n SEL }e«lee!te. Ik lieuws. Visscherij. Uil de Pers. Buitenland. Ingezonden Stukken. JYO IEHOORBk 13 toestand der te. IOUDERS der gemeente etend dat het door |alag van den toestand der tegen betaling der verkrijgbaar is gesteld '3. Juders voornoemd. De Burgemeester P. VAN WEEL. en gewichten. HOUDERS der gemeente bekend dat de herijk iet meer jaarlijks, doch andere jaar zal plaats rs dezer gemeente geen it jaar bestaat, en eerst [er bekend te maken tjjd te zitting voor den herijk hebbenden worden er 'Wezen, dat de maten en straf, voorzien moeten ■mpelmerken, en dat dus 'keuringsmerk voortaan schonden moet worden |03. ouders voornoemd. De Burgemeester P. VAN WEEL. ïwet. THOUDERS der gemeente Iter openbare kennis dat: neente gelegen woningen 'woning bestemde vertrek- ot de woning op zichzelvtn van een gebouw een deel jlt van 25 April 1903, ver- len na heden ter gemeente- fan en woonplaats, bouw waarin zich de wo- der woning. .merg, met vermelding van Sten alzoo geschieden vóór iter ais verhuurder optre- binnen 14 dagen, nadat verplicht nieuwe aangiften hd, nadat de woning door [trokken, tenzij deze inmid- Jjstaakt. Onder verhuurders en die hetzij voor zich7.el- Koedanigheid eene woning prhuren. Formulieren voor ter gei ..een te-.secretarie J formulieren mogen worden 'reu komen ook nog eenige voording, hoezeer niet ver- Wethouders ten zeerste herinnering gebracht, dat Joningwet, hij, die niet, of één dezer verplichtingen, geldboete van ten hoogsten 1903. pthouders voornoemd. De Burgemeester P. VAN WEEL /ij vestigen de aan- l ter vergadering *.ruis« in dit blad en t>r hun opkomst van be en geven. (Zie advert.) gehouden paarden- en geveer 70 paarden en benevens eenige man- Eb racht. Ondanks het vroegen morgen waren ezoekers opgekomen, krt jl. heeft zich in de- I sterfgeval voorgedaan, er in dit jaar 6 sterf- en, terwijl op hetzelfde Ie jaar al 16 akten wa- lacob van de Polder der (deeld bij het 4e Regt. Ir den dienst afgekeurd |r tot den dienst worden ng der belasting op be- komsten voor het dienst- iu deze gemeente be- 1 Mei 1903. Izworens der Polders Ou- |n St. Christoffel maken Dinsdag 5 Mei as. zul- algemeene schouw over |ten enz. Gezworens der polders na brengen ter kennis Mei a.s. des avond ten ple alhier voor den tijd olgende jaren verhuurd &s aan de wegen in die J.l. Vrijdag werd al- bericht ontvangen dat de F. liggende te Roerroutlj het strijken van de mas [ier had ontvangen, wei dat zijn linkerknieschijll lar werd geslagen en eenige an zijn handen bekwam, jkundige oordeelde directe ziekenhuis, wat ook ge- l rij spoedig hersteld we- tig gevolg slaagde deze C. Kuiper voor het ex- ;ener bewaarschool. Smit, klerk bij de alhier, werd bij beschik- ïister van Binnenlandsche iezer benoemd tot 2e klerk ekeringsbank met ingang WHOOSESKi ig I Mei' Ijjjg. No. 915. hulp worden ingeroepen.j Door W. Zaaijer en C. Noordijk s ingeschreven voor het verrijden der idigde grint voor f 0,36 per M3, Op 27 dezer is de publicatie aan plakt omtrent de woningwet, waarvan de 'rste aangiften moeten geschieden vóór (jX28 Juli a. s. We vestigen de aan- xht van verhuurders van woningen «p ^tublicatie. gij Kon. besluit is de heer Mr. A. 'ijl alhier als voorzitter, en de heer No- iris} vau der Sluis te Dirksland als plaats- trvangend voorzitter benoemd voor de in ■ongevallenwet aangegeven plaatselijke diïmissie van onderzoek. Ooltgensplaat, 28 April vierde den iTëlEdelen heer P. va» Prooijen Cz. en tiran Prooijen-Mij» Jd. alhier hunne 5)-jarige Echtvereeniging onder talrijke bwgzen van belangstelling, hetwelk Jmkbaar werd beantwoord door geldelijke jiren te schenken aan d« bedeelden van tke gezindte tot de gemeente behoorende. tet liet zich indenken, als dat dit edele iruidspaar haar diamant»feest werd toe- iswemcht. Onze Rijksveldwaohter, Brigadier- Titulair, den heer A. Vink is na eene ifwezigheid van plm. 3 maanden, tenge- tolge der jongste werkstakingen tot de i|nen teruggekeerd. De oudste inwoner onzer gemeente, Ui'ej. D. Laeonte, Wed. van wijlen den «er M. Berkhout, is Zaterdag overleden 1 den gezegenden ouderdom van 