L
Advertentien
Gresbuizen,
Hoogstraat 126,
Eene goede voorzorgs
maatregel.
A. DIJEEES, Middolhatnis
I
Uit de Pers.
Tuisi- en Landbouw.
Vraagbaak.
De Oorlog?.
ROTTERDAM.
hetzelfde land, waar die goederen van daan
kwamen, en na die intrekking steeg de in
voer en uitvoer in 1850 met 20 proc.
Doch in 1897 geschiedde er iets, dat
overal in Europa de opmerkzaamheid trok.
Het was in 1897, dat Engeland de han
delsverdragen opzei, die sinds meer dan
30 jaren de handelsbetrekkingen regelden
en beheerschten tusschen dat Rijk en
Duitschland met België, en eene nieuwe
tol-unie gesloten werd tusschen Engeland
en Canada.
De eerste minister van Canada was, vol
gens de berichten uit die dagen, over
gekomen om Engeland voor die nieuwe
Unie te winnen de Engelsche waren moch
ten in Canada ingevoerd worden met eene
verlaging van 12Y2 procent, en na 1 Juli
'98 met 25 proc., onder conditie dat En
geland en de koloniën evenzoo zouden toe
stemmen in eene verlaging voor Canada.
Nu was art. 7 van het Duitsch-Engelsch
verdrag een struikelblok voor die nieuwe
Unie, want daarbij was bepaald, dat de
Duitsche producten niet hooger getarifiéërd
mochten worden dan de Engelsche; en als
dus de Engelsche tarieven werden verlaagd
moesten het ook de Duitsche worden. En
de uitslag was, dat Engeland de verdra
gen op zei, en het de toluuie sloot, waar
door het andermaal de vleugels wijder
uit kon slaan. Toen, bij die gelegenheid,
toen men zag dat door die tolunie het be
ginsel van vrijen handel was aangerand
(Duitschland werd tegengewerkt) ging er
meer dan één tong los over het heilzame
van Engelands besluit. En èèn der bladen
schreef toen »We zijn altijd bereid voor
de noodige veranderingen in onze handels
politiek een debat te voeren. Maar we
kunnen moeielijk een ernstige discussie
aangaan met dezulke, die alle wijzigingen
van zoodanigen aard reeds te voren ver
werpen met de bewering, dat ze tegen het
beginsel van den vrijen handel indruischen,
presies alsof dit stelsel niet de geringste
wijziging van gedragslijn zou toelaten. In
werkelijkheid is de vrije handel slechts
voor die landen goed, waar hij gunstige
resultaten ten gevolge heeft.
Een ander orgaan schreef »Men heeft
in het kamp der vrijhandelaars beweerd, dat
de internationale doorvoering van het rijv-
handelsstelsel,een tijdperk van economischen
vrede tusschen de natiën inluiden zou doch
waar men zijn denkbeelden geheel verwezenlij
ken kon, heeft juist 't tegendeel plaats gehad.
Ofschoon wij onze havens voor een ieder
hebben openstaan, zijn wij onder alle han
delsvolken het bitterst gehaat.*
Het streven is er in Engeland, om alle
koloniën zeer nauw met het Moederland
te verbinden, dan is Engeland onafhanke
lijk van Europa, want die koloniën produ-
ceeren, wat het veel noodig heeften is
eenmaal één groote tolunie opgericht tus
schen al de koloniën en haar Moederland,
dan gaat Engeland de deuren sluiten voor
Europa, en de invoeren van 't buitenland
zullen gaan verminderen.
