n
SEL
}e«lee!te.
Ik lieuws.
Visscherij.
Uil de Pers.
Buitenland.
Ingezonden Stukken.
JYO
IEHOORBk 13
toestand der
te.
IOUDERS der gemeente
etend dat het door
|alag van den toestand der
tegen betaling der
verkrijgbaar is gesteld
'3.
Juders voornoemd.
De Burgemeester
P. VAN WEEL.
en gewichten.
HOUDERS der gemeente
bekend dat de herijk
iet meer jaarlijks, doch
andere jaar zal plaats
rs dezer gemeente geen
it jaar bestaat, en eerst
[er bekend te maken tjjd
te zitting voor den herijk
hebbenden worden er
'Wezen, dat de maten en
straf, voorzien moeten
■mpelmerken, en dat dus
'keuringsmerk voortaan
schonden moet worden
|03.
ouders voornoemd.
De Burgemeester
P. VAN WEEL.
ïwet.
THOUDERS der gemeente
Iter openbare kennis dat:
neente gelegen woningen
'woning bestemde vertrek-
ot de woning op zichzelvtn
van een gebouw een deel
jlt van 25 April 1903, ver-
len na heden ter gemeente-
fan
en woonplaats,
bouw waarin zich de wo-
der woning.
.merg, met vermelding van
Sten alzoo geschieden vóór
iter ais verhuurder optre-
binnen 14 dagen, nadat
verplicht nieuwe aangiften
hd, nadat de woning door
[trokken, tenzij deze inmid-
Jjstaakt. Onder verhuurders
en die hetzij voor zich7.el-
Koedanigheid eene woning
prhuren. Formulieren voor
ter gei ..een te-.secretarie
J formulieren mogen worden
'reu komen ook nog eenige
voording, hoezeer niet ver-
Wethouders ten zeerste
herinnering gebracht, dat
Joningwet, hij, die niet, of
één dezer verplichtingen,
geldboete van ten hoogsten
1903.
pthouders voornoemd.
De Burgemeester
P. VAN WEEL
/ij vestigen de aan-
l ter vergadering
*.ruis« in dit blad en
t>r hun opkomst van be
en geven. (Zie advert.)
gehouden paarden- en
geveer 70 paarden en
benevens eenige man-
Eb racht. Ondanks het
vroegen morgen waren
ezoekers opgekomen,
krt jl. heeft zich in de-
I sterfgeval voorgedaan,
er in dit jaar 6 sterf-
en, terwijl op hetzelfde
Ie jaar al 16 akten wa-
lacob van de Polder der
(deeld bij het 4e Regt.
Ir den dienst afgekeurd
|r tot den dienst worden
ng der belasting op be-
komsten voor het dienst-
iu deze gemeente be-
1 Mei 1903.
Izworens der Polders Ou-
|n St. Christoffel maken
Dinsdag 5 Mei as. zul-
algemeene schouw over
|ten enz.
Gezworens der polders
na brengen ter kennis
Mei a.s. des avond ten
ple alhier voor den tijd
olgende jaren verhuurd
&s aan de wegen in die
J.l. Vrijdag werd al-
bericht ontvangen dat de
F. liggende te Roerroutlj
het strijken van de mas
[ier had ontvangen, wei
dat zijn linkerknieschijll
lar werd geslagen en eenige
an zijn handen bekwam,
jkundige oordeelde directe
ziekenhuis, wat ook ge- l
rij spoedig hersteld we-
tig gevolg slaagde deze
C. Kuiper voor het ex-
;ener bewaarschool.
Smit, klerk bij de
alhier, werd bij beschik-
ïister van Binnenlandsche
iezer benoemd tot 2e klerk
ekeringsbank met ingang
WHOOSESKi
ig I Mei' Ijjjg. No. 915.
hulp worden ingeroepen.j
Door W. Zaaijer en C. Noordijk
s ingeschreven voor het verrijden der
idigde grint voor f 0,36 per M3,
Op 27 dezer is de publicatie aan
plakt omtrent de woningwet, waarvan de
'rste aangiften moeten geschieden vóór
(jX28 Juli a. s. We vestigen de aan-
xht van verhuurders van woningen «p
^tublicatie.
gij Kon. besluit is de heer Mr. A.
'ijl alhier als voorzitter, en de heer No-
iris} vau der Sluis te Dirksland als plaats-
trvangend voorzitter benoemd voor de in
■ongevallenwet aangegeven plaatselijke
diïmissie van onderzoek.
Ooltgensplaat, 28 April vierde den
iTëlEdelen heer P. va» Prooijen Cz. en
tiran Prooijen-Mij» Jd. alhier hunne
5)-jarige Echtvereeniging onder talrijke
bwgzen van belangstelling, hetwelk
Jmkbaar werd beantwoord door geldelijke
jiren te schenken aan d« bedeelden van
tke gezindte tot de gemeente behoorende.
tet liet zich indenken, als dat dit edele
iruidspaar haar diamant»feest werd toe-
iswemcht.
