voor tie Knid-Hollandiche en n Eilanden* Yrijdag 20 Januari 1899. 1 1 11 Dertiende Jaargang "No. 992. Antirevo lu tion air Orgaan (Eerste Blad. hikbaar eling IN HOC SIGNO VINCES KER, T BOEKHOVEN. Familieberichten, Dienstboden Alle andere Annonces FEUILLETON. Dene Spookgeschiedenis. bu izen- Abonnementsprijs per drie maanden franco per post 50 Cent. Amerika bij vooruitbetaling f 3,50 per jaar. Afzonderlijke nummers 5 Cent. Alle stia&kkcn voor «Se Redactie bestemd, Advertentlëis en verdere Administratie firaaaco toe te aenden aan desa Uitgever. Dit nummer bestaat uit twee Bladen itt\ Miuyper 's reis naar Amerika. In het feit dat een man van de beteekenis van Dr, Kuyper in Ame rika lezingen heeit gehouden over Holland en de Hollanders en daar mede een zoo groot succes heeft be haald, zagen wij zegt de Amst. Ct. een aanleiding om, waar Ameri- kaansche bladen ons de meening der Amerikanen over Dr. Kuyper hebben geleerd, ook eens van Z. H. Gel. diens meening omtrent de Amerikanen en bun standpunt ten opzichte van de Hollanders te vragen. „We begaven ons daarom naar de woning van den leider der anti revolutionairen op de Prins Hendrik kade. Niettegenstaande Dr. Kuyper op bet punt stond om uit te gaan, was hij zoo welwillend ons nog te woord, te staan en zijn uitgang om onzentwille eenige oogenblikken te verschuiven. Na bet doel van onze komst te hebben vernomen krabde de beer Kuyper even achter het oorom lachend de opmerking te maken, dat hij zelf ook een krant had en dushij zou dan ook daarin wel iets omtrent zijn reis willen meedeelen, terwijl het bovendien toch nog zijn bezwaren bad om nu maar, zoo in eens, eventjes in een hall uurtje alles in den breede uiteen te zetten. Dat begrepen we natuurlijk ook wel en we verklaarden gaarne, ons met een in hoofdpunten uitgesproken meening tevreden stellen om de pri meur van de details te gunnen aan de lezers van De Standaard. Welwillend stond Dr. Kuyper ons daarop toe hem eenige vragen te doen en om niet telkens betgeen hij ons daarop antwoorde te onderbreken zullen wij de vragen achterwege laten en hetgeen ons werd meegedeeld als een aaneengeschakeld geheel, zooveel mogelijk in Dr. Kuyper's eigen woorden, hier laten volgen. „Zooals u weet ben ik een paar jaar geleden benoemd tot doktor hono ris causa van de universiteit te Princetown. Men wilde echter dat ik de bul dier benoeming zelf kwam ha len om dan tevens een paar lectures te houden. In Augustus van het vorige jaar eerst kwam ik er toe, naar Amerika scheep te gaan, zooals ik dacht om er slechts kort te blijven. Alles is echter geheel anders geloopen dan ik voorzien had toen ik er een- maal was wilde men mij overal heb ben om lezingen te houden zoodat het „korte" verblijf dat ik bedoeldhad ver anderde in een verblijf van vijfmaanden Vooral is dit toe te schrijven daar aan, dat de Amerikanen van tegen woordig zooveel voelen voor het „Dutch" element. Hoe langer hoe meer begint men in de Vereenigde Staten in te zien, dat men verkeerd heeft gedaan, door veel van den vooruitgang en de ontwikkeling van Amerika toe te schrijven aan den in vloed der Engelschen. Ten tijde der revolutie woonden juist in New- Engeland de mannen die schrijven konden, zooals alle boeken uit die dagen, door Engelschen geschreven, ook aan de Engelschen den lof toezwaaiden, die den Hollanders feitelijk toekwam. Mannen als Prescot en Motley hebben er echter voor gezorgd, dat het Amerikaansche volk beter werd ingelicht en alleng3 ontstond een krachtige beweging ten gunste van het „Dutch" element. Vooral onder de invloedrijke families neemt die Holland-gezindheid sterk toe en in de families, die van Hollandsche afkomst zijn, zooals de Vanderbilt's. enz. heerscht tegenwoordig een sterk anti-Engelsche strooming „voor Holland is hun leuze. Aan een banket van de millioenairs- club, dat te mijner eere werd gegeven heb ik daarvan sterke staaltjes bij gewoond in alle speechen die er werden gehouden werd niet alleen Holland geprezen, maar ook waren ze allenl gericht