Vrijdag 19 October 1900. Vijftiende Jaarg. No. 788. [111 111 p 01R i Ui ia 1 II ij II li voor ile %uidliolland««»lie en ri Antirevolutionair Orgaan IN HOC SIGN O VINCES T. BOEKHOVEN. uitgever: Alle stukken voor «Se Redactie bestemd, Advertentiën en verdere Administratie franco toe te zenden aan den Uitgever. BIJVOEGSEL. PROCLAMATIE van den lOden October I9O0, beSreffende de verloving" van Hare Majesteit de Koningin. Wij, WILHELMINA, bij de gratie Gods, Koningin der Neder landen, Prinses van Oranje-Nas- sau, enz., enz., enz. W. F. de Beaufort. De Minister van JuMtie cort van der llnden. De Minister van Binnenl. Zaken H. Goeman Borgesius. De Minister van Marine plerson. Eland. C. Lely. Crkmer. De politieke toekomst. Wanneer? IBeirenrde belasting". Tuin- en Landbouw. Re fèorlog*. pPinl llil HPi Ui B fl s 111 Deze Courant verschijnt eiken Vrijdag. Abonnementsprijs per drie maanden franco per post 50 Cent. Amerika by Yoornitbetaling f 3,50 per jaar. Afzonderlijke nummers 5 Cent. Advertentiën 10 cent per regel en 3/2 maal. Reclames 20 cent per regel. Boekaankondiging 5 Cent per regel en 4/3 maal. Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent pei plaatsing. Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan Advertentiën worden ingewacht tot Donderdagmorgen 10 uur. Bij dit Nummer behoort een Een buitengewoon nummer van de Nederlandsche Staatscourant van Woensdag 17 October 1900 bevat de volgende Aan Mijn Volk! Het is Mij eene behoefte, aan het Nederlandsche Volk, van welks le vendige belangstelling in het geluk van Mij en Mijn Huis Ik zoo diep ben overtuigd, persoonlijk mededee- ling te doen van Mijne verloving met Zijne Hoogheid, Hertog HEN DRIK VAN MECKLEMBURG- SCHWERIN. Moge deze gebeurtenis, onder Gods zegen, bevorderlijk zijn aan het wel zijn van Ons Land en van zijne Bezittingen en Koloniën in Oost en West. Lasten en bevelen, dat deze Pro clamatie in de Staatscourant en het Staatsblad opgenomen en ter plaatse, waar zulks gebruikelijk is, aange plakt zal worden. Gedaan op het Loo, heden den 16 October 1900. WILHELMINA. De Minister van Buitenlandsche Zaken RoëLL. De Minister van Financiën De Minister van Oorlog, De Minister van Waterstaat, Handel en Nijverheid De Minister van Koloniën, De vraag hoe het gaan zal bij de stembus van 1901 begint reeds meer en meer plaats te nemen in veler hootden en harten maar vooral in een tijd van overgang naar nieuwe sociale toestandennu er gezonnen wordt op allerlei wetten van prak tisch, dadelijk belang, kost het heel wat moeite om een ordelijk debat te krijgen over den staDd der partijen en de roeping van die partijen, ook wat betreft de aansluiting bij anderen. Velen willen samenwerking; nu ja, maar om niet slechts samen in het honderd om te sollen, om inderdaad samen te werken, dient er eerst helder zelfbesel te zijndient elke partij goed te weten wat zij in de naaste toekomst op wetgevend gebied het eerst en het meest noodig acht. Eerst daarna kan men onderling keuren en monsteren, en beslissen wie wel en wie niet accordeeren. Eigenaardig zijn dan ook de op merkingen die Dr. Schaepman hier-, over maakt. Niemand weet eigenlijk juist te zeggen, zoo schrijft hij, wat dat handelen over mogelijke samen werking behelst, en niemand kan thans reeds met een voorstel desbe treffende aan de markt komen of bij stelt zich bloot aan het verwijt van overhaasting. En zóo is het. In de meest voor- optredende vraagstukken, de sociale quaestie en de verdere regeling van het schoolwezen hebben dc antire volutionairen zeiven tegenwoordig nog niet eens gelijke inzichten. Laat men dus eerst vaste lijnen trekken, of althans bakens zetten, laat men vooreerst nog alleen zaken behandelen, en dan later handelen over de vraag wie denzeliden weg in de practische politiek mee langs willen. Ja, wanneer, zoo vraagt men al- lerwege, zal de subsidieverhooging voor het bizonder onderwas ingaaD, en vooralhoe lang na de invoering van de