TWEE BLADEN.
Hei wiste Bankist.
Vrijdag 11 November 1904.
Negentiende Jaarg. No. 995,
1 Antirevolutionair
Orgaan
voor «ie Zuidliollanilsclie eit Keeuwsche 131 landen.
IN HOC SIGN O VINCES
FEUILLETON.
T. BOEKHOVEN.
Eerste Blad.
uitgever:
Alle stukken voor «Ie Mledaetle bestemd, Adverteutlën en verdere Administratie franco toe te zeisden aan den Uitgever
die zich nu abon
neeren, ontvan
gen de nog in
deze maand ver
schijnende num-
mers gratis.
*j* „Maak front voor de Openbare
School", d. i Steun de L i-
berale Partij c. s.
Minister Ellis door een Socialist
gerechtvaardigd.
Helder als kristal.
m
Deze Courant verschijnt eiken Yrijdag.
Abonnementsprijs per drie maanden franco per post 50 Cent.
Amerika bij vooruitbetaling f 3,50 per jaar.
Afzonderlijke nnmmers 5 Cent.
Advertentiën 10 cent per regel en 3/2 maal. Reclames 20 per regel.
Boekaankondiging 5 Cent per regel en 4/s maal.
Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent pei plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaat.
Advertentiën worden ingewacht tot Donderdagmorgen 10 uur.
Dit nummer bestaat uit
»Maak front voor de Openbare
Scbook, aldus is de wel manhaftige,
nochtans onrustverradende strijdkreet
der Neutralen. Koeropatkin was ook
bij zijn laatste dagorder krachtig in
zijn uitspraken, maar hij verloor.
Hij sprak van vaderlandsliefde, van
dapperheid en moed, van onverwin-
baarheid en ongetoomde kracht, maar
hij verloor zijn honderden. Koero
patkin wees op de onversaagdheid
der soldaten in 't verleden getoond,
op hun nog blakenden ijver en onge
temde leeuwenkracht, op 't Russische
Keizerrijk, dat trotsch was op zulke
zonenop Czaar en Czarin, die met
en voor hen waakten, medeleefden en
medeleden in hun verliezen, mede-
juichten in hun overwinningen, die
alles voor zulke dapperen baden en
hoopten, maar hij verloor zijn dui
zenden.
Koeropatkin sprak krachtig, aan
doenlijk, heldhaftig als een aanvoer
der pastmaar hij verloor kanon
nen en ammunitie en proviandwagens
en zijn tienduizenden.
«Maak front voor de Openbare
Schook, zoo klinkt 't van de Koero-
patkins onzer dagen maar behoudens
deze dagorde der Neutralen, zal 't
resultaat der strijders nihil zijn.
't Is te laatOm front te maken
voor de Openbare School had men
moeten beginnen om alle manschap
pen, voor die School liefde in te
boezemen. Hadden de veldheeren van
den aanvang af moeten begrijpen,
dat geen soldaat, met machtig idea
lisme en dweependen ijver, met on-
wankelbaren moed en standvastige
trouw een Land beschermt, dat hem
in den nood des levens alleen laat
staan, aan levensspijs ten prooi.
Koeropatkins soldaten vechten niet
de Kozakken en Kirgiezen strijden
nietde Siberische regimenten wor
stelen niet ondanks alle dagorders,
omdat ze »Russen«, uit 't hongerige,
knoetachtige, 'talie geest- en leven
pijnigende Rusland zijn.
Dat is de fout der Openbare School
tot op heden geweest. Ze had voor
zeker een ideaal. Ze wilde opvoeden
tot Christelijke en maatschappelijke
deugden maar 't ideaal verstikte als
de graankorrel onder de doornen,
omdat hij geen diepte van aarde en
geen zonlicht kreeg. En hoe ijverig
de onderwijzers ook waren, en hoe
vol wijsheid de leerboeken ook schit
terden, het hart, dat van zonde zich
bewust was en is, vond in dat neu
trale Christendom noch gloed, noch
leven, 't Openbaar onderwijs geeft
steenen voor brood. Niet opzettelijk,
maar als gevolg van 't wettelijk
standpunt, dat men innemen moet.
Niet opzettelijk, zeiden we!Nochtans
is de uitdrukking van «moderne secte-
schook door een modern man aan de
openbare school eenmaal gegeven voor
ons een bewijs, dat in den kring der
voorstanders zei ven, dat «niet opzet
telijk® niet aanstonds wordt toege
stemd. Er is herhaaldelijk beweerd
door voorstanders van 't Neutrale
onderwijs, dat dit ook karakters vormt.
