Donderdag 1 Januari 1903
Antirevo lu tion
Zeventiende Jaarg. No. 898.
Orgaan
voor de Kiiidfiollaiidsclte en KSeeuwscfie Eilanden.
IN HOC SIGN O VINCES
T. BOEKHOVEN.
uitgever:
SOMMEUjSniJH.
Alle stukken voor de Steslactle bestemd, Advertentiën en verdere Administratie franco toe te zenden aan den Uitgever.
Christus Jezus altyd de
zelfde.
JAARWISSELING.
Van hoe groot belang ook de
staatkundige strijd is, toch is er voor
een ieder onzer persoonlijk nog een
hooger belang, omdat het in meer
rechtstreeksch verband staat tot onze
eeuwige toekomst.
Helaas, veel wordt over dit besef
heengeleefd, en door het turen op
de politieke strijdperken wordt de
eigen zielestrijd tegen al wat niet
is of kan zijn overeenkomstig Gods
wil, vaak verzaakt of verzwakt.
Hieraan eens te herinneren bij
het weer bereiken van een nieuw
grenspunt op onzen levensweg kan
zeker niet misduid worden in een
blad, dat ook met zijn politieke be
sprekingen den dienst des lleeren
beoogt, overmits die bespreking ge
baseerd is op het een wigblij vend
Woord Gods.
Welnu, dat Woord zegt ons, dat
Jezus Christus gisteren en heden
dezelfde is en in eeuwigheid.
In het slotkapittel van den He-
breër-brief, na vele vermaningen en
vertroostingen, tusschen de opwek
king om het geloof der voorgangeren
na te volgen bij het zien van de
uitkomst hunner wandelirgen en
de waars huwing om niet omgevoerd
te worden met verscheidene en
vreemde leeringen, lezen wij de ver
zekering, dat Jezus Christus gisteren
en heden dezelfde is en in eeuwig
heid.
Stemt dit niet tot ernst en bescha
ming bij het terugzien in het ver-
ledene en behoort het ook geen
ootmoed en hoop te wekken bij den
blik op de toekomst
Immers, als Christus altijd de
zelfde trouwe Heiland was, zooals
Hij eerst onder schaduwen werd
afgebeeld, later in het vleesch ver
scheen en daarna verheerlijkt werd
op den troon der genadeals door
Zijne hand Gods welbehagen in men
sehen gelukkiglijk voortging, bleef
Hij dus altijd de weg, de waarheid
en het leven, bleef Hij kloppen aan
de deur van het hart, en hield Zijne
noodiging van de dorstigen tot de
wateren des levens aan, dan blijft
er geen voorwendsel over voor het
ongeloof, voor het afdwalen en ver
geten van God, voor het klagen over
het missen van veel zooals wij het
wensehten. Want dan bleef steeds
dezelfde kracht-bron geopend voor
hetgeen wij noodig hadden tot ver
zoening onzer zonden, tot reiniging
van onzen wandel, tot volbrenging
onzer levenstaak.
Wie roept hier niet uit schul
dig, schuldig! en wie verbaast zich
hierbij niet, dat zoovele zegeningen
dan toch nog voortduurden.
Everwei, deze zegeningen worden
snellijk afgesneden, en zij derven
haar zoetste kern, als zij niet met
het ware geloof gemengd, worden
genoten, als het anker van ons le-
vensscheepske niet vastligt in dien
Christus, die ook eeuwiglijk de Le-
vensvorst is.
Daarom is er geen ander middel
om met moed het nieuwe jaar in te
gaan, dan dien grooten Leidsman te
zoeken. Trekt hij toch met ons op,
dan zijn wij veilig bij de bestrijdin
gen en verzoekingen in ons hart,
bij de tegenspoeden in ons huis, in
onzen arbeid, in onze betrekking tot
allerlei medemenschen, dan leeren
wij in de sporen des Yerbonds ons
te bewegen, de begeerlijkheden des
vleesches te ontvlieden en voorbe
reiding te zoeken voor die ure, welke
zoo spoedig kan en eens zeker moet
komen de ure waarin wij onzen
aardschen tabernakel hebben af te
leggen, waarin alle arbeid moet rus
ten en alle tijd tot bezinning voor
bij is.
Maar vieren wij niet nog pas
Kerstfeest Is Jezus Christus toen
weer niet bij vernieuwing door ge
heel Zijne Kerk geloofd als de mach
tige Vredevorst, op Wiens schouders
de heerschappij is, en Wiens godde
lijke kracht ook onverbrekelijk is
Welaan, als wij in waarheid den
weg naar de Kribbe van Jezus von
den, als Hijzelf woning kreeg in ons
hart, dan, maar ook dan alleen kun
nen wij vol moed ons pad vervol
gen, het pad dat dan uitloopt op de
eewige rust in het Vaderhuis.
