Vrijdag 16 Maart 1960. Vijftiende5Jaarg. No. 752, Antirevolutionair 't"'''1 Orgaan f®or it® Kufdhollandsclie en Kernw§ehe Eilanden. (EsrsteBlad. IN HOC SIGNO VINCES FE ÜILLETO N. T. BOEKHOVEN. uitgever: sojfiMffiSjSMJii Alle M uk Ei en voor de Kedactie betfemd. Advertentie» onverdere Administratie franco toe te zenden aan den Uitgever» Dit numm«r bestaat uit two Blad©». Leerplicht. Zal leerplicht er door gaan in de Tweede Kamer, ziedaar de vraag van den dag. De algemeene beraadslaging is, ter wijl wij deze regelen schrijven, reeds llang ten einde, en met de artikelen gaat het nogal vlug. Merkwaardig is het om te lezen hoe ministeriëele bladen als de N. Rotterdamsche Crthet wetsvoorstel in het zonnetje zetten, en dikke scha duwen werpen op hen die bedenkin gen inbrengen. Men stelt het van de overzijde voor alsof slechts bemantelde onwil den leerplicht poogt tegen te houden, en alsof niemand tegen de zaak als zoo danig eenig redelijk bezwaar kan heb- tben. Met aanhilingen uit geschriften der tegenstanders, destijds in een an der verband gesteld wil men aan dit gevoelen sterkte bijzetten. Over het groote beginsel van het recht der ouders om de opvoeding hunner kinderen te regelen bekommert men zich w einig. Met de opmerking, dat de overheid toch reeht van toezicht heeft en altijd we.l-ergens mag ingrijpen, maakt m<n zich van dit beginsel gemakkelijk af. Hoe staan de kansen nu Niet on» waarschijnlijk stemmen de 44 antirev. vrij-antirev. en roomsch katholieken met Dr, de Visser Mr. Pijnappel en Basterd te,'jen, en gaat de wet er dus alleen door wanneer de drie tolken der socialistische arbeiderspartij en de heer van der Zwaag er aan meê- hel pen. Doch dit laatste hangt nog af van de meerdere of mindere tegemoet koming bij hun amendementen. Verkeerd voorgesteld. Van liberale zijde schijnt men telkens den indruk te willen geven, dat in '89 bij het tot stand komen van de Schoolwet-Mackay, van anti revolutionaire zijde beloofd is om nu voortaan den schoolstrijd te laten rusten. Alleen onnadenkende lieden kun nen zich door zulk eene bewering laten verschalken. Hoe kunnen eenige Kamerleden of partijleiders voor de toekomst eene belofte doen omtrent de houding van hunne geestverwanten en volge- lingelingen in eene half opgeloste quaestieWie hadden nu ooit de Kamerleden der toekomst of de kiezers zoo onder hun bedwang Hoe kon den zij meer geven dan hoogstens eene voorspelling Nu ja, die voorspelling is gedaan, vooral door Jhr. A. F. de Savornin Lobman in zijn brochure „de Paci ficatie". Maar er kwam een „mits'' bij, nl. dat de gemeentebesturen de wet van '89 zouden uitvoeren in den geest en naar de bedoeling van den ontwerper, dat zij dus op de openbare scholen van de ouders die het betalen kunnen een flink schoolgeld zouden heffen. Daardoor zou in tweeerlei zin de concurrentie voor de vrije school vergemakkelijkt worden, naar dien de voorstanders van het vrije onderwijs dan minder zouden behoe ven te helpen bijpassen voor het openbare, en het door hen te heffen schoolgeld dan niet langer zoo ongun stig zoude afsteken bij de onbedui dende heffing voor het „neutrale" onderwijs. Er is evenwel van die schoolgeld» verhooging op de openbare school niet veel gekomen. En daarbij hebben de liberalen door hun aandringen op leerplicht met het herhalingson- derwijs en de daardoor geeischte meer dere kosten, zeiven de schoolzaak weer op het tapijt gebracht. Bovendien is de zoogenaamde „pa cificatie" in'89 lang niet onverdeeld goedgekeurd door de antirevolutio nairen, omdat zij het beginsel van rechtsgelijkheid te weinig