Yrijdag 20 September 1901 Antirevolutionair Zestiende Jaarg. No. 831. Orgaan Abonnementsprijs per driemaanden franco per post 50 Cent. Amerika bij vooruitbetaling f 3,50 per jaar. Afzonderlijke nummers 5 Cent. uitgever: Advertentiën -10 cent per regel en 3/2 maal. Reclames 20 per regel. Boekaankondiging 5 Cent per regel en V3 maal- Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent pei plaatsing. S7 uitingsrede. Be volgende week hopen wij iets in het midden te brengen over de openingsrede der Tweede Kamer. Voor ditmaal slechts een paar woorden over de sluitingsrede. Twee dingen treffen dadelijk de aandacht. Vooreerst het natuurlijk beloop der volzinnen. Men ontmoet hier geen gedwongen protocollenstijl, maar eene gansch ongekunstelde samen voeging van gedachten. De altijd aantrekkelijke heldere schrijfwijze van den minister, die de rede uitsprak, komt er duidelijk in uit. En dan in de tweede plaats ziet men, dat het werk van het afgeioopen zittingjaar in geenen deele verkleind is opgegeven, maar dat alle eer wordt gegeven aan de resultaten van den arbeid, waarin de vorige ministers de eerste hand hadden. Trouwens, dit was te verwachten. Zij die meenen, dat Dr. Kuyper den arbeid van anderen, ook van tegenstanders niet zou weten te waar- deeren, kennen niet zijn ruim hart en zijn onbevangen blik. Niet genoeg kan het herhaald worden, en niet te veel kunnen onze vrienden er van doordrongen zijn, dat het opgetreden ministerie groo- telijks behoefte heeft aan steun, aan ijverigen en volhardenden steun van klein en groot. Menigeen lacht misschien een wei nig over deze opmerking, denkende bij zichzeltde nieuwe Ministers (en vooral Dr. Kuyper) zijn mans genoeg om 's lands zaken naar be hooren te besturen, en wat zullen wij, geringe menschen uitrichten om hun het leven te vergemakkelijken. Toch dwaalt wie aldus spreekt. Men zou hetzelfde ook op kerke- kelijk gebied kunnen beweren, en uitgaan van de gedachte, dat een wel opgeleid predikant best zijne taak volvoeren kan zonder bijstand van de leden der gemeente. In het leven der gemeenschap hebben de leden steeds en overal elkaar noodig. Dit geldt zoowel den Dienaren der Kroon en den lands- burgers, als den kerkelijken voorgan geren en hun wien het goddelijk Woord bediend wordt. Niet altijd is het wederkeerig hulpbetoon rechtstreeks en zichtbaar. Daarom behoeft het niet minder wer kelijk te zijn. moeielijk werk, omdat eenerzyds de vrijheid der onderdanen moet gehand haafd worden en tevens aan de andere zijde, die neigingen en verkeerdheden moeten worden beteugeld, welke tot schade zijn van de geheele natie. En het regeeren wordt nog te moeie- lijker naarmate een volk meer gedeeld is in levensopvatting en politieke richting. Nu weet men, dat ons volk wel één is, rondom den standaard van Oranje, maar dat het verre van één is rondom den standaard der Minis ters. Ja menigmaal zijn de raadslieden der Kroon zeiven het op belangrijke punten oneens. Het regeeren is ook zoo moeieljjk, omdat het vele loopende werk onwil lekeurig afhoudt van het overwegen van nieuwe wetsvoorstellen. Gelijk in een groot, druk huisgezin de vadei, ook al is ky een verstandig man, bijna nooit toekomt aan het maken van vaste opvoedingsplannen, zoo is dit nog veel meer in de lands huishouding het geval. Alleen de grootste geesten kunnen ondanks de gestadige bemoeiing met de onderdee- len een scherp oog houden op hit geheel van de volksbelangen. Door die opeenstapeling van werk zaamheden kan het ook wel niet anders of vele dingen worden in het dagelijksch bestuur vrij machinaal algedaan. Menige belanghebbende krijgt in den vorm eene ministr. rieele beschik king, terwijl het feitelijk is het resultaat van de beoordeeling van ondergeschikte ambtenaren, ol van hoofdambtenaren. Op die ambtenaren moet een Minister zich in menig geval verlaten, want om