Onze Rijksveldwaohter, Brigadier-
Titulair, den heer A. Vink is na eene
ifwezigheid van plm. 3 maanden, tenge-
tolge der jongste werkstakingen tot de
i|nen teruggekeerd.
De oudste inwoner onzer gemeente,
Ui'ej. D. Laeonte, Wed. van wijlen den
«er M. Berkhout, is Zaterdag overleden
1 den gezegenden ouderdom van 90 jaar
n' 8 maanden.
Oude Tonge. Volgens bekendmaking
jn ter gemeente-secretarie kosteloos ver-
rijgbaar gesteld formulieren voor aangif-
;n van verhuurders van woningen die 3
f minder ter bewoning bestemde vertrekken
bevatten.
Uit de voorloopig vastgestelde kie-
érslijst dezer gemeente blijkt dat deze te-
at de namen van 338 kiezers voor den
remeenteraad en 344 voor de Tweede
Camer en Provinciale Staten.
Naar aanleiding van Art. 89 van het
dgemeen reglement voor de polders in
luid Holland is door het bestuur van den
Molenpolder onder Oude Tonge, ter keunis
[ten de betrokken ingelanden gebracht dat
de rekening van dezen polder over 1902 en
Jae begrooting voor 1903 gedurende 14
lagen ter inzage zullen liggen ten kantore
fan den Secretaris.
Dit jaar zijn aan de beurt van af
treding als gezworen te weten
Voor het Noordland (Oude Tonge,) de
heerD. van Es, Voor het Noordland (Nieuwe
Tonge) de heer Abr. Breesnee. Voor het
Postende (Nieuwe Tonge) de heer C. L.
1 Loon, en voor den Oostmoer de heer
JA. Braber, alsmede' de heer T. L. Koert
als adsistent gezworen.
Nieuwe Tonge. Door den Minister
[van Waterstaat, Handel en Nijverheid is
met ingang van 1 Mei benoemd tot brie
vengaarder A. van Noord.
Dirksland. In eene vergadering van de
AfdeeliDg Patrimonium alhier bleek, dat
deze bestaat uit 4 gewone en r 8 buiten
gewone leden. Als tijdelijk voorzitter werd
gekozende Heer A. v. Oversteeg, als
I overige bestuurleden werden gekozen
J- Witvliet, A. v. d. Wekke Az., Johs.
Koppelman en C. Grootenboer, en als
Commissie van advies, de H.H. Ds. Lam-
mers, Ds. Makenze, H. Kooman, C. War
mer en Johs. Roodzand Johs.
Burg. en Weth. dezer gemeente
hebben bekend gemaakt, dat een afschrift
van primitief kohier van den H*ofdelijken
Omslag voor het dienstjaar 1903 van heden
1 Mei tot en met 30 Sept 1903 ter ge
meente Secretarie voor een ieder ter lezing ligt.
Zij die in aanmerking wenschen te
ijne werkzaamheden in de
ad de Machinist C. J. v«
ongeluk eene wond aan
tomen, en moest
o-enees-
komen, als Vader en Moeder in het Gast
huis van het Algemeen armbestuur alhier,
kunnen zich daarvoor bij den Burg. aan
melden voor of op den 4e Mei 1903,
waar tevens nadere inlichtingen verstrekt
worden
Melissant. In deze gemeente heeft zich
een geval van dyphtheritis voorgedaan met
doodelijken afloop.
Stellendam. Verleden week Donder
dag, sloeg door het schrikken het paard
van den heer Polderman van onder Dirks
land op hol. Daar het eene leidsel uit
zijn handen werd gerukt kon hij het niet
bedwingen en sprong uit het karretje, waarop
het paard den Middeldijk langs naar den
Damdijk liep waar het door Abr. van de
Ree werd gegrepen en tot staan gebracht.
Zaterdag 25 dezer zijn aan het strand
voor den Hals en Kroningspolder aange
spoeld, en alhier opgeborgen 400 grenen
botters, lang van 4 tot 6 Meter, zwaar
6 bij 18 cM., vermoedelijk van een schip
dat verleden week op de Maasvlakte is
uit elkaar geslagen.
De heeren P. D. Holleman en F.
Zeedijk zijn voor de verkiezing van een
gemeenteraadslid op 12 Mei a.s. candidaat
gesteld.
Door den opzichter den heer L.
Moerland is eene flesch opgevischt. De
fleech was gemerkt 2081 en hield in eene
postkaart en een briefje eveneens genum
merd 2081 waarop in vijf talenOpzoekin
gen over de richting van drijvende voor
werpen in de Noordzee, benevens het ver
zoek, op de bijgevoegde postkaart in te
vullen de plaats en den datum van het
vinden, deze op te zenden naar Leuven.
Op het briefje werd ook vermeld dat eene
premie van 50 francs jaarlijks zal worden
uitgeloot tusschen de nummers der inge
zonden kaarten waarvan de uitslag in de
Zeevaartbladen zal worden bekend gemaakt.