leerplichtwet. Hieromtrent is twijfel en bezorgd heid in de gemoederen geworpen door het zeggen des Ministers, dat de nieuwe subsidieregeling tijd vordert, dat de arbeid daaraan verbonden zeer omvangrijk is en dat er het een en ander saamhangt „met de nieuwe regeling van de wet op het lager onderwijs." De Standaard vraagt nu met klem en nadruk een voorloopig klein ont- werpje, dat enkel de subsidieverhoo ging regelteene subsidie die is toe gezegd in verband met leerplicht en herhalingsonderwijs, omdat anders de bijzondere scholen de dupe worden en verscheidene van die scholen zou den bezwijken. Immers, voor het stellen, onder zoeken en openbaar behandelen van eene meer omvattende, algemeene herziening van do wet op het lager onderwijs wordt zooveel tijd vereischt, dat er van afdoening vóór de ver kiezingen niets zou komen, en als dan inmiddels de leerplichtwet was in gevoerd en een nieuw Ministerie liet de subsidiezaak zitten, dan zou de verwarring schier onherstelbaar zijn, want waar zou dan het geld vandaan moeten komen om de bijzondere scho len in stand te houden. Minister Pierson heeft voorgesteld om het invoerrecht op de petroleum van 0,55 op 0,65 gl. per 100 KG. te verhoogen.» Niet zonder reden wordt hierte gen ernstige bedenking geopperd, omdat de petroleum oen artikel is, dat tot onder de geringste standen gebruikt wordt. De kleine man wordt er dus mee getroffen. In de grootere huizen vindt men, althans in volkrijke streken, gas en electrisch licht. Maar de lagere volks klassen kunnen op zijn best wat olie krijgen en dan scheelt reeds een kleine prijsverhooging op den duur veel, Nu is er wel verhooging van in voerrechten noodig, maar daarvoor zijn dan toch wel betere voorwerpen te vinden voorwerpen van weelde en voorwerpen, die ook in on3 eigen land vooi tgefcracht worden, zoo dat de belasting tegelijk strekt om de arbeiders aan het werk te houden. Het is dus te hopen, dat de Tweede Kamer het voorstel der heffing op de petroleum zal afstemmen. LANDBOUWBRIEVEN OYER BEMESTING. XI. Over de waarde van de Fern-Guano. Het is nog niet zoo heel lang geleden, dat het woord Peru-Guano u in alle steden en dorpen van talrijke huizen en schuren in 't oog viel; de handelaren in deze meststof waren overtalrijk. Thans is dat alles heel wat veran derd. De Peru-Guano heeft uitgediend. Dat wil zeggen ze wordt zoo langzamerhand ver drongen door de minerale hulpmeststoffen, door Chilisalpeter, door Thomasslakkenmeel en door Kaïniet of eenig ander Kalizout. Toch wordt de Peru-Guano nog altijd gebruikt en ten verkoop aangeboden, en nog wel zooveel, dat het de moeite waard is eens na te gaan, in hoeverre het gebruik van Peru- Guano ons is aan te raden. En wanneer wij dan straks tot het resultaat komen, dat het beter is de Pe ru-Guano niet meer te gebruiken, dan moeten wij haar toch in dankbare herinnering houden. Zij is het toch geweest, die er ongetwijfeld veel toe heeft bijgedragen om den landbouw op te heffen. Zij is de eerste hulpmeststof ge weest, die ons in staat gesteld heeft* van den bodem meer te trekken, dan wij tot dusver gedaan hadden. Peru-Guano bestaat uit de min of meer ver anderde uitwerpselen van zeevogels en andere zeedieren, welke zich gedurende den loop der eeuwen op de eilanden en de kust van Zuid- Amerika hebben opgehoopt. Wij moeten nu vooreerst bedenken, dat de Guano zoo lang en in zoo groote hoeveelheid gebruikt is, dat wij gerust mogen veronderstellen, dat het beste gedeelte verbruikt is. Dat blijkt dan ook bij een scheikundig onderzoek. Verder is Guano een stof van organischen, wat hier wil zeggen dierlijken oorsprong. Zij wordt dus in den bo dem ontleed en er kan alvoren er zich op losbare stoffen gevormd hebben, heel wat ver loren gaan. Wij mogen i K. G. stikstof in Guano, Beenderenmeel, Stalmest en andere organische stoffen niet zoo hoog rekenen als I K. G. stikstof in Chilisalpeter. Dit alles wil len wij echter bij onze berekening nog niet