De eerste minister van Zuid-Australië
sprak het uit: Ook bij ons wil men den
band nauwer aanhalen. Maar dan moet het
Moederland de invoerrechten op onze pro
ducten verlagen. Australische wijnen en
spiritualia zijn evengoed als die van an
dere landende productie zou aanmerke
lijk stijgen, als het invoerrecht op deze
artikelen verviel, en als wederdienst zou
Australië afzonderlijke rechten heffen op
niet-Britsche producten. Australië zou En
geland beschermenzijn waren aan lage
rechten onderwerpen, en waren van andere
landen hooger belastenmaar dan moest
ook Engeland vour Australischen wijn en
spiritualiën lagere rechten heffen. Al deze
uitspraken en handelingen wijzen er op dat
het Engelands naaste doel, is om verlost
te worden van Europeeschen ot liever van
buitenlandschen invoer, en wij gelooven,
dat de tijd komen zal, dat de invoer van
Europa naar Engeland zeer zal gaan ver
minderen; dan zal «èn machtig rijk met
zijne koloniën »één en onverdeeld* staan te
genover landen, die elkander nu door allerlei
tarieven het handelsleven reeds moeilijk ma
ken. En een Duisch blad deed reeds de
vraag, of Engelands overgang tot het pro
tectionisme den doodsteek geven zou aan
de Duitsche handelsontwikkeling. Althans
wat de suiker betrof, waarvan Engeland
èèn der grootste afnemers is. Doch genoeg.
De volgende week zien we eens naar En
gelands landbouw en de wensch om pro
tectie.
Minister Kuiper en een stukje
historie
Dr. Abraham Kuiper werd den 29
Oct. 1837 te Maassluis geboren, waar
zijn vader predikant was. Zijn ouders
waren Jan Hendrik Kuiper'en Henriette
Huber, eene afstammeling van een
Zwitsersch geslacht. In 1849 werd vader
naar Middelburg beroepen, waar de zoon
de lagere school bezocht. Ben
zijner medeleerlingen was de latere Mi
nister Tak van Poortvliet, minister van
Binnenlandsche zaken van 21 Aug. '91
tot 9 Mei '94. Van '49 tot '55 was Kui
per te Leiden op het gymnasium tot
hij den 16 Juli '55 als student in de
letteren en de godgeleerdheid aan de
hoogeschool aldaar werd ingeschre
ven. Den 20 Sept. '62 promoveerde hij
tot doctor in de theologie. Bijn a een jaar
later werd hij beroepen te Beesden
deed zijn intree op 7 Augs. '63. Hoewel
nog modern, was hij door zijne studiën
over Calvijn met de gereformeerde be
ginselen bekend geworden. De gesprek
ken, die hij in dat dorpje met vrome
Christenen voerde, waren hem ten zegen.
„Hun taaie volharding, zoo schreef hij
later in een zijner werken, is mij de
zegen voor mijn hart, het opgaan van
de morgenster mijns levens geworden.
Ik was wel gegrepen, maar had het
woord der verzoening nog niet gevonden.
Dat hebben zjj mij gebracht met hun
gebrekkige taal in den absoluten vorm,
waarin mijn ziel alleen rust kan vinden."
Uit Beesd ging hij r,aar Utrecht deed
zijn intree op 10 Nov.'67 met de rede:
„De menschwording Gods is het levens
beginsel der kerk."
Daar kwam hij ook in aanraking met
Groen van Pristerer, toen de leider der
Antirevolutionaie partij. Den 31 Juli '70
nam Dr. Kuiper afscheid van zijne ge
meente te Utrecht met eene rede over
„Conservatisme en orthodoxie"; en deed
zijne intree te Amsterdam met een rede
over: ,,de Kerk als organisme en insti
tuut."
Den 1 April '72 werd hij redacteur
van „De Standaard", vierde 1 April'97
het 25-jarig jublilee van dat redacteur
schap en is thans nog de hoofdredacteur.
