FEUILLETON. Steeds hooger. Noodzakelijkheid van rijk bloed. Tuin- en Landbouw. Vraagbaak. Antwoorden of mededelingen Heclatnes, illededeelinyen ens. He Oorlog. Waarom Omdat een klein anti-rev. mijn begin selen belijdt. En de groot-liberaal staat er vlak tegenover, hoe mooi de vogelaar ook fluit. Ik ben partijman. En mijn vurige wensch is, dat Flak- kee worde een eiland met antirev. man nen, die weten, wat ze willen altijd bereid om onder het vaandel der partij ten strijde te gaan. Uw vriend JAN. Openbaring en Rede Dr. Bavinck schreef 25 October jl. „De tegenstelling vanopen baring en rede heeft niet maar voor de indeeling der staatkundige part ij en op dit oogenblik in ons vaderland be lang, maar zij draagt een al gemeen karakter, heeft e e n e u n i ver s e ele beteekenis en grijpt iederoogenblikdiep in de vragen van leer en leven." Dit is waar. En daarom willen we de kwestie openbaring of rede nader uiteenzetten. Wjj doen dit met te meer animo, omdat er onder de liberalen eukelen zijn, die in den onnoozelen en dwazen waan verkee- ren, dat wij, Antirev. en Roomsch-Katb. de rede minachten, ja, nog erger, de liberalen om het gebruik der rede ver- oordeelen. Hierom echter eerst een enkel woord vooraf. Onnoozel en dwaas is zulk een gedachte. Eigenlijk te dwaas, om uitgesproken te worden. Het toont aan, dat men aan die zijde de beteekenis niet begrijpt van de woorden Openbaring en Rede. Men oordeelt als een blinde over de kleuren. Men veroordeelt zonder te doorzien en zonder eens goed nagedacht te hebben. Wat? Zouden wij, die van oogenblik tot oogenblik ook onze gedachten moeten bepalen, de een bij het werk op 't veld, de ander in 't ambacht, een derde in School, een vierde in de Kerk, een vijfde, op 't kantoor enz. enz. evenals de liberalen, zouden wij de Rede minachten, dat heer lijke godsgeschenk Zjjn wij Antirev. en Roomsch-Kath. niet steeds werkzaam om onze beginselen te verbreiden op allerlei wijs, in allerlei vorm van boek, brochure, week- of dag blad Hoe zouden we de uitspraken van Gods Woord kunnen raadplegen hoe gevolg trekkingen afleiden, zonder Rede En zouden we de Rede minachten, die ons helpen moet bij allen arbeid En altijd Wij de Rede minachten 't 1b immers te zot om alleen te loopen. Wat kan een mensch doen zonder 't gebruik der Rede. En zouden we de liberalen veroordeelen om het gebruik der Rede Dan moesten we ons zeiven veroordeelen Neen, als we de liberalen veroordeelen, ligt em dit niet in ons minachten der Rede (wij minaöhten haar niet) noch in hun ge bruik (want wij gebruiken ze ook,) maar in gansch andere omstandigheden. Wij veroordeelen de Liberalen (bestrij den is eigenlijk 't juiste woord, want we strijden tegen en veroordeelen alleen de beginselenen bestrijden daarom de dragers dier beginselen) of bestrijden ze, omdat we voor ons zeiven de onwrikbare, de onverwoestbare overtuiging hebben, dat het Liberalisme en het consequenter Radicalisme met het nog vollediger uit gewerkte systema van het Socialisme voor Nederland, voor Europa, voor Landen en Volken der Aarde de allertreurigste gevolgen na zich sleept. Waarom Omdat het den mensch los maakt van zijn Schepper. Daarom alleen. Maar dat bevat ook alle ellende. „Wie niet vóór Mij is, is tegen Mij (17) Arm, verblind meisjeVerstaat ge dan niet, dat God, uw barmhartige Vader, u juist door deze ontmoeting wil tegenhouden op uw gevaarlijken weg dat Hij u wil terugbrengen en leeren om uw eigen verkeerden wil te ver zaken en Zijn heiligen, zaligen wil te doen Weet ge dan niet, dat Gods kinderen hunne oogen niet vol