vo<$s° de KisHiiiollami&scIie en SfieeuwscBie Fjilanden,
Vrijdag IB Juni 1902
An tirevo In Hon air
Zeventiende Jaarg.No.869.
Orgaan
IN HOC SIGNO VINCES
T. BOEKHOVEN.
Alle stukken voor de Mtedactie bestemd, Advertentiën en verdere Administratie franco toe te zenden aan den Uitgever.
Bij dit nummer behoort een
Speciale belangen.
Het is en wordt meer en meer een
algemeen verschijnsel in onzen tijd,
dat men bij stukken en brokken, en
met speciale helpers voor de onder
deden van het geheel de genezing
en |verbetering wil bewerkstelligen.
Aldus ziet men het op medisch
gebied, op ethisch gebied, op wet
telijk gebied. Men denke slechts aan
de geheelonthouders-vereenigingen
aan de beweging tegen de prostitutie,
aan de vereeniging voor Zondagsrust,
aan de arbeidersvereenigingen, enz.
Dit komt van de opeenhooping
en toeneming van gebreken en on
gelegenheden. Het leven is zoo ont
redderd in de maatschappij, er wordt
over zooveel en zoo velerlei geklaagd,
dat er schier geen moed meer is om
het geheel te overzien, en men zich
hij het streven naar verbetering liefst
bepaalt tot een zeker uitgekozen deel
om dan daarop den arbeid te richten.
Is dit per se af te keuren en te
veroordeelen Dat juist niet. Maar
toch is het gevaar niet denkbeeldig,
dat bij al dat stukwerk te weinig
regard wordt geslagen op den samen
hang der dingen, op het beginselver-
band gevaar voor oppervlakkigheid,
voor een onverzorgd laten van de
wortelen van het leven.
Het komt ons niet overbodig voor,
hieraan eens te herinneren bij het
bespreken der politieke aangelegen
heden, dewijl er ook al meer eene
neiging opkomt om onze volksverte
genwoordigers te laten fungeerenvoor
speciale belangen. Dit bleek ook bij
de verkiezingen van het vorige jaar.
Men vroeg dan aan dezen of genen
mijnheer, boe hij over zekere quaestie,
over een bepaald belang voor eene
daarbij aangeduide groep medebur
gers docht, en de candidatuur werd
dan van het antwoord op die speciale
vragen afhankelijk gesteld.
Waarlijk, dit gaat den verkeerden
weg op. Dit leidt er toe om de Kamer
leden van hun hoofdtaak af te trekken
en van hen iets te maken, dat de
grondwet niet bedoelt.
Wel, dit spreekt van zelf, kan een
Kamerlid niet van alles even goed
op de hoogte zijn. De een kan beter
dit, de ander dat onderzoeken en be
handelen. Maar toch mag nooit ver
geten worden, dat zij voor het geheele
volk, en voor alle belangen gezamen
lijk optreden. En waar die belangen
uiteenloopen, moeten zij ze zoeken te
verzoenen. Dit is geen gemakkelijk
werk. Het eischt onbevangenheid,
diep onderzoek, warme toewijding
aan het ambtmaar het is onafwijs
baar noodig, want de volksband moet
bewaard en moet hecht blijven.
Sie overheid en de
sociale quaestie.
Op den Gelderschen partijdag, dooi
de Antirev. onlangs te Arnhem ge-
honden, heeft de heer De Waal
Malefijt, volgens het verslag, dat wij
van zijne rede lazen, zeer tërecht er
nadruk op gelegd, dat na de Fransche
Revolutie de overheid zich is gaan
onttrekken aan de bemoeiing met het
sociale leven, en dat wij daar thans
de terugwerking van ondervinden.
Ook zijne volgende vier conclusies
verdienen veler aandacht.
Ie. De voorgenomen uitbreiding
der arbeidersverzekering mag geen
oogenblik de noodzakelijkheid der
organisatie van den arbeid uit het
oog doen verliezen. 2. De finale
oplossing der schoolquaestie behoort
steeds voor ons te blijven, eene nood
zakelijke voorwaarde voor de oplossing
der sociale quaestie. 3. De toestand
der middenklasse verdient de ernstige
aandacht der regeering. 4. De strijd
tegen het vicieuse beginsel der leer
plichtwet dient rusteloos te worden
voortgezet.
Men proeft uit deze conclusies, dat
de spreker zoowel de maatschappij
zelve als de overheid voor de sociale
belangen aan het werk wil zetten
en dat bij de zedelijke bij de stoffe
lijke belangen wil laten voorgaan.