eens in aanmerking nemen. Laat ons zelfs maar aannemen, dat stikstof uit Guano het zelfde is als stikstof uit Chilisalpeter en het_ zelfde voor Phosphorus uit Guano en Slak kenmeel en de Kali uit Guano en Kaïniet, dan nog vinden wij, dat Guano veel te duur betaald wordt. In een van de laatste markt berichten vind ik. Chilisalpeter franco Dordrecht 15'/, stik stof f 10,25. Dat is dus per percent stikstof ongeveer 66 cent. Thomasphosphaatmeel van' 1619,,/° phos phorus en 75fijnmeel franco Dordrecht voor elk percent phospphorus 14,5 cent. Kainiet van 12,40/° zuivere Kali franco Dordrecht f 2,84, dat is dus voor elk percent Kali 20 cent. Verder vïnd ik voor 100 K. G. Peru-Guano met 70/° stikstof, 90/° Phosphorus en 20/° Kali genoteerd f8.75. 7°/0 stikstof uit Chilisalpeter Host 7 maal 66 cent isf4.62 90/° phosphorus uit Thomasphosphaat kost 9 maal 14 5 cent isf 1.30 20/° Kali uit Kainiet kost 9 maal 20 cent isf 1.80 Alzoo zou de Peru-Guano slechts moeten kostenf 7.72 en daar zij f8.75 kost is zij dus veel te duur vergeleken bij Chilisalpeter, Thomasslakken meel en Kainiet. Wanneer wij echter bij onze berekeningen ook in aanmerking nemen wat Starings almanak zegt (ik meen jaargang 1894) dat 1 K. G. stikstof uit Chilisalpeter 75 h 100 cents waard is, tegen 1 K. G. stikstof uit Gu ano en stalmest 50 ets., dan komen wij nog tot sprekender uitkomsten. Stellen wij de waar de van de voedende bestant'deelen in Guano op van die der voedende bestandeden in Chilisalpeter, Kainiet en Thomasphosphaat, dan zou zij slechts mogen kosten f5.14, namelijk het tweederde gedeelte van f 7.72. Peru-Gua no kost dan dus f8.75fS-i4 is 3.61 per too K. G. te duur. Het behoeft na deze berekening zeker wel niet meer gezegd te worden, dat elk landbou wer wijs doet en in zijn eigen belang handelt, als hij Chilisalpeter, Kainiet en Thomasphosphaat gebruikt, in plaats van Peru-Guano. Van groote krijgsbedrijven in Zuid-Afri ka hooren we heel niet meer. Die tijd is tronwens voorbij, nu de kleine oorlog wordt gevoerd en de Boeren, als we het legertje van Botha uitzonderen, misschien nergens meer in sterker commando's dan van 500 of 1000 man »opereeren.« Maar daarin ligt, bij het voeren der guerilla, juist een voorwaarde voor hun succesen dat ze de Khaki's met het beste gevolg overal be zig houden, blijkt uit de berichten der correspondenten. De berichtgever der Daily Mail seint uit Pretoria, dat de mail uit Durban Donderdag 36 uren lang opge houden is, omdat de Boeren bij het stati on Vaal weer »aan het werk« waren ge weest. Tusschen Volksrust en Heidelberg waren al de bezettingen der stations 's nachts onder de wapenen gebleven, maar er kwam geen aanval. Hetzelfde blad kreeg uit PieterMaritz- burg een telegram (wellicht betrekking heb bende op hetzelfde feit) waarin stond, dat de Boeren de spoorlijn bij Standerton ge heel vernield hebben. Natuurlijk dat daar op weer de barbaarsche straf van het plat branden volgde maar het feit dat de Boe gen telkens in staat zijn de verbindingslijnen der Engelschen te vernielen, wordt daarmee niet te niet gedaan. Een depêche uit Kroonstad ontvangen te Aliwal-Noord, meldt dat de gemeenschap gestoord is door het afsnijden van een tele graaflijn en het »snipen" het »Rooinek- schieten* van Boeren die op eigen houtje den vijand bestoken buiten de stad. Van andere zijde wordt gekabeld, dat de gemeenschap met Kroonstad van 3 tot 11 October was gestoord. Acht dagen lang dusEn dan wii men ons wel doen geloo- ven, dat de Vrijstaat nagenoeg »gepacifi- ceerd« is. In Transvaal konden de Khaki's het nauwelijks harder te verantwoorden hebben! Vrijdagmorgen is Generaal Bruce Ha milton, dij van Lindley kwam, dan weer in Kroonstad verschenen, en daarmee was de communicatie hersteld! Van den 3den was hij afwezig geweest, en die gelegenheid hadden de Boeren waargenomen, om Kroon stad geheel te isoleeren. Hamilton heeft zijn 3>pacilicatiewerk< voortgezet in het oos telijk deel