90 jaar n' 8 maanden. Oude Tonge. Volgens bekendmaking jn ter gemeente-secretarie kosteloos ver- rijgbaar gesteld formulieren voor aangif- ;n van verhuurders van woningen die 3 f minder ter bewoning bestemde vertrekken bevatten. Uit de voorloopig vastgestelde kie- érslijst dezer gemeente blijkt dat deze te- at de namen van 338 kiezers voor den remeenteraad en 344 voor de Tweede Camer en Provinciale Staten. Naar aanleiding van Art. 89 van het dgemeen reglement voor de polders in luid Holland is door het bestuur van den Molenpolder onder Oude Tonge, ter keunis [ten de betrokken ingelanden gebracht dat de rekening van dezen polder over 1902 en Jae begrooting voor 1903 gedurende 14 lagen ter inzage zullen liggen ten kantore fan den Secretaris. Dit jaar zijn aan de beurt van af treding als gezworen te weten Voor het Noordland (Oude Tonge,) de heerD. van Es, Voor het Noordland (Nieuwe Tonge) de heer Abr. Breesnee. Voor het Postende (Nieuwe Tonge) de heer C. L. 1 Loon, en voor den Oostmoer de heer JA. Braber, alsmede' de heer T. L. Koert als adsistent gezworen. Nieuwe Tonge. Door den Minister [van Waterstaat, Handel en Nijverheid is met ingang van 1 Mei benoemd tot brie vengaarder A. van Noord. Dirksland. In eene vergadering van de AfdeeliDg Patrimonium alhier bleek, dat deze bestaat uit 4 gewone en r 8 buiten gewone leden. Als tijdelijk voorzitter werd gekozende Heer A. v. Oversteeg, als I overige bestuurleden werden gekozen J- Witvliet, A. v. d. Wekke Az., Johs. Koppelman en C. Grootenboer, en als Commissie van advies, de H.H. Ds. Lam- mers, Ds. Makenze, H. Kooman, C. War mer en Johs. Roodzand Johs. Burg. en Weth. dezer gemeente hebben bekend gemaakt, dat een afschrift van primitief kohier van den H*ofdelijken Omslag voor het dienstjaar 1903 van heden 1 Mei tot en met 30 Sept 1903 ter ge meente Secretarie voor een ieder ter lezing ligt. Zij die in aanmerking wenschen te ijne werkzaamheden in de ad de Machinist C. J. v« ongeluk eene wond aan tomen, en moest o-enees- komen, als Vader en Moeder in het Gast huis van het Algemeen armbestuur alhier, kunnen zich daarvoor bij den Burg. aan melden voor of op den 4e Mei 1903, waar tevens nadere inlichtingen verstrekt worden Melissant. In deze gemeente heeft zich een geval van dyphtheritis voorgedaan met doodelijken afloop. Stellendam. Verleden week Donder dag, sloeg door het schrikken het paard van den heer Polderman van onder Dirks land op hol. Daar het eene leidsel uit zijn handen werd gerukt kon hij het niet bedwingen en sprong uit het karretje, waarop het paard den Middeldijk langs naar den Damdijk liep waar het door Abr. van de Ree werd gegrepen en tot staan gebracht. Zaterdag 25 dezer zijn aan het strand voor den Hals en Kroningspolder aange spoeld, en alhier opgeborgen 400 grenen botters, lang van 4 tot 6 Meter, zwaar 6 bij 18 cM., vermoedelijk van een schip dat verleden week op de Maasvlakte is uit elkaar geslagen. De heeren P. D. Holleman en F. Zeedijk zijn voor de verkiezing van een gemeenteraadslid op 12 Mei a.s. candidaat gesteld. Door den opzichter den heer L. Moerland is eene flesch opgevischt. De fleech was gemerkt 2081 en hield in eene postkaart en een briefje eveneens genum merd 2081 waarop in vijf talenOpzoekin gen over de richting van drijvende voor werpen in de Noordzee, benevens het ver zoek, op de bijgevoegde postkaart in te vullen de plaats en den datum van het vinden, deze op te zenden naar Leuven. Op het briefje werd ook vermeld dat eene premie van 50 francs jaarlijks zal worden uitgeloot tusschen de nummers der inge zonden kaarten waarvan de uitslag in de Zeevaartbladen zal worden bekend gemaakt. De heer Moerland die deze lesch bij dam D. ten N O. aan het dorp vond heeft de kaart reeds opgestuurd. De Burgemeester, Strandvonder van Goedereede en Stellendam, zal doen ver- koopen 24 stuks mijnstutten, liggende aan de haven te Stellendam en 172 stuks idem lang 2,70 M. a 5 Meter benevens 3 ankers liggende aan de haven te Goedereede a contant met 1 o pCt. onkosten op Dinsdag 5 Mei te Stellendam des voormiddags te 10 ure en te Goedereede