Vrijheid en gelijkheid van rechtsbe-
deeling voor alle burgers in zake het
onderwijs (dat immers strekken moet
tot voorbereiding voor den maatschap-
pelijken strijd) is dan ook ongetwij
feld een sociaal belang, en de opheffing
van de te ver gaande overheidsbe
moeiing in zake den leerplicht
insgelijks. Voorts moet de «organisatie
van den arbeid" er toe leiden, dat
langdurige werkstakingen in het groot,
zooals die te Enschede, niet kunnen
voorkomen.
Btilcke woorden.
Volgens de Arnhemsche Crt. sprak
Mr. L. U de Sitter, president van het
Gerechtshof te Arnhem, bij gelegen
heid van de installatie van den nieuw-
benoemden raadsheer in dat Hof, Mr,
P. C. 't Hooft, (tot voor kort antirev.
lid der Eerste Kamer) aldus
Bij benoemingen voor de rechter
lijke maeht toch betoogde de heer
Sitter mag van invloed van partij
belangen geen sprake zijn, want de
rechter moet staan boven den politie-
ken partijstrijd.
Wat beduidt nu toch eigenlijk,
moeten wij vragen, zulk eene ontboe
zeming, wanneer zij niet bedoelt een
bedekte uiting van leedwezen over
het benoemen van iemand die tot
eene andere partij behoort dan de
president zelf. Of is het soms niet
de roeping van alle Staatsambtena
ren om bij hun ambtelijken arbeid het
partijwezen te mgeeren, alle burgers
op voet van gelijkheid te behande
len En behoort som3 de Regeering
niet bij elke benoeming van beteeke-
nis voor alles te letten op de be
kwaamheid der personen, die in aan
merking komen? Terecht merkte de
Tijd op, dat juist bij eene rechter
lijke benoeming het voortrekken van
een partijgenoot minder zou schaden
dan bij andere ambtelijke benoemin
gen, omdat de rechters bij de wet
onafhankelijk gemaakt zijn van de
regeeringspersonen, die hen voordroe
gen ter benoeming.
Mr. de Sitter schijnt aan de hier
boven geciteerde pikante opmerking
ook nogal uitbreiding gegeven te
hebben, schijnt te hebben gewezen
op bet groote kwaad, dat een Minister
zou begaan, als hij zich bij het
benoemen door partybelangen liet
leiden. Hij schijnt gezegd te hebben,
dat dan het vertrouwen vau het volk
in de onpartijdigheid en onafhanke
lijkheid der rechterlijke macht zou
verliezen, en alzoo een der grond
zuilen van de tegenwoordige inrich
ting onzer maatschappij aan het
wankelen zou geraken enz. enz.
Maar eilieve, waartoe dienen nu al
die vervaarlijke uitdrukkingen, als zij
geen uiting zijn van eigen twijfel
aan den onpartijdigen zin van den
Minister, die voordroeg?
Zie, zoo wordt er nu geschermd,
als de Ministers voor hooge betrek-
kiugen ook bekwaamheid eu geschikt
heid zien in personen, die niet liberaal
zijn.
Toch, terwiji zulk een president
als Mr. de Sitter aan de Regeering
een lesje wil geven, doet hij zichzelf
kennen als zóó vol van partijgevoel,
dat hij dit in eene ambtelijke rede,
nog niet verbergen kan.
Mr. de Sitter kon toch wel weten,
dat niet het kiezen van een antire
volutionair rechter, maar wel het
onbestreden laten voort werken van
den geest der sociaal-democraten,
die reeds zoo vaak van „klassen
justitie" gewaagden, het volksver
trouwen in de onpartijdigheid der
rechterlijke macht allengs meer zal
ondermijnen.
Maar och, men doet al zoo wat,
als men in verlegenheid zit.
En de liberale partij als zoodanig
zit thans inderdaad in verlegenheid.
Verslag der HoogeMiddelbare
en Lagere Scholen 1900-01.
Ouderdomspensioen voor vrouwen
zonder premie.
Deze Courant verschijnt eiken Vrijdag.
Abonnementsprijs per drie maanden franco per post 50 Cent.
Amerika bij vooruitbetaling f 3,50 per jaar.
Afzonderlijke nummers 5 Cent.
UITGEVER:
«r
Advertentiën 10 cent per regel en 3/2 maal. Reclames 20 per regel.
Boekaankondiging 5 Cent per regel en 4/3 maal-
Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent pei plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte d:e zij beslaan
Advert mtiën worden ingewacht tot Donderdagmorgen 10 uur.
