Orgaan A n tirevola iionair voor lie ^uiflliollainl*c*Iic en Zeenwsciie Eilanden, •paarbank de MIJPER, i 1 I Vrijdag 8 Maart 1901 Zestiende Jaarg. No. 803. iï I ij ing IN HOC SIGN O VINCES t. boekhoven. wïm; dirksland. - krachten neveld, Het beste middel tegen en VEIDÈ, 1 CD OM I CD Hz i< lx Uit het noorden des lands. ran het Departement idelhamis enScmmelsdijk, der Maatschappij lol 'mt earn 'i Algemeen. J. G, de ZEEUW, KEN EN DUFFEL, i 64 Putten'" es dtaipplh in het vervolg van dit artikel wijst de redactie er op, dat er te Leeuwar den gezinnen zijn waar man, vrouw en zes kinderen in een krot moeten wonen en slechts 90 cent per week te verteren hebben, enspreekt er daarom hare tevredenheid over uih dat de Antirevolutionaire partij de sociale quaestie weer op den voor grond stelde. Dat eene dergelijke taal eene andere antirev. redactie zooals die van „de Nederlander" doet huiveren behoeft nauwelijks gezegd. Het is dan ook krasse taal, en men zou in Friesland moeteh wonen om helder in te zien hoe men dddr tot het aanslaan van zulk een schellen toon komen kan. Als de gewone, zachtere taal de lieden totaal koud en ongevoelig laat, dan moet er wel eens wat luider ge roepen worden. Dit moge onaange naam zijn Voor de beter gezinden, ook onder de liberalen, toch kan het onver mijdelijk wezen ter afwending van erger gevolgen. Men behoeft daarin nog riet, zooals.^de Nederlander" een „verguizing" van anders gezinden of het prediken ^an den klassenstrijd te zien. De strekking van die forsche taal kan alleen zijn het kiezen van volksvertegenwoordigers, die waarlijk met het volk medeleven, zijne behoef ten kennen en er moedig voor in de bres springen. Dat hier overigens grenzen in het oog te houden zijn, en zoowel de be rusting in het aardsche lijden als het aanwenden van alle geoorloofde middelen tegen dat lijden noo- dig is, getuigt het geweten van alle antirevolutionairen. Hierin zijn zij juist van de socialisten onderscheiden. Zij willen Gode zwijgen en zich onder Zijne hand vernederen, maar blijven niettemin roepen tegen de zonde hun ner verdrukkers. Slecht voor allen Aan schoone klinkende leuzen ont breekt het gemeenl jk niet bij nieuw optredende partijen. „Liberaal" noemen zich steeds vele libera listen, die feitelijk slechts eene extra-„vrijheid", eene oppermachtige overheersching voor hunne eigene partijgenooten zochten. „Recht voor allen" beloven thans weer velen, die bevoorrechting beoo gen van eene klasse. Altemaal eenzijdigheden, schrome lijke overdrijving. Wie waarlijk vrijzinnig is, gunt de medeburgers van allerlei geloofsrich ting gelijkelijk plaats, en gelegenheid tot verdere practische oefening in allerlei Staatsbetrekkingen. En wie waarlijk recht voor allen wil, ijvert zoowel voor het gezag van ouders en overheden als voor het beschermen van kinderen en onderda nen hij vraagt recht voor den arbei der maar niet minder recht voor den patroon recht voor het volk, maar ook recht voor de Koningin, recht bovenal voor den Koning der Konin gen om naar Zijne ordinantiën gediend te worden. Voor dat icare recht voor allen, stre den onze voorvaderen tachtig jaren tegen Rome en Spanje. En daarvoor strijden nog allen die verstaan wat het zegt antirevolutionair te zijn. Antirevolutionair, dat is niet afkee- rig van wilde opstootjes, maar gehaat tegen het omkeeren van de in Gods Woord gegronde zeden, tegen het ver warren en verwilderen van de gedach ten der