namiddags te z ure. Dinsdagavond reed F Lokker aan den Plaatweg met zijn fiets in de sloot. Met een paar natte beenen liep het af. Hedenavond reed J. Zeedijk met zijn fiets voor de Pastorie in den bermsloot en viel kopje onder, zoodat hij door en doornat naar huis kon gaan. Goedcreede. Door den Heer Brebuer, ex-commandant onder Generaal de Wet, zijn alhier tegen hoogen prijs eenige kalf- vaarzen met bestemming naar Tras vaal aan gekocht' Alhier zijn de zwaluwen terugge keerd en is reeds het geroep „koekoek" gehoord. Moge met hen ook de zomer spoedig zijne intrede in het land doen. In de woning No. 92a, alwaar ,,fe- bris typhodea" heerschende was, is deze besmettelijke ziekte geweken verklaard en is het kenteeken verwijderd. Door den vader van den milicien verlofganger J. O, die zich sedert 10 Fe bruari in werkelijken dienst heeft begeven, is aan Hare Majesteit de Koningin een ver zoekschrift ingediend ter bekoming eener geldelijke tegemoetkoming, terwijl aan de echtgenoote van D. H. alhier, die zich sedert 10 Februari onder de wapenen heeft be geven, weder een bedrag ad f 1 o toegekend is. Alzoo is aan dit gezin eene tegemoet koming ad f 60,uitgekeerd. Op Zaterdag, 2 Mei a.s. zal alhier ten Raadhuize gelegenheid worden gegeven tot toelating van leerlingen op de Openbare La gere School. Ouddorp In het vorige nummer dezer courant werd reeds melding gemaakt van het ongeluk, dat de heer C. v. d. Rhee, onderwijzer aan de bijzondere school al hier, met zijn fiets is overkomen op den weg langs de Westduinen nabij de Druif. De voerman, die hem van den tegen- overgestelden kant kwam te gemoet rijden, was Jacob Meijer Klaaszoon en de per soon die naast hem op de wagen zat Cornelis Pikaart. Bij nader onderzoek is duidelijk gebleken, dat voornoemde Jacob Meijer met opzet de bovenvermelde fietsrijder heeft omver gereden, want om zijm gemeene streek ten uitvoer te brengen, heett hij zijne paar den van de rijbaan af en op den fietsrij der aangestuurd. De dader heeft echter nog bijtijds in gezien, dat een dergelijke handeling niet zonder gevolgen Zou blijven en heeft reeds den volgenden dag na het ongeval ge tracht om door betaling vau een bedrag ad f 30 voor het gebeurde het stilzwijgen op ie leggen. Met die schadevergoeding is echter genoegen genomen, doch neemt niet weg, dat zulk een schandelijke handeling moet worden bekend gemaakt, opdat men voor taan op zijn hoede zij en de persoon in quaestie ook het besch amende van een der gelijk feit worde onder het oog gebracht. Spijkenisse. Bij Kon. Besluit van 21 dezer is met ingang van heden benoemd van de bij het Kon. Besl. van 26 Not.. 1902, ingestelde plaatselijke commissie (bedoeld in art. 86 der ongevallenwet), welke haar zetel heeft in deze gemeente tot Voorzitter den beer W. van der Lin den Cz., wethoudertot plaatsvervangend Voorzitter C, van Holst, eveneens wet houder dezer gemeente. Hoorde men de laatste jaren in deze gemeente nimmer over werkeloos heid, doch zooveel te meer over gebrek: aan werkkrachten te spreken, thans is( daarin een heele kentering gekomen. De vlascampagne is geëindigd en van de hoepelmakerij, tegenwoordig een van de voornaamste bronnen van bestaan voor deze gemeente, kan vrijwel hetzelfde gezegd worden, waarbij nog komt dat d& onderbouw der spoorbrug over de rivior de Oude Maas alhier, eveneens hare vol- tooing is genaderd. Tal van werklieden welke gedurende de laatste jaren aan dit werk een flink weekgeld verdienden zijn daardoor bedankt geworden. Voegen we hier nog bij het ongunstige weêr der laatste dagen dan kan men gemakkelijk de gevolgtrekking maken, dat voor 't oogenblik werkeloos heid heerscht. „Als het getij verloopt moet men de bakens verzetten," denken velen, en zoo leggen zij zich toe op de mollenvangst. De mot schijnt tegenwoordig een zeer „gewild" artikel te zijn, we hoorden dat voor elk dier aardbewoners, mits in onge schonden toestand, 15 cent per stuk wordt betaald, een oorzaak waarom menige mol er het leven bij inschiet. Pernis. Door de aanhoudende regen in de laatste dagen ligt de tuin en akker bouw geheel stil. Sommige