De heer Moerland die deze lesch bij dam
D. ten N O. aan het dorp vond heeft de
kaart reeds opgestuurd.
De Burgemeester, Strandvonder van
Goedereede en Stellendam, zal doen ver-
koopen 24 stuks mijnstutten, liggende aan
de haven te Stellendam en 172 stuks idem
lang 2,70 M. a 5 Meter benevens 3 ankers
liggende aan de haven te Goedereede a
contant met 1 o pCt. onkosten op Dinsdag
5 Mei te Stellendam des voormiddags te
10 ure en te Goedereede namiddags te z
ure.
Dinsdagavond reed F Lokker aan
den Plaatweg met zijn fiets in de sloot.
Met een paar natte beenen liep het af.
Hedenavond reed J. Zeedijk met zijn fiets
voor de Pastorie in den bermsloot en viel
kopje onder, zoodat hij door en doornat
naar huis kon gaan.
Goedcreede. Door den Heer Brebuer,
ex-commandant onder Generaal de Wet,
zijn alhier tegen hoogen prijs eenige kalf-
vaarzen met bestemming naar Tras vaal aan
gekocht'
Alhier zijn de zwaluwen terugge
keerd en is reeds het geroep „koekoek"
gehoord. Moge met hen ook de zomer
spoedig zijne intrede in het land doen.
In de woning No. 92a, alwaar ,,fe-
bris typhodea" heerschende was, is deze
besmettelijke ziekte geweken verklaard en
is het kenteeken verwijderd.
Door den vader van den milicien
verlofganger J. O, die zich sedert 10 Fe
bruari in werkelijken dienst heeft begeven,
is aan Hare Majesteit de Koningin een ver
zoekschrift ingediend ter bekoming eener
geldelijke tegemoetkoming, terwijl aan de
echtgenoote van D. H. alhier, die zich sedert
10 Februari onder de wapenen heeft be
geven, weder een bedrag ad f 1 o toegekend
is. Alzoo is aan dit gezin eene tegemoet
koming ad f 60,uitgekeerd.
Op Zaterdag, 2 Mei a.s. zal alhier ten
Raadhuize gelegenheid worden gegeven tot
toelating van leerlingen op de Openbare La
gere School.
Ouddorp In het vorige nummer dezer
courant werd reeds melding gemaakt van
het ongeluk, dat de heer C. v. d. Rhee,
onderwijzer aan de bijzondere school al
hier, met zijn fiets is overkomen op den
weg langs de Westduinen nabij de Druif.
De voerman, die hem van den tegen-
overgestelden kant kwam te gemoet rijden,
was Jacob Meijer Klaaszoon en de per
soon die naast hem op de wagen zat Cornelis
Pikaart.
Bij nader onderzoek is duidelijk gebleken,
dat voornoemde Jacob Meijer met opzet
de bovenvermelde fietsrijder heeft omver
gereden, want om zijm gemeene streek
ten uitvoer te brengen, heett hij zijne paar
den van de rijbaan af en op den fietsrij
der aangestuurd.
De dader heeft echter nog bijtijds in
gezien, dat een dergelijke handeling niet
zonder gevolgen Zou blijven en heeft reeds
den volgenden dag na het ongeval ge
tracht om door betaling vau een bedrag ad
f 30 voor het gebeurde het stilzwijgen op ie
leggen. Met die schadevergoeding is echter
genoegen genomen, doch neemt niet weg,
dat zulk een schandelijke handeling moet
worden bekend gemaakt, opdat men voor
taan op zijn hoede zij en de persoon in
quaestie ook het besch amende van een der
gelijk feit worde onder het oog gebracht.
Spijkenisse. Bij Kon. Besluit van 21
dezer is met ingang van heden benoemd
van de bij het Kon. Besl. van 26 Not..
1902, ingestelde plaatselijke commissie
(bedoeld in art. 86 der ongevallenwet),
welke haar zetel heeft in deze gemeente
tot Voorzitter den beer W. van der Lin
den Cz., wethoudertot plaatsvervangend
Voorzitter C, van Holst, eveneens wet
houder dezer gemeente.
Hoorde men de laatste jaren in
deze gemeente nimmer over werkeloos
heid, doch zooveel te meer over gebrek:
aan werkkrachten te spreken, thans is(
daarin een heele kentering gekomen.
De vlascampagne is geëindigd en van
de hoepelmakerij, tegenwoordig een van
de voornaamste bronnen van bestaan voor
deze gemeente, kan vrijwel hetzelfde
gezegd worden, waarbij nog komt dat d&
onderbouw der spoorbrug over de rivior
de Oude Maas alhier, eveneens hare vol-
tooing is genaderd.
Tal van werklieden welke gedurende
de laatste jaren aan dit werk een flink
weekgeld verdienden zijn daardoor bedankt
geworden. Voegen we hier nog bij het
ongunstige weêr der laatste dagen dan
kan men gemakkelijk de gevolgtrekking
maken, dat voor 't oogenblik werkeloos
heid heerscht.