tegen Engeland. Onder die omstandigheden waren de Amerikanen er blijkbaar zeer mee ingenomen, dat er uit dat Holland, dat ze zoo verheerlijkten, ook eens iemand tot hen kwam, die enfin, u begrijpt wat ik zeggen wil, 'tis zoo moeilijk als je zoo over je zelf moet spreken die, nu laat ik, zonder daarmee iets ten nadeele vau anderen te willen beweren, maar zeggen ontwikkeld is. En daarin zie ik dan ook de voornaamste reden waar om ze daar in Amerika zoo „gecoif feerd" hebben. Daarbij kwam nog, dat, door de Calvinistische lijn die door hun con stitutie loopt, voor de Amerikanen zeer interessant was eens te verne men hoe de Antithese hier is. Ten slotte bezocht ik ook de Hol landsche kolonistenkoloniën, ben ik naar Maryland gegaan, om het ter rein op te nemen voor een nieuw te stichten Hollandsche kolonie, en stichtte ik de General Dutch Alliance wat mij eveneens een heel eind nader bracht tot de Holland-gezinde Ame rikanen. Toch heb ik daar aan den overkant wel strijd moeten voeren. Door mijn verklaring dat ik hier voorstuur in democratische richting kwam ik in botsing met de republikeinen, waarvan lange debatten in de kranten het gevolg waren. Mijn verblijf in Amerika heelt mij echter van de Amerikanen een zeer goeden indruk doen krijgen ze be handelen je daar op een wijze die men hier [heelemaal niet kent. Ik heb zeer veel hooggeplaatste personen ge sproken, ook Mac Kinley, en iedereen was even welwillend en even verlan^ gend om mij eer te bewijzen. Om maar iets te noemenin een der plaatsen die ik bezocht werd door de autoriteiten een volledig bemande stoomboot, met een kok incluis, ter mijner beschikking gesteld, om ernaar eigen goedvinden gebruik van te ma ken tot het doen van uitstapjes in den omtrek. En dat alles alleen omdat ik Hollander was en den menschen daar wat kwam vertellen over ons land, waarmee ze zoo zijn ingenomen. Want tegelijk met mij waren er nog wel 30 h 40 personen die lectures hielden, maar van geen hunner werd eenige bijzondere notitie genomen. Ja, zóó ver ging men zelfs, dat toen mij in Princetown, in tegenwoordig heid van 1000 1200 studenten met veel plechtigheid de doktorstitel zou worden verleend, de rector-mag- nificus der hoogeschool er zich beslist tegen verzette, dat een Amerikaan, een professor in de rechten, wien dezelfde eer was te beurt gevallen als mij, mij zou voorgaan eerst de Hollander, daarna de ander. Z55 treedt het Dutch element over al in Amerika op den voorgrond." Na deze laatste woorden veront schuldigde Dr. Kuyper zich dat hij ons niet langer kon te woord staan men wachtte hem reeds. „Trouwens", voegde hij er aan toe, „ik heb u nu alles verteld watikuin een onderhoud, dat uit den aard der zaak kort moet zijn, zou kunnen mededeelen wil ik niet te veel treden in de details „Die u voor uw eigen blad wilt be waren „Juist." Dankend voor de welwillendheid, waarmee hij ons had meegedeeld wat we wenschten te weten, verlieten we Dr. Kuyper, of, om met een der Amerikaansche bladen die hem be schreef te spreken, den most satisfac tory Dutchman die klein is. maar forsch gebouwd,' „juist zooals een Hollander behoort te zijn." Dr. Kuyper zag er Jan ook werke lijk uitstekend uit en aan zijn stem is volstrekt niets meer te bemerken van de hevige mondaandoening waar aan hij nog gedurende zijn reis heeft geleden en waarvoor hij in Amerika nog onder geneeskundige behandeling is geweest. De kwaal is dan ook nu geheel geweken. Werkcontract. Plotseling ging er een lioht op voor 47t °/o en onder e personen, tot een f 300,— 5 I&otterdaiu LRD. HSSlVS'ffEïtf. 1 EN ST. en Goedereede. NST, ;ober 1898. mis en Hellevootsluls 1.uur. aart nam. 1.45.) Helleyoetslui8 2,~ uur. rt na m. 2.45 *nr.) Middelharnis .45 uur. .rt nam. 3.30 uur.) Stellendm. lur. Stellendam, en Maart *im. 4 uur itselijkcn tijd opgegeve van den Waterstaajt Ü1TOAN6. Rotterdam, vm. 5,uur. ,30 uur. Rotterdam, vm. 5.45 uur. 7,15 uur. Rotterdam vm. 6.30 uur. uur. Stellendam, iijks nam. 1,10 uur. ELSDIJK". terdam voorm. 