Vrijdag 14 December 1900. No. 791, Tweede Blad. Uit de Hamer. Uit «8 e fers. Sle Oorlog. €*esiie3i£'rf Hieuws. I9laaC§eSijk Sieaws, INHOC SIGNO WSES Bij de vaststelling der staatsbegrooting voor het dienstjaar 1901, werd er bij de beraadslaging over de artikelen van hoofd stuk IV, dat betrekking heeft op de Jus titie, een debat gevoerd over een onder werp, dat onder ons antirevol. veel be- langsteling wekt met't oog op de roeping der Overheid in eeae Christelijke natie, nl. den Neo-Malthusiaanschen bond. Voor den minkundigen lezer willen we een en ander hieromtrent eerst wat toelichten. Thomas Robert Malthus gal in 1798 een werk uit over den aanwas van bevolking, die volgens Malthus de strekking had om 'tloon todoen da'en. Zijn werk was een wetenschappelijk werk, waarin hij tot de conclusie kwam, dat de bevolking veel meer toenam dan de voedselvoorraad dat 'de tuoudvoorraad allengs te gering moest worden; en dat dit gebrek in het ncodige voedsel zich wreken moest in een hongersnood voor de kleinen en ellen- digen. Tegen dat gevreesde bezwaar nu zag hij geen heil dan in beperking van de toeneming der bevolking, en Malthus raadde ook aan niet huwen voor men een bestaansmiddel had, en bij te grooten aanwas van het gezrn, scheiding van tafel en bed voor de helft. Of de vrees van Malthus gegrond was, wordt niet door iedereen volmondig toegestemd. Wie eens even denkt over de vruchtbare streken in Europa, en Amerika, Afrika, Azie en Australië behoeft in de eerste jaren niet bang te zijn, dat er te weinig mond voorraad wezen zal. De wereld is nog groot genoeg, maar natuurlijk, we moeten durven verhuizen. De wereld in om de aarde te bebouwen Malthus wilde zede lijke zelfbeperking. Maar heel anders kwam de zaak te staan, toen in 1877 in Engeland de Malthusiaansche Bond werd opgericht. Deze Bond liet de gedach ten van Malthus omtrent de middelen tot voorkoming varen, en dorst het aan om het aanwenden van mechanischo mid delen, van instrumenten tegen het ontstaan van zwangerschap openlijk aan te bevelen. De veelheid der handen drukt den prijs van den arbeid, en als men nu de zwan gerschap door allerlei instrument voorko men, dan zou de prijs van den arbeid verhoogd worden. Zoo kwam men onge merkt geheel op de lijn van de bedorven Fransche zeden, waar het tweekinderen- stelsel reeds voor lang inheemsch was. En men propageerde dit stelsel en ontnam de zedelijkheid kwetsende scherpte er aan door er op te wijzen dat door stijging van het loon het aantal huwelijken kon toene men,terwijl nu door de weinige verdiensten trouwen voor velen onmogelijk ismen wees er van wege den Bond op, dat er door de lage loonen vele mannen en vrou wen ongetrouwd blijven, en toch willende voldoen aan al'erlei begeerten, zich aan hoererij gaan overgeven, de prostitutie zou, dus meende de Bond, gesmoord wor den, b jrdeelen en andere openbare schand- huizen zouden gesloopt worden, publieae en clandestine hotrerij zou verdwijnen, want ieder jongeling kon zonder vrees voor honger en ellende het huwelijksboolje nstappeu. En op dit oogenblik doet de Bond dan ook al het zijne, om zijne beginselen aan den man te brengen, door de versprei ding van brochures. Deheer Brummelkamp (antir.j noemde het verspreiden van het boelijeMiddelen ter voorkoming van groote gezinnen een misbruik. En de heer Heldr, vroeger bestuurslid van den Bond, betoogde wei, dat dit boekje niet in den handel is, maar dat het alleen toegezonden wordt aan hen, die erom vragen en een postzegel insluiten voor franco toezending. De heer Brummelkamp zich nog altijd ontevreden toonende over de rechtsper soonlijkheid, die de Bond in 1897 kreeg, wilde ook, dat die rechtspersoonlijkheid ingetrokken werd, want dat zulk een onze delijkheid beoogende Bond niet waardig was door de Regeering erkend te worden, temeer niet, waar, in het boekje, geschre ven door mevrouw Ham en door haar uit gegeven, ook handelende over de midde len tot voorkoming van