„Als het getij verloopt moet men de
bakens verzetten," denken velen, en zoo
leggen zij zich toe op de mollenvangst.
De mot schijnt tegenwoordig een zeer
„gewild" artikel te zijn, we hoorden dat
voor elk dier aardbewoners, mits in onge
schonden toestand, 15 cent per stuk wordt
betaald, een oorzaak waarom menige mol
er het leven bij inschiet.
Pernis. Door de aanhoudende regen
in de laatste dagen ligt de tuin en akker
bouw geheel stil. Sommige landerijen staaR
blank, daar het overtollige water niet vol
doende verwijderd kan worden©ok vreest
men voor de nadeelige gevolgen welke
men ondervinden zal, over het gezaaide
en het gepoote,
Pernis. Te IJmuiden zijn binnengeweest
de sloepen »Charlois« st. C. v. d. Steen
met f 300 »Eibergen« st. G. Hordijk met
f 400.
Parlementair Stakingslied.
De anarchistisch-gezinde Frederik van Eeden
steekt in zijn blad «De Pioniert in de volgen
de regelen den draak met de houding der so
cialisten ten aanzien van een nieuwe staking
«Heel het raderwerk staat stil.
Als uw machtige arm het wil.»
Zoo sprak als der werkers tolk
Triomfantelijk «Het Volk«.
Neen0; zei Pieter Albedil,
»'t I* een anarchisten-gril
Aanstonds roept 't partij-bestuur
»'t Is een hach'Iijk avontuur
Henriiitte Roland Holst
Vond nu ,t denkbeeld allerdolst.
«Politiek», zei Herman Gorter
«Maakt de weg belangrijk korter.«
sAsjeblieft» zei Van der Goes,,
3> Wetten zijn niet voor de poes
«Jongen neen! zei Pieter Tak,
«Militairen zijn niet mak
«Wie, zei Hugenholtz, «wat hamer!
«Spot er met de Tweede Kamer
«Niet te dolzei Van Kol,
«Brengt de hoofden niet op hol
«Zoetjes aan, maant Ter Laan,
«Langs de wettelijke baan
Kuyperbaas bij zooveel hulp,
Kruipt weer dapper uit z'n schulp,
Waar hij hall in was verscholen
Koren krijgt hij op z'n molen.
Heel het raderwerk weer draait,
Nu de wind uit dien hoek waait.
v.E,
Een Termakelijk geval.
Een zeer gefortuneerd ingezetene der hoofd
stad, dezer dagen als schutter bewaakdienst ver
richtend met een ambtsbroeder en een agent
van politie, bad een vermakelijk buitenkansje,
's Nachts tegen 12 uur de ronde doende, ont
moette het gezelschap eem medebui ger onzer
stad, die zoozeer in enthousiasme raakte over
de trouwe plichtsbetrachting der beide bur
gerwachten, dat hij hun ieder een rijksdaalder
in de hand stopte met een «jelui staakt ten
minste nog niet.»
Het was de eerste fooi, die onze «kapitalist»
ontving.
Wij kunnen hieraan nog toevoegen, dat de
gelukkige schutter een rijksdaalder uit eigen
portemonnaie aan den agent gaf, er bijvoe
gende, dat het hem niet om een gift te4doen
was.
Maar de rijksdaalder van den burger kon
hem niemand afkoopen. Die zou bewaard blij
ven voor zijn nageslacht. Dat geldstuk zou hij
hechten op een stuk karton, er bijschrijven op
welke wijze en waarom hem dat was gegeven, het
mede door den agent laten onderieekenen, er
een schilderij van doen maken en zoo bewa
ren voor zijn kinderen en kindskinderen. Die
schutter ziet er dus meer dan een grapje in.
Zoo beschouwd, zijn we het wel met hem eens.
Dubbele bekentenis.
In het Katholiek Sociaal weekblad ran 18
April schrijft mr. Aalberse onder borenstaande
opschrift het volgende:
Volgens „Het Volk" van 12 April zeide me
vrouw Roland-Holst in de begrafenismeeting van
het Comité van Verweer
„Wij hadden wel moed, maar weinig hoop,
omdat wij wisten dat wij niet sterk genoeg wa
ren om te keer te gaan alle machten der bur
gerlijke maatschappijde wet, de regeering, het
leger, de justitie, de politie, de leugens der bur
gerlijke pers. Hoe kunnen wij nu zeggen, dat wij
niet overwonnen zijn? Die wet is er. Maar ze
maakt den vakstrijd niet onmogelijk."
Hier hebben we een tweevoudige bekentenis:
lo. dat de leiders der beweging het arme werk
volk willens en wetens misleidden, toen ze het,
vleiend met hoop op succes, tot de algemeene
werkstaking aanspoorden, en wie deed dit hef
tiger dan mevr. Roland-Holst
2o. dat de aangenomen wijziging van het Wet
boek van Strafrecht den vakstrijd niet onmoge
lijk maakt.
