FEUILLETON.
Steeds hooqer.
Tuiii- en Landbouw.
eerst het Koninkrijk der hemelen en alle
dingen zullen U toegeworpen worden.
Dus niet vereenigen
Welzeker; laten de arbeiders zich
gerust vereenigen Maar met welk doel P
Om samen per trein naar de maan te
rijden of willen ze de zon naar omlaag
halen
Om verlost te worden van de armoedeP
zooals er staat in 't strooibiljet. Laten
we zien
Wat kunnen de oorzaken der armoede
zijn bij een arbeidersgezin.
Wij willen niet spreken over soms luie
vaders onachtzame moeders verkwis
tende kinderenover dronkenschap,
snoepzucbt, enz. want in zulke gevallen
baat organisatie geen zier.
Maar zulke gevallen komen gelukkig
zeer zelden op JFlakkee voor.
Neen 1 we willen de oorzaken noemen,
die zelfs de braafste ouders tot armoede
drijft; en die zijn lage loomn en een
huishouden met veel kleine hinders.
Wat het laatste betreft: organisatie
baat hier niemendal; die oorzaak wordt
niet weggenomen.
Een arbeider, georganiseerd of niet,
krijgt toch minstens 10 6, 15 kinderen
dat is zoo 's werelds loop, en Fl.ikkee
maakt geen uitzondering op den regel.
Die oorzaak is niet weg te nemen
door niet-of wel organisatie. Wat later
trouwen, zou beter zijneu laten we
maar eerlijk wezen vele jonge paartjes
trouwen, die voor hun bruiloftsfeest ge
vierd wordt, reeds man en vrouw voor
elkander waren
Blijft dus nog de andere oorzaak La
ge loonen Welnu, laat er è«a arbeider
opstaan in Flakkee, die durft te beweren,
dat de loonen kunnen rijzen dat het
boeren en pachters in 't algemeene
gesproken zóó goed gaat, dat hooger
loon erop kan over schieten.
Ons Blad staat voor eiken arbeider
open
Dat hij spreke 1
Maar on/es inziens zijn de jaren van
78 tot heden voor zeer vele boeren; niet
voor één, maar voor bjjna allen zooda
nig slecht geweest (een enkel jaar uitge
zonderd), dat hij er met moeite uitspeelde.
En waren de onmisbare voorschotjes
niet als reddende engelen neergedaald,
dan weten we niet of er nog wel zooveel
boeren als thans op hun stee zouden
zitten.
Velen zijn blijven drijven op de sui
kerbieten maar nu in 1902; nuja,
wat nu
Waarom moeteu do arbeiders nu
organiseeren!
Stroopt een keisteen eens de huid af!
Gaat maar water gieten iu een lek
schip
Neen hooger loon is onzes inziens niet
te geven, tenzij de toestanden gaan ver
beteren en gaat het den boer beter,
welnu, dan om verhooging van loon ge
vraagd.
Zonder organisatie
Zoudt ge 't anders niet krijgen Pis de
boer zoo'n inhalig schepsel
Zoo ja, organiseert u dan tegen zulk
eenen.
Zoo neen wacht dan uw tijd af en
beraadslaagt samen als arbeiders en boer,
wat kan en niet kan.
Gij kunt elkander niet missen 1 Zoekt
dan tot overeenstemming te komeD. En
ze zal dan ook niet uitblijven
En bij dit alles, arbeiders dezen raad
zoowel als aan de boeren Ook de Kerk
des ïïeeren is eene organisatiedaarin
een levend lid te zijn is 't hoogste voor
recht.
Het Reglement van die Vereeniging is
het onfeilbaar Woord van God; en Art.
1 luidtHebt God lief boven alles en
Uw naasten als u zelfdit is het grootste
gebod.
En 't laatste artikel luidtZalig zijn
de dooden, die in den Heere sterven!
DRAINEEREN.
II.
Over de nadeelen van het droogleggen door
middel van greppels.