zwangerschap, reclame wordt gemaakt door te spreken van de Koninklijke goedkeuring. Dat was niet de schuld van den Bond, zei do heer Heldt, deze heeft dat boekje niet uitgegeven. En voortgaande beredeneerde de heer Heldt, dat er niet tweëerlei zedelijkheid was, maar velerlei. De minister Gort v. d. Liuden beantwoordde den heer Br. diegewenscht had, dat de Regeering, al is er tweeërlei begrip van zedelijkheid, verplicht was om ruiterlijk zieh op 't standpunt te plaatsen, dat er was één enkele zedelijkheid. De Min. moest den heer Br. toegeven, dat er meer dan ééne zedelijkheid is, maar de Regeering, hoewel ieder persoonlijk over tuigd moest zijn, dat zijn beginselen van zedelijkheid de eenig ware zijn, de Regee ring mocht het oog niet sluiten voor het feit, dat er in ons land verschillende groe pen zijn, die over de beginselen van zede lijkheid verschillend denken, en voorde Regeering hebben zij alle gelijke aan spraak op eerbiediging. Wel gaf hij toe dat de propaganda voor de Neo. Malth. boginselen niet zelden strijdt met de eer baarheid en de algemeen erkende bogrip- pen van zedelijkheid krenkt, maar't was zoo'n verbazend moeilijke materie, en er gebeurde op het groote gebied der porno grafie ea auder dergelijk zoden bederf zoo veel, dat het voor de Reg. hoogst moei lijk was om in dje toestanden in te grijpen, want eenerzijds moet worden gemaakt tegen aanranding van de zedon ot van de eerbaarheid, die werkelijk aller ellendigste gevolgen na zich slepen kan, maar aan den anderen kant diende geëer biedigd te worden de vrijheid van druk pers en de vrijheid om onze gevoelens te propageeren. Dat de heer Br. het met de beschouwingen van den Min. v. Justitie niet eens was, is te begrijpen, want alle regeeringsbeleid moet een vasten groudslag hebben, en niet wisselen al naar de wis selende meeoingen der menschen zijn. GEEN TIJD.... Do Duitsche Keizer ontvangt Kruger niet ziedaar de diep teleurstellende tijding, die iu 't begin dezer week ons bereikte. Z. M. heejt geen tijd. Z. M- moet op de jacM. Z. M. kan daardoor ,,tot zijn spijt" president Kruger niet ontvangen. Z, M. heeft wel wat anders te doen, dan zich met de langzame uitmoording van de Republieken bezig te houden. Z. M. moet herten schieten. En mis schien wel wilde zwijnen. Geen tijd om Kruger, den edelen chris ten te ontvangen. Wel tijd om Rhodes, den godvergeten moordenaar, vorstelijk te onthalen. Geen tijd om de Armenische gruwe len te stuiten. Wel tijd om flen groot-moordenaar te Konstautinopel te gaan bezoeken. Dat is Wilhelm de Tweede. Maar trek het u niet aan, Oom Paul. God heeft den Duitschen Keizer niet de eer waardig gekeurd, om u de hand te drukken dat is het En als Hij uw volk wil verlossen, dan heeft Hij den Duitschen keizer niet noodig. {Hollander.) Heden werd in Den Haag verwacht een adjudant van President Steyn, die reeds te Marseille is aangekomen. Hij is door Steyn naar Europa gezonden met een zeer duidelijk omschreven zending en is verge zeld van Baron Reyuach, oflicier in het leger Vrijstaatschc Boeren. Meijerbach zoo heet de adjudant deeld mede, dat hij belast is met een di plomatieke opdracht van Steyn aan Kruger. Wij willen, zoo zeide hij verder, onze on afhankelijkheid bewaren en weigert men op deze voorwaarde over den vrede te onderhandelen, dan zullen wij vechten tot den dood. Ondervraagd of Kruger weer naar Trans vaal zal terugkeeren, zeide hij, dat Kruger thans met verlof was, maar dat dit verlof voor hoogstens zes maanden was verleend. Allermerkwaardigst is wat de heer Meijerbach verder mededeelde: //Wees overtuigd, dat de Engelsche te legrammen een onjuist denkbeeld geven van den toestand, die in werkelijkheid zeer critiek is voor Engelandde aanslagen van de Engelsche soldaten op de vrouwen hebben de gemoederen zeer fjverbitterd. "De gruwelen, die men bedreven heeft, zijn niet te verdedigen. Persoonlijk heb ik aan het hoofd van mijn detachement ernstig moeten optreden tegen