Wij betoogden nooit [iets anders. Maar dat dit
thans reeds zou erkend worden door de sociaal
democraten, dat is inderdaad overbluffend bru
taal, voor wie zich herinnert, hoe in manifesten
■en redevoeringen 't toch dag in dag uit aan het
volk voorgelogen is, dat de Regeering een aan
slag beraamde op de vakorganisatie, voor wie
(zich herinnert ook de schandelijke plaat van
„Het Volk," waarin dr.Kuyper werd voorgesteld
■een geketend arbeider wurgende
En thans verklaart mevr. Roland-Holst, ge
woonweg, alsof daar nooit aan getwijfeld was:
„de aangenomen wet maakt den vakstrijd niet
onmogelijk."
In de Tweede Kamer sprak mr. Troelstra van
de schaamteloosheid der liberalen.
Vragewelke qualifieatie meent hij dan wel
de juiste voor dit laaghartig gedoe zijner eigen
partijgenooten? (Volksbl.)
Een misrekening.
Het Comité van.... „slechts" Verweer,
Erkennend God noch Meester meer,
Sprak: Mannen, legt den arbeid neer!
Verstaat het goedIk proclameer,
Ik, Comité van„slechts" Verweer,
Staakt! Staakt! en haalt 'tGezag terneer!
Ik leog zoo vaak en lieg nu weer
De werkman ligt gekneveld neer,
Als Kuyper, dat gevaarlijk heer,
Met zijn verderfelijke leer
Van recht en orde, meer en meer
De baas wordt. Daarom, werkers, keer
Die rampEn legt den arbeid neer
Doen de gevolgen u straks zeer,
JEn nijpt de ellende meer en meer,
En schreit van honger 'tkind, zoo teer,
Wat nood 1 Wij, mannen van „Verweer",
Wij eten zelf geen kruimel meer
Wij leven van 't geproclameer.
Gooit j ullie slechts den arbeid neer
Brengt in practijk de schoone leer:
Er is noch God,noch Meester meer!
Dra daalt dan 'tParadijs terneer?
Staakt asjeblieft nog eenen keer,
Smeekt
't Comité van „slechts" Verweer.
Hauw sloeg 't deez' prolamatie aan,
Of 't was met staken plots gedaan
De vlieger was niet opgegaan.
En 'tParadijs biak nog niet aan.
Maar uit hun eigen kamp klonk 't wel
O, weeo, wee! 'tis hier een heil"
ARNOLD.
Overal roering, zouden we wel kunnen beginnen
te schrijven in Somaliland, in Macedonië, in
China en waar niet al zit het te gisten en komt
het nu of dan tot uitbarsting. Laten wij beginnen
met Engelaad.
De Engelsehen hadden zich al zoo gewend aan
de gedachte, dat de tuchtiging van den „gekken"
Mullah in Somaliland zonder eenig bezwaar zou
geschieden, in ieder geval den Bi'itschen krijgs
roem door overwinningen slag op slag zou ver-
hoogen. Immers waren de toebereidselen ditmaal
mat zooveel zorg genomen. En daar komt nu op
eens weer de tijding van een ernstige nederlaag
tegenover die barbaarsche Somali's. Ze willen, nat
als de Boeren vroeger, maar niet vechten op de
manier die de Engelschen het meest geschikt
achten.
De slag, nu de Britten toegebracht, is minstens
even gevoelig als die welke hun den Gen Oct. 1902
trof, toen de Mullah de colonne van kolonel
Swayne bij Erego tot terugtrekken dwong.
Zijn de in de telegrammen opgegeven cijfers
juist, dan zijn de Britsche verliezen ditmaal nog
grooter geweest dan de vorige. Nu een 200 man
gedood, waaronder 10 Engelsche officieren.
Ziehier een telegram uit Londen, nadere bij
zonderheden bevattende
„Volgens eem officieel telegram uit Bohotle was
het de colonne van Cobbe, die de nederlaag bij
Goemboerroe heeft geleden. Cobbe had den
17den kolonel Punkett met 160 man van het
Afrikaansche regiment, 48 sikhs en twee maxims
gezonden om kapitein Olivey te helpen, dien hij
meende, dat met den vijand slaags was. Vluch
telingen, die in den namiddag aan kwamen zetten,
deelden mede, dat Plunkett verslagen was en zijn
detachement totaal vernietigd op 7 man na. De
vijand beschikte over een sterke bereden macht
en infanterie. Ook de twee maxims zijn verloren
gegaan".
„Kolonel Cobbe, die met 220 man gekampeerd
ligt, heeft ongeveer 1000 kameelen bij zich. Hij
denkt, dat bij niet zonder hulp terug kan, om
dat »r overal dicht kreupelhout is en de vijand
waarschijnlijk aanvallenderwijze te werk zal gaan.
Generaal Manning trekt nu op naar Goemboerroe
om Cobbe te ontzetten.
Men mag aannemen, dat de generaal daar wel
in slagen zal, met de sterke macht die hij bij
zich heeft; maar de vraag blijft, wat het lot is
van Olivey dien de verslagen Plunkett moest
ontzetten? En zijn de manschappen behalve
de weinige, die konden ontvluchten door de
Somali's afgemaakt De Engelsche officieren zullen
zeker wel den dood hebben gekozen boven het
levend in handen vallen dier barbaren.