Zeer zeker, maar dan zulke, die »'t
karakter« der Bijbelsche wijsheid mis
kenden, en menschelijke vondsten
stelden boven de leiten van Gods
Woord.
De Openbare School is genoemd
een kweekplaats van 't Liberalendom
een centrum van vrijzinnige verkie
zingsagitatoren, een opleidingsinsti
tuut voor Jonge Garden, die nu eens
den Socialistisch en, dan weer den
vrijzinnig-democratischen lof van bij
zondere hulpvaardigheid in dagen van
politieken nood in oogsten.
Of deze titels niet overdreven zijn
We ontkennen geenszins de Heiten
welke, noch loochenen gaarne de
waarheid, die we rondom ons zien.
En we zien, zien steeds, zagen en
zagen steeds de Openbare School front
maken voor 't Liberalisme.
Maak front voor de Openbare School
beteekent nu, beteekende eertijds,
heeft een kwarteeuw beteekend en
zal blijven beteekenenMaak front
voor de Liberalen
Dat zijn feiten Dat is waarheid
Zeg nu vrij, dat de Christelijke
School front maakt voor de Christe
lijke partijen dat zij een kweekplaats
wil zijn voor 't positieve Christendom
een centrum van christelijke verkie
zingsagenten een opleidingsinstituut
voor Jonge Garden, die den lof van
Geloovigen inoogsten en we antwoor
den Jadoor onze School pogen we
een dam op te werpen tegen 't Libe
ralisme Ons onderwijs is er pertinent
opgericht om positieve Christgeloovi-
gen te kweeken; om Jonge Garden
te vormen met 't geloof in Christus
in de ziel, met den Bijbel voor het
oog, met de liefde voor dat Woord
in 't hart, met de hoop op een zich
buigen van 't gansche Nederlandsche
Volk voor den God van Hemel en
Aarde.
Dat zijn ook feitenDat is ook
waarheid.
Of we ons doel zullen bereiken We
jagen er naarWe hopen.
Of de Openbare School haar doel
bereikt heelt JaEn we betreuren
het.
De Openbare School heeft haar jeugd
tot Liberalen en Socialisten zien op
groeien daar, waar Huisgezin en Kerk
met haar medewerkten om te ver
vormen 't Geloof' in Twijfelzucht! Ze
kan tevreden zijn met baar vruchten.
Gelukwenschcn met haar resultaat
kunnen we haar daarom nog niet.
Ten slotte. Maak front voor de
openbare School, zoo luidt de nood
kreet Te laat, beweren we Te laat
De openbare School zit in den knel
en komt er nooit meer uit. Dat is
ook een resultaat, maar dat we- niet
betreuren Een resultaat, dat droef
genoeg, aan haar eigen actie te dan
ken is. Omdat die School een natio
nale moest zijn, en zich vervormde
in een partijschool, daarom is 't nu te
laat om voor haar front te maken
Het is nu geen tijd, anders dan voor
haar innigste vrienden, om haar nog
langer te laten gebruiken als instru
ment voor één partij. Er is te scherpe
separatie gekomenDoor haar actie
Men kent den toestand. De Bond
van Marine-matrozen is tamelijk soci
alistisch en brengt orde en tucht op
de vloot in gevaar. In de Kamers en
in de Pers is reeds druk over dien
Bond gesproken. En de Regeering is
zelfs zoover gegaan de rechtspersoon
lijkheid aan dien Bond te ontnemen;
vele matrozen, wegens anti-militairis-
tisclie eigenschappen te onslaan en
aan boord te verbieden 't lezen van
socialistische en dito geschriften.
De Socialisten zijn woedend, dat
minister Ellis (v. Marine) zoo krachtig
optreed en spuwen vuur en vlam,
Doch wat lazen we j.l. Zaterdag in
Het Volk? Een artikel over Frankrijk,
over de Spionagekwestie in de Kamer
aanhangig. En wat schrijft deze re
dacteur.
Een republiek moeiin een land,
waar voortdurend pogingen wor
den gedaan om haar door de
monarchie te vervangen, zorgen
dat het leger voor haar vertrouw
baar is, dat dit leger is een waar
borg en geen gevaar voor haar be
staan.
Zeer goed gezegd Het leger moet
te vertrouwen zijnHet moet geen
gevaar maar een waarborg zijn voor
bestaan
Maar eilieveWat doet Minister
Ellis dan anders Hij verwijdert de
tuchtlooze elementen. Hij jaagt weg
de revolutionaire opposantenHij
maakt onschadelijk de Janmaats, die
in staat zijn uit beginsel en onder
aandrift van opstokerij de Monarchie,
onze Monarchie, onze Koningin tegen
te werken bij mogelijke onlusten. Hij
werpt uit allen, die niet waarborg,
maar een gevaar zijn voor rust, orde,
tucht, en den moed hebben tegen hun
superieuren over, te gaan staan, met
,t Koningschap spotten en de Repu
bliek ganschelijk begeeren.