Bij onze besprekingen van deze nadeelen
willen we het werkje „Grondverbetering" van
(33)
Op zijn achttiende jaar was zijne moeder ge
storven. Geld en goed had zij hem niet kunnen
nalaten, maar wel eene herinnering aan een
blijmoedig geloof in Christus, haren Verlosser.
Door gebed en voorbeeld had zij haar zoon
van zijn vroegste jeugd af aan tot den Zalig
maker gebracht. Willem was haar eenig kind
geweest, en al de liefde van haar hart had zij
bezeten. Hare teederste zorgen waren hem ge
wijd geweest. Hij kon het tijdstip niet noemen,
waarop hij zich aan den Heer had overgege
ven. Gelijk Jozef, Samuel, David, Timotheus
en zoovele andere mannen Gods, was het ge
loot in den Heiland reeds zijn eigendom ge
worden in zijn vroegste kindsheid. Reeds aan
moeders schoot had hij de smart leeren voe
len van bedreven kwaad, van de ellendo der
zondemaar ook de zaligheid der schuldver
geving, die God om Christus' wil ons schen
ken wilook de vreugde, die ons deel is, als
wij in 's Heeren kracht een zonde mogen leeren
bestrijden en ten onder brengen. Hoe kon zijne
moeder spreken over de groote liefde Gods,
pn hoe straalde die liefde uit in baren wan
den heer J. Z. Ten Rodengate Marissen als
leiddraad nemen. Achtereenvolgens zullen we
dus even stilstaan bij
ie. De rondt ligging der akkers,
2e. Het te ondiep droogleggen,
3e. Landverbruik,
4e. Moeilijke bewerking
5e. Onkruid.
6e. Onderhoud.
De ronde ligging der akker is een nood
zakelijk gevolg van het droogleggen door grep
pels. Liggen de akkers vlak, effen, zoo zal het
midden weinig of niet profiteeren van de grep
pels aan de kanten. Wil men dat de greppels
den geheelen akker zoo goed mogelijk van
't overtollige water ontlasten, dan moet dus de
akker rond liggen. Dit ronde liggen nu, aan
de kanten wat lager dan in het midden brengt
mee, dat de kanten langer vochtig zullen blij-
v en (in 't voorjaar) dan hc.t midden. En een
gevolg hiervan is weer, dat de groei van 't
gewas bij de greppels niet zoo vroeg begint
als midden op.
Bij tarwe, gerst en andere wintergewassen
is dit sterk in 't oog vallend. En heel vaak
gebeurt het in den zomer, dat do tarwe mid
den op de akkers al geel ziet, rijp wordt dus
terwijl langs de kanten nog vele groene hal
men staan. Dat deigelijke toes'auden niet in
't voordeel van den landman zijn, ligt voor de
hand. Op vlakke gedraineerde akkers komt
zoo iets riet voor.
ïfog een nadeel van de ronde ligging is ook
't verspillen van water in droge tijden. Vooral
op weilanden springt dit goed in 't oog. Ga
eens zien, wat daar gebeurt, als er ua lange
droogte een fiksche bui regen valt. Het water
vloeit haast even vlug weg van 't midden als
't er valt. En da weldadigheid van het zoo
lang verlangde vocht wordt er haast niet ge
voeld. Op bouwland ^zal, al is 't dan ook zöö
erg niet, toch heel wat regenwater veel te
snel afvloeien in plaats van door te zakken. De
ronde ligging is de oorzaak.
De droogmakende werking van de greppels
zal natuurlijk zich nooit dieper doen gevoelen
dan de diepte der greppels. De lager liggende
grondlagen worden dus niet ontwaterd. Bij ge
volg kunnen de planten daarin haar wortels
niet doen doordringen voor 't opnemen van
voedsel. En toch zit ook in den ondergrond
heul wat plantenvoedsel verborgen, dat een
ontzettend kapitaal vertegenwoordigt. Hoe
dieper de ontwaiering plaats hetft, hoe groo-
ter de oogst moet zijn Met het oog hierop
mag het droogleggen met greppels onvoldoen
de heeten.
