ittigj
jlen.
Vrijdag 20 Mei 1898.
Dertiende Jaargang No. 657.
Antirevolutionair
Orgaan
voor de Zuid-lVoIlniiflselie en Zeenwsche Eilanden
IN HOC SIGN O VINCES
sijds
T BOEKHOVEN.
FEUILLETON.
De verkiezing te Beekhorst.
1*
•■t 81-83.
'9
o
SOMiJIESJSSPIJK.
M&eschermmg of vis
handel.
De Engelsche staathuishoudkun
dige Charles S. Devas is van oordeel,
dat men geen doctrinair stelsel er
op na moet houden bij den vrijhan
del, maar dat men rekening dient
te houden met de omstandigheden
en protectie moet verleenen voor
bepaalde takken van arbeid, bij
aldien zij dit noodig blijken te heb
ben.
Maar wanneer is het dan noodig,
zal men vragen.
In een viertal gevallen acht de
schrijver voldoende reden aanwezig
om beschermend op te treden.
Ten eerste, om eene industrie te
doen onstaan waarvoor alle levens
voorwaarden aanwezig zijn. Hierbij
dient echter in aanmerking genomen
te worden, dat, ais in het eigen land
een nieuw artikel geproduceerd
wordt, de uitvoer van andere artike
len, welke vroeger strekten om dat
nieuwe artikel uit het buitenland te
koopen, er heel wat door kan ver
minderen. En alleen als dit verlies
kleiner is dan de zuivere winst,
verkregen door de eigen productie
van het nieuwe artikel, schijnt het
beschermen van zulk een nieuw
opkomenden tak van nijverheid aan
bevelenswaard.
Uit den aard der zaak is deze
balans moeieiijk op te maken.
Ten tweede acht de schrijver
noodig het beschermen van eene
bestaande industrie, die het welzijn
des volks inderdaad bevordert, en
die gevaar loopt te verdwijnen door
invoer van buiten. Als nl. goede in-
landsche waar verdrongen wordt
door buitenlandsche van veel min
dere qualiteit, dan is het een volks
belang, dat de betere productie gehol
pen wordt.
In de derde plaats acht Devas
bescherming noodig, als deze nationa
le veiligheid kan bevorderen, en
hierbij heeft hij het oog op het
fabriceeren van de eigen krijgsbe
nodigdheden, op het versterken
van de vloot, door het uitkeeren van
premieën aan scheepsbouwmeesters
en het subsidiëeren van stoomvaart
lijnen. Dit is echter alleen doeltref
fend, als andere landen niet in staat
zijn om gelijksoortige maatregelen
te nemen, waardoor het beoogde
voordeel weer vervalt.
In de vierde plaats kan protectie
van zekere artikelen noodig zijn om
redenen van hoogere beteekenis, ter
bevordering van het sociaal welzijn,
ter redding van de arbeidende klas
se uit hare kommervolle positie.
Aan deze, naar óns voorkomt, zeer
goede regelen getoetst, valt het in
het oog, dat de landbouwproducten
in ons land volle aanspraak hebben
op eenige bescherming. Immers is
de landbouw voor onze natie een
der voornaamste takken van bedrijf,
en wordt deze arbeid zeer bedreigd
door den invoer uit het buitenland,
Daarbij komt dat de Nederlandsche
granen van betere hoedanigheid z jn
dan veel van het ingevoerde, en dat
de sociale wanverhoudingen steeds
grooter worden, wanneer de veldar-
beiders een goed heenkomen in de
steden moeten zoeken.
De antirevolutionaire party gaf
het vorige jaar in haar program
van actie blijk, dat zj op voorzich-
tige wjze den landbouwenden stand
hulp wilde verschaffen. Doch met
het geroep van „duur brood", en door
de partj- politiek is dit pogen ver-
jdeld. Na dien tjd is het brood
reeds herhaaldel jk in prjs is opge
slagen. Meer nog dan door de be
doelde protectie 'zou zjn geschied.
Ook thans hoort men weer van
opslag, tengevolge van den oorlog,
die er uitbrak tusschen Spanje en
Amerika. Maar nu wordt die prjs-
verhooginwg meest jgend gedragen,
en beschouwt men ze volstrekt niet
als een ramp, zooals de liberale par
tj dat deed bj de stembus van 1897.
Het is wel zeer te betreuren, dat
zooveel goeds verdronken wordt in
de wateren van het partjen- gehas
pel. En toch zal het niet anders
worden, zoolang er niet meer ware
verdraagzaamheid wordt beoefend
zoolang er niet wederzijds oprechte
waardeering is zoolang men de
zucht naar partj-succés heerschen
laat over het streven naar het alge
meen belang.
JLeerplichl.