Maar, Mijnheer de Redacteur
waarom juicht ge Andre's besluiten
toe En keurt die van onzen Minister
af?
Waarom P Omdat ge Socialist zijt,
die 't zoo nauw niet neemt met uw
beweegredenen om een Minister af te
breken.
partij uit kunt slaan, leeft ge met de
waarheid op niet al te getrouwen
voet
Laster maar, denkt ge, er blijft
licht wat van hangen ten onzen prof ijte.
Daarom alleen prijst ge voor Frank
rijk aan, wat ge hier bestrijdt.
Maar we houden U aan uw woord
Een Monarchie moet in een land,
waar door Socialisten voortdurend
pogingen worden gedaan om haar
te ondermijnen, zorgen, dat het leger
voor haar vertrouwbaar is, opdat dat
leger is een waarborg en geen ge
vaar voor haar bestaan.
En ergo weg met dien Bond en
weg met die oproerige stokebranden
Ze moeten der brood maar elders
zoeken.
Na 't anarchistisch complot van 1903
dat in gezwollen manifesten sterker
was dan in kloeke leiding eener op
gezweepte volksmassa, aanvaardde
niemand der Spoorwegmannen den
inventaris der revolutionairen anders
dan na boedelscheiding. De Bond
de Ned. Vereeniging van Spoor- en
Tramwegpersoneel spatte uiteen Pet
ter en üudegeest als amechtigen uit
den strijd gedragen, zagen hun troe
pen verspreid, hun actie gebroken,
hun ideaal plat getrapt in het met
tranen van spijt en berouw gedrenkte
slagveld, waarop de slachtoffers der
staking meedoogenloos neer lagen na
der »heeren« roekelooze plannen en
der Regeering doeltreffende maatre
gelen
De Bond was vernietigd. Bene ijle
schaduw bij weleer Als morgendauw
der herfstdagen weggevaagd, waarna
er zonnelicht goot over een chaos van
verwoeste organisaties en gebroken
levensgeluk.
Een Bond van orde dook op; met
nieuwe levenskracht, een nieuw or
ganisatie beginsel, een pie uw werk
plan en gaf in de volgende motie,
helder als kristal, zijn richting van
streven aan in samenwerking met an
dere vereenigingen.
»Het hoofdbestuur van den Bond
van Orde van personeel der H. IJ.
S. M.
i.
VERDWENEN.
In een eenvoudige huiskamer zaten,
onder het genot van een kopje thte, me
vrouw de weduwe Haan met hare drie
dochters, waarvan de oudste, Louize, was
verloofd met den heer Rappardus, student
in de medici.
Naar het scheen stond het gezelschap
nog met minstens één persoon vermeerderd
te worden, want de reeds bijgezette stoel
naast die van Louize toonde duidelijk aan
wien men verwachtte.
Het duurde dan ook niet lang of de
heer Rappardus werd aangediend, trad
met een galante beweging binnen en werd
bijzonder hartelijk door Louize verwelkomt.
Na zich van jas en hoed ontlast en plaats
ger.omen te hebben in den recht huiselijken
kring deelt de student de familie, en in
het bijzonder Louize, mede, dat hij voor
nemens was morgen op reis te gaan. Reeds
eenige weken had hij plannen gemaakt
om de schoonste streken van Gelderland
en Utrecht te bezoeken, en met nog
andere leden zijner toekomstige familie
kennis te maken, doch was door omstan
digheden verhinderd. Nu echter kon hij
zijn plannen uitvoeren, en besloot des te
eerder, daar zijn vriend Kelders hem zou
vergezellen.
Louize was met eenige plaatsen, die de
vrienden zouden bezoeken, bekend, en al
heel spoedig zaten de verloofden zich
vroolijk te maken, en werd er al pratende
een kleine reisroute gemaakt, die den heer
Rappardus in een zakportefeulle noteerde.
De student zou ditmaal niet zoolang als
gewoonlijk bij zijn verloofde vertoeven.
Hij moest nog eenige noodzakelijke
schikkingen maken voor de reis. Onge
twijfeld zou hij voor zijn vertrek van
Louize en haar familie afscheid komen
nemen.
Louize deed haren galant uitgeleide en
was recht trots op haren toekomstigen
Docter.