Den 20 Oct. 80 werd de vrije Univer
siteit gesticht. Werd hij in 1874 lid
der Tweede Kamer voor't district Gouda
de laatste jaren was hij het voor Sliedrecht
en heeft zijn arbeid nu zien bekronen
met "t Ministerschap. Wij besluiten dit
stukje levensgeschiedenis met wat de
N.R.Ot. schreef bij gelegenheid van dat
zilveren feest„Dr. Kuiper moge al of
niet een voortreffelijk theoloog, een emi
nent geleerde, en in de staatkunde, naar
Groen van Prinsterer reeds in '74 erken
de, een geniaal leider zijn, nu gedenkt
men de enorme beteekenis van dezen
nooit moegeschrevene als schrijver van
een geheel nieuwen, geheel eigen, steeds
even Itisschen en forschen stijl." Maar
voegen bij dat woord ook het treffend
schrijven van den zoon van wijlen Mi
nister Keuchenius
„Wij gelooven niet, dat 't mogelijk zou
zijn één Nederlander aan te wijzen van
zooveel gezag, van zooveel invloed en
tegelijk van duizenden zoo geliefd als
Dr. Kuiper. Hjj dankt dit roemvolle en
benijdenswaardige standpunt aan het
feit, dat hij de schitterende geestesgaven
hem van God geschonken, heeft weten
dienstbaar te maken aan de verlevendi
ging van denNederlandschen volksgeest,
aan de behartiging der teederste en
dierbaarste volksbelangen, aan de ver
heerlijking vooral van Hem, Dien nog
een zeer groot gedeelte van het Neder-
landsche volk eert en aanbidt als dm
Verlosser van zondaren, als den Koning
der Koningen, zonder wien het niets
kan en ook niets vermag."
Zegene de Heere dit Ministerie mot
zijnen onmisbaren zegen
Treurige cijfers.
Bij de jongste tienjaarlijksche volks-
telling is gebleken, dat tot geen kerkelijke
gezindte behoorden
Mannen.
Vrouwen.
Noord-Brabant
506
335
Gelderland
2788
2388
Zuid-Holland
11191
8414
Noord-Holland
24396
19305
Zeeland
1484
1098
Utrecht
1142
762
Friesland
12687
10569
Overijsel
2099
1507
Groningen
6748
5731
Drente
1075
788
Limburg
92
31
64198
50978
Samen li5176.
Uit de telling van 1899 vindt men
in de jaarcjjfers 81065, zoodat het aantal
met luim 30000 is toegenomen, of met
37 procent, terwijl de bevolking slechts
toenam met 13 procent.
Die menschen zijn niet Ned. Herv.
niet Gerefniet Eoomschniet Lu-
thersch; niet Israëlietniet Doopsgezind
niet Remonstrantsch geen Hernhutter
geen
Wat voor godsdienstige beginselen
hebben ze dan wel Met een boekske
in een hoekske Of is 't totale afkeer
van godsdienst
In Boa z, orgaan van de Vereenigiug
van Ned. Patroons, leest men;
GRONINGEN EN DE
SOCIAALDEMOCRATIE
Groningen dreigt thans het holwerk der soci
aaldemocratie te worden.
Versohiliende oorzaken zijn daarvoor aan te
geven.
Allereerst de wanverhouding tussohen de pa
troons en de arbeiders. Yooral do boeren zijn
in Groningen groote heeren, dio zioh over het
algemeen weinig om het geestelijke en stoffelijk
welzijn der arbeiders bekommeren. Is bet won
der, dat de sooiaaldemocratisohe leeringen in
de mokkende gemoederen der landarbeiders een
weltoebemdon bodem vinden?
Eene tweede oorzaak is de jarenlange heer
schappij van het modernisme. H«t modernisme-
heeft patroons en arbeiders van het Woord Gods
vervreemd. Beiden hebben dientengevolge hunne
verplichtingen tegenover elkander vergeten.
Beiden zoeken boven alles de dingen, die be
neden zijn. De boeren exploiteer«n de arbeiders
en de arbeiders leeuen gretig het oor aan de
prediking van den klassonstrijd, die hun de
verlossing belooft te brengen.
En als derde oorzaak kan nog genoemd wor
den de geringe doorwerking van het Christe
lijk beginsel, zoover dat in Groningen nog be
leden wordt. Ook de Chistenen in Groningen
hebben zioh teveel in hun kerkje opgesloten,
en het laat-m lar-waaien-stelsel tegenover het
maatschappelijke cn politieke leven toegepast.
Geen wonder derhalve, dat de sociale recep
ten der socialistische kwakzalvers thaDS in Gro
ningen gretig wordon aangenomen.