De troapen, door de Engelschen in Somaliland
gebruikt, bestaan hoofdzakelijk uit negers (Kings
African R fles), bevriende Somali's en Indiërs.
De officieren en een deel van het kader zijn echter
Engelsch. Over het moreel dier troepen de
Indiërs uitgezonderd is herhaaldelijk geklaagd.
De gissing ligt dan ook voor de hand, dat de
ramp wederom te wijten is aan een paniek, ont
staan door een plotseling overval van den vijand.
Wenden w» nu het oog naar Macedonië.
Van verschillende kanten lezen we dat schier
alle Albaneezen in opstand zijn, waartegen Turkije
niet kan of wil optreden.
Rusland en Oostenrijk zet hem de klemschroe-
ven al vastsr en vaster aan, zoodat de zieke man
eindelijk wel zal moeten toegeven.
Eindelijk is van Turksche zijde d« verdeeling
der troepen over verschillende belangrijke punten
van Albanië begonnen. De Porte hoopt door een
groote troepenontwikkeling aan den tegenstand
der Albaneezen tegen de hervorming een einde te
maken. Alle ambassades steunden de gemeenschap
pelijke stappen van Rusland en Oostenrijk, ten
gunste van een krachtiger optreden tegen de Al-
banaezen. Abdoel Hamidjzal dus wel begrepen
hebben, dat hij er ernst mee had te maken, en
de verdere maatregelen nu, schijnen ook inder
daad geheel serieus te zijn.
Maar zullen de Albaneezen zich laten gezeggen
of verschrikken door een sterken troepenmacht
't Moet nog blijken. De bladen behelzen een be
richt uit Janina, inhoudende, dat de afgezanten
van den sultan te Bogradoz met geweerschoten
zijn ontvangen. Alle dorpen om het meer Okrida
zijn in opstand, en deswege worden uitMonastir
en Saloniki in allerijl troepen gezonden.
Officieel wordt voorts bericht, dat tusschen
Stroumitza en Radowitch 500 opstandelingen
denkelijk weer Macedoniërs zijn aange
vallen door de Turksche troepen. Het gevecht
duurde een geheelen dagdertig opatandelingen
e» acht soldaten sneuvelden.
Raeds zijn 20,000 man Turksche troepen
geconcentreerd en 10,000 worden nog verwacht.
Van Rusland zoomin als van Oostenrijk heette
zoo voor als na, eenige interventie ten bate der
Macedoniers te verwachtenen naar de diploma
ten te oordeelen, was er zoo goed als geen kans
op een algemeenen brand in het Oosten; hoogs
tens op een gelocali'seerd vuurtje. Maar waarom
maakt Rusland dan toebereidselen om op elk
gegeven oogenblik handelend te kunnen optreden?
Uit Moskou wordt gemeld, dat zes kruisers in
Odessa bergartillerie, snelvuur- en andere am
munitie laden, en dat alle officieren en matro
zen dezer kruisers van verlof teruggeroepen zijn.
Het gaheele garnizoen van Odessa, 31,000 man,
is op oorlogsvoet uitgerust en gereed om uit te
rukken.
Frankryk
is nog altijd roerig. Over de uitzetting van de
orden to Nantes is het in de laatste dagen erg
rumoerig toegegaan.
Straatbetoogingen zijn aan de orde van den dag.
Vooral j.l. Vrijdag waB het zeer rumoerig. De
politie was genoodzaakt een twintigtal betoogers
te arresteeren, onder wie het bekende Kamerlid
graaf De Dion. Ook op andere plaatsen, m»t
name te Versailles, Rijssel, Landernau, Rouaan
en Nancy, hadden betoogingen plaats. Ziehier
«enige bijzonderheden omtrent het gebeurde te
Versailles
Het vonnis, dat den vrederechter van Ver
sailles machtigde het klooster der paters
Capucijners te verzegelen, was Donderdagavond
gevallenmaar door het luidoa der stormklok
stroomden een 1000 tal man te zamen en kon
het vonnis niet uitgevoerd worden.
Den volgenden morgen om 7 uur keerde de
rechter terug; hij werd ontvangen door een
superior, die hem door het klooster leidde,
waar hij de zegels aanbracht. Dooh toen hij
in de kerk kwam, waar 500 man bijeen wareD,
veranderde de toestand.
Het volk liep naar buiten en rukte overal de
zegels af. Een uit de schare luidde de storm
klok en honderden personen kwamen toogesneld.
De paters moesten toen den magistraat
beschermen tegen de vroede der menigte.
Ook op straat moest de rechter door da
politie omringd worden.
Eene ontzaglijke menigte stroomde intus-
sohen nog altijd naar het klooster.
Op de kloosterpoort werd een plakkaat be
vestigd, waarin de bevolking van Versailles
mededeeiing deed van hare genegenheid jegens
de paters en protesteert tegen de dwinge
landij der regeering, die geestelijken verjaagt,
nadat zij 50 jaar lang weldaden brachten te
Versailles.