sommige ergerlijke daden, waarvan ik getuige was. Ik heb in Juli bij de hoeve van Gorua zonder mede- doogen Engelschen moeten bestraffen, die ouze vrouwen verkrachtten. Ondervraagd over da vredesvoorwaarden, die voor aanneming vatbaar zouden zijn, zeide Meijerbach, dat hij zeer duidelijke instructies van President Steyn medege- kregen had. Wij zijn besloten geen vrede te sluiten dan met behoud van de zelf standigheid der beide Republieken en wij zullen er voor zorgen, dat men niet zal goedvinden dat voorwaarden in de verdra gen worden opgenomen, die zich weer zouden leenen om verkracht te worden //Ik kan thans geen onthullingen van beteekenis doen, misschien wel wanneer ik President Kruger gesproken heb. „Europa is volkomen onbekend met den werkelijken toestand in Zuid-Afrika, op militair en economisch gebied. Nog nooit was onze militaire organisatie zoo goed ais thans. //Gebruik makende van de lessen, die de oorlog gegeven heeft, hebben Botha en De Wet de troepen thans voortreli'e .ijk georganiseerd en met ijzeren diuipline, ieder deserteur wordt met den dood ge straft." Daf is voorwaar een heerlijke tijding Europa is volkomen onbekend met den werkelijken toestand. Ja, dat hebben we al lang vermoed. Immers dit is voor een ieder dui delijk, dat het terrein, door de Engelschen bezet, steeds kleiner wordt. Alleen de spoorlijnen zijn in liet bezit der Engelschen maar overigens zijn ze ove.'al teruggetrok ken. Het Lijdenburgsehe moet weder geheel in bezit zijn van Botha. Om Pretoria strijd de Engelsche Gene raal Paget tegen Erasmus e.n Ben Viljoen. Johannesburg is van alle zijde met ijzer- draad omspand, bang als men is voor een aanval der Boeren. In Natal dringen de Boeren door, nemen mondkost en kieedingstukken en amunitie weg. In den Vrijstaat zijn een paar stukken van de spoorlijn opgebroken, vandaar dat Roberts ziju reis over Durban moest maken. De Wet heet in het nauw te zijn ge bracht, maar feit is, dat zijn voorposten op de grens van de Kaapkolonie staanen dat de Boeren in de Kaap al meer gaan gevoelen voor hun broedersin Vrijstaat en Transvaal; uerleden week is een congres van Kaapsche Boeren gehouden, waar 7UÜÜ j ersonen tegenwoordig waren. En op dat congres is duidelijk en klaar uitgespro ken, dat men geen vrede kan nemen met de vernietiging der beide Republieken, dat men op zou komen voor de broeders, wier vrouwen en kinderen vermoord worden. En onder dat alles kapen de Boeren iu Transvaal en Vrijstaat onophoudelijk con- vooien der Engelschen weg. En dan heette het, dat de oorlog uit is. GRUWELIJK Uit eon vertrouwbare bron verneemt Ons Land, dat het volgende heeft plants gevondon op den dag. waarop do Hooglanders te Jacobsdal wer den aangevallen, nadat de republikeinen waren teruggetrokkenDaar er geen spoor van een republikein moer te zien was, vroeg de oude heer Yan Niekork don commandant verlof om zijn zoon te zenden om een koe te gaan molken Dit word toegestaan. Doch wat gebeurde? Ter wijl de jonge Van Niekerk bezig waB te melken, kwamen eenige Britsche soldaten daar voorbij, en toen zij hem zagen riep er een uit: „Daar is nog een dboor; sohiet hem dood!. Beu schot werd gevuurd en Van Biwkerk zakte in een, doodelijk getroffen door de borst. Hij werd binnengebracht, dooh overleed den volgenden dag aan do gevolgen vau de wond. Eu zulke menschen praten nog vau verraad en moordlust der Boeren Brutaal. Te Lomtnel (N. B.) is zater dagnacht een brutale diefstal gepleegd. Eene alleenwonende weduwe, logement houdster, had des avonds aan 2 personen nuchtlogies verschaft; des nachts kwamen deze haar kamer binnen, bonden haar de hauden en voeten vast en dwongen haar daarna de plaats aan te wijzen, waar haar geld geborgen was. Nadat de vrouw daaraan had voldaan, werd alles wat van hun gading was door de dieven medege nomen. Het is nog niot gelukt de roovers op te sporen. y>Onder de pla/c." De plaat van de Bed. Speet, draagt ditmaal het opschrift: //Onder de