Nog een korte poos zat de familie Haan
in de huiskamer, toen zij eene kleine wan
deling in den tuin zouden maken. Intusschen
zou Trijntje, het ongeveer achttien-jarig
dienstmeisje de theetafel afnemen. Geheel
toevallig kwam Louize nog in de kamer,
waarin zij met haar galant eenige oogen-
blikken had vertoefd, en nog eenige aan-
teekeningen, betreffende de reis, in de
portefeuille had gemaakt. Bij de stoel
waarop haar galant had gezeten, vond zij
zijne portefeuille, die hij vermoedelijk in
den haast ongemerkt zijn jaszak had voor
bij gestoken en zonder eenig geraas op
het zachte tapijt had doen vallen.
Mevrouw Haan zag haar de portefeulle
opnemen, en zeide, dat zij die aanstonds
in de secretaire moest wegbergenmaar
Louize eenigszins nieuwsgierig, kon den
lust niet bedwingen, ze even te openen en
te doorbladeren, om ze dan met de
woorden»Ja mama, want er bevindt zich
ook geld ine, in de secretaire te sluiten
en den sleutel in haar zak te steken.
Ze had papieren geld opgemerkt, maar
hoeveel stuks en welk bedi ag er zich in
bevond had ze niet opgemerkt.
Trijntje had, terwijl de dames wandelden,
de huiskamer weer in gereedheid gebracht,
en de familie kon ze weer betrekken
Reeds was het tien uur geslagen. De
familie Haan maakte zich gereed voor den
nacht. Maar de bel aan de voordeur ging
nog zacht over, en binnen weinige oogen-
blikken stond de jeugdige student in de
huiskamer om te vragen of hij soms zijn
portefeuille ook misschien had laten liggen,
daar hij ze anders ongetwijfeld moest ver
loren hebben.
Louize gaf ze hem lachend terug, wel
begrijpende waarom haar galant zoo bij
zonder bezorgd was, doch liet daarvan,
misschien wel uit schaamte over hare
nieuwsgierigheid niets blijken. Blijkbaar
tevreden over het hervinden zijner porte
feulle, liet de heer Rappardus ze nu wat
zorgvuldiger in zijn jaszak glijden, en snelde
in opgewekte stemming naar huis, om den
volgenden middag van Louize en haar
familie afscheid te komen nemen.
Doch reeds 's morgens tusschen negen
en tien uur kwam de student weer terug,
en naar het scheen niet weinig gejaagd en
onrustigalthans het nauwlettend oog van
Louize meende zoo iets te bespeuren.
s>Goeden morgen«, zeide Louize, die toe
vallig zelf aan de voordeur hem binnen
liet, swat zijt ge haastig en gejaagd, en
dat nog zoo vroeg Het is alsof de
aanvang uwer reis plotseling eenige uren
is vervroegd
»Neen dat niet«, hernam de student,
»maar Louize, hoe is het, hebt ge soms
een grap met mij willen hebben
Louize kon zich hiervan heelemaal niets
herinneren, en de heer Rappardus was
genoodzaakt zich nader te verklaren. »Ik
had«, zoo vervolgde hij, »in mijn porte
feulle twee bankbiljetten, één van veertig
en één van zestig gulden. Hebt gij die
van zestig er soms uitgenomen, om mij
een weinig te verontrusten Dit laatste
zeide hij glimlachende, op een toon,
waaruit, in het veronderstelde geval, zijn
volle goedkeuring bleek.
»Hemel«, zeide zij, »is die weg en
doodsbleek vertelde zij daarop de geheele
toedracht der zaak, en verborg hare meis
jesachtige nieuwsgierigheid niet.
De heer Rappardus keerde nu naar zijn
kamer terug. Doch hoe nauwkeurig hij
zocht, alles was vruchteloos. Hij maakte
ook zijn hospita met het gebeurde bekend,
maar ook deze wist zich niets te herinneren.
De oppasser, die hem reeds vier jaren
had gediend, en ook dezen morgen zijn
kleederen schoongemaakt en andere bezig
heden had gedaan werd ondervraagd, doch
met even weinig succes. Het bankbiljet was
eti bleef weg.
II.
HET DIENSTMEISJE.
Hoe plotseling, en geheel onvoorzien
kan eene gebeurtenis, zonder eigen schuld
of toedoen, het levensgenot, soms voor
een zeer langen tijd, vergallen.
Dit was niet alleen het geval met den
toekomstigen geneesheer, maar ook met
Louize en hare familie. Hoe meer mea de
zaak besprak, des te minder kon men
begrijpen, waar het vermiste geld was ge
bleven.
Wordt vervolgd.)