Daarbij komt nog de „Affaire". Deze staat weer
op het punt om Frankrijk in vlam te zetten.
Inzake den brief van Dreyfus aan den Minister
van Oorlog schrijft de „Matin" Wij vermeenen
uit goede bron te weten, dat de regeering aan
het verzoek van Dreyfus geen gevolg geven zal.
Zij schijnt van gevoelen te zijn, dat Dreyfus,
wanneer hij «en nieuw feit gevonden heeft 't
welk in staat is ds juistheid van het vonnis en
de herziening van het proces van 1899 te weer
leggen, hij zich dan langs den wettelijken weg
tot den Minister van Justitie en niet tot den
minister van Oorlog moet wenden. Deze laatste
heeft niet de bevoegdheid den verlangden stap
te doen*.
Jaurès ziet daarentegen, in de „Petite Repu-
blique," het optreden van Dreyfus alreeds met
succes bekroond. Hij schrijftBlijkbaar schei
den ons nog slechts proceduur-quaesties van de
definitieve wettelijke oplossing. Reeds treden de
nieuwe feiten, dië de herziening onafwendbaar
maken, duidelijk in het licht: eenerzijds ligt de
mogelijkheid voor de hand, zich op het valsche
getuigenis van Cernuski te beroepen, anderzijds
worden de kuiperijen betreffende het borderel
met de vervalschte kantteekening van den
Duitschen Keizer steeds duidelijker. Het uur
der gerechtigheid is nabij de leugen ligt op
haar stervenssponde
In overeenstemming hiermee beweert „men"
te Parijs dan ook reeds, dat generaal André,
de minister van oorlog, de bijzondere enquête
wil veranderen in een officieele enquête.
Ook loopt het gerucht, dat leden der linker
zijde uit de Kamer hun voormemen hebben te
kennen gegeven om, in geval de zaak wesr
onder handen genomen wordt, een voorstel te doen
strekkende, bij het Hooggerechtshof eene aanklacht
in te dienen tegen generaal Mercier en den heer
Cavaignac, ex-minister van oorlog.
Buiten verantwoordelijkheid van Redactie
en Uitgever.
Mijnheer de Eedacteur
Beleefd verzoek ik U voor het onderstaande
een plaatsje in uw blad.
In uw nummer van 17 April toont ge zoo
mooi aan dat wij, vrijzinnig democraten, tooh
feitelijk niets anders zijn dan verpopte sociaal
democraten.
Och kom, redactie, ge weet toch wel beter.
Ge weet toch wel, dat er een diepe klove gaapt
tuischen die partijen.
Ik citeer uit de „Residentiebode" „De over
de vrijzinnig democ. gevoerde critiek naar aan
leiding van hunne stem tegen de aanvulling
van het wetboek van strafreoht in verband met
de staking, is niet geheel rechtvaardig en ob
jectief te noemen. De vrijzinnig democraten
konden zeer goed de werkstaking noemen
„onzinnig, roekeloos en misdadig" en toch het
strafrechterlijke middel afkeuren om haar tegen
te gaan, dat door de regeering in haar tweede
artikel werd voorgesteld, zondor dat zij daarom
de uitspraak verdienen, dat aan geen andere
oplossing voor hun houding mag gedacht wor
den dan aan: „Ueboitriebene ingst", politieke
concurrentie, of propaganda voor de jonge partij,
zooals de N. C. zegt. Na hunne verklaring hadden
zij oorrecter gehandeld, als zij vóór art. 1 en
bij wijze van protest tegen art. 2. voor het
geheele Ontwerp der Strafrechtsnovelle hadden
gestemd, doeh dat zij zulks niet deden, geeft
nöoh aanleiding, noch recht tot de zeer ernstige
en bittere verwijten tegen hen gericht."
Welnu redactie, uiv verwijten zijn ernstig,
zeer omBtig zelfs. Ge verwijt ons niet minder
dan dat we ageeren tegen de wettige overheid.
Mijnheer de Redaoteur, onze partij is jong,
maar revolutionairen of tewel auarohisten is
er niet éen onder te vinden.
Daarom redaotie neem ridderlijk die woorden
terug.
Met dank voor plaatsing.
J. M. ELYE.
V aardingen 20 April 1903.
[Voor ditmaal hebben wij aan bovenstaand
stukje geene plaats willen weigeren, maar
moeten opmerken, dat alleen bij het aanslaan
van een voegzameren toon deze plaatsing konde
verwacht worden.
Uitdrukkingen als: «Och kom, ge weet toch
wel beters en «neem ridderlijk die woorden
terug» betamen een inzender niet; en vooral
niet een inzender, die enkel eenige regels uit
een ander blad komt citeeren.
Dat andere blad toch heeft allerminst een
beslissend gezag, en kan dus in geenen deele
ons oordeel te niet doen.