landerijen staaR blank, daar het overtollige water niet vol doende verwijderd kan worden©ok vreest men voor de nadeelige gevolgen welke men ondervinden zal, over het gezaaide en het gepoote, Pernis. Te IJmuiden zijn binnengeweest de sloepen »Charlois« st. C. v. d. Steen met f 300 »Eibergen« st. G. Hordijk met f 400. Parlementair Stakingslied. De anarchistisch-gezinde Frederik van Eeden steekt in zijn blad «De Pioniert in de volgen de regelen den draak met de houding der so cialisten ten aanzien van een nieuwe staking «Heel het raderwerk staat stil. Als uw machtige arm het wil.» Zoo sprak als der werkers tolk Triomfantelijk «Het Volk«. Neen0; zei Pieter Albedil, »'t I* een anarchisten-gril Aanstonds roept 't partij-bestuur »'t Is een hach'Iijk avontuur Henriiitte Roland Holst Vond nu ,t denkbeeld allerdolst. «Politiek», zei Herman Gorter «Maakt de weg belangrijk korter.« sAsjeblieft» zei Van der Goes,, 3> Wetten zijn niet voor de poes «Jongen neen! zei Pieter Tak, «Militairen zijn niet mak «Wie, zei Hugenholtz, «wat hamer! «Spot er met de Tweede Kamer «Niet te dolzei Van Kol, «Brengt de hoofden niet op hol «Zoetjes aan, maant Ter Laan, «Langs de wettelijke baan Kuyperbaas bij zooveel hulp, Kruipt weer dapper uit z'n schulp, Waar hij hall in was verscholen Koren krijgt hij op z'n molen. Heel het raderwerk weer draait, Nu de wind uit dien hoek waait. v.E, Een Termakelijk geval. Een zeer gefortuneerd ingezetene der hoofd stad, dezer dagen als schutter bewaakdienst ver richtend met een ambtsbroeder en een agent van politie, bad een vermakelijk buitenkansje, 's Nachts tegen 12 uur de ronde doende, ont moette het gezelschap eem medebui ger onzer stad, die zoozeer in enthousiasme raakte over de trouwe plichtsbetrachting der beide bur gerwachten, dat hij hun ieder een rijksdaalder in de hand stopte met een «jelui staakt ten minste nog niet.» Het was de eerste fooi, die onze «kapitalist» ontving. Wij kunnen hieraan nog toevoegen, dat de gelukkige schutter een rijksdaalder uit eigen portemonnaie aan den agent gaf, er bijvoe gende, dat het hem niet om een gift te4doen was. Maar de rijksdaalder van den burger kon hem niemand afkoopen. Die zou bewaard blij ven voor zijn nageslacht. Dat geldstuk zou hij hechten op een stuk karton, er bijschrijven op welke wijze en waarom hem dat was gegeven, het mede door den agent laten onderieekenen, er een schilderij van doen maken en zoo bewa ren voor zijn kinderen en kindskinderen. Die schutter ziet er dus meer dan een grapje in. Zoo beschouwd, zijn we het wel met hem eens. Dubbele bekentenis. In het Katholiek Sociaal weekblad ran 18 April schrijft mr. Aalberse onder borenstaande opschrift het volgende: Volgens „Het Volk" van 12 April zeide me vrouw Roland-Holst in de begrafenismeeting van het Comité van Verweer „Wij hadden wel moed, maar weinig hoop, omdat wij wisten dat wij niet sterk genoeg wa ren om te keer te gaan alle machten der bur gerlijke maatschappijde wet, de regeering, het leger, de justitie, de politie, de leugens der bur gerlijke pers. Hoe kunnen wij nu zeggen, dat wij niet overwonnen zijn? Die wet is er. Maar ze maakt den vakstrijd niet onmogelijk." Hier hebben we een tweevoudige bekentenis: lo. dat de leiders der beweging het arme werk volk willens en wetens misleidden, toen ze het, vleiend met hoop op succes, tot de algemeene werkstaking aanspoorden, en wie deed dit hef tiger dan mevr. Roland-Holst 2o. dat de aangenomen wijziging van het Wet boek van Strafrecht den vakstrijd niet onmoge lijk maakt. Wij betoogden nooit [iets anders. Maar dat dit thans reeds zou erkend worden door de sociaal democraten, dat is inderdaad overbluffend bru taal, voor wie zich herinnert, hoe in manifesten ■en redevoeringen 't toch dag in dag uit aan het volk voorgelogen is, dat de Regeering een aan slag beraamde op de vakorganisatie, voor wie (zich herinnert ook de schandelijke plaat van „Het Volk," waarin dr.Kuyper werd voorgesteld ■een geketend arbeider wurgende En thans verklaart mevr. Roland-Holst, ge woonweg, alsof daar nooit aan getwijfeld was: „de aangenomen wet maakt