FEUILLETON. KORT VERSLAG van 't verhandelde in de Alg. Verg van 't Centr. Bestuur van Flakk. Landbouw- vereen. gehouden te Sommelsdijk in 't hotel Spee den 19 Dec. 1902 Imllenland. Is de accijns op gedist. een be lasting op zonde OEI HB.tSH. Hoeveel wordt er gedronkenin Nederland Tuin- en Landbouw. houders), dan is het deze. Al wint men ook geen prijs, toch zal men door deelneming aan dezen strijd een goeden kijk krijgen, op het groote verschil in waarde tusschen de melkbeesten van een en deuzelfden stal. Men zal de noodza kelijkheid gaan inzien van het goed uitkijken bij de keuze der fokdieren. Men zal leeren hoe 't mogeljjk wordt zonder veel onkosten den veestapel te verbeteren en tot een meer rendabel levend kapitaal te maken. Wie meer van den door ons bedoelden wed strijd wil weten, hij wende zich tot den heer S. C. Korteweg, Secr.-Penn. der Hollandsche Maat schappij v. Landbouw te 's Gravenliage. OPBRENG3TVERSCHILLEN BIJ DIEREN VAN GELIJKEN LEEFTIJD. In aansluiting met het bovenstaande komt het ons uiterst geschikt voor, een paar cijfers aan te halen uiteen artikel voorkomendei i 110. 51 van het Ned. Landb. Weekbl. We zullen daartoe om duidelijk 't groot verschil te laten zien een ruime opbrengst plaatsen naast een gerin ge. De door ons genoemde getallen drukken de boteropbrengst uit in KG. en gerekend over 300 dagen. We vinden vermeld 5 jarige dieren, waarvan een 187.5 KG. leverde en een ander 85 KG.dat is 102'/i KG. 203 pond minder. Dit was trouwens 't grootste verschil, doch ge tallen als 89,5; 93,5; 102,5; 103,5enz. blijven toch ook nog al heel wat beneden 181177,5173,5 enz. En deze zijn toch ook alle aan dezelfde tabellen ontleend. In de lijsten betreffende de 6 jarige koeien bedraagt't grootste verschil ook 193, 107,5 85,5 KG. of 171 pond per 300 dagen. Veel sterker dan wij 't kunnen roepen deze cijters u toe stelt u op de hoogte van den melkopbrengst uwer dieren en van 't vetgehalte harer melk. M. Wij ontvlogen „ter beoordeeling" de proefnummers van een nieuwe courant op Landbouwgebied. In het volgende nummor hopen we daarover onze lezers na der in te lichten. M. STIKSTOF IN DE PERU-GUANO. „Zoolang de visschon en vogels leven en zich voeden als zjj tot heden gedaan hebben, zoolang zil de Guano bljjven, wat Z(j vroeger was." „Er is nog wel Peru-Guano," zeggen sommigen, „maar er is niet meer zooveel Btikstof in, als vro< ger." Inderdaad is er een tijd gewee6t, dat er in Europa Gmano-soorten geïmporteerd werden, verre beneden de vroegere soorten, die aan de Peru-Guano haar goeden naam gegeven hebben. Bet was in den tijd, toen de eerste lagin uitgeput waren en de regeering van Peru de zaak niet met genoeg energie behandelde. Maar, toen later de exploitatie in handen kwam eener Engelsche Maatschappij, heeft men nieuwe dépots ontdekt en zoodanige maatregelen genomen, dat de oude eilanden zich langzamerhand weer vullen. Welke reden zou er kunnen bestaan, dat de tegen woordige Guano-soorten minderwaardig zjjn De millioenen on millioeuen vogels, die op de Guano- cilanden vertoeven, voeden zich met de visschen, die zij uit het water opduiken. Dat was vroeger zoo, toen do eerste Guano's ontstonden. Dat gaat altjjd op dezelfde wijze voort. De vogels hoopen hunne uitwerp selen op de eilanden op evenals vroeger; zf voeden zich evenals vroeger. Wat reden bestaat er nu, dat er vroeger meer stikstof in de Guano zou zijn dan thans? Daarenboven de feiten bewijzen het. Al de Guano's dio te Antwerpen voor de Anglo-Continentale aankomen, worden tjjdens de ontlo.sing regelmatig scheikundig on dei zocht. Deze Maatschappij noodigt daarenboven scheikundigen van verschillende oorden uit, om analyses der aangekomen Guano te maken. En wat is de ervaring? Het stikstofgehalte wisselt af tnsechen 8 en 15 pCt., het phosphorzuurgehalte tus schen 12en 