Vrijdag 15 Augustus 1903 Antirevolutionair Zeventiende Jaarg. No. 878. Orgaan voor de Jftiiidhollandsclie en Zeeuwsclie Eilanden. IN HOC SIGN O VINCES T. BOEKHOVEN. Deze Courant verschijnt eiken Vrijdag. Abonnementsprijs per driemaanden franco per post 50 Cent. Amerika bij vooruitbetaling 3,50 per jaar. Afzonderlijke nummers 5 Cent. SOMMELSniJMi. Advertentiën 10 cent per regel en maal. Reclames 20 per regel. Boekaankondiging 5 Cent per regel en 4/3 maal. Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent pei plaatsing. Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij besiaa» Advertentiën worden ingewacht tot Donderdagmorgen 10 uur. Alle stukken voor de Mtedaetie bestemd, Advertentiën en verdere Administratie franco toe te zenden aan den Uitg'ever. Bij dit nummer behoort een BlJVOMSOSElz. Predikant- Hamerlid. Het als dominee in functie blijven en toch tevens als Kamerlid optreden, zooals Dr. de Visser en Ds. Schok king dit tot hiertoe volhouden, gaf dr. Bronsveld aanleiding om aan de Synode voor te stellen, dat zoo iets voortaan niet meer zou mogen gebeu ren zonder Synodale permissie. Dat voorstel is verworpen, en dit is maar goed ook, want als de twee ambten, onvereenigbaar zijn, dan kan een atlaatbriet van het hoogste" Grenoot- schapsbestuur de fout niet dekken. Wie er kerkelijk onder te lijden heelt, is ook niet het Haagsche bestuur, maar is de gemeente. Daargelaten echter de verkeerde vorm, en daargelaten de bijzondere prikkel, die Dr. Bronsveld kon gehad hebben om zijn ambtgenoot de Visser, (die hem als politiek man, vooral als hoofdleider van den Chr. Uist. Kiezersbond zoo geducht in de wielen reed) te bemoeilijken in zijne com binatie van betrekkingen, zoo ligt er in deze quaestie toch iets opge sloten, dat overweging verdient. Immers het is niet alleen het predikambt, dat nu door een paar leeraren in de Herv. Kerk tegelijk met de functie van volksvertegen woordiger wordt waargenomen, doch deze betrekking wordt slag op slag vereenigd met allerlei andere drukke bezigheid. En dit heeft grootendeels zijne bedenkelijke zijde. Zeker, er zijn uitzonderingen er zijn genieën er zijn zeer enkelen, die het werk van meer dan één man kunnen verrichten. Maar dat zijn altijd uitzonderingen. Willen mannen van gewone be kwaamheid. al zijn het ook zeer knappe, kundige en ijverige mannen, dit nabootsen, dan lijdt óf het een öf het ander er onder. De tijd is lang voorbij, dat het Kamerlidmaatschap kan beschouwd worden als louter een eere-ambt voor den aanzienlijken man, als een ambt, dat zich slechts door hooge airs kan handhaven. Inzonderheid in een tijd van sociale hervorming zooals wij beleven, nu er tal van nieuwe wetten noodig zijn tot betere regeling der maatschap pelijke verhoudingen, is het niet genoeg, dat een Kamerlid over het een en ander zijne meening" kan zeggen, of eenige beschouwing leve ren maar hij moet ook zeer punctueel kunnen uiteenzetten, waarom hij er zéé en niet anders over denkthij moet vaak met onomstootelijke gege vens kunnenduidelijk maken, waarom tij het eene gevoelen voorstaat en het andere verwerpten daarvoor is studie, grondige studie, een hartelijk, bestendig mee inleven in de algemeene volkstoestanden noodig. Hoe nu deze veel omvattende arbeid nochtans samen kan gaan met het bekleeden van andere ambten, zooals dat van predikant, rechter of onderwijzer, valt moeielijk in te zien. Dat het gebeurt, dat men er naar streeft, is uit tweeërlei oorzaak te verklaren, nl. uit gebrek aan geld en aan mannen. Het Kamerlidmaatschap toch levert overeenkomstig den daaraan verbon den stand (al neemt men dien wat eenvoudig) geen voldoend bestaan op. Eu aan