verachting afwenden van hunne beklagenswaardige broeders en zusters, die ten doode wankelen, maar dat zij vol verlan gen hunne handen reddend naar hen willen uitstrekken, om dat zij door den Geest bezield zijn van Hem, Die kwam om te zoeken en zalig te maken, wat verloren was Neen, Betje begreep dat niet. Zonder ant woord te geven, liet zij zich door vrouw Voorschoten de deur uitduwen. Maar des nachts, toen zij slapeloos in het vreemde huis nederlag, en geen ander geluid hare ooren bereikte dan dat van het zware gesnork van de vrouw, met wie zij wenschte nooit in aan raking gekomen te zijn, kwamen haar de woorden in de gedachten van het lied, dat zij op den laatsten Zondag in het huisgezin van mevrouw Huibers had hooren zingen Rust, mijn ziel! uw God is Koning; Heel de wereld zijn geoied Alles wisselt op Zijn wenken, Maar Hij zelf verandert niet CU hoewel zij voor zichzelf geen hoop en -uti wie niet vergadert, die verstrooit," heeft de Christus eens gezegd. Een middelweg is er niet. 't Is vóór den Christus öf er vierkant tegen, 't Is één met Hem, öf er is vijand schap. Niet een halve Christus, maar een geheele. Een Christus voor tijd en eeuwigheid. Een Christus voor aarde en hemel. De Christus, zooals Ey zich heeft geopen baard. Maak den mensch los van God, den Wreker van alle ongerechtigheid, en de aarde wordt een hel. Onrecht stapelt zich op onrecht. Maak den mensch los van Chris tus, den Verzoener der zonden, en het onrustige hart, (de kloppende consciëntie, die trouwe waker nog voor velerlei uit spatting) zoekt rust in de genietingen des levenszoekt, maar tevergeefs. En schept vreugd na vreugd, maar 't hart blijft onvoldaan. Of een pessimisme is de sombere uiting van het ontevreden, naar een rustpunt zoekend, onvervulde hart. Dan zingt men met Helene Swart „En 'k heb niets dan de stem van mijn hart, Die irij 't eeuwige leven belooft, En de heilige, onsterfelijke sterren, Hoog boven mijn hoofd." Neen, en nogmaals neen Wij minach ten de Rede niet, en bestrijden de Libe ralen niet om 't gebruik der Rede, maar onze Rede en de bijzondere openbaring Gods zegt ons, dat 't stelsel der Libe ralen voor ons een ondeugdelijk stelsel is. En daarom, weg er mee! AMMONIAK-SUPERPHOSPHAAT, CHILISALPETER en SUPERPHOSPHAAT. Onder de mestmengsels is zeer zeker am- moniak-superphosphaat eene van de meest onschuldige en kan men het niet rangschikken onder de kwakzalvermiddeltjes als aardappel- mest, roggemest, havermest, knollenmest, enz. Toch is het een mestmengsel. Men moet zich er over verbazen, hoeveel landbouwers in de meening verkeeren, dat ammoniak-superphos- phaat bestaat uit chilisalpeter en superphos- phaat. Daarom zij hier nog eens herhaald, dat ammoniaksuperhosphaat bestaat uit een meng sel van zwavelzuren ammoniak en superphos- phaat. Zoo heeft men er met 7 pCt. stikstof en g pCt. phosphorzuur. Hiervoor is noodig plm. 33 K.G. zwavelzuur ammoniak en plm 57 K.G. superphosphaat van 16 pCt. De ontbrekende K.O. tot 100 worden aangevuld met gips. Wij zijn nu tegen alle mestmengsel, omdat men het mengen zelf wel kan doen en omdat men door de meststoffen aizonderlijk aan te koopen, beter rekening kan houden met de behoeften van de verschillende gewassen. Bo vendien zijn wij van meening, dat de zwavel zure ammoniak met voordeel kan vervangen worden door het Chilisalpeter m. a, w. in plaats van ammoniaksuperhosphaat te gebrui ken afzonderlijk aan te koopen Chilisalpeter en superhosphaat. Wij achten dit beter, omdat de uitwerking van Chilisalpeter in 't algemeen veel zekerder is dan van