5.30 unr. jj 6,30 harms dag en nam. 1,30 uur. d recht voorm. $,30 uur. harnis ijdag nam. 1,30. en Goedereede en Onderneming, en Dinsdag voorm. nam. 1,80 uur. voorm. 8,15 en nam ieuwjaarsdag 'PERMIS". fnst. en nm. 3 uur, uurDinsdag vm. 7 orige dagen vm. 7.30 harlois ongev. 20 min. 14 Februari zal de morgens van Pernii schieden. en nm. 4— uur m 4.30 uur. Dinsdag uur. Overige dagen luten later. Aankomst ater. BOKMKL." Rotterdam, dag 's morg, 4,30 uu r 6, m. nam. 1,15 uur. laaenymph. esluis, Hellevoetsluis itterdam v. v IT. ijeure voorbehouden, naar Rotterdam, uur. Maandag vm. tg vm. 5,7,45 igen vm. 6,30, 8,30* van Nieuwesluis on lis naar Brielle. ,45 en 5W. is Yeerboot. naar Hellevoetslius uur. Overige dagen en 5 uur. uis naar Rot erdam 4,45 uur. Maandag r. Dinsdag vm. (4.45) 'ige dagen vm. 6,15 ongev. 45 n. later iwealui evoetsluis naar Rot rein te Ylaa rdingen trein 8,10 vm. 9,28 10,08 3,45 nm. ir Brielle en Helle 28 vm. en van 1,46 b reis van Brielle, karren of andere biljetten afgegeves etsluis. Ilaatschappy. ngen naar Helle plaatsen, vice dingen 3 en 4," 1898. ouden. ellovoetsluU eenw. tij,1. ing op de treinen van ur vm. 7,48 nur 9,01 nm. 2.04 «-04 t) 11,13 Station. eveer 30 min. nft ïin. na het vertrek hiedam, Rotterdam erdam, Den Helder, bij do Conducteurs tairen alleen voor am en Den Helder, d geldig, dijk. Geen aantee enten: H. P. y, d NieuwesluisB. ie te Vlaardingen ral Hr Deze Courant verschijnt eiken Vrijdag. uitgever: Advertentiën 10 cent per regel en 3/2 maal. Reclames 20 cent per regel. Boekaankondiging 5 Cent per regel en 4/g maal. Dienstaanyragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent pei plaatsing. Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsrnimte die zij beslaan Advertentiën worden ingewacht tot Donderdagmorgen! 0 uur. Voor alsmede aanvragen of aanbiedingen van en voorts die bestemd zijn voor een groot betrouw baar publiek, worden de advertentieko lommen van dit blad, dat door bet gansche land verspreid is, ten zeerste aanbevolen. Men zie de uiterst billijke conditiën, aan 't hoofd vermeld. Tot Donderdag morgen worden ad vertentiën voor bet eerstvolgend No. aangenomen. Mr. Drucker, lid der Tweede Kamer, en vroeger Professor iD de rechteu te Leiden, beeft een wetsontwerp gereed gemaakt tot regeling van de arbeidsover eenkomst, welk stuk van wege het De partement van Justitie is uitgegeven eu algemeen verkrijgbaar gesteld. Voor het bewerken van dit wetsontwerp was hem reeds in 1891 door Minister Smidt opdracht gedaan. In het begin van 1894 was de heer Drucker er mede ge reed, en had hij ook de toelichting in schets, Maar kort daarna trad Mr. Smidt als Minister af, en hield Mr. Drucker zijn outwerp onder zich. In '98 heeft Minister Cort van der Linden de op dracht vernieuwd, en in October stelde de schrijver zoowel de toelichting als het ontwerp ter beschikking van den Minister. In de toelichting zegt Mr. Drucker: „De noodzakelijkheid van de regeling dezer rechtsstot moet erkend worden. In onze tegenwoordige maatschappij heeft de arbeidsovereenkomst een groot belang verkregen, zij is eene der meest gebrui- kelijké overeenkomsten geworden" Bij deze overeenkomst doet zicb het ver schijnsel voor, dat steeds, bijna zonder uitzondering, dezelfde partij, nl. de arbei der, de zwakke is" Geen enkele EEN DORPSVERHAAL. 12) Slot. Op dezen Oudejaarsavond werd de klei ne jongen wakker, juist toen het dienst meisje van den koster met haar schaaltje verschgebakken oliebollen binnenkwam. Het kereltje werd al spoedig het onder werp van het gesprek. Niet alleen in de oogen der ouders, maar ook in die van bijna al de vrouwelijke gemeenteleden was het jonkske een wondeikind, dat bo ven alle andere kinderen in verstand en lieftalligheid uitblonk. Het was dan ook inderdaad een aardig en verstandig ven tje. Omdat het bovendien niet zoo sma keloos was aangekleed als de overige kin dertjes van Vossenburg, die reeds zeer spoedig na hunne geboorte in jurkjes van stevige stof en sprekende kleuren en in bonte boezelaars werden