„Een hoofdonderwjzer" aan een
kath. school in het aartsbisdom
Utrecht verklaarde zich dezer dagen
evenals het Centrum ten gunste van
den leerplicht. Wel, zegt hj heeft
de redactie van de Tijddie uit een
anderen hoek kwam, niet in alles
ongeljk wel houdt ook h j het recht
der ouders over hunne kinderen voor
heilig en onschendbaar maar tevens
acht hj dat die redactie de theorie
te veel op den voorgrond stelde en
te weinig uit de praktjk redeneer
de. Zijn (des hoofdonderwjzers)
veertigjarige ervaring gedurende
32 jaren was hj aan het hootd
van kath. bjzondere scholen met veel
leerlingen heeft zjn oogen steeds
meer geopend voor de nadeelige
gevolgen van het schoolverzuim.
Ook meent hj, dat schoolverzuim
leidt tot onverschilligheid omtrent
alle onderwjs en alzoo nadeelig
werkt op de karaktervorming. Voorts
brengt hj nog het bekende argument
te berde, dat de wet, hoe bindend ook,
alleen dezulke treft die ongeregeld
willen leven, en dat de goede zorg
dragende ouders uit zichzelf reeds
doen hetgeen de wet eischt.
Wj moeten erkennen, dat er waar
heid ligt in dit betoog. Maar tegen
over de klacht dat sommigen in zake
den leerplicht te theoretisch zijn,
is het ons gevoelen, dat de hoofd-
onderwjzer, die hier aan het woord
kwam, wat al te „practisch" is, en
te gemakkeljk voor den wetgever.
Want dezelfde redeneering, nl. over
„het niet hinderijk zjn voor de
goeden" kon hj toepassen bj honderd
andere wetsregelen, die toch inder
daad de zelfstandigheid der huisge
zinnen en het recht der ouders zou
bedreigen en beperken, ja ten slotte
geheel zou opheffen. De burgers, die
geregeld leven, eten en slapen ook
op vaste uren, en reinigen zich naar
behooren, maar hoe weinig „goed-
gezinden zouden daarvan een wets-
regel gemaakt willen zien. Bj de
bestrjding van zeker kwaad in
het onderhevig geval het schoolver
zuim moet gewaakt worden, dat
niet een nog erger kwaad opkomt
dat de burgervrjheid onaangetast
bljft.
d;
FRANK-j
1
IR,
ai
|i
inenkas-
Ȏs, enz.,
jéén ge-
1
DAM.
f 1,90.
6,75.
6,75.
„11,5 0
19,—.
vslaan.
pi-yzen.
t.
T.
ïoedereede.
r
1898.
Q Hellevoetsluis.
uur.
tus en September
i a) nm. 2.50 uur
voetsluis
0 uur.
us en September
dharnis
mr.
endam.
unr.
us en September
a i 8) nm. 5 uur
setsluis.
;us en September
endam.
us en September
diensten als op
1 tijd opgegeven
»n Waterstaai te
Goedereede.
lerneming.
- en nm. 1,
uur. Woensdag,
Donderdag vm.
nm. 1.nm.
- uur.
uitsluitend voor
•Beijerland.
l 2,nm. 5.
Woensdag vm,
erdag vm. 8.15
1.50, nm. 5,
litsluitend voor
Sejjerland.
rlngvliet."
Brdam.
Woensdag, Don-
uur.
arnis,
oensdag en Don
j nm. 2 uur.
an daar 1 u. 80.
iNG.
dam,
vm. 4,SO uur
rdant,
ur.
vm. 5,15 uur.
rdam
vm. 6.uur
iam,
s nm. 2.45 uur.
MMML."
lam.
uorg, 4,50 uur.
n 6,—
Yrjjdag en
ommelsdjk
Deze Courant verschjnt eiken Vrijdag.
Abonnementsprijs per drie maanden franco per post 50 Cent.
Amerika bij vooruitbetaling f 3,50 per jaar.
Afzonderlijke nummers 5 Cent.
UITGEVER:
Advertentiën 10 cent per regel en 3/2 maal. Reclames 20 cent per regel.
Boekaankondiging 5 Cent per regel en 4/3 maal.
Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent pei plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zj beslaan
Advertentiën worden ingewacht tot Donderdagmorgen 10 uur.
Alle stukken voer «Ie lte«Iactfe bestemd,
A«!verteutiësa en verdere Administratie franco toe fe zensfesi aan «lest Uitgever.
3)
EEN VERHAAL DOOR
HILBRANDT S. BOSCHMA.
(Auteursrecht verzekerd.)
HOOFDSTUK I.