18pCt.en het procent Kuliisgewoo*ljjk2a 3 Wanneer er G uano's geïmporteerd worden, met 15 pCt. stjvstof is er geen reden om te beweren, dat do tjjd der Guano voorbjj is. Voorzitter de heer J. D. Mijs van den Bommel. De Voorzitter opent de vergadering met een woord van welkom aan de leden en inzonderheid aan de heeren Dr. Swaving, dir. van 't Rijkslandbouw proefstation te Goes en Neeb, Rijks-land hou wiee raar te Dordt, welke storm en regen hebban ge trotseerd omj ons voor te lichten. Spreker betreurd 't, dat niet meer Afd. vertegenwoordigd zijn bij de zeer belangrijke onderwerpen welke ter behan deling op de agenda voorkomen en wij t dit hoofd zakelijk aan 'tzeer ongunstig weer. De Notulen van 't verhandelde in de vorige vergadering worden vastgesteld. Medegedeeld wordt dat o. m. zijn ingekomen van den heer Secr. van 'tNed. Landbouwcomite een schrijven dat voor de statistiek de opgaaf van den bond zeer voldoende is, en voortaan de Secretarissen der Afdeelingen ontheven worden van 't verstrek ken van gegevens. Van de Afd. Goeree, dat zij door treurige fa milie-omstandigheden van enkele leden, en van Ouddorp dat zij door ongesteldheid de verre reis ontzien en niet ter vergadering kunnen zijn. De Voorzitter zegt dat door een misverstand op de Agenda voorkomt het rapport der com missie inzake een coöperatieve kippenfokkerij en stelt nu voor het van de Agenda af te roeren en op de Jaarvergadering te behandelen, waartoe besloten word. Medegedeeld wordt het onderzoek inzake de kostelooze jachtakten, waaruit duidelijk blijkt dat de onderscheiden burgemeesters elk hare eigen opvattingen hebben en hoewel de Afdeeling Dirksland de gevraagde inlichtingen niet had verstrekt, was toch voldoende bekend dat in deze gemeente evenals te Herkingen en Stad aan 't Haringvliet, de moeilijkheden groot waren om een akte te verkrijgen, waarom besloten werd tot de betrokken burgemeesters een verzoek te rich ten om ter goeder naam bekend staande belang hebbenden in hunne respectieve gemeente ter wille te zijn bij hunne pogingen om zich te vrij waren tegen de schaden, welke veroorzaakt wor den door dieren welke de jachtwet als schadelijk brandmerkt. „In zake „Borgstellingen" wordt beweerd en naar voorvallen in de Afd. Middelharnis en Oolt- gensplaat bewezen dat het stellen van borgen ten genoege van den verkooper een onzedelijke handeling is, terwijl niet zelden de waarde van het te verkochte voorwerp onevenredig hooger wordt opgedreven, naarmate den be langhebbenden minder in de gelegenheid is het door hem benoodigde ii contant aan te schaffen en dus de borgen feitelijk de verantwoordelijke koopers zijn, zoodra de eigenaar van 't gekochte door overmacht of tegenslag in huis of bedrijf in gebreke moet blijven aan zijn verplichtingen te voldoen. Daartegenover werd beweerd dat men niet verplicht is borg te blijven, en door dit gebruik op te heffen het volk onder voogdij wordt gesteld; ten slotte wordt besloten aan Notarissen een schrijven te richten om de borgstelling af te schaffen, en bij afwijzing van dit verzoek veree- nigingen op te richten welke zich verplichten nooit meer borgen te vragen of borg te blijven. Vervolgens komt aan de orde het „Vaststellen van een uniformmodel voorwaarden bij publieke aanbestedingen." De Voorz. geeft het woord aan Dr. Swaving, welke zich aan de vergadering voor- steld als een vijand van de openbare en kostelooze contróle, het was spreker aangenaam dit eiland te mogen bezoeken en kennis te mogen maken met mannen die evenals hem uit de praktijk het verkeerde van een en ander hadden leeren ken nen, waardoor het minder moeilijk was om de gebleken fouten te ondervangen door iets beters. Spreker schetst achtereenvolgens het nemen der monsters, verpakking, verzending, speling en kor- ting, in één woord, alles wat in betrekking