den vakstrijd niet onmogelijk." In de Tweede Kamer sprak mr. Troelstra van de schaamteloosheid der liberalen. Vragewelke qualifieatie meent hij dan wel de juiste voor dit laaghartig gedoe zijner eigen partijgenooten? (Volksbl.) Een misrekening. Het Comité van.... „slechts" Verweer, Erkennend God noch Meester meer, Sprak: Mannen, legt den arbeid neer! Verstaat het goedIk proclameer, Ik, Comité van„slechts" Verweer, Staakt! Staakt! en haalt 'tGezag terneer! Ik leog zoo vaak en lieg nu weer De werkman ligt gekneveld neer, Als Kuyper, dat gevaarlijk heer, Met zijn verderfelijke leer Van recht en orde, meer en meer De baas wordt. Daarom, werkers, keer Die rampEn legt den arbeid neer Doen de gevolgen u straks zeer, JEn nijpt de ellende meer en meer, En schreit van honger 'tkind, zoo teer, Wat nood 1 Wij, mannen van „Verweer", Wij eten zelf geen kruimel meer Wij leven van 't geproclameer. Gooit j ullie slechts den arbeid neer Brengt in practijk de schoone leer: Er is noch God,noch Meester meer! Dra daalt dan 'tParadijs terneer? Staakt asjeblieft nog eenen keer, Smeekt 't Comité van „slechts" Verweer. Hauw sloeg 't deez' prolamatie aan, Of 't was met staken plots gedaan De vlieger was niet opgegaan. En 'tParadijs biak nog niet aan. Maar uit hun eigen kamp klonk 't wel O, weeo, wee! 'tis hier een heil" ARNOLD. Overal roering, zouden we wel kunnen beginnen te schrijven in Somaliland, in Macedonië, in China en waar niet al zit het te gisten en komt het nu of dan tot uitbarsting. Laten wij beginnen met Engelaad. De Engelsehen hadden zich al zoo gewend aan de gedachte, dat de tuchtiging van den „gekken" Mullah in Somaliland zonder eenig bezwaar zou geschieden, in ieder geval den Bi'itschen krijgs roem door overwinningen slag op slag zou ver- hoogen. Immers waren de toebereidselen ditmaal mat zooveel zorg genomen. En daar komt nu op eens weer de tijding van een ernstige nederlaag tegenover die barbaarsche Somali's. Ze willen, nat als de Boeren vroeger, maar niet vechten op de manier die de Engelschen het meest geschikt achten. De slag, nu de Britten toegebracht, is minstens even gevoelig als die welke hun den Gen Oct. 1902 trof, toen de Mullah de colonne van kolonel Swayne bij Erego tot terugtrekken dwong. Zijn de in de telegrammen opgegeven cijfers juist, dan zijn de Britsche verliezen ditmaal nog grooter geweest dan de vorige. Nu een 200 man gedood, waaronder 10 Engelsche officieren. Ziehier een telegram uit Londen, nadere bij zonderheden bevattende „Volgens eem officieel telegram uit Bohotle was het de colonne van Cobbe, die de nederlaag bij Goemboerroe heeft geleden. Cobbe had den 17den kolonel Punkett met 160 man van het Afrikaansche regiment, 48 sikhs en twee maxims gezonden om kapitein Olivey te helpen, dien hij meende, dat met den vijand slaags was. Vluch telingen, die in den namiddag aan kwamen zetten, deelden mede, dat Plunkett verslagen was en zijn detachement totaal vernietigd op 7 man na. De vijand beschikte over een sterke bereden macht en infanterie. Ook de twee maxims zijn verloren gegaan". „Kolonel Cobbe, die met 220 man gekampeerd ligt, heeft ongeveer 1000 kameelen bij zich. Hij denkt, dat bij niet zonder hulp terug kan, om dat »r overal dicht kreupelhout is en de vijand waarschijnlijk aanvallenderwijze te werk zal gaan. Generaal Manning trekt nu op naar Goemboerroe om Cobbe te ontzetten. Men mag aannemen, dat de generaal daar wel in slagen zal, met de sterke macht die hij bij zich heeft; maar de vraag blijft, wat het lot is van Olivey dien de verslagen Plunkett moest ontzetten? En zijn de manschappen behalve de weinige, die konden ontvluchten door de Somali's afgemaakt De Engelsche officieren zullen zeker wel den dood hebben gekozen boven het levend in handen vallen dier barbaren. De troapen, door de Engelschen in Somaliland gebruikt, bestaan hoofdzakelijk uit negers (Kings African R fles), bevriende Somali's en Indiërs. De officieren en een deel van het kader zijn echter Engelsch. Over het moreel dier troepen de Indiërs uitgezonderd is herhaaldelijk geklaagd. De gissing ligt dan ook voor