De aanwezige greppels in een stuk land ne
men met elkaar heel wat van de te bebouwen
oppervlakte weg. Al rekent men alleen de
strook, die door 't graven van de greppels
verloren gaat, dan nog wordt het landverbruik
per H. A. ul zeer beteekenend. Maar ook naast
eiken greppel ligt een strook, waarop al heel
weinig groeit, brengt men deze ook in rekening
bij 't bepalen van het »landverbruik,« dan
wordt dit gewis wel meer dan 7pCt. zooals
Vincent dit bepaalt. Alle piaktische landbou
wers zijn van dit nadeel van greppels ten
zeerste overtuigd Het gaat hun daarom ook
al precies als iemand, die met een beperkt
moestuintje woekert. Die legt wel eens een
pad te weinig aan, cn de boeren laten wel
vaak een greppel minder maken. Dat dit laatste
echter erger is dan 't eerste, behoeft niet aan
getoond, als men weet dat beperking van 't
aantal greppels het droogleggen al weer meer
onvoldoende doet zijn.
Moeilijke bewerking noemden we in de vierde
plaats. En hoewel dat nu wel niet het ergste
nadeel is van de aanwezigheid der greppels,
toch zjjn de gteppels vaak vrij lastig bij -t
verrichten van allerlei werkzaamheden En bij
't oogsten woidt het hinderlijke gawis wel
heel sterk gevoeld.
Een algemeen bekend en ook een lastig on
kruid is zeer zeker het bekende kweekgras.
»Kantenkweeken& is bij velen de foorjaars-
bezigheid. Waarom vooral de kanten i> gek weekt
dienen, ligt voor de hand. Aan de kanten der
greppels groeide 'tgras, dat de witte uitloo-
pers doet ontstaan, gedurende heel den zomer
heel kalmpjes en ongestoord. En niet alleen
dit, ook andere schadelijke gewassen, die zich
door zaden vermenigvuldigen, tieren welig
langs de greppels. »Grepskanten« zijn ware
kweekplaaten van onkruid.
En tot slot wijzen we nog op groote kosten
verbonden aan het onderhoud der greppels.
Niemand zal ontkennen, dat die niet vrij be
teekenend zjn. En voor wie zijn greppels een
beetje goed in orde wenscht te hebben, zullen
de bedoe de (onderhoudskosten eik jaar terug
komen.
Ieder die de besproken nadeelen heeft over
wogen, zal er zich gewis niet meer over ver
wonderen, dat wij met het droogleggen door
greppels niet dwepen. M.
%'raagOtta<di.
Vragen en Antwoorden worden kos
teloos geplaatst.
Autwoordeix of raededjelingen
zijn naet hetzelfde nummer gemerkt als
de vragen, waarop ze betrekking hebben.
Vragen.
266. Is Ammoniak-Superphosphaat een
mestmengsel.
267. Wat is een koortsthermometer
268. Zijn er plaatsen, waar van gemeen
tewege de melk van de melkverkoopers
wordt onderzocht, om daarna de uitkom
del 1 Hoe vol blijschap ging zij van de aardt
heen naar dat Vaderhuis niet zijne vele wo
ningen, dat gedurende haar gausclie leven
haar uitzicht was geweestHoe had zij haar
eenig kind, dat zij geheel alleen in de wijde
wereld moest achterlaten, met aandrang aan
de hoede des Heeren aanbevolen en hem ver
troostend en bemoedigend //Tot weerziens
toegeroepen, zoolang haar mond nog spreken
kon
Willem stelde het ideaal van de vrouw, met
wie hij zijne mannelijke jaren zou doorbren
gen, zoo hoog, omdat de herinnering hem
altijd bijbleef aan die moeder eene herinne
ring, die al wat lieflijk, goed, Godegewijd en
gelukkig was, in zich besloot. De gewichtige
vraag: //Wilt gij de mijne worden was hem
nog nooit over de lippen gekomen, want geen
enkel meisje dat hij kende, had aan dat ideaal
beantwoord. Hoewel reeds twaalf jaren verloo-
pen waren, sinds hij die geliefde moeder de
oogen had toegedrukt gevoelde hij altijd neg
haar gemis, dal nooit vergoed zou kunnen
worden, voordat hij, evenals Izuiik, een vrouw
had gevonden aan wie hij de volle liefde van
zijn hart zou kunnen schenken en die door
de beminnelijke eigenschappen, die een waar
lijk Christelijke vrouw behoort te bezitten, in
staat zou zijn om hem, gelijk van Rebecca ge
schreven staat, te tioosten na zijner moeders
dood.
