijven stutten en steunenJa, meer en meer zich bewust worden, dat plicht tot steun noodzakelijk is. En ontvange Redactie en Uitgever bij den voortduur wijsheid en voor zichtigheid om in de goede richting voort te gaan tot heil onzer propa ganda, tot bestendiging en vastlegging- onzer dierbare beginselen in de harten en hoofden onzer kiezers Met deze wenschen ga ons Duizend ste Nommer 1t wenkend Excelsior te gemoet. De heer van der Pers, medewerker aan de Christen-Democraat, door den heer Staalman genoemd (niet 't Blad, maar van der Pers kreeg den uit brander) een hollend paard een raas kalder, een schreeuwer, klaagt in dit Blad, dat de Christen-Democratische actie gaat verloopen. Hij zegt Waar ik nu zie, dat een actiewaar aan ik met mijn gezin zooveel heb opge offerd, ja letterlijk alles heb opgeofferd, gaat verloopenen waar ik. zij 't dan op de mij eigen wijze, dit traeht ie keeren en daarin in plaats van gesteund nog gtdwarsboomd wordt door partijgenooten, daar zet ik het u om dan nog zoete broodjes te bakken. Geconstateerd wordt dus, èn een »moreele inzinking» a la Cremer, èn een phijsieke kwijning. De phijsieke kwijning- is een open barend verval van meetellende krach ten. En de moreele inzinking is de tegenwerking en dwarsbooming van eigen partijgenooten. Als een goed medicus, dient men dus na de diagnose, aan den zieke en zijn familieleden te vragen, wat oorza ken hebben kunnen meewerken tot naar buiten treding van zoodanig droef proces. Laten wij, hoewel niet tot 't huis gezin behoorende, eenige oorzaken opnoemen te meer waar we als buren een en ander in den nu hoogst kranken patient hebben opgemerkt in 't symp- toon van een den heer de Vries, die bij de Juniverkiezingen als een invretende bacile onze organisatie wilde vergif tigen. De Staalmanniaansche Christen-De mocratie (er is ook een Kuyperiaan sche, die wij toegedaan zijn,) leek in den beginne levensvatbaar. Individu alistisch als ons Nederlandsche Volk is, theologiseerend als 'tvan huis uit wordt opgevoed, trok de critiek van den heer Staalman, die van God Al machtig in ernstige woorden sprak, menig gevoelig hart aan. Er kwam sympathie hij den eenvoudige. Die oproep tot handhaving van "s Heeren ordinantiën in Wet en Besluit, dat klinken der boetbazuin van een Ka merlid door de zalen der Wetgevende Macht, dat opwekken tol gebed als de Muzelman op zijn minaret, dat y>ik beschuldig 't Ministeries als een andere Zola onophoudelijk uitgesproken over 't zittend Kabinet: dat alles oelende begeestering: het sloeg in. Maar, waardeerende de ernstige critiek van den heer Staalmanluiste rende naar de Heldersche klaagzangen, vergat 't Volk niet, nuchter te blijven bij de beoordeeling van wat de gevol gen voor Kerk, School en Maatschappij zouden zijn, indien eens die critiek tot scheuring in de pas zoo duur bevochte etnheid der Christelijke partijen leiden zou. Niet, of men gevoelde, dat de heer Staalman een Christelijke snaar be tokkelde, maar toch verliet den fleg- matieken en altijd uiterst langzamen en afwachtenden »den kat uit den boom kijkenden Nederlander bij al dat gespeel van concertmeester en fluitis ten zijn aard en karakter niet. De heer Staalman speelde de mu zikanten speelden en 't publiek luis terde, totdat 'tdoor eenige scherpe, valsche tonen opschrikte. De melodie scheen als van toonaard veranderd uit den zachteren mineur in den har den majeur overgegaan. De mooie woorden vanGod Al machtig, Gods heilige ordinantiën, het Ministerie dagen voor den rechterstoel van Christus, openbaarden zich of werden omgezet in treurige daden. Het nuchtere Christelijke volksdeel zag aanstonds toe; zag Propaganda clubs verrijzen, met de treurige inten tie en 't daadwerkelijke plan om zich te plaatsen tegenover de reeds jaren en met groot succes gewerkt hebbende wettige organisatiezag nota bene tegenover zijn eigen zittende leden (adres aan de districten Middelharnis- Den Haag-Weesp-Groningen) mannen gesteld, die met een God Almachtig op de lippen des al niettemin zich plaatsten als spelbrekers en indringers tegenover mannen, die. even ernstig Chri.