de hand, dat de ramp wederom te wijten is aan een paniek, ont staan door een plotseling overval van den vijand. Wenden w» nu het oog naar Macedonië. Van verschillende kanten lezen we dat schier alle Albaneezen in opstand zijn, waartegen Turkije niet kan of wil optreden. Rusland en Oostenrijk zet hem de klemschroe- ven al vastsr en vaster aan, zoodat de zieke man eindelijk wel zal moeten toegeven. Eindelijk is van Turksche zijde d« verdeeling der troepen over verschillende belangrijke punten van Albanië begonnen. De Porte hoopt door een groote troepenontwikkeling aan den tegenstand der Albaneezen tegen de hervorming een einde te maken. Alle ambassades steunden de gemeenschap pelijke stappen van Rusland en Oostenrijk, ten gunste van een krachtiger optreden tegen de Al- banaezen. Abdoel Hamidjzal dus wel begrepen hebben, dat hij er ernst mee had te maken, en de verdere maatregelen nu, schijnen ook inder daad geheel serieus te zijn. Maar zullen de Albaneezen zich laten gezeggen of verschrikken door een sterken troepenmacht 't Moet nog blijken. De bladen behelzen een be richt uit Janina, inhoudende, dat de afgezanten van den sultan te Bogradoz met geweerschoten zijn ontvangen. Alle dorpen om het meer Okrida zijn in opstand, en deswege worden uitMonastir en Saloniki in allerijl troepen gezonden. Officieel wordt voorts bericht, dat tusschen Stroumitza en Radowitch 500 opstandelingen denkelijk weer Macedoniërs zijn aange vallen door de Turksche troepen. Het gevecht duurde een geheelen dagdertig opatandelingen e» acht soldaten sneuvelden. Raeds zijn 20,000 man Turksche troepen geconcentreerd en 10,000 worden nog verwacht. Van Rusland zoomin als van Oostenrijk heette zoo voor als na, eenige interventie ten bate der Macedoniers te verwachtenen naar de diploma ten te oordeelen, was er zoo goed als geen kans op een algemeenen brand in het Oosten; hoogs tens op een gelocali'seerd vuurtje. Maar waarom maakt Rusland dan toebereidselen om op elk gegeven oogenblik handelend te kunnen optreden? Uit Moskou wordt gemeld, dat zes kruisers in Odessa bergartillerie, snelvuur- en andere am munitie laden, en dat alle officieren en matro zen dezer kruisers van verlof teruggeroepen zijn. Het gaheele garnizoen van Odessa, 31,000 man, is op oorlogsvoet uitgerust en gereed om uit te rukken. Frankryk is nog altijd roerig. Over de uitzetting van de orden to Nantes is het in de laatste dagen erg rumoerig toegegaan. Straatbetoogingen zijn aan de orde van den dag. Vooral j.l. Vrijdag waB het zeer rumoerig. De politie was genoodzaakt een twintigtal betoogers te arresteeren, onder wie het bekende Kamerlid graaf De Dion. Ook op andere plaatsen, m»t name te Versailles, Rijssel, Landernau, Rouaan en Nancy, hadden betoogingen plaats. Ziehier «enige bijzonderheden omtrent het gebeurde te Versailles Het vonnis, dat den vrederechter van Ver sailles machtigde het klooster der paters Capucijners te verzegelen, was Donderdagavond gevallenmaar door het luidoa der stormklok stroomden een 1000 tal man te zamen en kon het vonnis niet uitgevoerd worden. Den volgenden morgen om 7 uur keerde de rechter terug; hij werd ontvangen door een superior, die hem door het klooster leidde, waar hij de zegels aanbracht. Dooh toen hij in de kerk kwam, waar 500 man bijeen wareD, veranderde de toestand. Het volk liep naar buiten en rukte overal de zegels af. Een uit de schare luidde de storm klok en honderden personen kwamen toogesneld. De paters moesten toen den magistraat beschermen tegen de vroede der menigte. Ook op straat moest de rechter door da politie omringd worden. Eene ontzaglijke menigte stroomde intus- sohen nog altijd naar het klooster. Op de kloosterpoort werd een plakkaat be vestigd, waarin de bevolking van Versailles mededeeiing deed van hare genegenheid jegens de paters en protesteert tegen de dwinge landij der regeering, die geestelijken verjaagt, nadat zij 50 jaar lang weldaden brachten te Versailles. Daarbij komt nog de „Affaire". Deze staat weer op het punt om Frankrijk in vlam te zetten. Inzake den brief van Dreyfus aan den Minister van