staat met het aankoopen van meststoffen en voederar- artikelen, en nu moet volgens spreker het doel zijn den solieden handelaar te helpen, en den knoeier af te maken. De geheele toelichting werd geïllustreerd met talrijke voorbeelden ten bewijze dat het noodzakelijk is als één geheel op te treden om knoeiers en oneerlijke concurrentie te bestrij den, waardoor de koopers altoos de dupe worden, besloten wordt een uniformmodel in te voeren en de Afd. elk afzonderlijk te hooren, na afloop hiervan worden allerlei inlichtingen gevraagd en door de Afdeelingssecretarissen de meest uiteen- loopende ondervindingen medegedeeld. Herkingen o. a. sprak er zijn verwondering over uit dat Opg. Peru-Guano f 2,00 per 100 K.G. te duur kan zijn zonder gerechtigd te zijn dezelve te korten, waarop de heer S. antwoordde dat bij oordeel kundig geknoei, echte van verknoeide waar zoo moeilijk te onderkennen is dat een scheikundige zich niet licht waagt om het wettig en overtui gend bewijs te leveren en onder ecde te bevesti gen dat het een vermengd product is, hoewel dit soms als onomstootelijk vaststaat. De Voorzitter dankt den inleider voor zijn sympathiek en onderhoudend advies en stelt aan de orde„Surtaxe op de suiker." Nadat voor- en tegenstanders daarvan zich hadden uitgesproken, blijkt dat de vertegenwoordigers der afdeelingen een mandaat hadden om aan te dringen op sur- taxe, zoodat met algemeene stemmen wordt beslo ten een adres van adhaesie te zenden aan de Hooge Regeering op 't adres van de „Coöperatieve beet wortelsuikerfabriek te Sas van Gent." De heer Neeb zegt dat men er zich misschien over verwondert heeft dat hij over dit bij uitne mendheid groote landbouwvraagstuk het woord niet heeft gevraagd, de oorzaak is dat spreker zich als Rijksambtenaar bij dergelijke vraagstuk ken onzijdig moet houden, doch gaarne stelt spreker zich beschikbaar tot 't geven van advies over theoretische landbouwkunde waarna aan de orde komt het „bietencontract." Uit de hierover gevoerde discussie blijkt dat allen 't er over eens zijn, dat het contract der verloopen campagne, onuitvoer- en onnaleef baar is, en dat op een dergelijk contract niet kan wor den verkocht. Aan de discussie hierover wordt door onderscheiden personen deelgenomen, ver schillende denkbeelden ter tafel gebracht, o. a, 't ontwerpen van een contract, waarvan de heer Neeb op zich neemt een concept te leveren, eindelijk wordt het denkbeeld aan de hand gedaan het contract der fabrikanten te verbeteren, en wel speciaal de tarrabepaling en de onbetaalde vroege levering. Dit voorstel vindt krachtige steun. Niet ten onrecht* werd beweerd Men confereert om enkele dagen op nieuw te confereren, en eer de laatste conferentie afgeloopen is, zijn er de fabri kanten met een welgeschapen contract, hetwelk geëscorteerd wordt met de blinkende en lang verbeidde voorschotten en allen arbeid is tever geefs, de voorloopige goedbedoelde actie isgebroken en men is na deze mislukking meer gedemorali seerd als voorheen. In het belang der boeren is het noodig zich nauw aaneen te sluiten, het contract te wijzigen, een groote massa bieten van alle Afd. van dit verbond te combineeren en dan deze massa aan 1 of 2 fabrikanten te verkoopen, dat de fabri kanten dergelijke aanbiedingen accepteeren be wijst het voorgevallene met den eigenaar van den Wilhelminapolder bij Goes voor wiens mooie partij men een uitzondering maakte buiten het bondscontract om. Dit met vuur verdedigde voorstel om het bestaande contract te wijzigen word aangenomen. Nu wordt tenslotte het contract onder handen genomen en wat de vroege levering betreft de premie bedongen als in 1901 en wat de tarrabe paling aangaat bepaald dat de verdubbeling niet wordt toegepast tot 20 pCt. Vervolgens werd vastgesteld de Afdeeling zoo spoedig mogelijk aan te schrijven zich