Het Socialisme wordt uit Triesla 11 d ge
bannen, het wint veld in Groningen; de
velden zijn daar wit om te oogsten, De
plaats van den arbeider te Groningen was
op 'tland, en.... in den stal of in't ach
terhuis, vaak zonder warmte en licht; de
arbeider was den Groningschen boer niet
meer waard dan zijn machine. Bij zulke
onmenschelijke toestanden wast het zaad
der ontevredenheid tot esn machtige plant
van haat en vijandschap op. En 't socia
lisme juicht
DE HEER BULTMAN OYER DE COMMIS
SIE TOT UITVOERING VAN DE WET
OP DE PAARDENFOKKERIJ.
lu ons vorig nummer roerden we reeds even
het ingezond-.u stuk des hoeren Bultman in het
„Nederlandbch Lundb. Weekblad" aan. Thans
willen we daarbij nog wat uitvoeriger stilstaan.
't I3 blijkbaar inzonderheid de benoeming van
Kapitein K. D. Punt, die den heer Buitman
't meest ontstemt tón ora aan te toor.en, dat hij
niet alleen staat in dezen, haalt hij in de eerste
plnats aun, wat omtrent de bewuste benoeming
in eenige vakbladen („Paardonwoekbladen)"
gezegd wordt-
1. „Het Paard", waaraan de heer Punt mede
werkt, debit eenvoudig diens benoeming mede.
2. „Onze Paarden" zegt er meer van. Dit
blad meent, dat menigeen teleurgesteld zal zijn,
dat als vast lid niet een fokker is benoemd.
Toch wil het de benoeming van kapt. Punt
niet critiseeren, omdat deze geen fokker is, maar
wel, omdat de heer Punt „herhaaldelijk getoond
heeft, niet goed te begrijpen, wat in het belang
is van de paardenfokkerij." Dit wordt verder
door voorbeelden aangetoond.
3. „Hippos", wat betreft Paardenfokkerij, ge
redigeerd door Kapitein Quadokker, is ook lang
niet weinig uit zijn humeur. Het blad schrijft
o.m.Ons land, dat eeuwen lang paarden fokt,
dat provinciën bezit, die ten allen tijde en ook
nu nog op de wereldmarkt een bijzondere guu-
stigen naam bezitten voor de paarden die zij
teeleu, dat tal van fokkers kan aanwijzen ver
grijsd ia het kweeken van paarden ea vol erva
ring zoowel Wat binnen- al» buitenlandsche teelt
betreft, dit land bezit geen enkel burger persoon
door den Minister bekwaam geaobt om aan het
hoofd te staan der keuringsoommissie." In dezen
trant gaat het nog twee, drie ulinea's voort en
wij zien dus, dut de heer Bultman niet de eenige
is, die de benoeming van den heer Punt afkeurt.
In 't bewuste ingezonden Buk wordt verder
de meening van den heer Bultman zelf gegeveD.
Hij begint mot te zeggen, dat bij, als een der
oudste en grootste paardenfokkers van ons land
de benoeming betreurt. Verbaasd heeft ze hem
evenwel niet, na de beaoeming vaa den tegen-
woordigen inspecteur van den Landbouw en den
inspeoteur bij de uitvoering van de boterwet.
En dan treedt de heer Bultman verder in eenige
bijzonderheid wat betreft deze benoeming. Aller
eerst blijkt uit zijn schrijven zijne persoonlijke
sympathie voor den heer Punt, maar voor doze
betrekking aoht de heer B. hem geheel onge-
sohikt.
„Voor de geldelijke belangen van de paarden
fokkers voelt hij niets."
Deze uitspraak acht de beer Bultman en stellig
meerderen met hem geweltigd, en wat kapitoin
Punt sohreef over de te Haarlemmermeer gehou
den keuring „Na deze keuiingen zoo staat
er in „Het Paard" moet een ieder op nieuw
overtuigd zijn, dat door op deze wijze vooit
te gaan en door opfokken eii invoeren van goede
hengsten in de Haarlemmermeer een groot aantal
beste tuigpaarden van hoogo waarde kan gefokt
worden, en is het te betreuren, dat oen enkele
Belgische hengst, die dit jaar voor 't oerst er
dekt er veel kan bederven, de anderhalfjarige
afstammelingen daarvan zullen wellicht vrij duur
worden verkocht, maar er zullen ook merries
voor aanstaande fokpaarden van worden aange
houden en welke waarde zullen die hebben voor
het vormen en onderhandelen van een constant
ras."