Oorlog schrijft de „Matin" Wij vermeenen uit goede bron te weten, dat de regeering aan het verzoek van Dreyfus geen gevolg geven zal. Zij schijnt van gevoelen te zijn, dat Dreyfus, wanneer hij «en nieuw feit gevonden heeft 't welk in staat is ds juistheid van het vonnis en de herziening van het proces van 1899 te weer leggen, hij zich dan langs den wettelijken weg tot den Minister van Justitie en niet tot den minister van Oorlog moet wenden. Deze laatste heeft niet de bevoegdheid den verlangden stap te doen*. Jaurès ziet daarentegen, in de „Petite Repu- blique," het optreden van Dreyfus alreeds met succes bekroond. Hij schrijftBlijkbaar schei den ons nog slechts proceduur-quaesties van de definitieve wettelijke oplossing. Reeds treden de nieuwe feiten, dië de herziening onafwendbaar maken, duidelijk in het licht: eenerzijds ligt de mogelijkheid voor de hand, zich op het valsche getuigenis van Cernuski te beroepen, anderzijds worden de kuiperijen betreffende het borderel met de vervalschte kantteekening van den Duitschen Keizer steeds duidelijker. Het uur der gerechtigheid is nabij de leugen ligt op haar stervenssponde In overeenstemming hiermee beweert „men" te Parijs dan ook reeds, dat generaal André, de minister van oorlog, de bijzondere enquête wil veranderen in een officieele enquête. Ook loopt het gerucht, dat leden der linker zijde uit de Kamer hun voormemen hebben te kennen gegeven om, in geval de zaak wesr onder handen genomen wordt, een voorstel te doen strekkende, bij het Hooggerechtshof eene aanklacht in te dienen tegen generaal Mercier en den heer Cavaignac, ex-minister van oorlog. Buiten verantwoordelijkheid van Redactie en Uitgever. Mijnheer de Eedacteur Beleefd verzoek ik U voor het onderstaande een plaatsje in uw blad. In uw nummer van 17 April toont ge zoo mooi aan dat wij, vrijzinnig democraten, tooh feitelijk niets anders zijn dan verpopte sociaal democraten. Och kom, redactie, ge weet toch wel beter. Ge weet toch wel, dat er een diepe klove gaapt tuischen die partijen. Ik citeer uit de „Residentiebode" „De over de vrijzinnig democ. gevoerde critiek naar aan leiding van hunne stem tegen de aanvulling van het wetboek van strafreoht in verband met de staking, is niet geheel rechtvaardig en ob jectief te noemen. De vrijzinnig democraten konden zeer goed de werkstaking noemen „onzinnig, roekeloos en misdadig" en toch het strafrechterlijke middel afkeuren om haar tegen te gaan, dat door de regeering in haar tweede artikel werd voorgesteld, zondor dat zij daarom de uitspraak verdienen, dat aan geen andere oplossing voor hun houding mag gedacht wor den dan aan: „Ueboitriebene ingst", politieke concurrentie, of propaganda voor de jonge partij, zooals de N. C. zegt. Na hunne verklaring hadden zij oorrecter gehandeld, als zij vóór art. 1 en bij wijze van protest tegen art. 2. voor het geheele Ontwerp der Strafrechtsnovelle hadden gestemd, doeh dat zij zulks niet deden, geeft nöoh aanleiding, noch recht tot de zeer ernstige en bittere verwijten tegen hen gericht." Welnu redactie, uiv verwijten zijn ernstig, zeer omBtig zelfs. Ge verwijt ons niet minder dan dat we ageeren tegen de wettige overheid. Mijnheer de Redaoteur, onze partij is jong, maar revolutionairen of tewel auarohisten is er niet éen onder te vinden. Daarom redaotie neem ridderlijk die woorden terug. Met dank voor plaatsing. J. M. ELYE. V aardingen 20 April 1903. [Voor ditmaal hebben wij aan bovenstaand stukje geene plaats willen weigeren, maar moeten opmerken, dat alleen bij het aanslaan van een voegzameren toon deze plaatsing konde verwacht worden. Uitdrukkingen als: «Och kom, ge weet toch wel beters en «neem ridderlijk die woorden terug» betamen een inzender niet; en vooral niet een inzender, die enkel eenige regels uit een ander blad komt citeeren. Dat andere blad toch heeft allerminst een beslissend gezag, en kan dus in geenen deele ons oordeel te niet doen. Wat de zaak zelve betreft, kunnen wij geen woord van het door ons geschrevene terug nemen. Het is en blijft een feit, dat de vrijzinnig democraten, door te stemmen