2
TW
Geen tarief wet Maar ivat dan
Schoolkwestie
De Provinciale
Slaten in
Holland.
Zuid-
1/ 3 49687 tt
tt 4 44719 tl
ti 5 48031 tt
tt 6 55484 tt
tt 2 3917,8 tl
tt 3 5167,5 tt
tt 4 3935,2 n
n 5 4130,6 tt
tt 6 4716,1 tt
31
rl
li-
De heer M. v. V. meende, dat met
't oog op deze zoo vage en niet geraam
de posten Tariefsherziening noodzakelijk
was, die haten zou afwerpen voor de
schatkist en de nationale welvaart krach
tig zou bevorderen.
we
Met bijzondere aandacht hebben
groote en kleine liberale bladen nagegaan
om toch eens te weten te kunnen komen,
wat de respectieve redactiën bij hun af
keuring van de Tariefwet als beter middel
aanprezen.
We zijn nog verder gegaan. Het kwam
ons voor, dat, waar ook de heer Pierson
(minister 18971901) eene nieuwe ta
riefwet had toegezegd en ingediend, door
de 2de Kamer bij de begrootingsdebat-
ten reeds een nieuw belastingsmiddel zou
aan de hand gedaan zijn, dat heler was
dan Piersons wetsvoorstel. Hoe we echter
èn teen èn nu teleurgesteld zijn
Het eenige wat we uit 't verleden op
diepten was verhoogiug der Directe be
lastingen, besproken door den heer Ker-
dijk en Verhooging van 't Successierecht
in rechte linie. En wat 't heden aangaat
vonden we één middel nl. dat der N. !t.
Crt. nl. Geen tarief weten dan ook maar
geen sociale toetten,
N'emand zal ontkennen, of dit laatste
middel is op en top afdoende beter mid
del is nooit ter wereld ooit genoemd.
Stel u voor De dokter moet noodzake
lijk bij een patient komenzijn gestel
is door en door krank. Maar de dokter
kost geld Hoe nu dat geld te sparen
Wel, heel eenvoudig. Laat den dokter
thuis blijven en den patient sterven We
stemmen toe 't middel der N li. Crt. is
volkomen probaat,., voor de betalenden
maar hoe is 't voor de patiënten P
liever een volstrekte meerderheid van anti
liberale mannon in d e Kamer, dan be
hoeven we geen ongerustheid te koesteren
of zulk een wet wel zal worden aange
nomen.
En daarom laat men op ons eiland de
open oogen niet sluiten, maar goed wakker
blijven.
't Gaat om Christelijke wetten, om
Vrijheid en Recht voor allen En geen
opoffering is te zwaar om die te ver
liet kan niet ontkend, dat de School
met name de Lagere School de laatste
kwarteeuw is geweest de twistappel in Ne
derland. Bevoorrechting der openbare
Staatshulp en steun door de Gemeente, wa»
voor de voorstanders der Bijzondere School
billijke oorzaak tot ernstige klacht.'t Ging
om een levensbeschouwing ingang te doen
vinden in de vaderlandsche jeugd 't was
een beginselstrijd, waarin de Staat partij
koos niet alleen, maar zijn sterken Jinan-
cieelen arm bood om de beginselen van
neutraliteit ingang te doen vinden.
De Staat meende eenheid te kunnen
brengen, en hij dreef er een wigge in Hij
meende zijn beginsel op te bouwen maar
brak 't af. Hij meende Bijzonder onder
wijs te kunnen verzwakken en hij staalde
't meer dan ooit.
Die toestand is in de laatste jaren voor
't lager onderwijs verbeterd. Er wordt
recht gedaan, dank zij de onophoudelijke
propaganda van alles wat anti-liberaal is.
Maar nog is de strijd om Recht en
Vrijheid niet uitgevochten. Thans is
't Hooger Onderwijs aan de orde gesteld.
En zie, nu staat alles wat liberaal is tegen
die Vrijheid te toornen. Op 't terrein van
't Lager onderwijs een Pacifikatieop dat
van Hooger Onderwijs een bittere strijd.
Zullen dan onze tegenstanders nooit wijzer
worden Hebben ze nog niet genoeg
leergeld betaald Want dit is zekei en de
historie bewijst 'telke partij, die zich een
vijand toont van Recht en Vrijheid vooral
in den geestelijken strijd, mag een oogen-
blik overwinnen, maar 't einde is onher
stelbaar verlies.