Dus, zoo zegt daarop de heer Bultman, de
bedoelde hengst kan den fokker winst geven.
En tooh zou hij door den heer Punt ongesehikt
geacht worden, omdat hij niet voldoet aau de
eischen, die hij (de kapt.) als liefhebber stelt.
Het is zeer te betreuren, dat de boer, die voor
zich en zijn gezin brood moet vinden uit de
uitkomsten van zijn vak, aihaukelijk is van de
opinie van maanen, die buiten 't vak staan en
liefhebberen.
„Wordt bet toch eindelijk niet eens tijd, dat
de landbouwers dat stille mopperen staken en
zioh vereenigen, om hunuo rechten krachtig te
heroveren
Gaarne helpen we den heer B. hopen, dat
door zijn geschrijf velen wakkei' geschud zullen
worden. De „stille" mopperaars zijn al op den
goeden weg, maar daa>- zijn er vog zoovolon,
die nog niet eens merken, wat er te doen is.
Dat ook hun de oogen geopend mogen worden
M..
Vragen en Antwoorden worden kos
teloos geplaatst.
Antwoorden of medodieingen
zijn met hetzelfde nummer gemerkt als
de vragen, waarop ze betrekking hebben'
Vragen.
131. Waarom bijt een kat wel spits
muizen dood, maar eet ze niet
V.
132. Bedraagt het verschil tusschen een
Voornsch en een Zeeuwsch gemet veel P
Geen landbouwer.
133. Kunnen kamerplanten sterven, wan
neer men petroleumlampen door gaslam-
den vervaut. X.
134. Zou liet vruchtpluis van populie-
lieren geen waarde bezitten, 't Lijkt zeer
veel op kapok. D. te O.
135. Hoe maakt men de zoogenaamde
ansichtkaarten Een lezer.
Antwoorden en Mededeelingen
128. Onlangs zag ik het volgende mid
del tegen broedsohe kippen toegepast en
wel in een hoenderpark. A He kippen
welke de kwail vertosndeu bracht men
in een ruim hok met harden vloer. Voorts
behandelde men ze, alsof er niets aan de
hand was. Men voerde goed en geregeld
en zorg voor versch drinkwater. Binnen
acht dagen was de neiging tot broeden
over, vertelde mij de oppasser. M.
129. Zemelen bevatten een grootere
voedingswaarde dan menigeen denkt. Zoo
als hekend is, vormen ze de buitenste
laag van de korrels. Ze zijn rijk aan
eiwit. Ik zelf gebruik ze ook met succes.
Een kippenhouder.
130. Dat gelooven we. Cineraria's zijn
tweejarige planten.
Na den bloei sterven ze af. Koop in
vervolg zulke planten als ze nog zeer
jong zijn, dan hebt gij er langer ple
zier van. Ook kunt gij er zaad van uit
zaaien en de planten van meet af zelfs
kweeken. Men zaait gewoonlijk Juli. Nu
zou 't ook nog gaan.
Een bloemenvriend.
Heciames
JBededeelingen enz.
20 Cent per regel.
liet is voor het onderhoud der gezond
heid van het grootste gewicht, de storin
gen, hoe gering zij ook mogen zijn die
zich in het Organisme voo doen, de groot
ste aandacht te schenken. Vroeger waart
gij krachtig, levenslustig, en thans na de
geringste inspanning zijt gij vermoeid. Bij
't trappenklimmeu moet gij dikwijls ophou
den verblindingen doen zich in gezicht
voor en valt gij eindelijk in een toestand
van zwakte, dat alle arbeid u hindert,
met een woord gij zijt bloedarmoedig.