plakB en stelt voor: keizer Wilhelm, die door zijn grootmoeder bij het oor wordt gevat. Koningin Victoria zegt: //Wat moet ik hooren, Wim! Heb jij den Boeren een telegram gezonden om ze geluk te wenschen met het bewaren hunner onafaankelijkheidP, waarop Wil helm antwoordt: »Wel neen, Oma, dat is vijf jaar geleden. ,k Heb later oom Rhodes beloofd, het nooit weer te zullen doen en ik heb nu ook Kruger heel dap per de deur gewezen," DRANKBESTRIJDING. De minister van onderwijs in Frank rijk heeft bevoleu, dat voortaan bij het lager en middelbaar onderwijs aan de drankbestrijding dezelfde plaats moet worden ingeruimd als aan het onderwijs in taal en rekening. De lessen daarover zullen vooral in meededeeling van fei ten en cijfers moeten bestaan en bij de examen8zal op de kennis daarvan bizonder gelet worden. //Het is niet voldoende" schrijft hij aan de school-autoriteiten, te klagen over een volkskwaal te zeg gen dat Frankrijk bovenaan staat in het gebruik van sterken drank en dat Amerika, Engeland, België, Nederland, Noorwegen door strenge bepalingen veel kwaad hebben beteugeld. Het is nu tijd voor krachtig handelen. Daartoe kan naar zijn overtuiging de school ontzaglijk veel bijdragen. Sommelsdiijk I z Dec. Reeds sedert lang was het een publiek geheim, dat er zich hier ter plaatse een comité had ge vormd met het doel, om te komen tot de oprichting eener vooruitstrevende kiesvereeniging. Eerst heette het te zullen worden eene kl eurlooze, later hoorde men daar zoo niet meer van. Echter trad Maandag het Comité in 't pu bliek op. Toen werd er nl. per strooibiljet geteekend door de heeren Van Bijlevelt, Van As, Van Es, Hoek en De Jong, tot de kiezers van Sommelsdijk eene oproeping gericht om „eene Vergadering in't hotel Spee" te ko men bijwonen. Gisteravond werd deze bijeenkomst gehou den. Vermoedelijk tengevolge van de lezing in de zondagsschool waren er bij de opening slechts 5 6 personen aanwezig. Later kwamen er stellig nog een 40 bij, doch deze bleken meer nieuwsgierig dan belangstellend. De heer Van Bijlevelt opende de verga ring en schetste in breede trekken het doel der op te richten Vereeniging V o o r u i t- s t re v e n d zou ze heeten en niet kleur loos Doch op 't punt van godsdienst wilde ze kleurloos blijven. Want gods dienst is eene g e v o e 1 s zaak en ver stand en gevoel zijn twee- heel ver schillende dingen. Verder zegt de heer V. B. dat de nieuwe kiesvereeniging zich wil bemoeien met ver kiezingen van Gemeenteraad, Provinciale Staten en Tweede Kamer, Omtrent de eerste zegt hij, dat het wel goed is, dat de leden van den Raad voeling blijven houden met hunne kiezers, ze zullen dan niet zoo licht vergeten over belangrijke punten te spreken Let eens op 't verslag van de laatst gehouden Raadsvergadering, vrien den daaruit blijkt, hoe één der leden, de lan taarns te vuil vond, hoe een ander dacht, dat ze te vroeg uitgingen, doch niemand sprak een woord over de allertreurigste verlichting in school, waar onze kinderen 's avonds fijne handwerken moeten doen. Zou in zulke geval len een flinke kiesvereeniging niet wat invloed ten goede kunnen uitoefenen Daarna komt de heer de Jong aan 't woord. Hij zegt, dat het doel zal zijnhet kiezen van mannen, die willen werken in onze richting. Welke die richting is We willen dit toelichten. Bij gemeente raadsverkiezingen komt ze weinig uit. Ferme mannen, die den bloei der gemeente willen helpen bevorderen, dat zijn de onze. Voor de provinciale Staten wenschen we degenen, die flink op de hoogte zijn van Landbouwaangelegenheden, polder- en wa terschapszaken, die doordrongen zijn van 't belang van goede verkeerswegen, die gene gen zijn subsidie te verleenen aan degelijke vakscholen. Bij 't verkiezen van leden voor de Tweede Kamer, zal meer het politiek karakter der Vereeniging aan den dag komen. Op haar programma heeft het comité de volgende punten geplaatst. a. Wettelijke regeling van verzekering tegen ouderdom en