candidaten, wier kennis en werklust zóó voldoende bleek, dat zij met vertrouwen voor te dragen zijn voor een Kamerzetel, ontbreekt het ook menigmaal. Dan behelpt men zich. Dan roeit men met de riemen, die men heeft. En dat mag ook wel. Mits men zich nu maar niet ga inbeelden, dat het zoo behoort, dat het zoo normaal is of dat men zelts bij voor keur Kamerleden moet hebben, die vooral door middel van een ander ambt kracht en invloed behoulen. Veeleer streve men er naar om, waar dit even kan, kloeke volksre presentanten te krijgen, die hun tijd geheel vrij hebben, en al hun kracht kunnen en willen wijden aan de natio nale belangen. En waar dit in sommige gevallen onverhoopt niet kan, houde men toch het goede beginsel levendig, dat er ook op dit terrein behoorlijke ver deeling van arbeid moet plaats heb ben, en dat overlading schadelijk reageert. Ook voor de andere ambten is het zeer noodig, dat zij niet door saam vatting met het Kamerlidmaat schap van hunne kracht worden be roofd. IMe brandkast-partij- Met recht en reden protesteert een onzer bladen -=- de Twee Pro vinciën er tegen, dat de soci alisten allen, die niet met hem meê willen doen en het streven om de maatschappij onderst boven te keeren en alle macht ook de geldmacht in .handen van de arbeiders te brengen, gaan rangschikken onder de partij van de brandkast.| Doch dit niet alleen. Neen, al3 er sprake komt van de partij, die voor Mammon knielt, zich altijd druk maakt met de brandkast, uit sluitend op geld en goed van deze aarde het oog richt, en alle ambitie voor het hoogere, het onverganke lijke mist, dan moet men juist bij de socialisten zijn. Hier is het beeld van splinter en balk op zijne plaats. Want wie zal betwisten, dat er onder alle partijen Heden zijn, die gevangen zitten in de macht van het geld, en het lagere laten heer- schen over het hoogere, in plaats van het geld dienstbaar te maken tot verbreiding van hetgeen nuttig is, en edel, en menschverheffend. Maar bij de socialisten wordt die toomelooze drift in het zoeken van meer stoffelijk gewin schaamteloos ver heerlijkt en verdedigd, en worden de genen, die daaraan een heilzaam tegen wicht willen bieden, op cynische wijze verdacht gemaakt. Zoo wordt de tevredenheid in de harten gedood en de zin voor het geen den sterveling alleen gelukkig maakt uitgebluscht, om ten slotte geheel den strijd van het aardsche leven te doen ontaarden in een dierlijk vechten, om maar veel uit de brandkast machtig te worden. De redactie van de Twee Provinciën heelt dus volkomen gelijk, en men zegge het getrouw voortde partij van de brandkast, dat is de socia listen-partij. ëlrijd tegen de onzede lijkheid. Het resultaat van de conferentie der afgevaardigden van de Regeerin gen van Duitschland, Oostenrijk, Bel gië, Brazilië, Denemarken, Spanje, Frankrijk,| Groot-Brittannië, Honga rije, Italië, Noorwegen, Nederland, Portugal, Rusland, Zweden en Zwitserland, op 15 Juli jl. te Parijs gehouden, met het doel om gemeen schappelijk den z.g. handel in blanke slavinnen te onderdrukken, mag gunstig genoemd worden. Deze afgevaardigden hebben nl. besloten, een paar ontwerpen van overeenkomst aan hunne regeeringen voor te leggen, waardoor het mo gelijk zal worden om de bedriegers, die het toeleggen op de ontvoering en onteering van jonge vrouwen of meisjes, uitqeleverd te krijgen, zoodat het niet helpt al vluchten zij van het eene land naar het andere om dfi wettige straf te ontgaan. Het contract behelst ook de bepa ling, dat de Regeeringen elk eene autoriteit zullen aanwijzen voor het opsporen van vrouwenverleiders, vooral in havens, stations, enz. Zoo zijn dan eindelijk de oogen open