sten van ilat onderzoek ie publiceeren
269. Wat beleekent het vignet aan het
hoofd van uw blad
Antwoorden en, Mededeelingen.
261. Boterzuur en melkzuur zijn, zoo
als de naam al reeds aanduidt, niet dezelf
de zuren, 't Laatste is 'tzuur dat de melk
zuur maakt. Boterzuur veroorzaakt het
'/sterk» worden van de boter 't Meikzuur
is alzoo nuttig, 't boterzuur schadelijk
van de boerin.
262. iloe grooter korrel, hoe krachti
ger kiemplant en hoe fermer gewas, 't Is
dus van belang de grootste korrels voor
den uitzaai te gebruiken.
268- Als men vet in een afgesloten
ruimte verbrandt en die ruimte vervol
gens omspoelt met kalkwaler, dan wordt
dit troebel. Nu wordt kalkwater troebel
door koolzuur. Waar vet verbrandt, ont
staat dus koolzuurEn zal dit ontstaan,
dan moet koolstof aanwezig zijn.
264. Zal een machine bewegen, dan is
daarvoor kracht noodig. Wordt een machi
ne aan 'twerk gezet, dan moet zij dus
allereerst kracht gebruiken, om zicli zelf
te bewegen en de nog resteerende kracht
kan voor "'twerk" gebruikt worden. Deze
doet dus effect, komt voor den dag. 't Is
de effectieve paardenkracht, dat ous deze
kracht uitdrukt. Met indicateur paarden
kracht bedoelt men de kr. ebt noodig voor
de machine en die welke benuttigd kan
worden te zamen.
265. Onzes inziens kan dat Uw "druif
wingerd" geen kw aad doen.
269. Wanneer de plaatsruimte bet toe
laat, zullen vrij gelijk we reeds meer
deden het "horfd" van ons blad weder
eens uitleggen.
De groote hoeveelheid nieuwe lezers zul
len dit zeker wil gaarne zien. Red.
übv Oorlog'.
Groote overwinning van de
.Boeren.
De la Rey heeft zijn tweede groote
overwinning in nog geen veertien dagen tijds
behaald. Werd eerst Donops convooi bij
Klerksdorp genomen, met schier alles wat
er bij hoorde op zich zelf reeds een
zegepraal van zooveel beteekenis dat ze
opwoog tegen Kitcheners succes op Maju-
badag thans is door hem een nog schit
terender wapenfeit verricht. Hij heeft aan
de colenne van generaal Methuen een ver
pletterende nederlaag toegebrachtbuit
gemaakt al wat de Khaki's met zich voerden,
waaronder vijf kanonnen; en ook dien
generaal zelf gevangen genomen met het
grootste deel van zijn troep.
Drie officierenen 35 man werden gedood,
5 offiicieren en 72 man gewond, terwijl
nog 1 officier en 200 man worden vermist.
Naar uit telegrammen, die Maandagavond in
het Lagerhuis werden voorgelezen.viel af te
leiden, hadden de Boeren nog veel meer
gevangenen gemaakt, maar is het grootste
deel van den troep weer losgelaten. Dat
echter Methuen, die gewond is, voorloopig
nog zijn domicilie onder de Boeren zal
hebben, spreekt vanzelf.
Lord Methuen dan, aldus moest Kitche
ner /zeer tot zijn spijt het slechte nieuws
omtrent Methuen,overseinen, trok met
900 man bereden troepen onder majoor
Paris en 300 man infanterie met 4 kanon
nen en 1 pompom, van Wijnberg en Lich-
tenburg op, en moest op 8 Maart Grenfell
m et 1300 man bereden troepen te Roo-
verainefontein ontmoeten. Ze zouden beiden
dan tegen de la Rey optrekken, om hem
te straffen voor zijn vroegere vermetelheid.