invaliditeit. b. Doorvoering van de ongevallenwet voor den landbouwende stand. c. Betere voorziening van 't armwezen. d. Afschaffing der loting. Invoering van algemeene dienstplicht. e. Drooglegging der Zuiderzee, wanneer de wenschelijkheid daarvan voldoende is gebleken. Wettelijke regeling van het arbeiders contract. Dit programma, zei spreker is voor uit breiding vatbaar. Doch onze candidaten moeten het onderschrijven, En dan zal het doel der kiesvereeni ging ook zijn, om gedurende de winter maanden samen te komen en in gezellige bijeenkomsten elkaar voor te lichten op tal van punten. Hierna eenige discussie. Of eigenlijk ook niet. Want niemand bestreed 't program. Toch bleken niet heel velen gezind toe te treden. Want ofschoon de contributie slechts 10 c. zou bedragen traden, zóo vernamen we later, nog maar 25 kiezers toe. [Veel zouden we over het gesprokene kunnen zeggen. Ten eersten is godsdienst een g el o ofs- z a a k en geen gevoelszaak. Ten tweede bestaat op 't punt van godsdienst geen kleurloosheid, want „wie niet voor Mij is, die is tegen Mij, en wie niet verga dert, die verstrooit." Men is óf voor óf tegen den Christus, een middelweg is er niet. En deze Kiesvereeniging belijdt dus met- tervvoord en metterdaad, dat zij wel de rede, maar niet den Christus wil huldigen op 't terrein van 't publieke leven. Trou wens daar is ze ook liberaal voor. Wie overigens dat program zoo leest, meent, dat hij de openingsrede van een Minister voor zich heeft, staande voor de volksvertegenwoordiging. Als zij voor de Prov. Staten degenen willen die flink enz. enz., dan moeten ze beslist Roodzant kiezen, en nooit een Dr. Breesnee meer of zoo iemand, want deze weet meer van pillen en poeiers dan van polders en dijken. Dan komt deze lib. kiesv. ons ook nog ten goede, niet waar! Voor de 2e Kamer komt meer 't poli tiek karakter uit; al kwam het niet, dat zou ons minder schelen, want we verliezen het in ons district toch, al helpt die lib. kiesv. niet eens mee. Bij gemeenteraadsverkiezingen komt ze weinig uit, staat er, maar als zij nu eens kon gedaan krijgen, dat de vuile lantaarns wat helder werden, dan zou er én door 't licht dat de lib. kiesv. aanstonds zal ver spreiden én door dat heldere lantaarnlicht aardig wat duisternis verdwijnen. Red.] VERGADERING van de afd. Hellevoeisluis van de Ned, Chr. Geheel-Onthouders Bond, gehouden te Sommelsdijk, op den 11 Dec. Dinsdag den 11 Dec. j.l, had te Sommels dijk eene Openbare Vergadering plaats, uit geschreven door de Afd. Hellevoetsluis van den Ned. Chr. Geheel Onthouders Bond. Op uitnoodiging van genoemde Vereeniging trad als spreeksters op, mej. Clausing nit Amster dam. Aan belangstelling ontbrak het niet, Ongeveer 5 00 menschen vulden de zaal. Ten 6 uur opende de heer Schriel de bijeenkomst, heette de talrijke aanwezigen hartelijk wel kom, doch drukte zijn spijt uit niet meer vrouwen aanwezig te zien. De strijd die wij voeren, heeft behoefte aan krachtigen steun door de vrouwen. De vrouw toch is in hoofd zaak de opvoedster van kinderen, van haar kan zooveel invloed uitgaan. Voorts bracht spreker dank aan het Bestuur der Zondagschool voor de welwil lendheid inzake het beschikbaar stell«n van dit lccaal. Spreker hoopte dat het zaad, dat dezen avond hier zou worden uitgestrooid welig zou mogen tieren, en velen zich ge drongen zouden gevoelen, mede den strijd aan te binden tegen de heerschende drink gewoonten. Hierna werd gezongen van Ps. 19 het 5 e en 6e vers. Nadat verder's Heeren zegen was afgebeden, voor het welslagen van deze bijeenkomst, werd voorgelezen van Lucas 1 o, vers 2 5 tot het einde. Nu werd het woord verleend aan Mej. Clausing. Geachte Vergadering, Wij kennen elkan der niet, Ik ken u niet eu gij kent mij niet. Ik weet niet hoe gij denkt over Christus. Christus is mijn Heiland. Hoe gij hem ook moge beschouwen, als de Zoon van God of als een Profeet dat weet ik niet maar één ding weet ik, gij denkt dan toch, Hij