Wat de zaak zelve betreft, kunnen wij geen
woord van het door ons geschrevene terug
nemen.
Het is en blijft een feit, dat de vrijzinnig
democraten, door te stemmen tegen de straf-
wetsontwerpen, zich voor langen tijd in zeer
ongunstigen zin gesignaleerd hebben.
In dat stemmen tegen de strafwetnovelle
ligt geene andere beteekenis, dan dat het
arbeidersbelang hier gesteld werd 6oven de
handhaving van gezag en orde in het algemeen
belang.
Want wat zou er gebeurd zijn, als de
Kamermeerderheid eens met de vrijzinnig
democraten de wet had afgestemd? Dan zouden
de sociaal democraten den baas hebben gespeeld
en zou het gezag der regeering geknakt zijn
geworden. Natuurlijk heeft een man als Mr.
Drucker, de leider der vrijz. democr. partij in
de Kamer, dit kostelijk goed begrepen. Doch
niet het algemeen Staatsbelang, niet de
hooghouding van het Overheidsgezag, maar
de toestand der spoorbeambten gaf den
doorslag; aan hun belang werd het overige
ondergeschikt gemaakt, en aldus werd tegen
de wet gestemd.
(^.Deze houding nu geeft in zooverre recht tot
verwijt als de vrijzinnig democraten nog me
nigmaal durven beweren, dat zij niet de zaak
der sociaal democraten bevorderen. Niet alleen
leven zij met dezen uit denzelfden wortel der
revolutie, maar zij sporen ook in de practische
politiek zeer ver op de revolutionaire rails
door; erkennen geen onveranderlijke grenzen
voor de Staatsbemoeiing, en willen het groot
geldbezit naar behoefte aanspreken. Red.]
Mijnheer de Eedacteur.
Vergun mij een plaatsje in uw veelgelezen
blad.
Als men den geest van dezen tijd zoo eens
nagaat, dan moet ik zeggenwat zal het toch
nog worden. Het is maar, en vooral in onze
hoofdsteden, wanneer men deukt, dat het loon
een weinig te schraal is: sta" «j, staken. Dat
dit wel meest aan de sociaiistisohe opruierijen
ligt, daar behoeven wij niet nan te twijfelen,
want eqjzijn in de stad wel mannen, die 15
20 gulden per week verdienen, maar ook doet
de Schiedammer de rest, waar de stedelingen
hun loon half in verkwisten. Wanneer wij dan
eens kijken op ons eilandje, daar de werkman
voor f0,70 daags, de grootste helft van het jaar
gaat zwoegen dan moet men zeggen, dat die er
in het geheel niet kunnen komen. Dit is dan
ook wel zoo. Als hier een werkman voor zijn
vrouw en 5 of 6 kinderen moet gaan werken,
dan lijden ze bijna aan alles gebrek. Als de
werkman hier eens om loonsverhooging vroeg,
dan zon het Wezenlijk niet voor alcohol zijn,
vrienden, maar voor brood, en tooh denken deze
brave lieden niet aan weigering. Daarom deed
het mij verladen week dan ook van harte zeer,
toen ik op het aanplakbord te M. een prentje
zag zitten, waar boven itond (Wie niet werken
wil, zal ook niet eten.) Dit mag men gerust
een schande noemen, voornamelijk omdat het
bepaald door een meerdere is laten aanplakken.
Als er op M. onrustige opstootjes plaatsgrepen,
was dat iets anders, maar nu alles rustig is,
en het werk als van vroeger doorgaat, staat
hem dat niet fraai.
Naar ik hoor is er praat van, dat eenige
boeren bereid zijn om 10 cent per dag bij het
loon te voegen, dat zou bepaald in beter aarde
vallen dan zoo'n dreigbriefje, dat zou de praat
jes weer wel voor goed dempen, zoo solidair is
men te M. dan ook niet. Van de dagen zal ik
zooveel niet schrijven, dit kon het loon wel
verzoenen; want daarmee gaat het op Melissant
beestig verward, dat is bar, elke boer en voor
man heeft bijna een dag op zijn handje.
U, M. de R. is bedankt voor de verleende
plaatsruimte.
154.
Mijnheer de Eedacteur!
Mijn oom, de heer Hartmans, Ooltgensplaat
handhaaft de Kinderpraat, dat ik op Zondag II
Jan. jl. ben verhuisd, in een vorm, en op eene
wijze, waarover ik liet stilzwijgen wensch te be
waren trekt later de bewering in en noodigt
uit tegen te spreken, dat ik op 11 Jan. van Boxtel
naar Maastricht ben verhuisd geheel uit vrije be
weging.
Ik wil dat niet tegenspreken, wijl ik geen
dienstaangelegenheden in een courant wil be
handelen.
Bij eene Maatschappij met 1000den ambte
naren en beambten, handelt men niet uit vrije
beweging.
Ik bereikte mijn doel en weet wie de kinder
praat uitstrooide.
Daarvoor mijn beleefden dank.
Uw bestendige lezer,
K. GREVELING
Maastricht, 24 April 1903.