van den Vrijstaal, had daarbij verscheiden gevechten met vijandelijke pa trouilles, en legde nieuwe garnizoenen in Frankfort, Heilbron, Lindley en Reitz Nu hij in Kroonstad terug is, na eeu afwezig heid van acht dagen, zullen we straks wel weer hooren, dat de Boeren hun aanvallen op die plaatsen hervatlen, en als zij daar bij dan succes hebben, kan Hamilton van voren aan het werk beginnen Maar hoe het ook loope, de Engelschen kunnen, spijt het, »bijna« geëindigd zijn van den oorlog, nog geen man missen. Eer zijn er versche troepen noodig, die dan ook worden aangevoerd. >Daily Mailt heeft en dat teekent den toestand uit Kaapstad een telegram ontvangen, waarin s'aat dat Roberts gezegd heeft de kolo niale vrijwilligers uit de kolonie nog niet te kunnen laten gaan! De burgemeester van Kaapstad - moet men weten had gevraagd, wanneer de heeren toch zouden terugkeeren. Hij dacht zeker, dat een heel jaar oorlogvoeren toch lang genoeg voor hen was geweest! En wat gaf Roberts ten antwoord Dat maat regelen genomen waren opdat de vrijwilli gers in den kortst mogeiijken tijd na 15 October »huistoe« konden gaan; maar... tegelijk drukte hij de hoop uit, dat de meesten hunner zouden blijven tot aan het eind van den oorlog, wanthun terug keer kon noodlottige gevolgen hebben i Geen man kan dus gemist worden vóór de oorlog uit is! En wanneer zal dat zijn? We zijn er benieuwd naar, of Roberts werkelijk nog het plan heeft, over acht dagen de groote reis, via Natal, te beginnen, zijn »vriend« Bulier achterop. Het zou ons niets verwonderen als er opnieuw een kink in den kabel kwam. Den 2 3 sten heeft men bij Heilbron weer een poging gedaan om de Wet in de val te laten loopen. Er werd een cordon ge trokken, tachtig mijlen in 't rond, en al die troepen marcheerden naar Heilbron toe. Maar de Wet stoorde er zich niet aan natuurlijken ging naar Kliprivier. Een leuk bericht kwam gisteren uit Pre toria. Van der Post zou naar De Wet zijn gegaan, Schoeman naar Botha, om hun het >ongerijmde« onder het oog te bren- van een verder volhouden van het vefzet, We gelooven er niet veel van. Maar an ders is het de bekende heer Van der Post, uit Fauresmith, geweest, dan vermoe den we, dat hij veeleer De Wet zal heb ben aangeraden om te volharden tot het uitsterste, en voorts de Engelschen zal hebben uitgelachen, die hem met zoo'n leuke mis;ie er op uitzonden. Bij de hinderlaag bij Frankfort, die door kolonel Grove met het regiment uit Wes telijk Kent gelegd werd op den n en de zer, zijn, gelijk nu bleek, 7 Boeren gesneu veld, 9 gewond en 18 gevangen genomen. Opmerkelijk is hierbij het zeer groote aantal gssneuvelde en gewonde Boeren, bijna evenveel als het aantal dat krijgsge vangen werd gemaakt. Zij kunnen zich. zou men zoo zeggen, niet ernstig verdedigd hebben, want er wordt slechts van èèn ge- gewonden Engelschman melding gemaakt. Maar misschien was de overmacht zeer groot. En anders zou men haast concludeeren, dat de Khaki's blijven doorschieten als de Boe ren reeds hun wapens hebben neergelegd. Behalve den overval dan van het Boeren- kamp bij Frankfort en de loslating van een vijftigtal Engelsche gevangenen doer gene raal De la Key seint lord Roberts nog, dat een afdeeling Cheshires, die een aan tal ledige wagens geleidden tusschen Bethu- lie en Springfontein, door de Boeren werd krijgsgevangen gemaakt op 11 Oct. De Boeren behielden een (éen ezelwagen en lieten de mannen los. We ontvingen een aldruk van een brief in de >Times<c die door een Afrikaner aan het Engelsche volk is gericht. De schrijver had reeds bij het begin van den oorlog aan het City blad mededeelingen gedaan over de stemming in Zuid-Afrika ten opzich te van Engelanden daar wij vrijwel kun nen aannemen, dat de man de gevoelens zijner landgenooten vertolkt, geven wij een gedeelte van den brief weêr, als bewijs, hoe diep bij het Hollandsche ras in Zuid-

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1900 | | pagina 1