»Uw benoeming buiten de door het Hof
opgemaakte aanbeveling is op dien grond
in een der voornaamste persorganen de
zer stad in verband gebracht met uw
politieke gezindheid, en ik kan hier niet
zwijgsn, hoezeer de veronderstelling, dat
zelfs op rechterlijke benoemingen de in den
lande heerschende partijstrijd van invloed
zou kunnen zijn, mij leed heeft gedaan."
Ter voldoening aan art. 192 der Grond
wet wordt elk jaar bij de Staten Gene
raal ingezonden het bovengenoemd ver
slag, dat een ruim 900 bladzijden tellende,
alles omvat, wat op hooger, middelbaar
en lager onderwijs betrekking heeft, en
dies een schat van bijzonderheden in
houdt omtrent aantal der Scholen, leer
vakken, lesuren, leeraren en lectoren, exa
mens, geslaagde en niet geslaagde exami
nandi, kosten voor Rijk, Provincie en
Gemeente, zoowel aan de Openbare als
aan de Bijz. Universiteitende Open
bare en Bijz. Gymnasia en Latijnsche
Scholende openbare en Bijz. inrichtin
gen van Middelbaar en Lager onderwijs.
Uit dezen rijken voorraad willen we
den lezer iets aanbieden.
't Hooger onderwijs.
Te Leiden studeerden 822 studenten,
waaronder 45 dameste Utrecht 832
ea 40 dameste Groningen 365 met
21 dames te Amsterdam (Gemeentelijke
Univers.) 966 waaronder 56 vrouw, stu
denten te Amsterdam (da Vrije) 120.
Ook de dames waren over de 5 facul
teiten verdeeldTe Utrecht studeerden
er 2 in de Godgelh., 7 in de Genees
kunde, 18 in de Wis- en Natuurkunde,
en 8 in de Letteren en Wijsbegeerte.
Te Leiden o.a. 5 in de Rechtsgeleerd
heid.
Ook op dit terrein dus een concur
rentie den mannen ^aangedaanHeeft
Amerika reeds tal van vrouwelijke doc
toren en rechtsgel. enz., ook voor Ne
derland ligt zooiets in niet verre toe
komst,
Het aantal professoren bedraagt te
Leiden 53, te Utrecht 44, te Groningen
38, te Amsterdam 51, aan de Vrije 6.
En de vraag meermalen gedaan, rijst
onwillekeurig weer op waarom het aan
tal universiteiten niet verminderd om
op die wijs alle krachten te vereenigen
in een of twee. Nu wordt er in de 4
Hoogescholen les gegeveD in de Godge
leerdheid door 18 prof in de rechtsge
leerdheid door 24in de Geneeskunde
door 46, in de Wis- en Natuurkunde
door 51, in de Letteren en Wijsbegeerte
door 47. Ons schijnt het toe in 't belang
der wetenschap en der schatkist te zijn,
indien de krachtsversnippering ophield,
en de Series Lectionum of de studievak
ken enz. nalezende, komt het ons voor,
dat eene samentrekking van Leerkrach
ten in twee of in elk geval minder dan
4 universiteiten raadzaam en nuttig ware.
Nochtans hoezeer dit reeds meermalen
geopperd denkbeeld toej uichende, gelooven
we niet, dat in de eerste jaren zulk een
wijziging te verwachten is.
De universiteit te Leiden kostte het
Rijk aan honorarium voor Curatoren
aan jaarwedden en peraoneele toelagen
van professoren, lectoren en ambtenaren
enz. daarbij inbegrepen het materieel
f 842272; die te Utrecht f479527; die
te Groningen f 414087, samen f 17.35.886
voor 2019 studenten of per student
f 859. Zegge: f 859 cadeau. De studen
ten aan de Vrije Univ ontvangen van het
Rijk .nul gulden nul dubbeltjes en nul cen
ten. Zegge; cadeau: 0 gulden 0 dubb. 0
centen. Zoo handelde het Liberalisme.
Het gaf aan een student der Rijks, univ,
f 859, aan een der vrije niemendal. Dat
was nog eens vrijzinnigheid, niet waar
Zoo'n daad karakteriseert en teekent het
slechte stelsel meer dan honderd woorden.
Dat is de geest der uitsluiting, der ne
gatie, der miskenning, waarvoor het Li
beralisme heeft geboet bij de laatste
stembus in 1901 en nog vele jaren zal
boeten. Maar Goddankmoge hier en
daar een achterlijke eenling doelloos, mij
merend ronddolen op de dorre hei, kla
gend over vervallen grootheid en inge
zonken levensmoed onder de zijnen; een
betere geest is vaardig geworden over
talloos velen onzer tegensta; ders en we
twijfelen niet of ze zullen stemmen vóór
het wetsvoorstel, dat Dr. Kuyper te gele
gener tijd zal indienen om ook op het
terrein van Hooger Onderwijs recht te
doen, en sommige faculteiten aan de Vrije
te steunen uit's Rijks kas, zooals thans
reeds de Lagere Bijz. scholen eeDiger
mate gesubsidiëerd worden.