Mej. terWOLDE volgens portret.
Deze verschillende verschijnselen doen
zich niet te gelijk voor, maar langzamer
hand en op eens zijt gij niet mfer in
staat aan het kwaad weerstand te bieden.
Zulks was ook het geval met juffrouw
ter Wolde le spoorbrug te Enschede, ook
zij was langen tijd lijdende aan rug-
gepijn, duizeligheid, gebrek aan eetlust,
euz., kortom alle ongeriefelijkheden die
uit de bloedarmoede voorspruiten en thans
11a gebruik van slechts eenige doozen
is zij nog nooit zoo gezond geweest.
Maakt mijn attest bekend 111 de hoop dat
zulks ook de gewenschte uilwerking voor
anderen mag hebben. De Pink-Pillen zijn
de onovertreffelijke spierversterker zij her
geven kracht aan de zwakken en zijn voor
de delicaatste personen onschadelijk. Zeer
werkdadig tegen bloedarmoede, rheumatiek
zenuwpijn. Zij geven schoone kleuren aan
de bleeke gelaatskleuren handelen in alle
tijdperken der verzwakking bij de vrouw
en veroorzaken bij den man eene werk-
dadige werking tegen al de ziekten ver
oorzaakt door lichamelijke en geestelijke
overspanning en door buitensporigheden.
Prijs f 1,75 de doos f 9 per 6 doozen-
Verkrijbaar bij Snabilié Steiger, 27.
Rotterdam, hoofd-depothouder voor Ne
derland en Apotheken. Franco toezending
tegen postwissel.
Ook echt verkrijgbaar voor Sommelsdijk
en omstreken bij de firma DIJKEMA
DOORNBOS, te Somrre'sa k.
MOEDIG STAND HOUDEN.
In het onderhoud, dat een medewerker
van de Parijsche „Figaro" met president
Kruger heeft gehad, kwam weer duidelijk
aan den dag. hoeveel vertrouwen ook den
ouden president bezielt ten aanzien van
het ^uiteindelijke» resultaat van den oorlog.
De strijd is nu niet meer beperkt tot de
beide republieken, maar strekt zich aver
heel Zuid-Afrika uit.
Luister wel, zoo sprak >Oom Paul'' tot
den Franschman Wanneer iedere duim
gronds van de republieken zou zijn in het
bezit van de Engelschen, wanneer de heer
Chamberlain genoeg soldaten zond om de
republieken te bedekken, z u de oorlog
nog even hardnekkig in de Engelsche kolo
nies van Zuid Afrika worden voortgezet
Overal waar een man van ons ras is, staat
een burger gereed de wapens op te nemen
voor de verdediging van de vrijheid.
Het ophangen van de Afr kaanders heeft
slechts ten gevolge, dat er nog veel meer
in opstand komen. Voor onze zaak kan
men niets beters doen. Uit het bloed der
martelaren worden de wrekers geboren
Heerlijke woorden van krachtig geloofs
vertrouwen waren het die de President sprak
Het is niet onze wensch, dat de oorlog
voortduurt. Wij verd digen onze onafhan
kelijkheid. Zoodra die ons wordt gewaar
borgd, zullen wij de wapenen neerleggen,
maar niet vóór dien tijd. Wanneer de vaders
gestorven zullen zijn, zullen de zonen voort
gaan met te strijden voor de onafhanke
lijkheid, en na hen hun kleinzonen. Wanteen
ras kan men niet uitroeien, en een krachtig
ras zal de vrijheid nimmer prijsgeven. De
Engelschen smachten naar vrede, zoo goed
als wij. Zij zullen hem sluiten, wanneer zij
het wenschenmaar zij weten op welke
voorwaarden dat zal moeten zijn. Ik behoef
hun dat niet meer te herhalen, ons besluit
is onwrikbaar. Ik hoop, dat zij het moede
zullen worden, zich te ruineeren, om ons te
verdrukken. Maar w ij zullen het nooit moede
worden, ons te verzetten tegen hun dwang
juk. Zij vechten om te veroveren, wij voor
de vrijheid. God is met onsHij zal ons
niet verlaten. Meer dan ooit heb ik ver
trouwen in den goeden afloop
Zulke woorden doen weldadig aan, nu
Engeland zich' blijkbaar gereed gemaakt
voor een nieuwen coup tegen de Boeren,
een stadium van nieuwe gruwelen opent
een waar schrikbewind begint, om het
kort te zeggen. Op alle manieren heeft
Albion het al geprobeerd om de Boeren
klein te krijgen, maar zonder resultaat.