Moge aan velen, kon het zijn, aan
al onze lezers, dit onbeschrijflijk
voorrecht verleend worden. Zij voor
hen het jaar dat komt, een echt
verheffend jaar, een rijke overbrenger
van tijdelijke en eeuwige zegeningen.
„Kein leven."
Een inzender kwam in hoofdarti
kelen van De Nederlander vertellen,
met veel genoegen gezien te hebben,
dat zich op verschillende plaatsen in
ons land vereen igingen voor rein
leven" hebben gevormd.
Dit genoegen wordt dan nader
verklaard door te wijzen op de kracht
en energie, die er van een rein
leven kan uitgaan en door het bijbren
gen van vele historische bewijzen,
vooral uit het leven van vorstelijke
personen.
Welk redelijk en weldenkend
menscb zou nu iets op dit betoog als
zoodanig afdingen Wie zou ontken
nen durven, dat de deugd de grond
slag is van de maatschappij
En toch is het genoegen, waar
mede wij zulke vereenigingen voor
rein leven zien verrijzen, lang niet
onvermengd.
Waarom niet Omdat hier de spe-
cialiteitenzucht weer aan het woord
komt^ evenals bij zooveel andere
vereenigingen in onze dagen.
Met evenveel of even weinig recht
zou men vereenigingen kunnen stich
ten voor rechte kennis," voor „ge
loof," voor „beoefening van broedei-
lijke liefde," voor betrachting van
eenvoudigheid, voor het tegengaan
van den leugen, ja waarvoor al niet
Maar dat alles doet ons denken
aan het leggen van den tweeden grond
met weglating van het hoofdfunda
ment. Het is alsof iemand langs vele
rails vooruit wil komen, maar de
onderste dwarsleggers vergeet.
Want zie, al die speciale dingen
als het beoefenen van reine zeden,
het betrachten van matigheid in spijs
en drank, het bevorderen van orde (ja
er is ook al een speciale ordebond,)
het voorstaan van zondagsrust, het is
alles een uitvloeisel van het christen
dom, het zijn alle vruchten van het
ware Evangelie.
Plant dus dat ware evangelie voort,
bouw de ware kerk op en ge kunt al
die bij kapelletjes missen.
Of zulke vereenigingen dan kwaad
kunnen Betrekkelijk ja, in zooverre
zij de wettige organen miskennen en
met eigenwillige maatregelen het
meuschdum trachten teregeeren. Doch
niet, in zooverre zij verband beoopen
met de bedoelde hoofdorganen.
Uitvoering der Woning
wet
Eene belangrijke toezegging deed
de Minister van Binnenl. Zaken op
12 Dec. j 1. in de Kamer, aangaande
de uitvoering der woningwet.
De gemeenten zijn n.l. bevoegd
aan bouwvereenigingen en stichtin
gen, die voor betere volkshuisvesting
willen zorgen, voorschotten en bijdra
gen in hunne kosten te verleenen.
Maar tevens gaf de woningwet aan
de gemeentebesturen het recht om
op hunne beurt die hulp terug te
vragen van het Rijk, en bij algemee-
nen maatregel van bestuur, (d. w.
z. bij Kon. Besluit) van 28 Juli 1902
is nader vastgesteld, hoe dat hulp
verleenen van Rijkswege in zijn werk
zal gaan. Dit is zóó geregeld, dat de
financiëele toestand der gemeenten
daarbij in aanmerking wordt geno
men, en dat alleen op Rijkshulp te
rekenen valt, als zij, in verband met
haar overigen toestand anders «te
zeer« bezwaard zouden worden, en
ook intrekking van vroeger verleende
bijdragen is niet uitgesloten.
De heeren Schaper en Jansen be
toogden nu, dat op deze manier de
gemeentebesturen uit vrees, dat zij
hun steun niet van het Rijk vergoed
zouden krijgen, de verbetering der
woningtoestanden te laks zouden op
nemen of er in het geheel niets aan
doen. De heer Jansen beweerde ook,
dat volgons de Memorie van Toe
lichting de wet eene mildere bedoe
ling had, iu dien zin, dat het Rijk
bij elke aanvrage het zijne zoude
bijdrageniets dat ook niet in strijd
was met den aard der ondersteuning,
omdat de verbetering der woning
toestanden door de woningwet tot een
Rijksbelang was gestempeld, ofschoon
de uitvoering bij de gemeenten was
gebracht. Men had zich voorgesteld,
zeide Mr. Goeman Borgesius (de ont
werpen der wet) dat het Rijk in den
regel de helft der kosten, door de
gemeenten gemaakt, zoude teruggeven
en aan zeer arme gemeenten nog meer.