ammoniak. Ammoniak toch is voor de plant niet direct opneembaar doch moet daarvoor omgezet worden in salpeterzuur. Dit geschiedt wanneer aan de volgende voorwaar den is voldaan: In de eerste plaats is het noodig dat de bo dem voldoende hoeveelheden kalk bevatte. In de »stikatofvoeding der landbouwcultuur- gewasseno: zeggen de Heeren Mansholt over Chilisalpeter eu zwavelzuren ammoniak spreken de het volgende sEen opmerkelijk verschil tusschen de uit werking van een bemesting met Chilisalpeter en zwavelzuren ammoniak bestaat er ten op zichtevan het kalkgehalte des bodems. Terwijl eene bemesting met Chilisalpeter op veengrond zonder kalking de volle uitwerking had, bracht eene bemesting van zwavelzuren ammoniak het slechts tot 28 pCt. van de Chilisalpeter bemesting. Ook op kleigrond werd hetzelfde waargenomen m. a. w. naar mate het kalkge halte geringer was, had de ammoniak bemes ting geringer uitkomsten.Wij behoeven aan deze bewering van bij uitstek practische man nen zeer zeker niets toe te voegen. In de tweede plaats is de werkzaamheid van zwavelzuren ammoniak in hooge mate afhan kelijk van de temperatuur des bodems, doch hierover in een volgend nummer. Vragen en Antwoorden worden kos teloos geplaatst. zijn met hetzelfde nummer gemerkt als de vragen, waarop ze betrekking hebben. komst zag in haar donkere toekomst, zoo schon ken die woorden haar toch een weinig troost al was het ook alleen maar deze dat hare angstige gedachten verwijlden in die vriende lijke woning, waarin zij zich nooit hulpeloos en aan zichzelf overgelaten bad gevoeld, en nimmer ten prooi was geweest aan gewetenlooze boosheid. Mevrouw Van der Knoop, die Betje aan de voordeur van het huis der dame, bij wie zij zich verhuurd had, ontmoette, was een volmaakt evenbeeld dier achtenswaardige weduwe. Zel den ontmoette men een zusterpaar, dat zoo eensgezind was. Toen mevrouw Van der Knoop het ongelukkige meisje in hare vreemde uit rusting uit hare oogen bad zien verdwijnen, gevoelde zij de smart, die hare zuster zou ondergaan, wanneer zij hooren moest, tot welke bedrieglijke listen hare vroegere dienst bode de toevlucht hadgenomen. Boven gekomen zijnde, vernam zij hoe onbeschaamd vrouw Voorschoten gelogen had, en welk doel dit had getroffen. Daarna spoedde zij zich naar mevrouw Huibers, om haar het geval mede te deelen. Mevrouw Huibers stond er geheel van ont steld. Zij had wel gevreesd, dat Betje voor menige verzoeking zou bezweken zijn, omdat zij bij ondervinding wist, dat het meisje zich maar al te gemakkelijk door allerlei raad liet besturen maar dat zij reeds n u in han den had kunnen vallen en in de macht zich bevond van een gevaarlijke, gewetenlooze, vrouw, neen, zoo iets had zij toch niet kunnen denken. Diep medelijden vervulde haar, en zij besloot om het uiterste te beproeven ten o- Vragen. 188. Laatst hoorde ik beweren, dat zware gronden juist de lichtste zijn. Wat kan daarmee bedoeld worden F. te O. 189. „Het verbranciogsprodukt van waterstof is water." Dezen zin las ik in een artikeltje. Wat beteekentdie uitdruk king? Een trouw lezer. 190. Weet een der lezers van dit blad mij ook te vertellen, waaiom de Flak- keesche Jammen haast altijd iets lager genoteerd zijn dan de Zeeuwsche. R. Antwoorden en Mededeelingen. 183. Tegelijk met Superpnoaphaat brengt men zeer zeker ook kalk in den grond, doch wanneer de bodem kalkarm is, zal men niet moeten meenen, dat het kalkgehalte door een superphoshpaat- bemesting op voldoende hoogte gebracht wordt. Later wat meer hierover. Red. 184. Zeer zeker. Zie ons artikel van heden. Red. 185. Veevoeder is steeds afkomstig van planten. Alle planten laten bij verbran ding asch over. Verbrand veevoeder be vat dus ook asch. Men noemt d.t de aschbestanddeelen. Ze zijn in hooge mate gewichtig met het oog op de vorming van 't beenderen ste sel. Ook een veehouder. 