aan dit besluit te onderwerpen en onmiddelijk hunne leden te doen teekenen op een lijst waarbij zij zich verbinden een zekere hoeveelheid bunders bietenland beschikbaar te stellen op die voorwaarden en deze opgaaf den bondssecretaris toe te zenden vóór of op uiterlijk 1 Jan. 1903 waarna na bevind van zaken kan worden gehandelt. De agenda afgewerkt zijnde verklaard de heer Neeb op de tot Z.Ed. gerichte vraag dat hij zich gaarne beschikbaar stelt tot het houden vaneen voordracht voor 't Centr. Bestuur terwijl nog wordt besloten wanneer een Afd. van den bond een spreker verlangd, 't Dagelijksch bestuur zich beschikbaar boud tot de invitatie en verdere daar aan verbonden correspondentie, terwijl inmiddels reeds namen van deskundigen werden genoemd. De heer Swaving zegt dat het gewenscht is wanneer den „bond" het uniform model voorw. enz. aan neemt en invoert dat er een paar leden zitting nemen in de reeds bestaande commissie. Niets verder meer te behandelen zijnde, sluitde Voorz. met een woord van dank voor de aangename gedachtenwisseling, deze vergadering. Namens 't Dagelijksch Bestuur van 't Centraal Bestuur van Flakk. Landbouwvereen. A. W. KEIJZER, Secretaris. Dirksland, 20 Dec. 1902. Eindelijk is de beruchte Fransc-lic op- lichterafirma Humbert, die een ioo mihioen francs heeft zoek gemaakt en over heel de wereld gezocht werd, geinapt. Ze huisde in Madrid, waar ze in Mei rechtstreeks van Parijs heengetrokken was. Eerst betrokken zij een woning van 6o peseta's (frankenj per maand, later een van hei dubbele van den huurprijs noodig zijn voor de uitvoering van de Beroepswet, van de Kinderwetten, voor de aangekondigde hervorming van het technisch onderwijs. De vermeerdering van uitgaver. ia het gevolg van ver schillende nieuwe wetten, die ook in de toekomst ten raiaste gelijke en voor een deel hoogere offers van de schafkist zul len vorderen. 3. Er dienen dus „onverwijld" maat regelen getroffen te worden om tot het herstel van het financieel evenwicht te geraken. 4. Teneinde echter aan de belasting schuldigen geen zwaardere lasten op te leggen, dan door den toestand van het oogenblik volstrekt geboden is, komt het der Begeeringgeraden voor voorshands te vol staan met eene versterking van de midde len, die over een vol jaar gerekend, op on geveer 3 millioen te stellen isi. Op deze gronden acht de Minister het wenschelijk in de eerste plaats meer ba ten te ontleenen aan den accijns op het gedistilleerd. Bovendien zal kort na dit wetsontwerp ingediend worden een ont werp van wet tot herziening der wet betreffende de Vermogensbelasting, wat de opbrengst dezer belasting met „enkele tonnen gouds" zal doen stijgen. Maar waarom geen geld gesmeed uit de verhoogde invoerrechten zoo vraagt men soms De Minister antwoordt, dat de voorbe reiding voor die verhooging geschiedt, en dan de behandeling in de Tweede Kamer nog, welk een en ander noodzaakt om met 't oog op dit jaar reeds, op andere wijze gold te krijgen, afgedacht nog van 't feit, dat de baten uit de hoogere in voerrechten reeds voor andere doeleinden gedestineerd zijn. Maar waarom geen verhooging van de directiebelasting En de Minister ant woordt Met het oog op de urgentiede noodzakelijkheid, om nu reeds dadelijk geld te krijgen, kau de Regeering daar toe niet overgaan, behalve nog principi- ëele bezwaren, die echter niet genoemd worden. Nochtans, de Minister betreurt 't, dat door die verhooging de Itjjksfinantiën nog meer dan thans het gebruik van sterken drank onafhankelijk worden ge steld. Wat men intusschen tegen den drank ook moge aanvoeren, bij is bij zonder geschikt als voorwerp voor be lasting. Nu eenmaal sterke drank een veel gebruikt, zij H ook verre van altoos on schuldig genotmiddel is, kan men er de regeering geen verwijt van maken, aldus zegt de Minister, dal zij dit gebruik