Naar Vrijmaking van 't Onderwijs in al
zijn kringen, moet 't oog onzer politici
en kiezers gericht zijn. De school mag
geen twistappel zijn tussc'nen de partijen,
omdat van de school voor een groot deel
Neerlands toekomst en geluk afhangt.
'tZijn de spes patriae, 't is de hoop des
Vaderlands, waar't om gaat. 't Gaat om
de kinderen en zonen onzes volks en hun
toekomst't gaat om 7 geluk van Neer
lands Volk. Om dat te bevorderen, daar
om moet dö school buiten den politieken
strijd blijven
Of we dan niet reeds ook op 't terrein
van Hooger onderw., den dageraad van
eenen nieuwen morgen kunnen begroe
ten P Voorzeker. We zijn niet onkundig
van het Koninklijk Besluit van 7 Juni
1901dat Besluit is de aankondiging
van een zonnigen dag. Bij dat besluit is
met het getuigschrift in art 11 der wet
op't H. O. gelijkgesteld: het getuigschrift
van bekwaamheid tot universitaire studiën,
afgegeven door het bisschoppelijk college
te Roermond, door het Seminarium te
Rnlduc, door het Geref. Gymnasium te
Amsterdam, door dat te Zetten, door
het R. K. gymnasuim te Katwijk, door
het Canisius-Collegie te Nijmegen en het
R. K. gymnasium te Amsterdam.
Maar we zijn er nog niet in lange
Waar is de subsidie aan de Bijz. Gym
nasia Waar de effectus civiles, die recht
moet geven aan de studenten der Vrije
om s/aafobetrekkingen te bekleeden
Waar do gelijkheid van Subsidies aan
sommige faculteiten der Vrije
Doch vooral de kwestie der Verleening
van Graden, die is urgent, dringend en
noodzakelijk.
Ook onze mannen,zonder gepromoveerd
te zijn aan de Staatsuniversiteiten, moe
ten kunnen worden dokter, rechter, advo
caat, leeraar en professor en dat kan nu
niet. Nu zijn zij uitgesloten. En dat is
onrecht.
Dochthans genoeg over't Hooger On
derwijs.
»Tot de vragen, waarvan de oplossing
tegenwoordig door velen wordt gezocht, i
aldus schrijft het Nationaal Bureau van
Vrouwenarbeid, behoort ook het verzekeren
der toekomst van haar, die in hare ge
wone verdiensten geen voldoende bron"
vinden om het noodige te kunnen afzon
deren voor den tijd, waarin hare arbeids
kracht verdwenen of zoozeer verminderd zal
zijn, dat zij daarin geen middel van be
slaan meer kunnen vinden.Daarom heeft
het bestuur der Nederlandsche Collectieve
Pensioenvereeniging voor vrouwen een plan
beraamd, om aan meisjes en vrouwen een
pensioen te verzekeren en dit zonder pre
mie. Het heeft boekjes, pensioenboekjes
ingevoerd, waarop jaar voor jaar naar wille
keur kan worden bijgestort, en elke stor
ting is de koopsom voor een daaraan even
redig pensioen. Bv.
Men is 12 jaar, en stort f 5, dan ont
vangt men op 65 j. leeftijd voor die f 5
terug f 7,995 pensioen.
Men wordt 13 jaar, en stort 15 gulden,
dan ontvangt men op 65 j. leeftijd voor
die fis terug f 22.98 pensioen.
Men wordt i j., en stort f2, dan ont
vangt men op 65 j. leeftijd voor die f2
terug f 2,934, of f 2,93.
En zoo gaat dat nu door. Elk jaar wor
den die pensioensommetjes bij geschreven
in het boekje, en is men eindelijk 65 jaar
dan telt men de 54 posten op en heeft
het eindelijke bedrag, waarvoor men ge
pensioneerd is tot den dood toe. Komt
er eens een jaar, waarin men niets kan stor
ten, dan is dat wel jammer, maar ge blijft
rechthouden op hetgeen in de boekjes
staat aangeteekend. Overlijdt men echter
voor het 65 ste (of 60ste of 55 ste jaar,
welke jaren verschillende pensioenen ople
veren natuurlijk), dan is men alles kwijt;
het gestorte geld vervalt dan aan het Fonds.
De voordeelen aan deze verzekering ver
bonden zijn niet zoo gering.
Er zijn geen premiën, waardoor dus
wegvalt die >pijnigende« angstals ik mijn