Ze verliest haar eerenaamNationale
partij te willen zijn, en ze komt vooi de
publieke opinie te staan, als Volksdeel,
dat heerschen wil over de hoofden en har
ten van onderdanen.
En bij zulk een evolutie, zulk een ont
wikkeling als 't Nederlandsche volk in de
'laatste 30 jaar heeft doorloopen op dat
terrein van gewetensvrijheid, is er geen
sprake van, of de Liberale partij legt
't ganschelijk af.
Ze is verloren.
SJit tie Pér«.
Socialisme en Godsdienst.
Zoo hartroerend heeft Troelstra telkens
gezegd dat het socialisme niet vijandig
staat tegenover den godsdienst.
Wel neen. Men kail best godsdienstig
zijn en toch een plaats innemen in de ge
lederen der socialisten. Waarom niet Het
socialisme laat zich met godsdienst of kerk
ganschelijk niet in. Het wil alleen dfcn toe
stand van den werkman beter maken. An
ders niet.
Maar lees nu eens wat de bekende so
cialist Van der Goes in de Februari affe-
de »Nieuwe Tijd« schrijft; en
ge
maar
van
zult zien, dat Troelsta de menschen
wat wijs maakte.
Van der Goes schrijft:
„Maar zoodra de arbeider tegen de slavernij
van het kapitaal in opstand is gekomen en
alzoo 'n nieuw mensch geworden, wordt de
kerkelijke vertroosting voor hem zinledig en
vervalt de godsdienstige be.hoefte.Zijn hoog
ste neigingen en zijn diepste plichtsbesef
vinden in dezen nauweren gemoedstaat en
zijn veranderde maatschappelijke taak de
volste bevrediging. Hij kent, thaus en voor
het eerst, de oorsprong van zijne ellende, de
voorwaarde van zijn verlossing; en eigen
nooden gevoelt hij minder drukken naarmate
hij met grooter geestdrift arbeidt aan de be
vrijding van anderen met heiu. Kortom hoe
men de revolutie in zijn binnenste zou moeten
verklaren, ontkennen ais historische .gebeur
tenis kan men haar niet. Het socialistisch
proletariaat is godsdienstloos.
„Wij ontkennen niet en verheffen ons in
tegendeel er op, dat de groote massa van
het proletariaat, tot het socialisme overgaande
den godsdienst vaarwel zegt."
Sprekende over den Frieschen heiden
koning Radboud, uit de Vaderlandsche
Geschiedenis ons bekend, die weigerde ge
doopt te worden, omdat hij liever bij zijn
voorvaderen in Walhalla wenschle le zijn
na zijn' dood, laat Van der Goes er op
volgen
„Zoo na als die oude Heiden stonden we
aldus de heer v. d. Goes nimmer bij
eenig doopvontdoch kunnen ons niettemin
levendig verbeelden wat den Frieschen koning
Radbout dreef, toen hij op het punt van zich
aan het sacrêment der reinigende waterente
onderwerpen de vuile monniken en loerende
pastoors nog eens aanzag, die hem bijna had
den geknipt.
En ook wij geven de voorkeur aan een
plaats onder onze geestverwanten in een oord
dat we niet nader zullen noemen, boven een
zetel in hooger gewesten waar onder anderen
Dr. Kuyper de toegepaste en l)r. van Eden
de theorethische deugd (en dat tot in alle
eeuwigheid) vieren zullen en bezingen.Neen
de heer Kuyper heeft onze staatkundige partij
buiten de zedelijke gemeenschap hier op aarde
geplaatst; zoo hopen wij ook later bij dit
isolement te mogen volharden, en een hemel
vol klerikale en ethische schotschrijvers en
demagogen (die ook daar waarschijnlijk een
hoog woord zullen voeren) heeft voor ons,
wij bekennen het, weinig begeerlijks. Welke
onze tekortkomingen mogen geweest zijn, en
hoe zwaar ze ons (niet onverdiend) zullen
worden aangerekend wij vragen als een
genade zoo wij het niet mogen eisehen als
een recht <loor geen geblaf van christen
honden gestoord tc worden in onzen laatsten
slaap."
Zou men na deze Godslasterlijke taal nóg
durven beweren, dat socialisme niet onver
zoenlijk staat tegenover het geloof van den
Christen, tegenover godsdienst en kerk?