aan de behoeften der schatkist dienstbaar maakt en daarop een zware belasting legt, waarin niemand meer behoeft te dragen dan hij verkiest. Zal 't gebruik afnemen? Zal de hoo gere opbrengst dus uitblijven? De Mi nister gelooft het niet. Maar als 't eens afnam Dan zou de rechtstreeksche en zijaelingsche invloed van die vermindering op de volkswel vaart dermate weldadig zijn, dat de in komsten van den staat langs anderen weg veel meer zouden stijgen, dan zjj door vermindering van de opbrengst van accijns zouden dalen. In 't Voorl. Versl. was beweerd, dat die accijns was eene belasting op zonde. De Minister van B. Z. antwoordde „Daarom alleen eea woord ove- den acojjns op 't gedist., die naar 't heet eene belasting op zonde zou zijn on die uit dien hoofde ware af te keuren, vermits do Staat immers uit zonde geen profijt mag trekken En dan vervolgt de Minister „"Wie zich zoo uitliet, zal, mits hij oonse- kwent is, moe'en aandringen op het onverwijld indienen van een voorstel van wet om geheel dm accijn op 't gedist. af te schaften. Is tooh heffing ongeoorloofd, dau moet niet alleen het verhoogen ervan wordou tegongestaan, maar 't heffen tan zelf worden gestuit. Doch de stel ling zelve is oniuitt. Hot is niet zoo, dat de Over heid uit zonde geen profijt mag trekken. Uit zonde int de overheid geld bij elke boete, die betaald wordt. Onder Israël gold wat van schuld en zondoffer overbleef, zelfs als inkomste der priesters. Evenmin gaat het aan, 't gebruik van sterken drank op zich zelf als zonde te stempelen. De zonde schuilt ook hier niet in 't gebruik, maar in 't misbruik. Hoofdstuk II. VOORSPOED EN VERZOEKING. Wie zal het gevoel dier moeder beschrijven, toen zij andermaal op dien avond hare kin deren ter ruste legde maar thans goed ge voed. Neen, woorden kan zij niet vinden, toen zij aan het bed harer kinderen neer knielde om God te danken voor zijn trouw en goedheid, thans aan haar en haar huis gezin bewezen. //Op nieuw is het ons geble ken// zeide zij tot haar man, //dat God het gebed van nooddruftigen verhoort.// Bran derhorst snikte, en in een andere werkmans woning op dat dorp wentelt zich zijn trouwe makker in zijn bed, zijn edel hart vol dank baarheid dat hij een ouderpaar mocht troos ten en kinderen verblijden, en zijn hootd vol zorgen over 't geen wat hem morgen weer in het belang van dat huisgezin zou te doen staan. We voegen daarbij nog deze gedachte Als de overheid geen belasting mag trek ken uit zonde, moet dan niet aanstonds veranderd worden Art. 240 der Gemeen tewet, waar staat, dat de Gemeentebesturen mogen heffen eene belasting op tooneel- vertooningen en andere openbare vermake lijkheden". Of is de kermis geen zonde Eu is 't heffen van staangeld voor draai molens dan ook geen zonde En toch de Overheid der Gemeente int het. Weg dan ook met dit alinea uit Art. 240en weg met 't staangeld l 't Is belasting op zonde Merken we eerst op, dat de accijns steeds is verhoogd. Bij de wet van 20 Juli 1862 was ze 22 gld. per H. L.en werd verhoogd tot 35 gld, bij de wet van 31 Dec. 63; tot 50 gld bij de wet van 7 Juli 65; tot 53 gld. bij de wet van 9 April 69 tot 57 gld. bij de wet van 6 April 77 tot 60 gld. bij de wet van 20 Juli 84 en tot 63 gld. bij de wet van 27 Sept. 92. In 't Weekblad Patrimonium van 10 Oct. 1902 komt het volgende Staatje voor, dat loopt van 1865 tot 1901, maar waar bij de cijfers niet geheel precies overeen stemmen met die uit de Bijlage van de Memorie van Toelichting, welke zich uit strekken over 1888 tot heden. Patrimonium geeft 't volgende: Hoofdeljjk go- bruik in Da Memorie Acejjna- Liters A 50 van verhoogingen. Hoofd. Toel. geeft: Jaar gebruik. Accijn» met f 1865 15 verhoogd 7,55 66 68 7,44 Acojjns met f 69 3 verhoogd 7,46 70 71 7,75 72 8,39 73 8,77 74 9,09 75 9,38 76 9,91 Ac*JjnB met t 77 9,98 4 