186. Een dek heeft reeds vaatc voor deel gegeven. Koeien zonder dek staan met kromme ruggen en geven soms wei nig melk.Zoodra ze een dek hebben gekre gen, geven ze weermeer. Dit ondervond ik zelf. Maar een nadeel van een dik dek vooral is dit, dat het, als 'tnat is heel wat warmte aan 't lichaam onttrekt om dat water te doen verdampen. L. 187. In sommige streken van ons land en ook elders laat men de weiden hier en daar kunstmatig onder water loopen. Do 't in wator zwevende bestanddee- lea blijven dan achter en verhoogen de vruchtbaarheid van 'tland. Maar ook om andere redenen is bevloeien hoogst nut tig. Hier kunnen we er niet meer ruimte voor vragen. Wellicht later eens een ar tikel. Red. 20 Cent per regel. De herstelling van eene wankelende gezondheid hangt af van de keuze van een werkdadige hersteller. Als het bloed verarmd is, als de roode lichaampjes verminderd zijn, verdwijnen noodlottiger wijze de krachten en allerlei soort s'o- ringen doen zich in het organismus voor. De bloedarmoede doet zich voor met aile hare ongemakken en het zijn de zwakste organen die 't eerst worden aangetast. De Heer H. Greuter, brievenbesteller te Monikkendam, schrijft ons. Bij deze geef ik U mijne hoogste tevredenheid te kennen over het verkregen resultaat met de Rink pillen. Mijne vrouw was jaren lang lijdende aan uitputting, welke reeds zoo ver gevorderd was, dat zij de vloer niet meer kon veegen zonder te moeten uitrusten, veel last van pijn in rug en lendenen, de eetlust was geheel verdwenen, reeds stond bij haar vast dat de te ing spoedig een einde aan haar Juffr. GREUTER, volgens portret. einde het ongelukkige meisje uit dien valstri k te redden. Zij vergat Betje's ondankbaar en liefdeloos gedrag jegens baar en zag in baar niets anders dan een ouderloos, onbeschermd meisje, dat zich in de macht bevond van een vrouw, die er niet tegen op zou z'en haar naar lichaam en ziel in het verderf te storten, wanneer dit haar voordeel kon aanbrengen. Hoewel zij er tegen opzag om aan huis te komen bij de familie Van Geeveren, daar zij niet verwachten kon aldaar vriendelijk en voorkomend behandeld te zullen worden, zoo richtte zij toch hare schreden daa) heen. In de eerste plaats moest zij zien te weten ko men, waarom Betje binnenstijds haar dienst veriaten had, en waar zij zich thans bevond. Zooals te verwachten was, werd mevrouw Hui bers door geen der familieleden van mevrouw Van Geeveren te woord gestaan. Zoo zag zij zich verplicht hare inlichtingen te bekomen van Neeltje, die haar de deur had geopend. Het verlichtte haar, toen zij vernam, dat Betje om geen grooter vergrijp was weggezonden, dan omdat zij, volgens Neeltje, zoo weinig verstand had bezeten, dat zij haar mond niet had kunnen houden. Daarna vroeg zij Neeltje waarheen Betje zich in hare verlegenheid had gewend. I/O In antwoordde Neeltje, //zij is bij eene heel fatsoenlijke weduwe onder dak, die haar wel voort zal helpen. Zij is eene vriendin van mij die vroeger bij de familie hier ge werkt heeft.