De Minister zeide hierop, dat uit
zorg voor 's Rijks financiën de rijks
hulp voor de woningen niet te grif
was beloofd, maar dat hij bereid was
tot wijziging van den algemeenen
maatregel, nu bleek, dal de gemeente-
besturen meer aansporingen noodig
hebben, om het zoo uitnemend volks
belang, dat hier ter sprake kwam, te
bevorderen.
Een Klachtenboek voor de
Kamerleden.
Tuin- en Landbouw.
Vraagbaak.
Vragen.
Deze Courant verschijnt eiken Vrijdag.
Abonnementsprijs per drie maanden franco per post 50 Cent.
Amerika bij vooruitbetaling f 8,50 per jaar.
Afzonderlijke nummers 5 Cent.
Advertentiën 10 cent per regel en 3/2 maal. Reclames 20 per regel.
Boekaankondiging 5 Cent per regel en k/3 maal.
Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent pei plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan.
Advertentiën worden ingewacht tot Donderdagmorgen 10 uur.
Bij dit nummer behoort een
BIJVOECillËL.
De begrootingsdebatten eischen toch
verbazend veel tijd. Geen wonder, dat er
al reeds van gesproken is om de jaarlijk-
sche begrooting te veranderen, te wijzi
gen in eene vierjaarlijkscbe, wanneer de
Nieuwe Kamer met de eventueel nieuwe
Ministers voor 't eerst optreedt, en deze
laatsten baar voor vier jaren tegelijk aan
bieden. Verwerpelijk is 't voorstel in geen
geval met "t oog op den kostbaren tijd
Grondwetswijziging zal daarvoor noodig
zijn, maar dat zou weinig deren. Want de
bezwaren daaraan verbonden, wegen niet
op tegen de voordeelen, welke er tegen
over staan.
Want waarlijk't Is of 't elk jaar
erger wordt met dat gepraat. A. wil een
woordje spreken over gekke krankzinnigen;
B. over een ouden aanlegsteiger in een
vergeten uithoek van zijn districtO.
meent, dat 't hoog noodzakelijk is, dat
de werklieden daar en daar beter worden
bezoldigd door 't Rijk, wat vier van zijn
voorgangers ook al hebben betoogdD.
ziet de soldaten aan voor vriendjes van de
bougeoisie en zag ze liever gebruik tegen
haar E. raast op de marineF. protesteert
tegen den oorlog, terwijl ze in Veuuzuela
bezig zijn, oude forten te laten kraken
G. houdt eene lange speech over de
rechtspositie der onderwijzers en geeft den
Minister twee, driemaal in ernstige over-
weginggg, dat ZEx. toch ee is om die
arme stakkers denken zal. HMaar
we zullen ophouden. Zou 't geen aanbe
veling verdienen, als op de Posterijen en
Stations Klachtenboeken neer te leggen.
Dan kon ieder Kamerlid, dat van een of
meer kiezers uit zijn district eens een klacht
opving over een drooggeloopen sloot, die
aan Waterstaat behoort en waardoor twee
geiten zonder drinkwater zijn, dat in dat
boek opteekenen, met nauwkeurige opgave
van kleur der huid en lengte der horens
van '/bovengemelde// beesten.
De Minister, die immers toch weinig
of niets te doen heeft dan zijn 5000 gld.
op te teren, kon dan eiken morgen even
inzage nemen van wat er van de Hee
ren der orders was, en dan een onderzoek
in loco gaan instellen, natuurlijk verge
zeld van zijn adjudant, om de bewuste
dieren bij den staart te grijpen.
Doch laat ons ernstig blijven en niet
spotten.
En dan betreuren wij "'t diep, dat er
zooveel tijd vermorst, weggegooid wordt.
Leest maar de verslagen in de kranten en
merkt dan op, wat de verslaggevers op de
Kamerperstribune schrijven. Ze schrijven:
//Een vervelende dag geweest!
Niemand luisterde, de meesten zaten de
krant te lezen.
Et waren nog 15 leden; de anderen
zaten een bakje te doen in de koffiekamer.
De spreker boeide 't oor van niemand
hij moest wegens 't rumoer der onderlinge
gesprekken dubbel zoo hard gaan praten.
13e Minister scheen te slapen."