doorvoerde in het financiëele em verder moet nog in aanmerking genomen worden, dat de volksbeweging óp schoolgebied se dert '89 een eenigszins ander karakter kreeg. Terwijl toch vroeger de libera- ralen van alle gading bet volste ver trouwen hadden op de openbare school en de strijd alleen liep over de vraag of men het neodig achtte, dat het on» derwijs in een godsdienstigen geest werd gegeven, erkennen thans vele liberalen van naam, dat de openbare school niet heeft voldaan aan de ver wachtingen, en boezemen de socialis tisch gezinde onderwijzers ook aan li berale ouders vrees in voor de opvoe ding hunner kinderen. Want wel is die socialistische gezindheid moeielijk te bewijzen, maai uit schoolbladen en openbare redenen weet men toch zeker, dat zij bestaat, en ook onder de on- godsdienstigen zijn er velen, die daar een afkeer van hebben. Doch ook al ware dit anders, eene voorloopige oplossing is geen finale, en de Nederlander heeft dan ook groot gelijk, als hij zegtwillen de liberalen de zaak voor goed afdoen, welnu, laten zij dan zoo spoedig mogelijk financieele gelijkstelling ge ven van de bijzondere school met de openbare. De vrije "school, ingericht naar de overtuiging der ouders, moet bereikbaar worden voor geheel de aatie. Tuin- en Landbouw. Het 94^kind van pSeej Voddenraper. den B&e Oorlog. i'"*! Deze Courant verschijnt eiken "Vrijdag. Abonnementsprijs per drie maanden franco per post 50 Cent. Amerika bij vooruitbetaling f t,ï0 per jaar. Afzonderlijke nummers 5 Cent. Advertentiën 10 cent per regel en 3/2 maal. Reclames 20 cent per regel. Boekaankondiging 5 Cent per regel en V3 maal. Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent pei plaatsing. Groote letter» en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die af beslaan Advertentiën worden ingewacht tot Donderdagmorgen 10 uur. GRONDVERBETERING TE OUDDORP. II. In zeker opzicht zou mijn opstel van de vo rige week hot theoretisch gedeelte van eene beschouwing over de grondverbetering te Oud dorp kunnen heeten. Van de eigenlijke werk zaamheden aan die verbetering verbonden sprak ik nog met geen enkel woord. Daarom willen we nu daarover nog een en ander mededeelen. Voor en aleer men met het omzetten een aanvang maakt, tracht men natuurlijk eenige zekerheid te verkrijgen omtrent de dikt» van de kleilaagdie gezocht wordt en omtrent de diepte waarop die zich bevindt. Tot dat einde groef men vroeger op verechillende plaatsen van het om te zetten etuk grond gaten die van boven ongeveer 4 M; groot waren cn naar onderen toe nauwer werden. Al naar mate de drijfzandlaag meer of minder dik was moest de gemaakte kuil ook van anderen een grootire of geringere wijdte behouden. Want was er veel drijfzand, zoo had men groote kans, dat dit even spoedig weer „toevloei de" alt het uitgeschept werd, vooral wanneer de kuil daar ter plaatse wat nauw was. Het laat zich gemakkelijk bigrijp»n, dat het graven van eenige zulke kuilen tamelijk tijd- roovend kan worden. En geen wonder dus dat het streven van den Landbouwoonsulent, om het doel er van gemakkelijker te bereiken, op prijs gesteld werd. Een gevolg daarvan was, dat de zen winter op vele plaatien geen kuilen gegra ven doch boringen verricht werden. Met een grondboor, door de Nederlandsohe Heidemaat schappij welwillend in bruikleen afgestaan, was men in staat telkens twee d.M. naar boven te halen en zoodoende dikwijls na 5 of 6 boringen de gewenschte laag te bereiken. Zelfs, al zat deze ruim 2'/i M. diep, kon men er met de gebruikte boor nog bij, want deze was er op ingericht tot 2 M. 8 d.M. te