Maar blijkbaar is de Boeren-generaal, met
behulp van zijn uitmuntend verkennings
systeem, op de hoogte gewées van de
plannen der Engelschen en heeft hij toen
Methuen alleen zoo geducht klop kunnen
geven. Hij viel hem aan in den morgen
van 7 Maart, tusschen Tweebosch en Palmeit-
kuil. Met de grootste vastberadenheid zijn
de Boeren hier opgetreden. Zij bestormden
den vijand van drie kanten; 500 man be
reden troepen van Maribogo en Kraaipan
gekomen, werden door de Boeren tot 4
mijlen van het gevechtsterrein vervolgd
Men kan daaruit zien, met hoeveel energie
de Boeren zich deden gelden. Over het
gevecht wordt alleen gemeld, dat majoor
Paris Kraaipan bereikte met het overschot
van zijn mannen.
Dit onbekende meisje echte" zou hem
dit geloofde hij vast en zektr dat groote
geluk schenken. Hij sprak over haar met Zijnen
Hemelschen Vader op die kinderlijke wijze,
waarop hij gewoon was met Hem te spieken
over al wat er in zijn hart omging. Hoe zalig
is het toch, 0111 alle dingen, ook onze aard-
sche aangelegenheden, neder te kunnen leggen
voor den troon van een almachtig God en
Vader hoe veilig en heerlijk is het, al onze
zorgen aan hem te mogen toevertrouwen 1
Willem Elshorst vroeg den heer om Hem
duidelijk te willen maken, wat Zijn wil in
deze zaak was. Hij vroeg Hem om zijnen weg
voorspoedig te willen mallen, wanneer het Zijn
wil was dat genoemd meisje zijn vrouw werd,
en otn hem eens wil lend te leeren zijn, wan
neer dat niet met Gods raad bestaan kon.
Willem Elshorst onderzocht, wie Betjt was
en waar zij woonde. Dat kostte hem niet veel
moeite. Hij volgde op zekeren Zondag bij het
uitgaan der Kerk Betje's schreden, en in de
week die daarop volgde, liep hij meer dan
eens in zijn vrije uren de woning van mevrouw
Huibers voorbij, waarbij het van tijd tot tijd
gebeurde, dat bij Betje in de voorkamer of in
de gang aan bet werk zag.
Een ander jongeling zou liet hinderlijk ge
vonden hebben, als hij 's Zondags bij het
uitgaan van de kerk hoegenaamd geen gelegen
heid had kunnen vinden, om onderweg het
De colonne was in twee a
uit Tweebosch opgerukt, de eene 1
wagens om 3 uur in den morg
andere met muilezels een uur la
bij het aanbreken van den dag
Boeren tegelijk de achterhoede e
flanken aan, waardoor zij, evenals 1
dojp o.m. verwarring in de Engel
deren wisten te brengen Een pa
stond, en, als naar gewoonte, s
muilezels, verschrikt, op hol. 2
tweede telegram, dat Maandagav
Lagerhuis Moor den minister v
St föhn Brodrick werd voorgele
eerste vermeldde kort de geled
laag).
/•Majoor Paris kwam te Kra
met de rest der colonne.
/Hij meldt, dat de colonne
afdeelingen trok, waarvan een n
wagens om drie uur in den ochb
bosch verliet. Een uur later j
muilenwagens van daar.