(Hollander.)
Nog nooit is een verkiezing zoo gewich
tig geweest als deze. De Prov. Staten zijn
van een meer administratief lichaam een
politieke corporatie geworden, en nu reeds
gaan stemmen op om bij de komende
Grondswetsherziening de taak der Prov
Staten als kiescollege voor de Eerste
Kamer te wijzigen. We hebben er niets
op tegen. Of de Eerste Kamer daardoor
een andere meerderheid zal krijgen dan
nu, of liever dat de Eerste Kamer, rechts-
st^eeks gekozen, een ander beeld van par-
tijgroepeering zal vertoonen dan thans,
staat voor ens als een paal boven water.
Doch dat alles daargelaten.
De Prov. Staten zijn dit jaar een po
litiek instrument. Daarom zijn ze zoo
gewichtig.
En wie de Eerste Kamer om wil zetten
kieze zonder bedenking de leden der anti
liberale partijen.
De Eerste Kamer mag voor ons Mini
sterie geen Damocles zwaard zijn, dat haar
leven onophoudelijk kan bedreigen.
En nu moge die Kamer eeu ruimen
blik hebben, en door allerlei partij ge
knutsel zich niet laten leiden, wij hebben
- Cil
EEN PROEFVELD.
Hier voor me ligt het verslag der landbouw-
proefvelden van Zuid Holland. En daarin
vond ik op blz. 30 besproken een bemestings-
proef op voederbieten, die 'k hier vooral
ook met het oog op vraag 658 even wil
bespreken.
De proefnemer was de heer D. J. Oudijk te
Waddingsveen. Het proefveld bestond uit klei
grond. Vanaf 1898 toen 't land gebracht is en
met stalmest bemest hebben er duiveboonen
tarwe, voederbieten en aardappelen gegroeid.
De bieten van het proefveld nu, zou men tee
len op uitsluitend kunstmest. Er werden zes
perceelen aangelegd. Een bleef er on bemest.
Perceel twee kreeg enkel chilisalpeter. Op drie
gaf men daarnaast ook superphosphaat.'k Wil
hier in verband met vraag 658 maar dadelijk
even zeggen dat dit perceel de grootste op
brengst gaf en dat de 300 K. G. chilisalpeter
in drie keeren uitgestrooid werd te weten op
13 Juni, 30 Juni en 24 Juli de 600 K.G. su
perphosphaat zaaide men 12 April.) Perceel
vier ontving een kalimest. 't Was kainiet 800
K. G. wat men er zaaide. Dit had reeds plaats
op 15 Januari. Het vijfde stuk kreeg naast
kainiet ook nog chili en op perceel zes eindelijk
was 't een zoogenaamd volledige kunstmestbe-
mesting die men gaf. Dit stuk kreeg chilisal
peter, superphosphaat en kainiet.
De opbrengsten in K. G. waren als volgt
Perceel 1 34781 K.G.
2 47203 tl
Een zuiveren indruk van de nuttige werking
der aangewende mestsoorten geven deze ge
tallen echter nog niet.
De droge stot der voederbieten, daar
komt 't eigenlijk alleen op aan. Die bepaalt
de voedende kracht. En 't bleek nu, dat ten
aanzien hiervan heel wat verschil bestond. De
volgende getallen drukken de percenten uit
van de zes perceelen 9,4; 8,3 10,4; 8,8; 8,6
en 8,5. Het perceel, dat chilisalpeter en super
phosphaat gehad heeft, leverde dus de voed
zaamste bieten.'t Onbemest gebleven stuk volg
de daarop. De hoeveelheden droge stof van
elk perceel geoogst beliepen
Perceel 1 3269,4 K.G.
Alle meststoffen hebben dus gewerkt. Doch
zooals gezegd is, heeft de combinatie chilisal
peter er superphosphaat zich het beste gehou
den. Die liet na aftrek van alle kosten aan
bemesting nog een zuivere winst over van 49 g.
Maar, 't droge stofgehake was daar ook bui
tengewoon hoog. Van de andere vier bemeste
perceelen werden alleen op perceel 5 (kainiet
en chilisalpeter) de bemestingskosten niet
gedekt door de meeropbrengst. Men kwam er
4,16 g. op te kort. M.
-Vraagbaak.
Vrag-cn en Antwoorden worden kosteloos geplaatst.