kunnen boren. De proeven met dit werktuig genomenwant in den beginne waren het sleohts proeven ge lakten zoo goed, dat er, toen de Ned. Heide maatschappij haar instrument terug moest hebben voor rekening der Vereeniging Landbouwonder wijs een exemplaar is nagemaakt, dat sedert dienit doet. Het mag echter met onvermeld blij van, hoe men bij het gebru ken der boor ook eene scha duwzijde ontdokte. Het drijfzand speelde nl. ook hier parten. Niet alleen ondervond men, dat het vaak uiterst moei lijk ging, om uit de drijfzandlaag 3 d.M. naar boven te halen, dooh bovendien ontdokte men heel dikwijls dat de pas gemaakte opening al weer geheel of bijna geheel gevuld was. En in dat geval kwam het niet zelden voor, dat een onderzoek met behulp van een boor niet enkel buitengewoon veel tijd koste, dooh ook veel Werkvolk noodzakelijk maakte. Doch genoeg hierover. (4) Met de haar aangeboren nieuwsgierigheid ihad ze getracht een gesprek aan te knoopen jnet de keukenmeid, een nejanrd mensch reeds, maar toen dit niet gelukte en zij evenwijs bleef in haar weten vanwaar de familie kwam em wie ze was, had ze zich achtereenvolgens bij de binnenmeid en de kamenier en ten slotte bij den huisknecht vervofigd, maar geen hunner die zich een duidelijk .antwoord aan laar had verwaardigd. Daardoor nu teleurgesteld, gaf zij hare ver o mtwaardiging lucht on meermalen hoorde men v an haar «men heeft an die gekke menschen n iks niemendal, en ik zeg maar, de zon m ot altijd in je huis kunnen schijnen.// "Voor de lezers, die niet mochten weten, wat het beteek ent//de zon moet altijd in huis kunnen schijuen,// zij gezegd, dat zij hiermede bedoelde, dat iedereen volkomen op de hoogte moet kunnen worden gebracht met de in wendige aangelegenheden des huizes, iets, wat zij ijverig in vervulling bracht, door aan de groentevrouw een volkomen tabel van hare werkzaamheden te ge^en, die nu en dan de goedgeloovige vrouw de woorden af perste vwel kind hoe doe je het allemaa 1," waardoor ons buurmeisje dan weer geprikkeld, nog meerdere werkzaanheden ging opsommen vervolgens deed zij den slager een getrouw verhaal van de onderhandelingen tusschen mevrouw en haar, terwijl de bakker ais scheids rechter werd ingeroepen over alle mogelijke verschillen tusscben haar en haar kameraads, dat altijd ten gevolge had, dat de bakker ge woonlijk haar gelijk gaf, terwijl de huisknecht nooit zou ophouden haar van ongelijk te beschuldigen, iets wat zij volkomen be greep daar zij de verstandhouding tusschen Jan en de keukenmeid volkomen kende, maar die zij toch aan niemand volgens haar zeg gen, ooitj mededeelgn zou, hoewel de geheele kring van vrienden er voikomen mee op de hoogte was. Hare praatziekte haalde haar meer dan eens het ongenoegen der huisgenooten op den hals, iets, dat zij altijd als //fitterij" en met eeu //da 's maar gekheid" bestempel de. Geen wonder dus, dat ze verbazend ge prikkeld was, nu ze niet eens kon te weten komen, wie en wat hare buren waren. Deze familie nu had hier al twee jaren gewoond en zij, die met de tamilie van doen hadden door leverantiën en dergelijke, noem den, om hun aan te duiden, enkel de gracht en het huisnommer. Op den morgen, dat we Geert het be wuste kistje zagen vinden, zien we, ongeveer half acht de man die nauwkeurig Geert ge volgd was, en het huis van Geert zorgvuldig had aangeteekend, bij de tuindeur staan en gaat hij, nadat hij dien met den sleutel heeft ontsloten, binnen. Met snellen pas loopt hij de tuin door en bevindt zich weldra op de partèrre onder eene warande. Behoedzaam doet hij de achterdeur open en «luit