Thans zullen de zoogenaamde rebellen in
de Kolonie als roovers worden behandeld,
als vogelvrij-verklaarden, die op staanden
voet mogen opgehangen of neergeschoten
worden. Het Schrikbewind is aangekondigd
en zal zijn bloedig werk straks beginnen.
Doch het getuigenis van Kruger bevestigt
wat we uit anderer mond reeds voorlang
hoorden: op die manier komt Engeland er
zeker nooit. De Jingo's kennen de natuur
der Kaapkolonische Boeren niet, als ze
meenen door daden van terrorisme hen te
kunnen overheerschen. Slachtersnek bewees
het m vroeger tijden wel anders.
Men kent Chamberlain's jongste harts
tochtelijke rede in het Lagerhuis. Natuur
lijk vloeit de Jingo-pers over van lof voor
deze speech. En vooral de aangekondigde
maatregelen van weerwraak tegen de Boeren
doen haar weldadig aan.
Er zal nu gebeuren wat de Iersche leider
Redmond Vrijdagavond bij het ffebat zoo
treffend deed uitkomen. Chamberlain's rede,
zeide hij, maakte één ding duidelijk, nl.
dat de Britsche regeering den verdelgings
oorlog in Zuid-Afrika verlangde. En Red
mond verwachtte, dat de Boeren maar een
antwoord zouden geven, nl. doorvechten,
tot zij zich vrijgevochten hebben van Enge
land. Zoo zal dan in Zuid-Afrika een
bloedbad aangericht worden. Maar hij,
Redmond, kon niet anders dan Gods zegen
afsmeeken voor de zegepraal der Boeren.
(Luide bijval op de Iersche banken)
De Morning Post verneemt uit
Brussel, dat president Steyn er na veel
wederwaardigheden in geslaagd is, het kamp
van De Wet te bereiken.
BRITSCHE VERLIEZEN.
De Engelsche verliezen over de maand
Juli bedroegen volgens officieele opgaven
Gesneuveld 11 officieren en 124 man
schappen, overleden aan wonden of ziekte
1 officier en 229 man, gewond 31 officie
ren en 439 man teruggezonden als inva
liden of 11a verstreken diensttijd: 378 of
ficieren en 5962 man.
Vermindering van liet leg'r gedurende
Juli 1901 42 L officieren en 67 54, man te
vamen 7175 man.
De lijst bevat gem opgave voor de ru
brieken gevangen genomen, vermist, ziek
en gedesei teerd.
DE DERDE?
Het Engelsche blad de Standard* ver
neemt van zijn correspondent te Kaapstad,
dat lord Kitchener, tegen het einde van
Augustus naar Engeland zal terugkeeren
en als opperbevelhebber in Zuid-Afrika
zal worden opgevolgd door Sir Bindon
Blood. Eerst kreeg Buller er genoeg van
toen Roberts en nu Kitchener.
van
Een KAROS op vasten as. zoo goed als
nieuw. Een HiTTENKAR met dubbele
veeren om: zware vrachten te rijden. Een
HONDENKAR op veeren, enz. enz.
UEd. dw. dnr.,
Oude Tonge. L de WINTER.
Agentschap le Ned. Transport Verz.-
Maafschappij Rotterdam.
evert met toenemend 3ucces£e «ttort
voor Dammen.
Concureerende Prijzen.
van HENNESSE,
Het beste in de stad voor Logies.
Voor Dineren speciaal ingericht. Huid
uit door lage prijzenvlngge, nette
en zindelijke bediening.
Let vooral op Hoogstraat 126.
f