zelf alles te onderzoeken heeft hij in de verste verte geen tijd. Die ambtenaren zijn dus in de eerste plaats geroepen om de Ministers te steunen. Maar nu komt het er op aan in welke gezindheid en in welke mate die geschiedt. Formeel steun weigeren durlt natuurlijk geen enkel ambtenaar van beteekenis. Maar als er moet gewerkt worden in een geheel anderen geest als die in de bureaux de heerschende was, dan kan men wel begrijpen hoe weinig volle dig die steun wordt verleend. Ja, het gevaar is niet denkbeeldig, dat oudere, in den dienst geoefende amb tenaren onder den schijn van te steu nen, eigenlijk het tegendeel doen. Bij een geniaal denker als Dr. Kuyper is zooiets een gewaagd spel, maar toch kon het zijn, dat deze of gene het probeert. En daarom te meer is het de plicht der geestverwanten in en buiten de Kamer om een ieder in zijne mate met inachtneming van de noo- dige bescheidenheid, het ministerie te steunen. De Kamerleden zijn gehouden ernstig te studeeren en door eene verstandige werkverdeeling die studie te richten op het beoogde doel. Doch ook anderen, die tijd hebben om binnen en buiten 's lands gege vens van sociale toestanden te verza melen of die instellingen tot verbete ring van die toestanden weten op te richten, of die gelegenheid hebben om onder het volk te arbeiden in opvoedenden zin, die allen hebben thans meer dan ooit eene ernstige roeping. Bij een goed roer en goede kapi: teins behoort eene goede scheepsóe- manning. invoerrechten. IN HOC SIGN O VINCES tooi1 de KuidEaoilan«l«eKir esi Zeeuwsche Eilanden. Deze Courant verschijnt eiken Yrijdag. T. BOEKHOVEN. miUiumLsnsjH Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan Advert'Utiën worden ingewacht tot Donderdagmorgen 10 uur. Alle sföSifceiB voor de KSedactie toestemd, Advertentiën eis verdere Administratie fraise<o> toe te eenden aan den Uitgever. Bij dit nummer behoort een BIJVOEGSEL. Meun onmisbaar. Maar ook dat is eene dwaling. Een Minister is geen alomtegen woordigheid, geen alwetendheid,geen al wijsheid. Zeker treden daarvoor op (want op hen valt eerst het oog) mannen met veel Kennis en goeden aanleg. Maar ook voor dezulken is en blijft het regeeren een hoogst (Slot.) We zagen het in ons vorige artikelzoo gunstig staat het met de welvaart in Ne derland niet. Het zesde deel van Neerlands volk wordt bedeeld. Het aantal aanslagen en het bedrag per hoofd daalt. Op 31 Dec. '94 bestond de bevolking van ons Vader land uit 4732911 personen. Daarvan waren in de Vermogensbelasting 77672 met een vermogen van ruim 5400 mill. Op 31 Dec. ,98 waren er in ons land 5004206 perso nen. Kr hadden dus moeten zijn 82128 aangeslagenen, met een vermogen van 5718 millioen. Maar er waren geen 82124 aan~ geslagenenslechts 78819. Er was geen kapitaal van 5718 millioen slechts van 5565 millioen. Tegenover de vermeerdering der bevolking zijn we dus ten achter ge bleven met 3305 aangeslagenen en met een vermogen van 153 millioen, of een ach terstand van 3 procent. Onze natie is ge lijk aan een huisvader, die wel ieder jaar zijn gezin ziet vermeerde'ren, maar wiens in komen niet naar evenredigheid toeneemt. En onze overtuiging is, dat ook invoerrechten mede kunnen helpen om landbouw en in dustrie weer te doen groeien en bloeien en de welvaart te verhoogen. Neen, niet alleen in Duitschland is er welvaart, maar overal, waar protectie is. Men zegt zoo vaak: zie naar onze Spaarbanken. Maar laat men er dan bijzeggen, dat in Belgie, waar de protectie van den arbeid in voldoende mate wordt toegepast, de kleine man 5 maal zooveel in de Spaarbanken bezit dan in Nederland, en dat bovendien de renteboekjes van den kleinen man nog 140 millijen bedragen. (Goden ons recht. bldz. 30) Men beroept zich vaak op Engeland, maar de ex-Minis ter Pierson erkende, dat hij «Engeland, niet kon volgen, omdat vele artikelen aldaar zoo hoog belast zijn, dat de invoerrechten 180 millioen gulden bedragen." Maar ze bedra gen meer. In '98 waren ze 250 mill. 200000 gld.en de accijnsen bedroegen 350 mill. 400000 gld. In ons land was het in '98 8 mill. 770000 gld. aan invoerrechten (nu 9|m.ill.) en 47 mill. 440 aan accijnsen. Zie hier een kleine lijst, waaruit duidelijk blijkt, dat Nederland, zonder hooge protectie zelfs de invoerrechten nog heel wat kan laten vloeien. Nederland 5 mill. inw. 9 mill, invoerr. België 61/2 Zweden 5 2- Zwitserland 31/2 Noorwegen 2 Y2 31 Denemark. 