hem weder achter zich, gaat nu, na zich van hoed, jas en mantel te hebben ontdaan en de laarzen te hebben uitgetrokken, de gang door en begeeft zich naar een middelkamer, die alleen een raam heeft in meergemelde zijstraat. Eene gaskroon met vijf pitten is ontstoken overigens, het verblijf, waarin hij zich bevindt, ziet er keurig, weelderig uit 't Is een slaapkamer, zeer rijk gemeu bileerd, want behalve een lit d' ange, waar over groene damasten gordijnen, bevond er zich een canapé en een chaise logue. Op den zwart marmeren schoorsteen, waarvoor een prachtige groote Graetsted's vulkachel, stond een pendule van Carsaris marmer, aan welke zij en een paar vazen van den zelfden steensoort, alles keurig met zilver gemonteerdverder bevonden er zich een piyché, een waschtafel van notenhout, voor zien met tot de kleinste benoodigdheden voor het toilet. De man had zich op een stoel geworpen en mompelde in zijn hart//ziezoo, die zaak is tenminste goed iffgeloopennu maa,r gezorgd, dat Nelly voorloopig niet gewaar wordt, waar Dolf zich bevindt, opdat zij niet de dwaasheid bega, hem terug te roe pen en alzoo haar en mijn ongeluk te be werken. Maar,// vervolgde hij, //ik heb mij ook zooveel inspnaning getroost en 't zou den hemel geklaagd zijn zoo mijn plan mis lukte.// Zoo sprekende had hij zich ontkleed en na den kamer gesloten te hebüén ging hij op 't bed liggen. Niemand in huis, dacht hij, had geweten, dat hij buitenshuis geweest was, maar zijn meening bleek niet goed, Wanneer het onderzoek ia afgeloopen en de blauwe kleilaag de moeite van het bovenbrengen waard blijkt te zijn, dan kan met hot eigenlijke omzetton een begin gemaakt worde». Indien bet aantal werklieden zulks toelaat, graait men over de geheole breedte van het om te zetten stuk land eene sloot van plm. i M. wijd en zoo diep dat de kleilaag bereikt wordt. De aarde, welke daardoor wordt uitgegraven dient soms om oen sloot aan het einde te dempen. Soms ook wordt ze naar het andere einde van den akker gekruidt om do laatste „bank" zoo noemt men de telkens te graven slooten dioht te maken. Is men met de eerste gereed, dan be gint men aan nommer 2. Met de uitgegraven aarde maakt men sloot nommer 1 dicht en de kleilaag uit nommer 2 komt er bovenop. Dan nommer 3 enz. Telkeni neomt men zoo I Meter onderhanden. Dat er op die wijze heel wat ku bieke meters grond verplaatst moeten worden ii gemakkelijk te berekenen. En wanneer men wil, dat het werk vlug vordert, zjjn er heei wat werklieden uoodig. Dooh ook om een andere redon is het zeer wensohelijk niet te weinig mensahen aan het werk te zetten. Is men na melijk mot hot uitgraven van een «loot tot op de klei gevorderd, dan is hot zaak, dezo zoo vlug mogelijk boven te brengen. "Want indien zulks niet gebeurt, zal men deze heel .spoedig onder water zien staan. Vroeger vooral had men bij het omzetten veel last van 't water, doch sedert de uitwatering van het Oudeland verbeterd werd, is dit veel min der «rg. Toch heeft men ondervonden dat het ook nu nog hoogst wensohelijk is, met het bo venbrengen vlug op te schieten en bijgevolg veel werklui te hebben. Dat de grondverbetering te Ouddorp ook den minderen man een niet te versmaden verdienste versohaft blijkt wel hieruit, dat er dezen winter 160 arbeiders geregeld werk hebben gehad. Hoeveel de onkosten per gemet beloopen kan ik niet juist opgeven. Welweet ik, dat, wanneer gopaobte gronden worden omgezet, de onkosten betaald worden door dèn eigenaar, doch dat ds huurder dan 5 pCt. van vroegere pachtsom meer moet betalen. Zou 'tniet mogelijk zijn, zoo dacht