v*rhoogd 78 9,87 79 9,63 80 9,88 81 9,80 82 9,46 83 9,46 Aoojjns m»tf 84 9,46 3 verhoogd 85 9,16 86 8,99 87 9,01 88 8,8# 8,88 89 8,78 8,81 90 8,95 8,91 Aocjjns met t 3 verhoogd 91 8,99 9,00 92 8,94 8,93 93 8,97 8,94 94 8,86 8,87 95 8.65 8,68 96 8,66 8,66 97 8,46 8,46 98 8,28 8,28 99 8,05 8,03 1900 8,23 8,23 1 8,22 8,22 Zooals de lezer ziet, is er bij de jaren 88-96 eenig verschil. Toch zal ieder toestemmen, dat voor een Cnristennatie zulke cijfers onrustbarend hoog zijn. Wel mogen en moeten we s; reken van eea Volkszonde. En hulde, alle eerbiedige hulde aan die mannen, welKe zich al jaren hebben aan gegord om door zakelijke protesten, door hun woord en daad, den drankduivel te bestrijden, die ons Volk demoraliseert, het Volksleven verkankert, de Volksgezond heid ondermijnt, het huiselijk geluk ver woest en het toekomstige geslacht knakt en verzwakt. Persoonlijk staan wij thans nog niet op 't standpunt der geheel-onthouding, maar eeren 't in hen allen, die medewer ken om ons Volk verlossing aan te bieden uit die demonische macht der duisternis. Ook door hun optreden is er vermin dering van gebruik te constateeren. WEDSTRIJD IN HET BIJHOUDEN YAN MELK STATEN. In no. 49 (bijvoegsel) van het Ned. Landb. Weekbl. deelt het Hoofdbestuur van de Holland sche Maatschappij van Landbouw mede, dat wederom een wedstrijd zal worden gehouden in het bijhouden van melkstaten. Ofschoon de in lichtingen door gemeld Hoofdbestuur verstrekt zeer volledig mogen heeten zou het toch kunnen zijn dat sommige belangstellende lezers van ons blad daarvan geen kennis hebben genomen. Daarom rekenen we het onzen (plicht, er de aandacht op te vestigen. "Want zoo eenige wedstrijd ooit aanspraak heeft mogen maken op waardeering van den kant der landbouwer (vee- Onder de ruwe werkmanskiel kloppen soms edele harten. Hij begreep het, die anders nogal ruwe en schijnbaar onverschillige Willem Polderman dat woorden, hoe welsprekend en vertroostend zij ook waren, hier niet konden baten. Met troostvolle woorden kan den honger der kin deren niet gestild worden. Hier moest wat gedaan worden. Gelukkig was er werk in 't zicht. Goed werk en voor geen korten tijd ook, maar daar was men momentlijk niet mede geholpen. Er moet hier direct hulp ge boden worden. Eindelijk was de morgen aangebroken. Tegen negen uur gaan Pieter Branderhorst en Willem Polderman samen naar het hotel //De Ouden Hoorn.// Branderhorst was spoedig aangenomen en voorzien van een vrijkaart voor zijn reis. Toen hij het Bureau verlaten zou, vraagt Polderman beleefd het woord aan den ver tegenwoordiger der aannemers, en stelde hem toen in kennis met de omstandigheden waarin het huisgezin van Branderhorst verkee.ide. Mijnheer liet de zaak onderzoeken en binnen eenige uren had vrouw Branderhorst een voorschot op het arbeidsloon van haar man ontvangen. Binnen weinige dagen zou de afreis plaats hebben. Vol hoop en goede ver wachting had men het benoodigde voor de reis klaar gemaakt. Ook bij Branderhorst was alles zooveel mogelijk in gereedheid gebracht. Wat was deze jonge krachtige gezonde man toch ge lukkig dat hij het noodige voor de zijnen zou kunnen verdienen. De blijdschap der kinderen, thans wel gevoed, hield met die van hun vader gelijken tred. Deze bij het vooruitzicht van werk, genen, omdat ze nu geen honger hadden. Alleen vrouw Branderhorst was niet zoo opgewekt. Zeker was zij dankbaar maar haar man moest zoo ver wtg, en de verleiding is zoo groot. Ach niet zelden vermaande zij hem op een toon, die eene liefhebbende vrome vrouw betaamt, tot waken en bidden. Het zou toch voor het eerst in zijn leven zijn, dat hij, zoover van zijn geboorteplaats ver wijderd zou werken. Tot op heden was Bran derhorst nog altijd's avonds naar buis kunnen komen, maar nu zouden er weken en misschien wel maanden verloopen. Zeker hij