// Mevrouw Huibers deed tegenover Neeltje niets van de waarde dier fatsoenlijke weduwe af. Zij vroeg alleen om haar adres, hetgeen -v-, bl ijden zou maken en nu na 't gebruik van zes doozen is zij de zelfde niet meer vroolijk en opgeruimd verricht zij thans al hare huiselijke bezigheden. Zij eet met smaak en graagte, die haar kennen en die van het gebruik der Pink pillen niets of weten staan verbaasd over deze gun stige verandering. Men moet eerst de hoofdzaak van hej kwaad bestrijden d. vr. z. de bloedar moede door een krachtige hersteller. De Pink pillen zijn zeer werkdadig in dit geval en als het bloed zich verrijkt heeft, als de krachten zullen zijn terug geko men, zal de eetlust zich voordoen, de spijsvertering zal gemakkeljjk zijn en de maagstoringen zullen zich niet meer doen gevoelen. Vele ziekten voorkomende uit de ver arming van het bloed kunnen door de Pink pillen genezen worden, zooals bleek zucht, neurasthénie, zenuwpijnen, heup- jicht, rheumatiek en de algemeene ver zwaking bij m»n en vrouw. Prijs f. 1.75 de doos. 1 9.per 6 doozen. Verkrijgbaar bij Snabilié, Steiger 27, Rotterdam, hoofd depothouder voor Nederland en Apotheken. Franco toezen ding tegen postwissel. Ook echt verkrijgbaar bij de firma DIJKEMA DOORNBOS te Sommels- •Jijk. ,V.en geve acht dat de echte Pink Pil len van Dr. William zich in een houten kokertje bevinden, met blauwe letters bedrukt staat: „Pilules pink pour per- sonnes pales du Dr. Williams." Verder moet zich op ieder uitwendig omhulsel bevinden een wit strookje papier over de lengte der étui geplakt waarop staat Prijs 1.75 Gld, de doos, 9Gld.per6 doozen. Eenig depothouder voor Neder land, Snabilié, Steiger 27, Rotterdam. Voor de gebruikswijze raadplege men de ingeslotene Hollandsche Circulaire. De Kaapsche correspondent van de D a i 1 ij Mail komt ons vertellen, dat tusschen de regeering te Kaapstad en lord Kitchener beraadslaagd wordt over een plan om aan den vreeselijken toestand in de Kolonie een eind te maken. Het zou hierop neer komen, dat aan de loyalisten in de Kaap kolonie een groot aandeel zal toebedeeld worden in den aanstaanden veldtocht en zij ook een aanmerkelijk deel van de kosten te dragen zullen krijgen. De koloniale regeering zegt de man van de D a i 1 ij Mail neemt het ernstig net de zaak en verlangt zoo spoedig mo gelijk een eind aan de oorlog te maken. De belastingbetalers in de kolonie zullnn groote lasten moeten dragen, maar wij zijn daartoe eerder bereidt, dan dat de oorlog tot in den treure gerekt wordt. »De kolonie heeft veel geleden onder den oorlog, veel meer dan een gewoon mensch in het moederland kan beseffen In Engeland zijn de belastingbetalers tevreden met het betalen van de oorlogsrekening, wat het totaal ook mogen zijn maar handel en bedrijf gaan ongestoord hun gang. Hier moeten wij niet alleen een groot deel van de kosten dragen, maar gaan wij gebukt onder een bijna algeheelen stilstand van onzen handel, en dat is het ergste van alles. De gewone kolonist heeft reeds twee jaren van zijn leven verknoeid, en hij is niet tevreden dat die staat van zaken voort duurt als hij hem kan verhelpen De bekende Afrika-reiziger F. C. Selous, heett in een brief aan een vriend het vol gende oordeel uitgesproken over de gevol gen van den oorlog in Zuid-Afrika >Ik kan niet anders dan de toekomst na het einde van den oorlog voor de Britsche heerschappij in Zuid-Afrika zeer duister inzien. Wanneer de strijd ten einde wordt gebracht hetzij door een compromis met de nog strijdende Boeren, hetzij door den dood of het gevangennemen van al deze mannen, zal Groot-Brittanje nog altijd, zells na het staken der vijandelijkheden, moeten regeeren over op zijn minst 300,000 Hollandsche Afrikaners (200,000 in de Neellje haar gaf. Wat Neeltje ketrof Betje moest maar zien, dat zij weer klaar kwam in een