Antwoorden of mededeelingen
zijn met hetzelfde nummer gemerkt ala do vragen
eaarop ze betrekking hobbeu.
Vragen.
660. Kan men stekken van een Ribeshees
ter gemakkelijk in de vat krijgen
GUI. Waarom is de kievit ftuttig?
662. Bloeien iepeboomen en esschen ook
Antwoorden en mededeelingen.
657. Wittenbol? Daarmee bedoelt men een
grassoort. De eigenlijke naam is wollig zorg-
gras. 't Voelt heel zacht aan en groeit in
sommige weiden in groote bossen. De beesten
eten 't niet gaarne. Als 't gehooid wordt le
vert het een produkt, dat o zoo weinig gewicht
aanbrengt.
658. Nu nog kunstmest op land voor voe
derbieten Voor chilisalpeter is 'top de bieten
vol.-trekt nog niet te laa'. Integendeel. Su-
perphosph iat, 't welk daarnaast zeer aan te
raden is, had beter vroeger uitgestrooid ge
weest, doch 't gaat ook. Maar chloorkalium,
dat dan het drietal volmaakt Daar zou 'k
een beetje bang voor zijn, dat nu nog ie
zaaien. In elk geval geen andere kalimest nu
meer. Hoeveelheden zie artikel»Een proef
veld.
6ög. V\ ikken vooi groehbemesting gelijktij
dig met haver? Dat is niet noodig. 'k Heb
zelfs wel gezien, dat de haver wel al een hand
breed hoog stond en dat er toen het wikken-
zaad zoo maar overheen gezaaid werd. Zonder
dat cr iets aan gebeurde sloegen ze heel goed
aan. Toch vind ik 't wel zoo goed, ze een
beeije in te eggen en dus wat vroeger te
zaaien.
g$e Oorlog-.
Ev.i n na het afdrukken van ons vorig
nummer brachten telegrammen ons de ver
nieling van de i'etropavlofsk met de geheele
Russische Generale staf aan boord.
Wer.l dit eerst gevreten dcor Rusland
aan een ongeluk, nu er meer "officieels'/
loskomt, blijkt maar altezeer dal Japan den
Kus een leeiijke part gespeeld heeftWat
is het geval.
Admiraal Togo (Japan) verlelt ons nu
de geheele toedracht. Hij zegt: dat een
eskader torpedojagers I 2 April tc midder
nacht den toegang van de haven van Port-
Arthur bereikte en er in slaagde mijnen
te strooien. Andere torpedojagers, die op
verkenning uit waren, ontmoetten de toipe
dojageis des vijands en boorden er een van
in den grond. E :u derde esk uier kwam otn
8 uur smorgens tot aan de buitenreede
van Port-Arthur. De "Petiopavlofsk,"
«Pöbjeda// en «Poltawa» Russische slag
schepen vielen ons aan. Wij lokten den
vijand geleidelijk ongeveer 15 mijlen mee.
Toon kwam het eerste eskader naar voren
en joegen wij den vijand terug naar den
haveningang, waar de «Pctropavlofsk'/ in
de lucht vloog. Een ander schip, wij kunnen
niet uitmaken welk, vloog eveneens in de
lucht. De vijand trok terug in de binnen
haven.
Een nieuwe aanval werd 15 April onder
nomen. Port-Arthur werd toen met goed
gevolg gebombardeerd. Het nieuwe fort
ten westen van Kaap Liaoti-sjan werd tot
zwijgen gebracht. Aan onze zijde geen
verliezen.
Nu is blijkbaar onjuist, dat behalve Je
«Petropavlofsk» nog een ander schip "in
de lucht vloog,de "Pobjeda" werd alleen
maar ernstig beschadigd. Doch de Japan-
neezen konden ook slechts heel uit de verte
waarnemen, wat er getreurde. Van belang
is voorts, dat een nieuw fort werd tot
zwijgen gebracht
Onlangs was gemeld, dat generaal Stoes-
sel kanonnen had geplaatst, die de zu'dspits
van het schiereiland bestreken, natuurlijk
omdat de Japansche vloot zich telkens ach
ter die hoogë spits, het voorgebergte Liao-
tisjan verschuilt om veilig zijn geschut te
richten op Port Arthur. Togo vermeld nu,
dat dit "nieuwe fort" ten westen van Liao-
tisjan tot zwijgen gebracht is. Ais het zoo
is, zullen de Geien toch wel eerst menig
Russisch projectiel hebben "ontvangen" op
hun bodems. Meldden de Russische tele
grammen ook niet, dat aan Japansche
schepen schade was toegebracht Maar
natuurlijk, Togo weet daar in zijn officieel
rapport weer niet van.