ik bij't vernemen van 't pasgenoemde feit, dat ook in de meer vruohtbare gedeo ten van ons eiland door de eigenaars op dezelfde voorwaarden en kele meer kostbare verbeteringen werden aan gebracht Ik geloof stellig, dat het grog der pachters ook wel 5 pCt. huur meer zou willen geven wanneer b v. het door hen gepachte land ge draineerd weid. M. want had hij goed toegezien, dan zou hij be merkt hebben, dat zijn binnenmeid hem kad zien binnenkomen, en dat het bovendien de aandacht had getrokken van de nieuwsgierige buurmeid, 't Wordt echter hoog tijd, dat we opzen lezers even mededeelen, wie die mijnheer was, wat hij had gedaan en waar om hij dat gedaan had De heer van Driemen -- zco heette hij was de achtentwintigjarigen zoon van een heel rijk koopman. Zijn vader was reeds op kinderleeftijd naar de goudvelden van Suri name gegaan en de Heere had hem dermate gezegend, dat hij zijn guldens niet bij honderden en duizenden, maar bij tonnen gouds berekende. Toen hij op meer gevor- derdin leeftijd kwim, werd de trek naar zijn vaderland zoo groot, dat hij, mede ook op aandringen van zijne echtgenoote, waar va» hij twee lieve kinderen had, terugkeerde, en zoo was de oude heer van Driemen met zijn ge zin voor ongeveer vijf jaren teruggekeerd. Zijn broeder had nu dat huis op de Heere gracht voor hem gekoeht, maar de heer van Driemen had eerst nog vele reizen te doen, om zijn kenni*sen en familiën te bezoeken, die in 't geheele land verspreid waren. Hier mede was wel een goed jaar weggegaan en eindelijk was men toch zcover gekomen, dat men zijn eigen huis liet in orde maken. En de man nu, die wij in den vroegen morgen hebben bespied, was zijn zoon, de heer Karei van Driemen. De oude heer van Driemen had eene zuster gehad, die echter gestorven was en nu was de dochter, die zij had nagelaten, Het valt niet meer te betwijfelen, dat van uit de Republieken in Zuid- Afrika een voorstel om vrede te sluiten is gedaan aan bet Engelsche gouver nement (al weet men nog niet, in welke termen) en dat ook aan de groote en bij den heer v*n Driemen in huis komen wonen. Anna van Cleman was op twee-en- twintigjarigen leeftijd 'oij hem in huis ge komen, om, zoo 't heette, zijn eehtgenoote een weinig voor 't huishouden bij te staan en door de vriendschap zijner dochter, Jacoba van Driemen, meer fijnere vormen aan te neme». Anna van Cieman was arm maar schoon. Een golTende haardosch sierde haar lief rond hoofd, een paar donkere wenkbrauwen krulde zich om de zwarte oogen, terwijl een fijn gesneden neus eeu weinig optrok, wanneer zij door een gullen laeh twee rijen schoone witte tanden vertoonde. Zij had weinig omgang in de wereld gehad, want haar vader, die ge storven was eer zij hem kende, had haar moeder haar in zorgelijke omstandigheden achtergelaten. Wel had oom van Driemen zich hun lot aangetrokken en had hij door geldelijke ondersteuning hen krachtig bijge siaan, maar Anna's moeder scheen bizonder, zwak, waut men had hijna altijd met den dokter te doen. Anna had dus het groote bezwaar, om behalve het doen van haar huishouden, ook nog op haar moeder te passen en dit was dus de oorzaak dat 't kind volstrekt geen kennis droeg van iets, dat in de wereld omging. Toen nu haar moeder gestorven was en haar oom van Driemen in Holland gekomen was, werd zij door dezen in huis genomen. Hare schoonheid bekoor de het ganiclie hart van zijn zoon Karei van Driemen en deze, een hartstochtelijk jong man, hield niet op, haar zijn liefdesbetui gingen te betoonen. (Wordt verv.)

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1900 | | pagina 1