-ten als zij, het vertrouwen der kiezers zich vele jaren hadden waardig gemaakt. Zoo'n ongehoord feit sloeg den goud glans van de Christen-Democratische actie af. Ons Christenvolk noemde dat revolutie getooid in 't kleed van vroom heid en uitermatelijke christelijkheid. Het volk zag in 1904. bij de verkie zingen, wat het in 1903 gezien had bij de anarchistische werkstaking. De natuur en 't ware karakter van de actie kwam openbaar. Was de Socialisti sche mooipraterij in een brutale aan randing van de Vrijheid en 't Gezag omgezet; de Christen-democratische actie stond in den persoon van den heer de Vries en zijn medehelpers, of te wel partijgenooten in naakte werkelijkheid, ongesluierd en onver- momd, in al haar afbreken, onder mijnen, tegenwerken en heulen met den liberalen vijand, voor 't oog van het terugdeinzend Christelijk volks deel. Toen waren de geesten wakker. De toeschouwer merkte, dat een adder in het gras verborgen was, die't gemunt had op 't levensbloed van zijn steeds beleden beginselen. Hij zag dat heulen met liberalen en vrijzinnig-democra ten hij zag 't met zijn oogen wat zulk een ^christelijker actie wrocht. 'tWasgenoeg En de concertmeester speelde voort, en de fluitisten bliezen nog harder, maar de belangstelling week en de een voor en de ander na haastte zich tot eigen onderdak. 't Was genoeg. De Christen-Democr. partijdag kwam, die 't bevestigde, dat de heer Staalman en zijn actie in den heer de Vries een ontrouwen vriend, in den heer de Broeder een socialis tisch getinten medewerker had gevon den, en in de vergadering een rumoe- rigen kring van ontevredenen over de actie zelve. Als een belangstellenden buur, die beter is dan een verre vriend, meenden wij den medicus een dienst te doen, door hem eenige feiten te memoree- ren, waardoor hij in den droeven staat van den patient nader inzicht kon krijgen. En we veroorloven ons be- scheidenlijk de vrijheid het volgende medicament onder zijn aandacht te brengen 1. Elke actie hebbe van den aanvang af een zuiver welomschreven doel, helder als kristal. 2. Uit elke actie worde persoonlijk winstbejag verre gehouden, zoowel als persoonlijke antipathieën. 3. Elke actie boude rekening met tijden en omstandigheden en lette op »weer« en »wind.« 4. In elke actie wake men voor elementen die door haar zich willen omhoogwerken. 5. In elke Christelijke actie zij één heilige bedoelingHoe, eigen eer, en naam, en gezag en loon ver getend, ieder met den ander saamiverlce om den vijand van den geopenbaarden Christus te matigen in zijn drieste aanvullen op alle Christelijk Geloof en de Christelijke vruchtdie daaruit opbloeit. Saamwerke om bij lauwheid van Christelijke belijdenis de zwakke broe deren aan te wakkerenzonder den vijand ziender ooge te steunen. Troelstra hield verleden week een lange rede In 't eind concludeerde hij, dat de Socialisten de beginselen, bezaten, waaruit hooger zedelijk leven voor een volk opbloeide en vruchten droeg. Ter illustratie geven wij een Soci alist 't woord, die in »'t Volk«'t vol gende ingezonden stuk plaatst, waar- V. 6) OPGEHELDERD. (Slot.) Sedert eenige dagen was haar man zeer onrustig geweest. Hij kon 's nachts niet slapen, liep als in vertwijfeling het vertrek op en neder en werd eindelijk zoo wonder lijk dat zij soms vreesde dat het hem in het hoofd mankeerde. Hij sprak dan woorden zonder zin of samenhang. Het eenige wat zij had kunnen opvangen was ^Gij kunt de menschen wel bedriegen, maar God niet.