2 V2 •j. 21% 3 4 Va 23 22 2 O Va Maar niet alleen in vergelijking met an dere landen is de toestand weinig verdedig baar, maar ook niet te verdedigen met 't oog op eigen toestand en. Onze eigen voedingsmiddelen zooals sui ker, zout, vleesch, bier, azijn en het jene- ververbruik brengen op 47 millioenter wijl alle vreemde fabrikaten, die bij protec tie, even zoo goed in ons land kunnen ge maakt worden dan in 't buitenland, slechts belast zijn met een fictief recht van s0maar opbrengende 9 millioen. Ziehier het lijstje over 1900 Accijnsen Suiker 13 mill. 200000 gld. Wijn 1 mill. 820000 Gedistill. 26 mill. 100000 Zout 1 mill. 500000 Bieren azijn i mill. 420000 Geslacht 3 mill. 400000 Totaal 47 mill. 440000 gld. De suikerbelasting alleen bedraagt 13 mill, ruim De invoerrechten samen 9 mill. Hoevele duizenden zouden er aan de fa bricatie der goederen kannen verdiend wor den door onze werklieden, waarvan zoove- len met werkeloosheid geslagen worden. De invoerrechten verhoogen, de industrie bevor deren De accijnzen verlagen Nu reeds wordt de suikerindustrie be vorderd door bescherming denk slechts om de suikerpremiënbier wordt beschermd met 50 pCtlaat men de talloos vele on belaste artikelen belasten, en de laag belaste verhoogen. Dan komt er werk aan den winkel. Onze algemeene beschouwingen zijn ten einde Het was onze bedoeling den lezer een kort overzicht te geven van de kwestie der invoerrechten tijdens de Kamers op recès waren. Daarom hebben we maar een kijkje genomen over heel Europa in vogelvlucht. We zagen protectie [bijna in alle landen; we beschouwden Duitschlands bloeiverval van Engelands landbouw. We zouden thans over kunnen gaan tot eene bijzondere be schouwing der invoerrechten met 't oog op onze Nederlandsche industrie en onzen Nederlandschen landbouw. Doch daarmee zullen we nog wat wachten. Het Ministerie zal wel de gelegenheid bieden, later er meer in 't bijzonder op terug te komen. Slechts dit nog. De Engelsche werkman journalist Robert Blatchfort heeft zich over lage prijzen aldus uitgesproken »Ieder mensch is een verbruiker, en de voortbrengers moeten voortbrengen voor allen. Hoe lager nu de prijs der levens behoeften is, hoe meer de rijken en hunne af hankelijken krijgen en hoe minder de voortbrengers. Goedkoop voedsel en goed- koope kleeding voor de voortbrengers, be- teekent goedkoop voedsel en goedkoope kleeding voor de niet-voortbrengers. De niet-voortbrengers worden onderhouden door de rijken, met den voortbrengers ontnomen geld. Hoe goedkooper voedsel en kleeding, hoe minder de voortbrengers van de rijken terugkrijgen. Hoe goedkooper voedsel en kleeding, hoe meer niet-voortbrengers door de rijken onderhouden kunnen worden. Hoe meer niet-voortbrengers door de rijken onder houden kunnen worden, hoe meei perso nen zij aan de productie zullen onttrekken. Hoe meer personen zij aan de productie zullen onttrekken, hoe minder er zullen «ver blijven om voedsel en kleeding voor allen voort te brengen. Hoe minder er zijn j om voedsel en kleeding voor allen voort te brengen, hoe langer en harder de voortbren gers moeten werken.En zoo vervolgt hij Het is een vervloekt stelsel, dat van goed koop brood en goedkoope kleeding. Ver vloekt in zijn oorsprong vervloekt in zijn voortgangin zijn middelen, in zijn motie ven en