tegen de straf- wetsontwerpen, zich voor langen tijd in zeer ongunstigen zin gesignaleerd hebben. In dat stemmen tegen de strafwetnovelle ligt geene andere beteekenis, dan dat het arbeidersbelang hier gesteld werd 6oven de handhaving van gezag en orde in het algemeen belang. Want wat zou er gebeurd zijn, als de Kamermeerderheid eens met de vrijzinnig democraten de wet had afgestemd? Dan zouden de sociaal democraten den baas hebben gespeeld en zou het gezag der regeering geknakt zijn geworden. Natuurlijk heeft een man als Mr. Drucker, de leider der vrijz. democr. partij in de Kamer, dit kostelijk goed begrepen. Doch niet het algemeen Staatsbelang, niet de hooghouding van het Overheidsgezag, maar de toestand der spoorbeambten gaf den doorslag; aan hun belang werd het overige ondergeschikt gemaakt, en aldus werd tegen de wet gestemd. (^.Deze houding nu geeft in zooverre recht tot verwijt als de vrijzinnig democraten nog me nigmaal durven beweren, dat zij niet de zaak der sociaal democraten bevorderen. Niet alleen leven zij met dezen uit denzelfden wortel der revolutie, maar zij sporen ook in de practische politiek zeer ver op de revolutionaire rails door; erkennen geen onveranderlijke grenzen voor de Staatsbemoeiing, en willen het groot geldbezit naar behoefte aanspreken. Red.] Mijnheer de Eedacteur. Vergun mij een plaatsje in uw veelgelezen blad. Als men den geest van dezen tijd zoo eens nagaat, dan moet ik zeggenwat zal het toch nog worden. Het is maar, en vooral in onze hoofdsteden, wanneer men deukt, dat het loon een weinig te schraal is: sta" «j, staken. Dat dit wel meest aan de sociaiistisohe opruierijen ligt, daar behoeven wij niet nan te twijfelen, want eqjzijn in de stad wel mannen, die 15 20 gulden per week verdienen, maar ook doet de Schiedammer de rest, waar de stedelingen hun loon half in verkwisten. Wanneer wij dan eens kijken op ons eilandje, daar de werkman voor f0,70 daags, de grootste helft van het jaar gaat zwoegen dan moet men zeggen, dat die er in het geheel niet kunnen komen. Dit is dan ook wel zoo. Als hier een werkman voor zijn vrouw en 5 of 6 kinderen moet gaan werken, dan lijden ze bijna aan alles gebrek. Als de werkman hier eens om loonsverhooging vroeg, dan zon het Wezenlijk niet voor alcohol zijn, vrienden, maar voor brood, en tooh denken deze brave lieden niet aan weigering. Daarom deed het mij verladen week dan ook van harte zeer, toen ik op het aanplakbord te M. een prentje zag zitten, waar boven itond (Wie niet werken wil, zal ook niet eten.) Dit mag men gerust een schande noemen, voornamelijk omdat het bepaald door een meerdere is laten aanplakken. Als er op M. onrustige opstootjes plaatsgrepen, was dat iets anders, maar nu alles rustig is, en het werk als van vroeger doorgaat, staat hem dat niet fraai. Naar ik hoor is er praat van, dat eenige boeren bereid zijn om 10 cent per dag bij het loon te voegen, dat zou bepaald in beter aarde vallen dan zoo'n dreigbriefje, dat zou de praat jes weer wel voor goed dempen, zoo solidair is men te M. dan ook niet. Van de dagen zal ik zooveel niet schrijven, dit kon het loon wel verzoenen; want daarmee gaat het op Melissant beestig verward, dat is bar, elke boer en voor man heeft bijna een dag op zijn handje. U, M. de R. is bedankt voor de verleende plaatsruimte. 154. Mijnheer de Eedacteur! Mijn oom, de heer Hartmans, Ooltgensplaat handhaaft de Kinderpraat, dat ik op Zondag II Jan. jl. ben verhuisd, in een vorm, en op eene wijze, waarover ik liet stilzwijgen wensch te be waren trekt later de bewering in en noodigt uit tegen te spreken, dat ik op 11 Jan. van Boxtel naar Maastricht ben verhuisd geheel uit vrije be weging. Ik wil dat niet tegenspreken, wijl ik geen dienstaangelegenheden in een courant wil be handelen. Bij eene Maatschappij met 1000den ambte naren en beambten, handelt men niet uit vrije beweging. Ik bereikte mijn doel en weet wie de kinder praat uitstrooide. Daarvoor mijn beleefden dank. Uw bestendige lezer, K. GREVELING Maastricht, 24 April 1903.

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1903 | | pagina 5