gegaan voor dit werk uit den afgrond. Wie telt het aantal slachtoffers, dat reeds gevangen werd door die vuile ronselaars, welke onder voor geven van het bezorgen van goede betrekkingen aan vrouwen of meisjes, haar plotseling in een modderpoel van ellende lieten neervallen, zonder kans op ontkoming. Bijna over geheel Europa was die boosaardige handel georganiseerd, en als de misdadigers de grenzen van het land, waar zij weer een schelm stuk hadden bedreven, maar gepas seerd waren, gevoelden zij zich vrij en begonnen hun werk opnieuw. Maar dat zal nu uit zijn. Die booswichten zullen zich voortaan in acht moeten nemen. Algemeen Kies- en Stemrecht. V. uiTGEVsa: Bevatte ons eerste artikel een alge meene inleidinghet tweede de kies bevoegdheden vóór '48; ons derde een kort overzicht van hetgeen de wetgever daar omtrent veranderde ons vierde de demoraliseerde invloeden der nieuwe kies wet of van het nieuwe kiesstelsel op de politieke partijen, op de Kamer, op de Re geering, a's op ons geheele regeeringsstel- seltoonden we aan, hoe de Grondwet in kiem 't Algemeon Kiesrecht bevatte en hare uitsluitingen bewerkstelligd door den census als graadmeter van bekwaamheid en geschiktheid, noodwendig tot een finale oplossing door Algemeen Kies recht leiden zou, ons rest thans nog het verder historisch beloop der kwestie na te gaan, om daarmee ons geschied kundig overzicht te sluiten en over te gaan tot het priacipiëele gedeelte. In 1864 werd te Londen opgericht de zoogenaamde en alom bekende Inter nationale, d. w. z. de Internationale Werklieden vereenigingeene vereeni- ging van werklieden uit alle wereld dealen; welke vijf jaar liter, in 1869, den 3Ósten Augustus ook iu ons Land eene Afdeeling vestigde te Amsterdam. Waar Marx en Engels de stichters waren, is duidelijk, dat ook deze Internatio nale een roode kleur had. En de vrees voor 't Socialisme, èn de zwakke Neder- lansche Vakbeweging was oorzaak, dat 't op 22 en 30 October '71 tot eene scheu ring kwam, waarbij een nieuwe Vereeni ging werd opgericht nl. het Algemeen Nederlandsch werkliedenverbond. De overige leden der Internationale, die zich bij het verbond niet wildon aan sluiten, bleven zelfstandig en begonnen propaganda te maken voor Algemeen Kiesrecht; maar ook 't verbond bleef niet achtereenige Amsterdamsche.leden, vroeger lid der Internationale, stichtten eene Vereeniging voor Algemeen stem recht, welke zich ook uitbreidde over Rotterdam en Dordrecht. Het stroven naar A. K. werd zeer bevorderd door de Nota van den heer v. Houten, die hij als Kamerlid voegde bij het voorloopig verslag over het onder zoek ook van het wetsontwerp tot cen susverlaging van den Minister Heems kerk. Deze Nota drong aan op Grond wetsherziening, om daardoor 't kiesrecht onafhankelijk van de belastingen zóó te kunnen regelen, dat alle meerderjarige mannelijke ingezetenen, Nederlanders, die in de laatste drie jaar geen bedeeling genoten hadden, en die schrijven konden, tot de stembus toe te laten. Niet minder nam de actie toe na het ontstaan der eerste Sociaal-Democratische vereeniging, welker meeste leden tot de Internationale 'hadden behoord. Haar program eischte a. algemeen, gelijk, direkt, kies- en stemrecht voor alle verkiezingen in Staat en Gemeente b. direkte wetgeving door het volk; c. beslissing over oorlog en vrede door het volk. d. rechtspraak door het volk, verplicht en onvoorwaardelijk voor eiken staats burger. Door de malaise in de wetgeving, door hare weinige vruchtbaarheid nam het aantal ontevredenen over de kieswet bij den dag toewant men weet aan haar de oorzaak van de kwaal.Nochtans heerschte onder allen eene Babilonische spraakverwarring. Velen waren voor censusverlagingsommigen bepleiten het cipaciteitenstelsel, d. w. z. ze wilden aan „bekwame" menschen het kiesrecht toekennen, afgedacht of ze al dan niet in de belasting bijdroegenanderen zochten het panacee d. w. z. het red middel eenig en alleen in Algemeen Kies recht. Elk dezer drie hoofdgroepen was weer verdeeld. De eersteD telden onder zich de mannen, die de census voor alle dorpen en steden wilden verlagen tot het minimam der Gondwetof 20 gulden.