Zulke en dergelijke uitlatingen kunt ge
slag op slag lezen. Is 't niet treurig!
Neen, dan maar een Klachtenboek. En
den nationalen tijd wat beter besteed!
DE INVLOED VAN HET VOEDER OP
HET GEHALTE EN DE OPBRENGST
DER MELK.
Iemand die ons schrijven van verleden week
had gelezen, maakte de opmerking„maar
als de door u genoemde koeien van verschil
lende stallen zijn, kan 't verschil in opbrengst
ook wel moeten toeg schreven aan verschil
in voeder.Nu zal wel niemand den invloed
van het voeder op gehalte en opbrengst van
de melk betwijfelen, maar toch kan de door
ons aangehaalde lijst bewijzen, hoe ook één
en denzelfden stal de totaal opbrengsten aan
boter in 300 dagen heel wat uiteenloopen. Zie
hier een paar cijfers: 177'/2 KG.; 1481/» KG.
verschil 29 KG. of 58 pond. 172 KG. en 103,5
KG.verschil 68,5 KG. of 137 pond. 163 KG.
en 112 KG. verschil 51 KG. of 102 pond. i6o'/i
KG. en 140lU KG. verschil 20 KG. of 40 pond.
181 KG. en 155'/» KG., verschil 25KG. of
51 pond. Alle hebben twee aan twee betrekking
op vee van denzelfden stal en dat derhalve
ook wel hetzelfde voer zal gebruikt hebben.
M.
HET NIEUWE LANDBOUWWEEKBLAD.
We maakten kennis met de beide proefnom-
mers van „de Veldbode«. En die kennismaking
is van dien aard, dat we er ons terstond op
gingen abonneeren. Zoo goed bevielen ons de
frisch geschreven artikelen van de verschillende
Redacteuren. Niet minder dan zes mannen
leenden hun naam aan rde Veldbode". En nu
mogen de eene daarvan wat meer bekend zijn
dan de andere, de hoofdredacteur, A. A. ter
Haar heeft op het gebied van landbouw- en
veeteelt een te goeden naam, dan dat we niet
iets goeds verwacht zouden hebben. Wij kunnen
niet anders dan onze lezers den raad geven
abonneert u bij den uitgever Leiter-Nypels te
Maastrichof bij uwen boekhandelaar. De
prijs is slechts f 1.90 per jaar. En daarvoor
ontvangt ge i5 ferme bladzijden vol, aile voor
landbouwers en veehouders van belang of in
teressant. M.
VARKENSFOKKERIJ.
De aldeeling vVlaatdingen en Vlaardinger
Ambacht" van de Holl. Maatsch. van Landb.
besloot in hare laatste vergadering, om nog
dezen winter een spreker te laten komen, die
't zal hebben over varkensfokkerij. De varkens-
teelt is voor den boer een niet onbelangrijk
onderdeel en daarom was men van meening
dat er omtrent dezen stak van dienst» wel
noodig wat meer kennis verspreid mocht wor
den. Zie daar de reden van 't besluit. Zou een
dergelijke stap op ons eiland ook niet op zijn
plaats zijn, dachten we. De besturen der be
staande Dorpsvereenigingen nemen het eens
in overweging. M.
Vragen en Antwoorden worden kosteloos geplaatst.
Antwoorden of mededeelingen
zjjn met hetzelfde nummer gemerkt als de vragen
waarop ze betrekking hebben.
432. Wat is curcuma?
433. Mijn bloemen in de huiskamer krijgen
veel gele bladeren. Wat kon hiervan de oorzaak
zijn?
434. Een varenplantje verloor al het blad. Zou
het dood zjjn
Antwoorden en Mededeelingen.
429. Dat is heelemaal niet waar. 't Komt heel
vaak voor, dat koeien, die veel geven ook vette
melk hebben. Nog verleden week werd door ons
een monster onderzocht van een koe die zeer
veel gaf. 't Vetgehalte beliep 4 pCt.
430. Neen dat is ook niet altijd 't geval. De in
vloed, die de voedermiddelen uitoefenen op den
gezondheidstoestand van 'tdier is ook van veel
gewicht. Hooi b. v. waarin veel zoogenaamd» zure
givssen voorkomen kan wel betrekkelijk rijk zijn
aan eiwitachtige stoffen en toch minderwaardig
zijn dan hooi samengesteld uit goede grassen.
431. Russchen zijn planten die veel op biezen
gelijken. Deze laatste groeien in het water of op
zeer drassigen bodem. Russchen willen evenwel
goed op 't land voort. Ze minnen echter ook 't
water. Ze zijn veel kleiner dan biezen.