uitgedost, maar altijd gekleed was in een helder, wit, fijn geborduurd jurkje met rose of blauwe strikjes versierd, zoo was de kleine pas toriebewoner vanzelf een bevallige ver schijning voor allen die hem zagen, dan de andere kinderen, en noemden velen hem zelf een kleinen engel. Het dienstmeisje van den koster kon dan ook niet nalaten om het ontwaakte jonkske, dat door zjne moeder uit zjn aardig wiegje was gehaald, uit alle macht te bewonderen. Met bet grootste welge vallen zag zj naar zjn kunststukjes en luisterde met ingenomenheid naar al wat zjn moeder van hem te vertellen had. Zoo ging ongemerkt een uurtje voorbj. Maar plotseling sprong zj meteen zekere schrik op, keek op de klok, en zeide: „O, ik moet spoedig naar huis, want ik heb mooi mjn tijd verpraat." „Ja ja," zeide mevrouw van der Bjl, terwjl zj haar vingers door het Ijne blon de kuifje vnn haar zoontje liet gaan; „het wordt zeker tjd voor u, om naar bed te gaan P" „Naar bod gaan P" luidde het antwoord, „o heden neen, Mevrouw t Het zal van avond wel een uur of één worden." „Een uur of één?" vroeg mevrouw ongeloovig. „Ik dacht, dat gj al te tien uur uwen eersten slaap beet had." „O ja Mevrouw! Op alle andere avon den slapen wj ook reeds te tien uur; maar op Oudejaarsavond wordt hetaltjd één uur. Ik heb nog heel wat te doen, voordat ik naar bed kan gaan. Eerst moet ik nog een uurtje bakken, dan moet ik nog alles afwasschen en opruimen; en als het dan bj twaalven is, dan moet ik nog naar de kerk toe." „Naar de kerk toe? Des nachts om twaalf uur? Wat is daar dan te doen?" „Zooals u weet, Mevrouw! is er van avond dienst geweest in de kerk. Nu is de koster altjd jse! jk bang, dat door de kaarsen, die hier nog maar zoo ouder- wetscb in houten blokken op de banken staan te branden, of door de stoven brand kan zjn ontstaan. Hj wordt oud en tob- berig, die goede man! en wj kunnen hem dien angst maar niet uit het hoofd praten. Nu, in vredesnaam ga ik dan nog maar even naar de kerk om te on derzoeken, of er geen begin van brand is ontstaan, Ik denk dan daarbij; „Het is ook maar éóa keertje in het jaar avond dienst." Maar u begrjpt, dat ik niet al léén ga; daartoe zou ik in hot midden van den nacht geen moed hebben, hu! zoo geheel alleen, en dan zoo vlak bj het kerkhof. De smid, die naast ons woont is zoo goed om met mj mede te gaan. II j heeft die moeite voor den ouden kos ter wel over, want deze helpt hem we der hierbj in het adres op zjn brieven te schrjven, en nog meer zulk soort van dingen. Zoo ga ik dan met den smid, die de sleutels en bj donkere maan de lantaarn draagt, naar de kerk. Wj kj- ken, of wij geen vonken zien of eenig ander onraad. Dan sluit de smid de kerk deur en rammelt er eens flink aan, om den ouden man te kunnen zeggen, dat z j goed gesloten is. Als u wel eens op Ou dejaarsavond laat zjt opgebleven, dan zult u misschien wel eens iets daarvan gehoord hebben, hoewel ik altjd aan den smid zeg, wanneer wj bj uw huis, langs de heg gaan „Laat ons niet hard spreken, want zj konden anders wel eens schrikken." dominee en mevrouw Van der Bjl. Dat was dus de oplossing van de spook geschiedenis Twee menschen van vleesch en bloed, die samen met zulk een on schuldig doel naar de kerk gingen, om een ouden koster gerust te stellen, had den hun zulk een doodsschrik op het lijf gejaagd. Het meisje begreep niet, waarom na hare mededeeling, die toch zoo wonderljk en diepzinnig niet was, de dominee en mevrouw elkander zoo veelbeteekenend en zoo lang aanzagen. Neen, dè-t begreep zj niet, en zou zj ook nooit begrjpen. De pastoriebewoners evenwel waren innig dankbaar dat de geheimzinnige zaak zich opgehelderd haden Betsy riep na het vertrek van het dienstmeisje met een zucht van verlichting uit„Aan spoken heb ik wel nooit geloofd, neen nooitmaar geschrokken was i!c wel. Ik verzeker u evenwel, Ferdinand dat er nu al heel wat ergs mag gebeuren, voor dat ik mj weder zulk eenen schrik op het ljf laat jagen."

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1899 | | pagina 1