( Wc merken op, dat van de 1231 Gemeenten, die er toen bestonden, maar 499 waren met een census van 20 gulden, 467 met eene van 32 gulden twee nl. Rotterdam en 's Gravenhage met eene van f 100, en eene nl. Amsterdam met een census van f 112. Er waren dus 470 Gemeenten, waarbij de belasting boven 't minimum was, wat honderden kiezers uitsloot.), an deren dier eerste groep wilden alleen den census voor de steden verlagen, maar tot hoever die verlaging moest gaan, daarover was men 't al weer niet eens. Onder de voorstanders van het capacitei tenstelsel was ook al verschillend in zicht. Sommigen wilden 't kiesrecht toe kennen aan de bezitters van een diplo ma der Hoogeschool of einddiploma eener Hoogere Burgerschool, anderen wenschten ook onderwijzers op te nemen er waren er ooi-die aan de niet-belasting betalen de adspirant kiezers, d. w. z. aanstaan de kiezers een daarvoor opzettelijk inge steld kiezersexamen wilden opleggen w^er anderen zouden tevreden geweest zjjn, indien het hoofd der school (toen hoofdonderwijzer genoemd) een getuig schrift gaf, dat de aanstaande niet beta lende kiezer zes jaar op school was ge weest en dus den geheelen cursus door- loopen had. Onder de derde groep heerschte ook al geen eenstemmigheid. Er waren er, die niemand wilden uitsluiten, dan die bun burgerrecht verloren hadden, als krankzinnigen en gevangenen; anderen, die ook de bedeelden en militairen wil den uitzonderen. Voeg hier nu bij de ontevreden voor standers van huismanskiesrecht en zeg dan, of in Nederland niet een chaos van meeningen. d. w. z. een warwinkel van denkbeelden zich openbaarde, die nood lottig, althans zeer verlammend moest werken op de kiesrechtbeweging. In '81 belegde de reeds genoemde Vereeniging voor A. K. met de Soc.-Dem. vereeniging en een 20 tal vakverenigin gen een VolksmeetiDg te Amsterdam, waar men protesteerde tegen de kies wet, waarvan toenemende ontevredenheid der bevolking met hare Regeering het ge- volg moest zijn en waardoor op den duur de Nederlandsche Staat mei ernstige geva ren werd bedreigdDeze woorden leken een echo van Dr. Kuipers rede in '75 Het volgende jaar alweer eene verga dering een Congres van de Kiesrecht ijveraars, waarvan 't gevolg was, dat in '83 werd opgericht de nu nog bestaande Bond voor A. Kies- en Stemrecht, die in '84 op den Zondag voor de opening der Kamers te 's Gravenhage eene landelij ke betooging hield in het gebouw voor Kunst en Wetenschappen, in samen werking met het Comité voor A. JL, het werkliedenverbond en den Sociaal-Dem. Bond. Eene motie werd aangenomen, waarin men verzocht om Algemeen Kiesrecht, die aan Minister Heemskerk werd aangeboden. Men drong er bjj hem op „De stem des Volks11 in overweging te nemen. Tegen die uitdrukking had de Minister echter bezwaar. Als de stem des volks erkende hij slechts den Koning en de Staten-Geaeraal. Hij noemde 'tA. K. gevaarlijken waarschuwde tegen over dreven verwachtingen. Domela Nieuwen- huis, een der woordvoerders bij den Mi nister, merkte echter op, dat, wilden de Staten-Generaal volgens toen art. 74, nu art. 78 der Grondwet, waarlijk de stem

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1902 | | pagina 1