is groot, Hij is edel, Hij is vol liefde. Staat er niet jvan Hem geschreven, dat Hij het land doorging, goed doende overal, zonder te vragen, of het zijn vrienden waren, of dat zij tot zijn geloof behoorden. Hij vroeg alleen of er hulp noodig was. Ik wenschte hedenavond te spreken over de heerschende drinkgewoonten. Over de wereld is uitge goten een zee van ellende, overal is hulp noodig, ons aller hulp is noodig, onze liefde, onze toeweiding. Wij spreken alleen over eene liefde die zich geeft, Jezus heeft zich geheel gegeven, zelfs toen spot en hoon Hem wachtte. Wanneer we hier spreken over die liefde dan moeten wij beginnen met te vragen, waarvoor heeft God mij hier geplaatst. Het antwoord is dan, God heeft mij geplaatst om anderen te helpen. Sprekende over de drinkgewoonten, begon spreekster met te zeggenEr zijn tal van gewoonten, goede en kwade Is eene ge woonte goed, dan dienen wij die gewoonte te steunen. Laten wij onderzoeken, wat goeds de drinkgewoonte bevat, wat die ge woonte al heeft gedaan. De drinkgewoonte heeft een zee van jammer en ellende over ons volk uitgestrooid, hoe duizende bewijzen hebben wij daar niet van gezien. Zijt gij het niet met mij eens, mijn hoorders Hebt ge nooit gehoord hoe een kind zich angstig verborg als vader de trap opkwam, en aan diens stap hoorde dat vader beschonken was, uit vrees voor mishan deling. Diezelfde vader, die nuchter zijnde voor vrouw en kind zijn leven zou geven, mis handeld hen wanneer hij beschonken is. Spreekster schetste daarna hetgeen onze lezers weten wat te IJmuiden is geschiedt met de visscher uit Ostende en zeide verder Schrikkelijk gevolg van drankmisbruik. Niet alleen de schuldige werd getroffen, maar zelfs zij die daaraan hoegenaamd geen schuld heb ben De vrouw en de kinderen. En dit ge beurde, mijne hoorders, is slechts een voor beeld uit de velen. Dit moet bestreden worden. Gestreden moet er worden tegen de drinkgewoonten. Hoe komt men toch aan die ongelukkige gewoonte om bij elke gelegenheid te tractee- ren. Overal en bij elke gelegenheid moet drank worden gebruikt, en getracteerd moet er wor den, al heeft men over geen geld te beschik ken. Nu zijn er velen, die zeggen„Och ja, ik voor mij heb geen behoefte aan drank, maar weetje, het is toch zoo ongezellig, om zoo niets te gebruiken. Het is alsof de drank alleen instaat zou zijn gezelligheid aan te bren gen. En waartoe leidt maar al te dikwijls die gezelligheid. Mijn hoorders, wij weten het immers allen. Veelal leidt die gezelligheid tot vechtpartijen en dergelijk. Wij werken met onze vereeniging in de achterbuurten van Amsterdam. Wij komen daar dikwijls mannen tegen, die er zoogenaamd ééntje gaan nemen, onder voorwendsel, dat moeder de vrouw toch nog niet klaar is met hare werkzaamheden. Zij gaan de kroeg in, nemen er eentje en nog eentje en vergeten al heel spoedig moeder, die met angst en smart zit te wachten. O, mijn hoorders, wat zou ik nog veel kunnen opnoe men, als gevolgen van de drinkgewoonten. Van alles heeft die gewoonte in de wereld gebracht, als ziekte, misdaad, krankzinnigheid en wat al niet meer. Gelooft genogdatde drinkgewoonte eene goede gewoonte is en dat daardoor menschen flinker en vrijer zijn geworden Maar neen, gij moet het met mij eens zijn Gaat eens met mij mede en brengen wij een bezoek aan een krankzinnigengesticht, De directeur en doctoren zullen u vertellen dat 6070 h 80 °/0 der verpleegden daar zijn gekomen, direct tengevolge van de alcohol. Bezoek gevangenissen en huizen, voor gevallen vrouwen en meisjes. Vraag al die meisjes eens af. Bijna allen zullen u antwoorden, wanneer gij hen vraagt, waarom zij in die inrichting kwamen, door den drank. Huizen van ontucht al even zeer. Velen onder u zullen zeggen, de juffrouw heeft gelijk, drinken is nergens goed voor, doch ik begrijp nu maar niet wat er toch tegen een enkel glaasje kan zijn. Ik

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1900 | | pagina 3