De vernielde //Petropolavlofslc» werd
door deskundigen vaak hoofdschuddend
beoordeeld, omdat bij bet schip, dat zwaar
gewapend was voor zijne grootte, waardoor
het in een minuut meer projectielgewicht
kon wegslingeren dan bv. de 4-0U0 ton
grootere //Majestic//-klasse van de Engel-
sche vloot, dit meerdere gewicht aan geschut
op het pantser bezuinigd was. Ook andere
constructiefouten te hooge bovenbouw
deden het schip slechts een matige
waarde toekennen. Zoo zou het b,T. geen
dubbelen bodem hebben gehad en daardoor
bij de geringste beschadiging van de huid
in groot gevaar verkeeren. Bijna zou men
zeggen, dat deze vrees maar al te gegrond
was, want het zoo snel zinken van het
schip wekt in ieder geval bevreemding.
Nu weer wordt uit. Petersburg gemeld,
dat het juiste aantal slachtoffers, dat aan
boord van de «Petropalavlofsk// verdronken
is, 40 officieren en 750 matrozen bedraagt.
Het cijfer der bemanning lijkt wel wat
hoog voor een schip van 11,090 tons.
De Japansche minister van marine baron.
Yamemoto zond aan admiraal Togo heden
telegrammen van gelukwensching, waarin
hij zegt verrukt, te zijn over het succes
van den aanval op Port Arthur. Het resul
taat is schitterend, wat voor een groot
deel te danken is aan het. dapper optreden
van officieren en minschappen, wier gedrag
niets le wen.clien laat. "Ik wensch 11,
uwen officieren en manschappen van harte
geluk' en hoop, dat ge zult doorgaan met
u op deze edele wijze van uw plicht te
kwijten, nu een «groot nationaal vraagstuk
voor ons ligt
IsagTzoiafleEs
Buiten verantwoordelijkheid der Redactie
en Uitgever.
Mijnheer de Itedactcur
Zoudt gij me p. v. p nogmaals willen toeslaan,
dat ik eenige plaatsruimte van Uw veelgelezen
blad in beslag neem Onder voorbaat daarvoor
mijn dank.
DE VERGENOEGING.
III.
Waarde lezers
Teneinde Uw geduld niet te lang op de proef
te stellen deel ik U bij den aanvang van 't 3e stukje
over dit onderwerp mee, dat lie* hiermee geëin
digd zal wezen.
Wij wenschen dan aan het, slot nog enkele pun
ten van beteekenis aan te halen, die betrekking
op deze onschatbare deugd hebben, en U tevens
ook aan t.e wijzen, in welke opzichten een Chris
ten onvergenoegd mag' en zelfs behoort te zijn.
De hoofdoorzaak dan, waaruit misnoegen ont
staat, is het ongeloof, terwijl juist het geloof ons
vergenoegd kan maken, zelfs onder kruisen en
ontberingen. Wij hooren een verharde Farao in
zijn ongeloof zeggen: „wie is de Heerc, dat ik
hem zou gehoorzamen De taal van een God-
vreezende Eli daarentegen, toen hem van Gods
wege door den mond van Samuel zulk een droeve
boodschap werd gebracht, was deze: „Hij is de
Heere, Hij doe wat goed is in Zijne oogen." 't Is
dus eene hoogstwensohelijke zaak, dat wij liet
geloof deelachtig zijn, maar hoe zullen we hier
van in het bezit geraken Dit punt is van zoo
veel gewicht, dat wij niet los d/ arover heen kun
nen stappen te meer daarom, omdat er heden
daags veel over geloof en geloovigen wordt gere
deneerd, terwijl er ten allen tijde maar zeer
weinigen waren, die het inden practijk bezaten.