soortgelijken dienst als bij me vrouw Huibers. Zij was niet geschikt voor een grootelui's dienst, en had nooit moeien probeeren m //steeds hooger// ie gaan. Zoo sprak Neeltje in zichzelf en zette daarbij een gezicht, dat de diepste minachting moest aan duiden voor Betje ot voor mevrouw (lat was moeieiijk uit te maken. Mevrouw Huiuers let e echter niet verder op Neeltje. Verblijd met de bekomen inlich tingen, spoedde zij zich, zoo snel zij kon naar het opgegeven adres. Vrouw Voorschoten was juist teruggekomen van haar //morgenwerkzaamheden//, zooals zij die noemde. Haar schort en eene groote mand waren gevuld met geheimzinnige voorwerpen van allerlei aard en waarde. Betje zat aan de tafel met het hoofd in de handen en in zulk een verslagen houding, als maar mogelijk was. Haar gastvrouw had haar beloofd daar zij weer in een goed humeur verkeerde om vandaag van voren af aan met haar onderzoekingstocht te beginnen. //Al was men soms den eenen dag ongelukkig in zijn ondernemingen//, zoo troostte zij, //een volgenden dag ging alles dikwijls voorspoedig. Zij moest den moed maar niet laten zakken knappe meisjes behoefden zelfs in den groot sten nood nooit verlegen te staan zij konden altijd aan geld komen, al was het ook niet in een dienst.// Betje was te bedrukt om de dubbelzinnige bedoeling dier laatste woorden te verslaan en voelde zich in het minst niet bemoedigd door Kaapkolonie en de overigen in de andere staten van Zuid-Afrika), die jegens zijn be stuur bitter vijandig zullen zijn gestemd, ten gevolge van de gebeurtenissen in dezen oorlog. Dit kan slechts geschieden tegen enorm hooge jaarlijksche uitgaven voor goede gar nizoenen over geheel Zuid Afrika verspreid. >Hoe kan een land als Zuid-Afrika, 6000 mijlen van Engeland verwijderd aldus wor den bestuurd Zeker niet, nadat het Trans- vaalsche goud uit den grond is gehaald en naar Europa verscheept. Ik zal wel een val- sche profeet worden genoemd, maar ik zie geen licht in de toekomst, daar de verwoes ting van hun land en het verlies van hun vrouwen en kinderen in de concentratie kampen de Boeren vele geslachten lang zal maken tot de onverzoenlijke vijanden van Gro 01 - Brittanj e O, dat onverstand bij de Engelsche auto riteiten, zoo burgerlijke als militaire Nu tracht Kitchener, zeer dom, de glorie der Boeren weer met een nieuw geweldpredi- kend edict uit te delgen. Voortaan namelijk zal voor de Boeren, die zich uit eigen be weging komen overgeven, geen gunstige uitzondering meer gemaakt worden boven hen, die met de wapens in de hand ge vangen worden gemaakt, en zullen ook zij (voorzoover ze aanvoerders waren, en men kent reeds de Engelsche tactiek, die eiken gevangen Boer tot een aanvoeder bevor dert worden verbannen. Werden in den laatsten tijd de vrijwillige overgaven al zeldzamer, thans zullen zij wel geheel ophouden. Eigenlijk oorlogsnieuws isTer ook heden weer niet. Het voornaamste is nog, wat I.affan ons komt vertellen, dat in den Vrij staat ten Oosten van Bloemfontein inde str ek tusschen Winburg en ,Thaba'nchu in den laatsten tijd verscheidene kleine afdeelingen hebben geopeerd, die alle met elkander in verbinding staan. Als de Engel- schen een van deze benden aanvallen, wordt snel aan al de andere bericht gezonden, en zij trekken dan een cordon en trachten de Khaki's te omsingelen indien zij daarin niet slagen, trachten zij onze kolonie te beschieten, terwijl ze naar haar kamp te ruggaat. Deze taktiek maakt het noodig voor de dépêche rijders van de Boeren, om de En gelsche linie soms op denzelfden dag heen en terug over te