behoefde niet elders te zijn om slechte wegen te zoeken, en tot op heden was zijn leven nog onbespro ken. Zijn makkers trachte haar gerust te stellen, dat zij voor haar man nooit behoefde te. vreezen, want het zat er eenvoudig niet in. Toch was zij niet gerust. De wereld is ver leidelijk en de zonde sterk", zeide zij. Bran- derlioist zelf vond het wel een weinig kin derachtig v;tn zijn vrouw. Ilij had toch zijn verstand. Zoo was het uur van vertrek ge komen. Branderhorst stond gereed aischeid van de zijnen 'e riemen. De kinderen hadden één voor één vader omhelst. Dat had hij niet verwacht, dat afsebeidnemen zoo zwaar zou vallen. Maar het is toch gelukkig niet voor altijd zeide hij, alsof hij daarmede ziehzelvcn zocht te troosten. Toen kwam zijn vrouw naar hem toe, zijne Cornalia, die hij toch zoo innig liefhad. Ach ze is toch zoo geluk kig >vant hare vroomheid is oprecht. Ook Cornelia had haar man innig lief, en ware het niet dat zijn taak hem elders had geroepen, zij bad hem lie/er bi; zich behou den. Nu kon het echter niet anders. En kon ze nu nog maar met hem gaan. Maar ook dat was niet mogelijk. De tijd riep. Branderhorst moest vertrek ken. Zijn makkers hadden reeds gewaarschuwd. //Nu Cornelia meer kon hij nietzeg- in een deftige straat tusschen het koninklijk paleis en de gevangenis, waar zij thans zijn. Volgens een telegram uit de Temps was de speurder Caro hen sedert eenige dagen op het spoor. Eerst herkende hij Fréderic Humbert, hoewel deze zijn baard had laten groeien vervolgens Romain Daurignac. Toen hij bij den conciergie naar de bewoners vroeg ant woordde deze: Het zijn Franschen, drie heeren en drie dames. Dit bevestigde de vermoedene en men besloot te handelen. Een inspecteur arresteerde het zestal, na zich nog eens verge wist te hebben, dat het werkelijk de beruchte oplictters waren. Dehnoodige formaliteiten voor de uitlevering worde n zoo spoedig mogelijk in orde gemaakt maar op zijn vroegst zal het geëerde gezelschnp met d e klinkende namen eerst over een paar weken zijn oud operatieterrein weer betreden. De gevangenneming der Humberts wordt te Parijs als een politieke gebeurtenis beschouwd, in ieder geval als een succes voor het Kabinet Combes en vooral voor den grootzegelbewaar der Vallé, dien men er van verdacht ook al om politieke redenende vlucht der familie Humbert te hebben begunstigd, doch die zijn woord gaf dat zij door de politie zou worden opgespoord. Voor liefhebbers van varen of voor repu blieken, die soms een oorlogsvloot zouden willen opzetten, doet zich eerstdaags eene unieke gelegenheid voor. De Britsche admiraliteit laat aan het eind van het jaar 20 afgedankte oorlogschepen van verschillende type, te vamen metende 55.061 ton publiek verkoopen. Er is van ieders gading bij, van slagschepen van 8600 ton af tot sleep bootjes van 10 ton toe. De Russische admiraliteit heeft plannen ontworpen voor een nieuw type van pantser schip, dat geweldiger zal worden dan eenig bestaande type. De schepen zullen 16.000 tot 17.000 tons meten en bewapend zijn met vier stukken van 30 c.M. en zestien snelvuurkanon nen van 20 duim naast een groot aantal kleine stukken. Zij zullen van Europa naar het Verre Oosten kunnen stoomen zonder de kolenlading aan te vullen. De pantserplaten zullen dikker worden dan de sterkste Britsche panters. In 1903 zal de kiel worden gelegd voor het eer ste schip van het nieuwe type, dat er geheel op berekend is om het machtigste Britsche type te overtreffen. Over de Macedonische quaestie wordt, nu Rusland zich blijkbaur nog al krachtig doet gelden, weer menig artikel geschreven, en dan de hoop uitgesproken, dat de verdrukte Christenen ginds mogen geholpen worden; en zij niet alleen. Als de Macedoniërs een beurt krijgen, maar het is nog niet zeker! wanneer volgen de Armeniërs I In V Européen van 