menschen, tegen het wegkna- gen van de eenvoudigheid des levens, waarvoor God zelf de voorwaarden heeft bepaald. In Gods Woord wordt niet ééne party of één stand verheerlijkt, maar wordt het bestaan en het recht van alle standen verdedigd en hunne verhouding geregeld. Wie zich daarbij houden, al scher men zij niet met schelle leuzen, zijn de banierdragers voor recht en vrijheid. Naarmate de maatschappij uit haar houdbare voegen ligt, trekken zij a.au den arbeid om de orde te herstellen. Dat is geheel iets anders dan on- derstbovenkeering dier tbans bestaan de toestanden en vervorming naar het partij-ideaal zooals de( sociaal-demo craten in het schild voeren. jPnze consulaire diemt. Naar aanleiding van de motie van Raalte verklaart de Nederlander /ach tegen de stelselmatige verdeeling van het wereldrond tusschen de con suls, zooals sommigen raden. Verbe tering van den consulairen dienst acht de redactie zeer mogelijk de Kamer behoeft dat niet eens uit te spreken, maar men wil den staat in dienst stellen van de handelaars, zoo dat hij hen helpt aan afnemers hun ner waren en aan het op getouw zetten van nieuwe zaken. Dit nu acht de redactie niet de taak der overheid te zijn. De handelaar moet zijn weg zoeken, zelf de moeite doen om groote winsten te maken, zelf den tegenslag lijden. De „inlichtings dienst" kome ten zijnen laste. Het land kan de geldelijke voordeelen der te geven inlichtingen niet bekos tigen, wijl het hier in de eerste plaats particuliere voordeelen betreft. Ook is het niet bevorderlijk aan de oefe ning der eigen energie, wanneer de staat het den koopman zoo gemakke lijk maakt. Tegen dit betoog is, meeuen wij, niet veel in te brengen, dat hout snijdt. Bij de herziening der wette lijke bepalingen zal scherp onderschei den moeten worden tusschen het alge meen en het bijzonder belang. Daartoe is veel oeconomische kennis noodig. Ook is hierbij te rekenen met de ver houdingen in het buitenland. Stellig ligt het op den weg der regeering om de hoofdtakken van bedrijf onder ons volk doorwettelijkcn steun mogelijk te maken, maar er dient ook gemaakt dat niet onder den naam van bevordering van alge- meenen handelsbloei feitelijk slechts enkele groote heeren bovenmate wor den geprotegeerd. a 3 mm do maag, door bet de spijzen of door !i, Maagkramp, lala gehaaldfcebben, ke werkingen reeds n. rachtig Levoudene erteerings-organeD wijn geneest storin- kte veroorzakende bloed, rwalen meest reeds! ie te doen. Syrnp- d met braken, die s na eenige malen als benauwdheid, losheid, aambeion f heft verstopping Igang onbruikbare odvorming en een laaide hoofdpijnen IDENWIJN wek lust, bevordert de brengt do geprik- ZEM DIT en 2,in Som- Ie Apotheken van Schiedam, Delfts- e Provincie Zuid- Sommelsdijk 3 en van Nederland. foffldenwijg I Malagawijn 4s0,0 150,0, Kersensap d, gentiaanwortel. «looi' s iii eal, en v.in I 8 vasl zit- r. pen en e e n tl e n de jia r t leggen m Juli Wiekel te iidam), is we el ve t ge halte vuor verdringt daardoor plok voeder s. Het waardoor omzet reeds tot ui p e r k i p. er van de Wol Kil Ilcere ap Poortvliet II. vati iteloord 11. F, .Mcorman :t het Chemisch La hom- -I lioos en Ilanneiib en ïtróle-garantiezegel dezer ring re oh 1st r eek sen 5vraagd. )OORNBOS Som- ik mij genoodzaakt p prijs gesteld wordt weg voortg». at zien. 7.75. RATINE EN TEMDE vanaf f 3.50 n bezichtigen. cldelhamis. sTZ. [VTG op Deze Courant verschijnt eiken Try dag. Abonnementsprijs per drie maanden franco per post 50 Cent. Amerika bij vooruitbetaling f 3,50 per jaar. Afzonderlijke nummers 5 Cent. UITGEVER: Adyertentiën 10 cent per regel en 3/2 maal. Reclames 20 per regel. Boekaankondiging 5 Cent per regel en i/3 Dienstaanyragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing. Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij besla", Adyertentiën worden ingewacht tot Donderdagmorgen 10 uur. Alle stukken vo«sr «Ie Bte«factie bestemd, Advertentien en ventere Administratie franco toe te Keaideni aasi «len Uitgever- Bij di nummer behoort een BlJWOKOSfil/ Hoe het er spant op maatschap pelijk en politiek gebied in Friesland, kan men bespeuren uit de volgende regelen van de Prov. Friesche Cou- rantj_ _ol va,ua01Ij maa toet en wij, om de billijke pri,zen, de soliede bediening en wijl men bo ten nog 5°/0 korting a contant- nt, het onderstaande adres met ver ben aanbevelen. Ieder die dus iets g heeft in €*ou«len, Zilveren, mantwerken ofHorlogeJ* wij ernstig aanvoorziet U daarvan liers, Binnenrotte 174 Rotterdam voor het repareeren van alle kuats- werpen en Horloges kan men nergens r terecht. f' I >e bank neemt gelden op tegen 3 °/0 e 's jaars. elegenheid tot inbreng en terugbeta- van gelden op Maandag, Dinsdag, liklag en Donderdag van 912, be- s Maandagavond van 67 uur, ten re van den Thesaurier-Boekhouder C. K.OIFF A.Cz. te Middelharnis. 'ltt\ niEUW-Het,voet. tvangen een praclldge t Winterseizoen I904P I90E -ens voorradig coneurreerende prijzen, (kleurvast) Zich minzaam aanbevelend. STALHOUDER Agent der Stoombooten. e eer het geachte publiek te be- dat hij zijn kantoor voor het ten, verzenden en aihalen van eren verplaatst heeft naar de ndijk 21 HELLEYOETSLUIS, vestigd hij de aandacht op ver- 3n per van Gend Loos waar- acouranten en verdere inlichtin- hem te bekomen zijn. si.iif.iii IAPOIV V Tsiln- en JLan«il>otiw DE VERZAMELING DER VEREENIGING „LanilfeoHwojiderMijs" TE MIDDELHARNIS. XIII. DE OPGEZETTE ZOOGDIEREN. Bovenaan op het lijstje dat we hiervan maak ten komt do naam voor van het Eekhoorntje. En hoewel dit diertje op Overüakkee en Goe dereede zelden of nooit in het wild is aange troffen, „meenen we er tooh iets meer dan den naam van te moeten vermelden. Vooreerst is het een intressant beesje dat we het zondor „boe of ba" zouden voorbjjloopen en in de tweede plaats behoort het tot eene groep van zoogdie ren waarmede de landbouwer niet zelden reke ning heeft te houden. We bedoelen nameljjk de orde der knaagdieren. Hoeveel de onderschei dene leden dezer groep ook mogen verschillen hetzjj in liohaamsgroote of in kleur in een op zicht komen ze althans met eikaar overeen en wel in een eigenaardige samenstelling van hun gebit. Alle knaagdieren toch bezitten voor in den bek vier vrjj groote snjj tanden, twee onder en twee boven. En deze zijn hot, waarmede zij den boer zooveel nadeel kunnen toebrengen. Want ze knagen en knabbolen er mee aan alles en nog wat, doch meestal inzonderheid aan plan tenbeden en zaden, van welke laatste sommi ge hunner buitengewoon groote hoeveelheden kunnen verorberen of in hunne nesten verzame len. Ziedaar do ledoa lezer, waarom we boven zeiden, dat de landbouwer heel vaak rekening heeft te houden met de knaagdieren. Maar laten we terugkeeren tot hot Eekhoorn tje in „de Zaal". Als we ons niet vergi-sen is het afkomstig uit Ooltgensplaat. Of het daar gesobo- ten is, dun wel of een