Dat het ook in onzen tijd wel iets zeldzaams mag
genoemd worden, blijkt wel uit de schaarsc.he
mate van vergenoegdheid, die er aangetroffen
wordt. De Schrift leert ons dan, dat het geloof
eene gave Gods is, dus eene vrije genadegift,
waarbij <lus geen sprake kan zijn van eenige
waardigheid in het schepsel. Er kan dan ook
geen geloof aanwezig zijn, voordat iemand onge
loof heeft leeren kennen en betreuren. Zeer na
tuurlijk is het dat de leer der vrije genade veel
tegenstand ontmoet van het verdorven verstand
hetgeen wel met werken het geloof en de zalig
heid wil trachten te verkrijgen, maar alseen ar
me, alles verbeurd hebbende zondaar in eene
bedelaargestalte tot den Troon der Genade te
gaan daarvoor is de natuur veel te hoogmoedig.
Neemt men deze opvatting wat nauw, overeen
komstig den eigen weg, die ten leven leidt, dan
word/ men voor een dweeper of naargeestige
gehouden, ja, haast voor een vijand van 'tmensch-
dom. Sommigen zijn zeer ingenomen met den
naam van verdraagzaam, algemeene broederliefde
enz. doch degenen die daarop azen, om aanzien
onder de groote menigte te krijgen met het oog
op eigenbelang terwijl ze de waarheid koelbloedig
schade kunnen zien lijden, zijn niet anders dan
tegenstrevers van den Geest en het oogmerk des
Evangelies. Maak men zichzolven niet schuldig
aan liefdeloosheid als men zijn naasten onge-
waarseliuwd door het laat gaan op openbare of
meer bedekte wegen, die van het pad des levens
afdwalen? We hebben hier niet het oog op uit
wendige daden, maar sprekeu een paai' woorden
over 't geloof. Hoe hoort men vaak niet aandrin
gen op geloof alsof het met een paplepel was in te
geven. Er zal wel degelijk eerst plaats inliet hart
moeten zijn om de onuitsprekelijke gave te ont
vangen, daar toch eene ledige hand het best in
staat is om eene weldaad aan te nemen. Daarom
is zeker eene ontdekkende predikatie zoo noodig
te hooren, opdat de hoorders mogen leeren kennen
wie en wat ze zijn, namelijk walgelijken onrein
voor het Opperwezen.
Gaarna ging ik over dit punt nog wat door,
doch we hebben nog enkele andere zaken te noe
men. Teneinde de gestalte van vergenoegd,
lieicl te behouden, wees zorgvuldig wakende over
uwe concientie, U niet in eenige zonde toegevende-
Kunt gij het in een of ander opzicht niet verder
brengen, geef het aan den Heere over, die groot
van raad en machtig van daad is. Als er stot in-
onze oogen komt worden ze waterig en pijnlijk,
evenzoo is het ten opzichte van de zonde die
in ons hart komt, ons smart en onrust aandoen
de. Moogt gij de vergenoegdheid maar behóuden
dat edel kruid kan alle bitter zoet maken.
Leert ook u zeiven te verloochenen en te verza
ken, de eer van God meer beoogende dan die
van ons eigen. Hiertoe zijn verschillende zaken
dienstig, waaronder wij in de eerste plaats wel
mogen tellen het dooden onzer begeerten, oen-
kende dat alle aardsche dingen maar kort vergan
kelijk en gering zijn in vergelijking bij de hemel-
sche.
Ook zal liet noodig zijn, onze vermaken te ma
tigen, al zijn het ook geoorloofde. Willen wij
over 't gemis van iets niet al te bedroefd zijn,
laat ons dan in het bezitten en genieten ervan
matig wezen.
Verder is het eene voorname vereischte voor
de vergenoegdheid, dat we nedrig zijn. Een
waarlijk nedrige heeft geringer gevoelens van
ziehzelven dan anderen kunnen hebben. Dit
zal hem niet spoedig doen klagen over zijne
middelen en wegen, maar het zal hem grootelijks
verwonderen, dat hij nog is wat hij is.
Een volgend punt is, dat wij maar veel zoe
kende gemaakt mogen worden naar de dingen
die Boven zijn, want daardoor dalen de onder-
maansche in waarde.
Van nature gelijken wij de slang en de mol,
die in het stof kruipen en wroeten, maar de
Genade leert ons niet den arend eene hoogere
vlucht nemen.