20 December, bespreekt in een zeer belangrijk stuk, Anatole Loroy, Beaulieu, ede 1' InstituU, den critieken toe stand in het Oosten, die een dreig nd gevaar is voor den vrede van Europa. De schrijver noemt het diep beschamend voor de Euro- peesche diplomatie, dat een mogendheid als de Porte met het tractaat van Berlijn spot, als ware het nooit geschreven en plechtig bezworen door zes mogendheder. De onder vinding heeft genoeg geleerd, welke waarde te hechten is van de beloften van Abdoel Ha- mid. Intusschen mag de onverschilligheid van de Regeering in Berlijn voor het lijden der ver drukte Christenen, en mogen egoïstische bere keningen der Duitsche staatkunde ons geen lijdzame getuigen doen blijven van de marte ling daarginds in Armenië en Macedonië. Eu ropa, zegt Leroy Beaulieu, kan nog handelen zonder verlof of zonder medewerking van Duitschland. De schrij ver erkent dat de Christenen in het oosten geen internationale rechtspersoonlijkheid zijn en dus geen titel hebben om hun rechten hoe onbetwisbaar ook, te kunnen doen gel den; maar ieder der mogendheden kan en moet dat in hun naam doen en elk barer ont leent daartoe het recht aan het tractaat van Berlijn. En dat niet door wapengeweld, maar door het meest eenvoudige en metst zekere middelde arbitrage. Dit moet hier aange grepen worden, omdat hier sprake is van de uitvoering of de interpretatie van een tractaat Zoo is het inderdaad. Maar als de mogend heden nu om redenen van shooge politieks niet willen Hulde dan nog aan Rusland, dat met den ruggesteun van Oostenrijk, den Sultan de duimschroeven aanzet. Zoo worden de be schaafden van W est-Europa door den barbaar uit het Oosten beschaamd Uit het land der verdrukten zelf geen nieuws van beteekenis. De Sultan heeft bevel gegeven, dat in vijf Europeesche provincies binnen twintig dagen alle agitatoren voor de Macedonische bewe ging moeten worden gearresteerd. Zoo dit niet is gebeurd, zullende autoriteiten voor de vrede en rustverstoringen ter verantwoording worden geroepen. Aldus een Engelsch blad. En verder heet het, dat de Porte aan de mogendheden een nota heeft gezonden, waarin zij op beslisten toon alle verantwoordelijkheid voor de onlusten in Macedonië van zich afwerpt en hiervoor Bulgarije uitsluitend verantwoordelijk stelt I Tegelijk verzoekt de Porte den mogendheden, ernstige drangredenen te Sofia te doen gel den. "Weer een nieuwe handigheid van Abdoel Hamid, om de schuld voor eigen nalatigheid van zich af te wenden Maar Rusland zal er zich wel niet door van de wijs laten brengen. De Sultan moet met hervormingen komen, die worden uitgeroerd en baat kunnen geven. Er wordt dan nu tusschen de mogendheden onderhandelt over den vorm van arbitrage ter gen. Zijn vrouw greep moed. Zij was sterk. Toch trilde ook haar stem. Pieter zeide ze. //Houdt God voor oogen, en weet, dat gij een vrouw hebt, die voor u bid.// Dat woord bleef hem bij, toen hij met den grooten hoop dorpsgenooten in den trein stapte, en toen hij óp de plaats zijner be stemming kwam, was het hem alsof hij nog dc stem zijner vrouw hoorde, die bij het af scheid nemen dat ernstige woord tot hem sprak. Het was hem een genot aan haar te denken. Dat iaa'ste woord echter was steeds een liefelijke muziek in zijn oor. Dat alles doorliep onze Branderhorst in zijne gedachten, toen hij daar zoo voor zich uit zat te staren in de keet. Sommige zijner makkers waren nog uitgegaan en keerden laat in den avond terug. Branderhorst was vermoeid van de reis, geschokt door iiet aan doenlijk afscheid, dat aan de reis voorafging en niet gewoon aan de plaats d^r be stemming, zoomin als aan de eigenaardigheid van dat leven aldaar. Kortom, hij gevoelde zich niet op zijn gemak en begaf zich maar ter ruste. Wordt vervolgd.

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1902 | | pagina 2