/Kort na het aanbreken van
(Vrijdag) vielen de Boeren aan
versterkingen konden aankomen,
achterhoededekking overweldigd
wijl galoppeerden een groot aant
naar beide flanken. Zij werden
staan gebracht door de flankd
doch er ontstond een paniek. D
sloegen op hol. Onder een ijzing
verwarring werden muilenwagens
Alle pogingen om de dieren tot
brengen waren vergeefsch. Majo
verzamelde veertig man en bezetti
ling vier mijlen in front van de osse
die daarop tot stilstand werden
/Na een dappere, maar nulteh
dediging rende de vijand op de w
Lord Methuen werd in de dij
Majoor Paris, die omsingeld was,
daarop om 10 uur des morgens 1
/Lord Methuen is nog iu hetl
kamp
De Britsche kanonnen (vijf stu
bagage werden buit gemaakt.
/De Britsche verliezen zijn 3
cn 38 man gesneveld, 5 officiere
man gewond, een officier en i
vermist.*
En een derde telegram zegt
toen Kitchener's depêche was voo
de Ieren juchten. De ministerieelei
/■Schaamt u«, waarop de Ieren
Een lofspraak van Brodrick naa
ding van de door lord Methuen
diensten, werd algemeen toegejuicl
Deze nieuwe veldslag werd gele
de Groote Hartsrivier in het hooge
Lichtenburg, waardoor, als gezeg
Methuen met 1200 man, vier kano
een pompom trok, om zich te ve
met de bijna even talrijke macht van
Grenfell bij Rouvirainesfontein. Vei
lijk is daarmede bedoeld Koronn;
Genoemd Lichtenburg ligt in N.W
vaal, een weinig ten Z.O, van Mi
het is een vaste garnizoenplaats,
de verbinding met Mafeking steed
opengehouden. En Kraaipan, waar
vluchte Engelschen en later de lq
gevangenen onder majoor Paris j
men, is een der laatste stations vl
feking van de Kimberley-lijn.
Aan dooden en gewonden verlq
Methuen 120 man, zoodat op zij
580 man zich hebben overgegeven
la Rey. Van dezen zijn klaarblijkel
met majoor Paris losgelaten, ten
nog 200 opgegeven als vermisten,
vijands macht zijn. Dat De la I
trachten met den generaal zooveel
lijk zijn voordeel te doen, wellicl:
hem uit te leveren tegen vrijlatii
krijgsgevangenen in handen der Eng
lijkt niet onwaarschijnlijk. Of zou
Boeren hem gevangen houden als g
om verder doodschieten van Boerer
ren tegen te houden Tot dusver
zij overvloedig getoond, dat ze de
dwangmiddelen versmaden; en dai
wel aan te nemen, dat ze /mooie
straks op parool zullen vrijlaten. M
toch zeker eerst, al ze weten, da
ziuger niet wordt gefusilleerd
Het gevangennemen van een aam
als Methuen is 'in ieder geval een
daad van groote beteekenis. Wai
generaal was een der voornaamste
beve lhebbers geen aanvoerder van
meisje zijner keuze alléén te spvekeij
Willem, hoezeer bij ook naar het tijd;
langde, waarop bij niet Betje een gest
mogen aanktioopen, vond er iets eige
bekoorlijks in om baar voor zicb uit
loopen, nu eens in gesprek gewikk
hare mevrouw, dan weder druk babbel
een der kinderen. De manier, waai
vrouw Huiuers met bare dienstbode bl
te gaan, had in zijne oogen iels zet
iels aansvade lijks het zien daarvan vei
zijn goeden dunk van haar. Nooit
zich aan dat schouwspel verzadigen
veel te "poedig verdween het gezelscha
woning en zag hij de deur dichtgaan
liet meisje, dat hij zoo gaarne nade
leeren kennen.
Eindelijk trok hij de stoute schoen;
Op zekeren avond, 11a zijn dagwerk
te hobo'et), schelde hij bij mevrouw
aan. Betje, die van Willem's bestaan
naamd geen bewustzijn bad, opende c
voor hem. Hij vroeg 0111 mevrouw te
spreken maar toen hij Betje zoo vla
zich zag en het geluid harcr stem 1
geraakte bij zoo van zijn stuk, dat zij
nieren en (1e toon zijner stent een vre
indruk op Betje maakten, zoodat z
met ecnigen argwaan aanzag. Dat een
deling in den avond aanschelde on
mevrouw te sproken, was iets onge