* Dagen en nachten ach tereen had zij getracht de oorzaak daar van te vernemen. Zij had hem gesmeekt als hij iets kwaads gedaan had dit toch voor haar, zijn vrouw, niet te verbergen, totdat hij eindelijk haar eene volledige bekentenis deed. Hij was de diet van het bankbiljet. Reeds meermalen had hij zijnen goeden heer klein geld ontvreemd. Thans was hij door zijn drank- en speelzucht in groote moeielijkhedeu gekomen. Nu zijn heer voornemens was op reis te gaan was hij er toe gekomen van de gelegenheid gebruik te maken en zich dat bedrag toe te eigenen. Hij zou daarmede zijne schulden kunnen betalen en zijn patroon zou in den waan verkeeren zijn geld op reis in een hotel of elders te hebben verloren. Louize vroeg of zij ook vroeger reeds bewijzen zijner oneerlijkheid had opgemerkt. Wat zal ik zeggen* hernam de vrouw. »Ik ben eerst sedert zes jaren zijn tweede vrouw. Ik ben baker en kom soms weken achtereen alleen des Zondags thuis, zoodat ik niet goed weten kan of hij reeds meer zulke s lechtigheden bij de hand heeft ge-" had. Maar als ik soms eenigen tijd thuis was, meen ik wel eens opgemerkt te heb ben dat hij in kleine kroegen kaart ging spelen, en als hij dan thuis kwam had hij soms te veel drank gebruikt ook. Nu kan het wel zijn, juffer 1 dat hij, zooals ik zeg, door het spel er toe gekomen is, reeds vroeger te nemen wat hem niet toekwam, ofschoon ik dat niet met zekerheid kan zeggen. Maar ach juffer nu heb ik zekerheid genoeg. Doch wat ik u bidden mag, houd de zaak als u 't beliefd stil, want ik ben toch ongelukkig genoeg, en bovendien het vermiste geld is terug Hoe zou Louize, die na al het gehoorde zulk een innig medelijden met de arme vrouw had, iets anders hebben kunnen zeg- dan God zal uw man vergiffenis schenken als hij oprecht berouw toont en ik wil het hem ook van ganscher harte vergeven, en de heer Rappardus zal wel daarin met mij instemmen. God geve dat zijn be- rouw oprecht is. Zoek gij het uwen man in uwe woning zoo aangenaam mogelijk te maken, dan zal uw man des te minder zijn vermaak buitenshuis zoeken, en huise lijk worden. Dank bovenal den Heere dat Hij die eenvoudige woorden »gij kunt de menschen wel bedriegen, maar God niet* in zijn hart wortel hebben geschoten, en tot de ontdekking hebben geleid, die, zoo hij wil, door eene waarachtige bekeeringa ch- tervolgd moge worden. De vrouw vertrok met een veel lichter gemoed dan waarmee zij gekomen was, en Sofia had vol blijdschap de belendende kamer verlaten om de oude Mevrouw Haan met de ontdekking in kennis te stellen. En deze liet niets onbeproefd om Trijntje zoo spoedig mogelijk te rehalibiteeren. Soflia spoedde zich naar de woning van Trijntje's ouders om ook daar de blijde tijding ha- rer onschuld te melden en binnen weinige uren was Trijntje, schreiende van aandoe ning en blijdschap weer in de keuken aan haar werk, en was daar een langen tijd in dienst, tot groote tevredenheid der familie. De ontdekking, en alles wat daartoe aan leiding had gegeven, vervulde het hart van Louize met innige dankbaarheid, waarin haar moeder en zusters oprechtelijk deel den, En nauwelijks kon zij de terugkomst van Rappardus afwachten, om hem het verrassende nieuws mede te deelen. En toch was de indruk dien het op Rappardus maakte geheel anders, dan zij zich had voorgesteld. Zeker, de heer Rappardus was even als zij verheugd, dat alles ontdekt was, terwille van de zaak zelve. Maar het schokte en bedroefde hem zeer diep, dat iemand, die zijn volle vertrouwen genoot, hem dus had bedrogen. Natuurlijk kon hij niet langer zijne diensten gebruiken. Hij liet hem nog eenmaal bij zich komen, sprak een ernstig en hartelijk woord, en gaf hem ten laatste de verzekering, dat, zoo hij in het vervolg zich goed gedroeg, alles stil zou blijven, doch dat hij hem in het tegenovergesteld geval niet zou sparen. Gelukkig heeft de heer Rappardus sedert niets te zijnen nadeele vernomen. Lang is de man na dien nog als oppasser van studenten werkzaam geweest. De Christelijke lietde gebied te gelooven dat zijn berouw oprecht was, en hij eene levensles heeft geleerd door het vermiste bankbiljet. R- Th. K.

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1904 | | pagina 1