Bedenken wij ten slotte, dat het lichaam maar
zoo weinig van noode heeft, daar de maag eer
verzadigd is dan liet oog. Wij begeeren vaak
zoovele overbodige dingen, die onmisbaar zijn
en 'tis juist het haken naar die, hetwelk ons
het leven soms bezwaarlijk maakt. Geef dus Uw
vleesch en begeerten niet te veel toe, en gij zult
U uit- 'en inwendig eene aangename rust kunnen
verschaffen. Zie eens hoe vurig de meeste men
schen in natuurlijke zaken zijn, welke heidenen
redenaars soms, doch komt het op geestelijke
dingen aan, hoe traag en stom vindt men hen
dan doorgaans. Laat ons dan meer bedenken,
dat de ziel van grooter waardij is dan het lichaam
arbeidende alzoo om de kunst der Goddelijke
vergenoegdheid te leeren.
Nu willen wij nog even enkele gevallen aan
geven, waarin de onvergenoegdheid geoorloofd
en prijselijk is.
Zullen wij vergenoegd mogen wezen, als wij
in een onbevredigden staat met onzen Schepper
leven Van nature is ieder mensch onder Gods
toorn. Terwijl dm de Goddelijke wraak ons bo
ven het hoofd hangt, zullen wij in dien gevaar-
vollen toestand blijven slapen Kunnen en wil
len wij met vermaak in Sodom blijven leven,
wij zuilen gewis met dat volk vergaan.
Daarom behooren wij den Heere aan te loopen
al is het maar verstandelijk, of Hij ons de oogen
beliefde te openen, 0111 onzen droevigen staat
in te* zien. Mocht dit .ons te beurt vallen, we
zouden niet langer meegaan met het geroep van
vrede, vrede en geen gevaar, maar we zouden
011a gaan haasten om onzes levens wil.
Ook behooren wij niet vergenoegd te wezen,
als wij op kwade plaatsen en 111 kwade gezel
schappen moeten verkeeren, maar we mogen den
Heere vragen, of Hij ons daarvan beliefde te
ontslaan en een weg in Zijne Voorzienigheid
ontsluiten, die met Zijn Woord overeenkomt.
Kwade samensprekingen bederven immers goede
zeden, hetgeen wij 00k nog ontdekken bij den
zeldzamen .(ozef, die in het huis van Faraö leerde
zweren bij het leven des konings.
Verder mogen wij ook niet tevreden .'zijn met
eene kleine mate van kennis en Genadé, maar
wij moeten zoeken op te wassen in de kennis en
Genade van onzen Heere Jezus Christus.
Evenzoo mogen wij niet vergenoegd zijn, als
wij in do plaats onzer inwoning dc waarachtige
en volkomen leer der zaligheid moeten ontberen.
Het mag ons niet genoeg zijn, 0111 te zeggen,
onze ouders en voorouders hebben ook in den
zelfden staat geleefd, dus wij zullen 'iel- ook
maar bij houden. Zult gij dit op stoffelijk gebied
ook zoo opnemen Als gij Uwe omstandigheden
kunt verbeteren, zult ge dan zeggen, och, mijne
ouders waren iiet ook maar sober gewoon, dus
ik wil het niet ruimer hebben? Neen waarde
lezers, zoo is het niet gesteld, maar 't is alleen
de belangeloosheid in het heil onzer zielen dat
ons lauw doet zijn. Zagen we dit recht vuör
onzelven en voor onze naasten, we zouden den
raad van den Heiland aannemen, en den Heer
des oogstes bidden, of Hij arbeiders beliefde uit
te stoeten in den Wijngaard terwijl de oogst
wel groot is, maar deszelfs getrouwe arbeiders
zoo weinigen zijn. Doch, helaas, hoe velen kunnen
het met hunne houten priesters wel stellen als
ze hunne goudbeurzen maar mogen behouden.
Hierbij willen wij het dan heden laten, en hopen
eene volgende keer iets te schrijven over
De Onvergenoegd beid.
De Heere zegene deze gebrekvolle regelen
naar den rijkdom Zijner Genade, om Jezus wille.
Dat zij zoo.
Middelharnis.
II. VAN DER MEULEN.
SSoeKbeeortfccIing*.
Cri stel ijk Zondagsblad le Jrg. 110. 3,
prijs p. no. 4 ot. Hoofdred. I'. BROU
WER te Leerbroek.
'Dit Weekblad voor 't Huisgezin leest aange
naam. De onderwerpen boeien als de wijze van
vertellen en nieedeelen. „Wien zoekt gij?" is 't
eerste artikelStakersHistorische Schetsen
Voor kinderen; Yan week tot week; Allerlei.
Ziedaar de titels.