in zijne uitkomsten. Geen natie kan gezond zijn, als haar stuwkracht bestaat in winstbejag." Deze woorden worden eiken vrijhande laar ter overweging aanbevolen. Anarchisten. Het woord an-archie beteekent zonder- Macht zooals mon-archie beteekent één- iuacht. Pierre Kropotkine, één der voor naamste woordvoerders, voorstanders en propagandisten van het anarchisme geeft in zijn brochure „De Anarchie, Philoso- phie en Ideaal" een duidelijke uiteen zetting, wat eigenlijk dat politieke ot nog beter gezegd, dat sociale stelsel wil. Een anarchist is niet een wezen, dat het leven tracht te vernietigen van zijn mede- mensch. Kropotkine zegt op bldz. 43 Daarom wanneer de Anarchie werkt aan de om verwerping der regeering in alle opzichten, de a/schaffing van alle wetten, de vernie tiging van het gansche mechanismedat dient om dwang uit te oefenen, dan werkt zij tegelijkertijd aan de instandhouding en uitbreiding van de zuiver sociale be ginselen en gewoontenzonder welke geen menschelijke of dierlijke maatschappij be staan kan.1" Ue lezer zal toestemmen, dat hier een beginsel aan 't woord is; een sociaal stelsel zich openbaart. Maar dat beginselhetwelk alle dwang verfoeit, elke vrijheid mint; alle wet veracht, omdat elke wet dwingend optreedtdat beginsel kan in onze tegenwoordige maatschappij niet toegepast worden. Juist daarom valt de anarchist den Koning aan, Keizer ot President in hunne kwaliteit, omdat deze mannen de vertegenwoordigersde hand havers zijn van een maatschappelijk stel sel, dat door hem veracht, verwenscht en vervloekt wordt. Hij schiet of steekt ze niet dood, omdai ze menschen zjjn, die hoog boven hem staan, omdat ze mannen of vrouwen zijn, die rijk en machtig zijn maar omdat ze hun rijkdom en macht gebruiken om eene Maatschappe lijk stelsel te bestendigen, te handhaven, en te waarborgen, waarin de Anarchist niets dan ellende ziet voor elk individu, zoowel als voor de gemeenschap, 't An archisme is een stelsel, een beginsel, een sociaal beginsel, een beginsel, dat geen Macht boven zich erkentelke Macht een Dwang noemtelk Machtsmiddel een Dwangmiddelelke Wet een aanranding der Vrijheid. Elke Monarch een Dwingeland, die door de Wet zijn Macht handhaaft. 'tls een verschrikkelijk beginsel, dat in moord en doodslag zich soms open baart. Een Anarchist doodt niet moedwillig de Hooggeplaatsten, want als morgen aan den dag de Wet kon ophouden dwang op te leggen, dan zal er geen Koning meer neer geschoten worden. 't Is den Anarchist niet om den mensch te doen, integendeel hij beweert het menschdom zeer lief te hebben, en uit liefde voor den mensch, de maatschappij te[onderstboven te willen keeren, om op de puinhoopen der oude, een nieuwe maat schappij te stichte 1, waarin vrede en gerechtigheid, liefde en eendrachtsa menwerking, communisme en birm- hartigheid wonen zal. Onze maatschappij, zegt hij, is zelfzuchtig, is vol van onrecht, vol van jammer en ellende, en de Wet, die met kracht van politie en justitie en gevangeniscel dien jammer handhaaft, dien toestand bestendigt, is de oorzaak, dat er geene verbetering komen zal en ko men kan. Dat anarchisme en socialisme beginse len gemeen hebben, is bekend genoeg maar dat 't liberalisme in zijn wortel met anarchisme [overeenstemt, wil niet zoo spoedig geloofd worden. [En toch is 't zoo. Zeer schoon wordt dit uiteenge zet door Prof. Gunning in zijne rectorale rede: „Anarchisme", waar hij zegt op bldz. 13vBommen en dolken, ivoeste vernieling en lage sluipmoord zijn aan 't Anarchisme onwezenlijkde kern, het beginsel, is het staan van het individu op zich zelf. Er is een wettige voortgang van liberalisme d. i. het uitgaan, niet meer van God zeivenmaar van 's menschen in- dividueele vrijheid,tot anarchisme. De meesten voltrekken dien voortgang niet,

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1901 | | pagina 1