steken. Dezer dagen zijn 17 gevangenen, die genomen waren terwijl zij zich daarmee bezig hielden, te Bloem fontein aangekomen, op weg naar Groene- punt. Toen zij door de stad gingen, merkte men op dat zij gezond en wel waren terwijl vroegergevangen gemaakte Boeren in een treurigen toestand aankwamen. Boeren en Basoeto's. De Telegraaf heeft uit bijzoader bron de volgende berichten uit Afrika vernomen „In de maand September is door de Basoe- tokaffers slag geleverd tegen de Engelsohe troe pen. Met een aantal oss/nwagens, geladen met proviand en kleeren, is on aantal JBasoetokaf- fers uit Basoetoland den Oranje-Vrijstaat binnen getrokken om daarmede Boeren-oommando' te gaan voorzien. Onderweg werden zij door een E i- gelsche colonne aangevallen aan wie het gelukte den Kaffers eenige der wagens te ontnemen. „De Kaffers trokken vechtend terug tot in B soetoland en zij verdedigden zoo goed, en dat noht- en twintig beladen wagens met de ossen in hun bezit bleven en do Engelschen op de lijn in de bergen moesten omdraaien. Omstreeks een week later gelukte het den Kaffers, die aoht- en twintig wagens aan de Boerencomman- do's af te leveren. Een groot aantal pakken kleeren door de Kaffer gemaakt van goed berei de antilopenhuiden, bevoudzioh bij de goederen. De rijbroeken waren zeer net gemaakt en de ijpen als het behoord jnder de knie met knoo- pen gemonteerd. „Bij Waterval, Noord van Pretoria, werden in October een twintig Boeren door een Engel sohe colonne verrast. Toen zij in Pretoria waren binnengebracht, werd hun do keus door den Opperbevelheboer gelatou tusschen zich ad vijf shillings daags verhuren om tegen de Bssoeto's té gaan vechten öf als krijgsgevangenen te wor den weggezonden. Alle gevangenen weigerden tegen de Kaffers te gaan vechten on verkozen het laatste." Engelsch barbanrschlieden. Een Australisoh soldaat schrijft het volgendo over den oorlog in Zuid-Afrika' aan zijn familie in Nieuw Zuid-Wales. „Niet lang geleden hebben we vijf gevangenen deze troostrede, maar bleef, zonder antwoord te geven, in haar verslagen houding zitten. Mevrouw Huibers tikte aan de deur en vrouw Voorschoten deed haar open. Betje zag nog niet op. Zij had slechts éene begeerte //zij wenschte in een goeden dienst te komen en wist, dat die haar niet zou worden aan geboden, maar dat zij evenals gisteren bedrog en leugen te baat moest nemen om dien te verkrijgen. In den vroegen morgen had zij, denkende aan vei vlogen betere dagen, toen zij in eene omgeving leefde van zalige gods vrucht, den Heer willen aanroepen in haren nood, en Hem om hulp en uitkomst vragen maar die bede was haar op de lippen bestorven. Hce zou de heilige God, Die licht cn waarheid is, Zijn zegen kunnen geven op daden van onrecht? Neen, Betje had haar eigen weg bedorven aardsch geluk en liefde luid zij roekeloos miskend, en zij had God verlaten. Zij had geheel afgeleerd om naar de stem van den Goeden Herder te luisteren en zich voor goed van Hem afgekeerd. Zij had er zich nu aan gewend, om te luis teren naar een andere stem, naar die van den booze, en al sterker en onweerstaanbaar der werd zijn macht over haar. Maar zie terwijl de laatste troost ook het laatste sprankje van goddelijke troost haar ontzonk, daar was de huip nabij. De voeten van een van Gods kinderen, die hij gebruiken wilde 0111 dit verloren schaap te redden,ston den reeds op den drempelen dezelfde vrien delijke stem, die haar vroeger zooveel goeds had doen hooren, bereikte haar oor. Wordt vervolgd.

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1901 | | pagina 2