We hebben er weer met groot genoegen kennis
mee gemaakt.
Ons Oude Nederland door PENNING
Afl. 4. Rotterdam D. H. Daamen.
Religieuze en nationale beroeringen Karei V
is en blijft de reformatie vijandig gezind; Karei
V doet afstand van den troon Filips II van
Vlissingen onder zeil naar Spanje; Margaretha
en de Raad v. State; Vertrek van Granvelle 't
Smeekschrift; Hagepreeken en Beeldenstorm;
Roomsch en Onroomsch wordt vervolgd de80j.
oorlog. Enz. enz.
Ook deze Aflevering onderscheidt zich weer
door heldere voorstelling van feiten en juiste
Karakter teekening. Ieder minnaar c'leT volkthis-
torie lata niet na op dit kostbaar werk in te
teekenen, dat ook nu weer met talloos vele illu
straties is versierd.
^Kesroeug'ti 1%'aetiws.
Brand te Zaandam.
Kven nadat Zondagavond liet licht aan
een Hoogendijk te Zaandam, dienende tot
seinlicht voor de schepen, die uit het Noord-
zeekanaal, zijkanaa! G naar Zaandam willen in
varen, was aangestoken, geraakte de lamp in
brand en klonk weldra langs de straat brand
in de lantaarn Aan blussehen viel niet te
denken en men moest de brand stil laten
voortwoeden tot de laatste druppel olie ver
brand was. Natuurlijk bracht dit brandje reeds
vele menschen op de been.
Even daarna klonk wederom de kreetbrand
en op ongeveer 2 minuten afstand van do
lantaarn bleek thans het vuur te woeden in
de stoomdrukkerij van de iirmii Leeuwerink
en Van Dijk aan de Rozengracht. De druk
kerij was gevestigd in een houten pakhuis,
loebehoorende aan den heer M Dekker Jr.,
die de bovenverdieping in gebruik had als
bergplaats van zeilen, dekkleeden en touw.
De voorraad papier in de drukkerij als
mede de houten wanden deden woldra het
vuur lustig opvlammen en an korten tijd was
het geheele .gebouw van* onder tot boven een
vuurzee die ernstig de aangrenzende per
ceelen, beide ook geheel van hout en toebe-
hoorende aan Mevr. de Wed. Bakker, be
dreigde.
l)e brandweer, hoewel in haar pogingen
ernstig gehinderd door liet bij duizenden
toegestroomde publiek, trad krachtig op en
taste de vuurzee aan met acht spuiten en
twee stralen op de waterleiding. Het gelukte
haar den brand tot liet aangetaste perceel te
beperken dat totaal afbrandde terwijl de wo
ning aan de westzijde, bewoond door mej.
P. Amblee veel schade, zoowel door vuur
als water, beliep.
De oorzaak is onbekend en te meer ge
heimzinnig daar vermoedelijk den geheelen
dag niemand in de drukkerij is geweest en
deze dus 'reeds Zaterdagavond is verlaten.
Alles was verzekerd, het gebouw zelfs op
beurspolis.
Een wonder mag het heeten, dat bij dezen
brand geen persoonlijke ongelukken zijn ge
beurd, want het terrein van den brand was
slechts te bereiken over een paar bruggen,
onder het gewicht der menschenmassa schier
bezweken. Van een dier bruggen ging reeds
dc leuning omver, waarom men het wijzer
oordeelde deze maar weg te breken dan ge
vaar te loopen. dat zij in haar val eenige
personen mee zou sleepen.
Een iange reis.
In Kalwijk werd voor eenige jaren een
blok huizen gebouwd, dat //Lombok// werd
gedoopt en sinds dien als zoodanig bij groot
en klein bekend is.
Nu werd 30 Dec. j.l. uit Zwolle een
nieuwjaarskaart verzonden aan Mej
Katwijk-Lombok. Via Amsterdam Welte
vreden is deze kaart in onzen Inclischen Ar-
cipel aangeland, vanwaar zij natuurlijk als
onbestelbaar werd teruggezonden. Een paar
dagen geleden werd zij nu aan het juiste
adres le Katwijk besteld.
!>oor den trein gedood.
Op het stationsterrein te Gouda is Z ter-
dagmorgen de telegraafwachter van Hasselt
door een der treinen aangereden, met het
gevolg dat de man gedood werd.
Of
jegens
Die
dat hij
zich ze
den m
In iede
4