ingezetene het een tjjdlang ia een kooi hield en 'tluter aan de Vereeniging afstond, we weten dit niet met zekerheid te zoggen. Wat we wel weten is dit dat in 't na burige Noord-Brabant het eekhoorntje menigvul dig in 't wild wordt aangetroffen. Ook in Gel derland vind men dit diertje. Dooh evenmin als in eerstgenoemde provincie treft men het ook hier (in Gelderland) overal aan. Alleen in de bos- schen houdt hij zich op en dan nog alleen in die bossohea waar het zjjn lievelingskostden- nezaden en beukenootjesvindt. Behalve deze eet het eekhoorntje ook graag hazenoten en eikels, welke vruchten het veelal in genoemde streken ook wel aant eft. Maar zjjn zjj niet te vinden, dan doet het diertjo zijn maal met iets anders. Vooral in 't voorjaar is het eekhoorntje hiertoe heel dikwjjls genoodzaakt. Jonge knop pen of de sohors van groene takjes vormen dan vaak zjjn hoofdvoedsel. En wat later in den tjjd haalt hjj menig vogelnest uit om de eieren te kunnen uitzuigen of zelfs de jongen te eten. Nooit zitten de nesten het diertje te hoog want in 't !:limmen vindt het eekhoorntje zjjn wedegade haast niet. Met buitengewone behendigheid loopt het tegen de meest steile en gladde stammen op. Een vlug dat het dit kan Waarljjk dit grenst aan 't ongoloofljjke. We zagen eens een eek hoorntje op den grond ongeveer 20 M. van ons verwijderd. Om te zien, hoe snel 't wel in den boom aan welks voet hjj zat, zou kun nen omhoog komen liepen we plotseling op 't beesje toe. Op het zelfde öogenblik was 't dier voor ons oog verdwenen. En toen we den bewusten boom bereikt hadden, zagen we het zoker wel 15 M. hoog uit den top er van op dien van een anderen woudre us over wippen. Het is licht te begrijpen,! dat men een diertje, hetwelk zioh in en door 't geboomte zoo gemakkeljjk beweegt niet gauw levend in handen zal krjjgen. Vooral met oude dieren ge beurt dit haast nooit. Jongere exemplaren wor den bljjkbaer nog al eens versohalkt. Dan houdt men ze in kooien. En hoewel ze hier moeten leven in een vrjj wat beperktere ruimte dan hun ne natuur dat vraagt, spreiden de lieve dier tjes toch ook hier niet zeidon een ongewone levendigheid ten toon. Uit een praktisch oogpunt beschouwd moet men het eekhoorntje tot de schadeljjke dieren rekenen. Tooh komt het ons voor, dat de schade die het dier veroorzaakt, gemakkeljjk overschat kan worden. ImmerB, het eten van dennezaden beukenoten, eikels en andere in 't wild groeien de zaden kan weinig kwaad. Er zjjn er daarvan tooh zooveel. Maar 'teten van jonge knoppen is erger. Dit kan vooral in pas aangelegde bos- sehen zelfs gevaarljjk worden voor 'tbljjven leven van menig jong boomtje. Met het oog daarop zou men, ten minste als de eekhoorntjes wat veelvuldig voorkomen, geneigd zijn, tot eene vervolging der lieve boschbewoners over te gaan. Doch gewoonlijk zorgt de natuur er zelve wel voor, dat het aantal eekhoorns niet zoo heel groot is. In koude winters zooals deze, komen er niet zelden heel wat van gebrek om. Bovendien wor den er telken jare verscheidene gedood door hun meest geduchten vijand den l oommarter. Missohien komen we later nog eens met een enkel woord op dit roofdier terug. Yoorloopig wenschen we alleen te spreken over de knaag dieren. Intussohen voelen we ons verplioht, den lezer er vergeving voor te vragen, dat we hem zoolang bezig hielden met het eekhoorntje, een diertje, dat, zooals we boven reeds opmerkten in onze omgeving zoo zeldzaam wordt aange troffen. De aanwezigheid van het beest in „de Verzameling" was de aanleiding er toe natuur- ljjk. Schoon is het opgezette exemplaar echter in 't geheel niot. Of 't Is van een zeer oud bees je, óf 't is slechts geprepareerdwant het ver toond hier en daar „kale plekken". De grjjze haren heeft het vermoedelijk in „de Zaal" gekre gen, door het verdriet over het geringe bezoek. Maar nu genoeg. A. s. week over do veld muis, voorzeker op Flakkee beter bekend. M. Wolkeren «Ier Aarde. Engeland,, HET SCHRIKBEWIND DER ENGELSCHEN Blijkens de uitvoerige verslagen der laatste ziuiiig vac het Lagerhuis, heeft de minister vau oorlog Brodrick de voor naamste schuld voor alle verwoestingen en brandstichtingen in de Boeien-repu blieken gegeven aan de Kaffers, die het Engeische leger vooruit trokken. Lord Roberts had hem dat zelf verzekerd. Eu als 'de soldaten op bevel den boel in brand staken, dan was dat of om de bewo ners te bestraffen voor gepleegd verraad, of om de verbindingslijnen te besehermen. Deze oorlog en bier komeu de ge denkwaardige woorden, door den minis ter uitgesproken kon den toets met eiken anderen krijg doorstaan, wat betreft de menscbelijke wijze waarop bij gestre den wordt Hoeveel Parlementsleden zonden daar van in hun gemoed overtuigd zijn? Een negentigtal hunner gaven, door te stem men voor Dillons amendement, het bewijs dat ze voor Brodricks betoog niets voel den. Een klein getal onafbankelijken op de 670 leden die het Lagerhuis telt Dillon bad anders scherp, maar niet te kras, gesproken over de barbaarsch- heden der EngelscheD. Het schandelijke feit, dat vrouwen en kinderen van de Boeren, die zich niet wilden overgeven, op half rantsoen gesteld worden, was, zeide hij, nu door den minister van oor log bevestigd. Dat was een lage, wreedo en laffe handelwijze, Siciliaansche ot Grieksche bandieten waardig. De ver woesting van het land, om het onbewoon baar te maken voor den vijand, was een zonde tegen de oorlogsgebruiken van be schaafde natiën. Lord Roberts had de voetstappen gedrukt van generaal Weyler op Cuba, ja bij was zelfs verder gegaan Dillon besprak ook de beschuldiging, tegen Kitchener ingebracht, dat deze last gegeven had om geen kwartier te geven hij voerde eenige Engeische getuigenissen daarvoor aan, en meende dat een onder zoek in deze dringend noodig was, en ook naar de beteekenis van Kitchener's bedreiging„Indien onze toegeefljjke handelwijze niets uitwerkt, zal ik ver plicht zijn, andere middelen te gebrui ken." Het land had 't recht, te weten, wat voor middelen Kitcbener bedoelde. De aanstokers van Jameson's rooftocht, zeide Dillon ten slotte, hadden geen schan delijk middel ongebruikt gelaten om Enge land tegen de Republieken op te hitsen. Het bloed van de 30.000 Engelschen die in den oorlog omgekomen waren, was op hun hoofd, en hij was overtuigd dat Gods hand hen zou treffen. Zjj hadden over dit land den vloek van de beschaaf de wereld gebracht. Aan het slot vroeg hij, dat de regeering een poging zon doen om een einde te maken aan den oorlog, door den Boeren vredesvoorwaarden aan te biedeD, die men veronderstelt dat door mannen van eer en erkende dapperheid kunnen worden aanvaard. Edochde minister had niets toe te voegen aan de vroeger afgelegde verklaringen. „Men wist, welke inzich ten de regeering huldigde," i 'vv vl tlM "•••••- V..." -•

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1901 | | pagina 1