En nu ontstond er een gesprek over
het kleine meisje, dochtertje van een
fabrieksarbeider, dat nu al maanden lang
leed aan eene heupontsteking waarvan
zij, naar 's dokters oordeel wel niet ge
nezen zou. De kleine Anna was Dora's
leerlinge geweest ep het Zondagschooltje,
dat door deze gehouden werd in een van
de armste buurten van het stadje. Nu
het kind ziek was, ging zij het eiken
dag bezoeken. In den beginne was zij
wel wat afgeschrikt geworden door de
omgeving, waarin de kleine ljderes ver
keerde. Jan Meier, - de vader van het
kind was een ruw man, een spotter,
een vloeker en een drinker; en de eerste
maal had hij Dora alles behalve vrien
delijk ontvangen. De moeder was goedig
uitteraard, maar had tengevolge van de
ongeregelde levenswijze van haar man,
waardoor zij het nog armer had dan
anders had behoefd, en door de zorgen
van haar talrijk huisgezin alle veerkracht
verloren. Zij was onverschillig geworden
voor alles wat haar omringde en vooral
voor haar huishouding. De man en de
vrouw in dit huisgezin waren als twee
machten die in elkaar grepen en elkaar
zoodoende ten gronde richten tengevolge
van het drinken van den man werd de
vrouw bj den dag onverschilliger en
slordiger, en door de slordigheid der
vrouw werd de man steeds korzeliger
en zocht steeds meer zijn toevlucht in de
kroeg. Dora echter had er zioh, sterk door
de bewustheid eene goede zaak te dienen,
moedig doorheen geslagen, en langzamer
hand was zj in dit huis des ljdens eene
troostende engel geworden die niet al
leen geestelijke, maar ook stoffelijke niet
alleen stoffelijke maar ook geesteljko
zegeningen aanbracht. Dora had met de
kleine Anna gebeden en haar heerljke
geschiedenissen uitden Bjjbel verteld en
terwjl het teere lichaampje met den
dag uitteerde, was in het kleine zieltje
een nieuw Leven ontstaan, onbegrjpe-
1 jk, onverstaanbaar en raadselachtig, als
het suizen van het lentewindjemen
hoort het geluid, maar men weet niet
„vanwaar het komt en niet waar het
henengaat." Dit nieuwe Leven plooide om
het magere gezichtje, te midden van de
hevigste pjnen nog een laoh van hooger
vrede en bl jdschap. Haar ouders namen
het waar het was hun onverklaarbaar
evenals het voor ons alien, hoe geleerd
wij mogen zijn, aan deze zijde des grats
steeds onverklaarbaar zal bij ven maar
ze zagen er eerbiedig en bewonderend
tegen op. Dora echter had meer gedaan.
¥olkereïi «Ier Aarde.
Chamberlain heeft te Birmingham een
groote politieke speech gehouden. Een
zeer merkwaardige rede ook.
We stippen ten eerste aan, dat de
Jingominister den aigemeenen toestand
ernstig noemde. Ja, „en er zou wel eens
spoedig een tjd kunnen komen, dat het
noodig zou wezen een beroep te doen
op de vaderlandsliefde van het volk
en wj hopen dan natuurljk ■*- het
volk vereend te zullen vinden voor de
verdediging, van zjn belangen."
Dan bleek Chamberlain het geheel
eens te zjn met de Oost-Aziatische po
litiek van Salisburyde premier kon
niet anders. Dat had men niet gedacht,
voorwaarMaar sprak de minister van
koloniën hier eerljk zjn meening uit?
Yoorts wilde hj maar zwjgen over
de belotten, welke Rusland gegeven en
veertien dagen later gebroken heeft.
Waarom? Wel, het zou de vjandscbap
maar grooter maken en tegen Rusland
kunnen we zonder bondgenoot niet veel
beginnen. In China heeft Rusland een
krachtig leger, wj niet.
Nooit zei de minister ten slotte, was
belangrjker levensquaestie aan de be
slissing van de Britsche regeering en het
Britsche volk onderworpen. Het gaat in t'
Verre Oosten om heel China. En als w j niet
willen dat over het lot van het Chineesche
rjk zal worden beslist buiten Engeland
om, dan moeten wj niet van ons af
werpen het denkbeeld van een verbond
met mogendheden, wier belangen met
de onze overeenkomen.
Dus zal men te avond of morgen al
licht zien gebeuren, wat vroeger een onmo
gelijkheid werd geacht, n. 1. dat Enge
land bondgenooten zoekt. En wie zul
len dat zjn Chamberlain noemde het
den plicht van het geïsoleerde Brittanje,
om zich nauwer aan te sluiten bj den
Amerikaanschen bloedverwant. „Elke
oorlog zou nog goedkoop gekocht zjn
indien hj eindigde met een Anglo-Sak-
siseh verbond."
Zóó wordt de sympathie van Enge-
Niet alleen dat ze eiken dag het een en
ander voor de kleine zieke klaarmaakte,
maar ook in het huis van Jan Meier
wist zj de handen uit de mouw te ste
ken. Eerst een vriendeljke raad aan de
vrouw om dit zöö en dat zóó te doen.
Daarna had ze geholpen in de huishou
ding aan de eene of andere kleinigheid.
„Zou ze dat gat in Treeske's kous even
stoppen nu ze tóch hier was Dat kon
ze best evendoen, terwjl ze de kleine
Anna een liedje voorzong Of dat naadje
even dichtnaaien Tüuis zat ze bj haar
werk ook veelal te zingen
Vrouw Meier liet haar begaan, en was nu
natuurljk zelf ook wel gedwongen iats uit
te voeren. En zoo was langzamerhand in
dit huisgezin veel veranderd. Dora had
er een anderen geest in gebracht, en toen
Anna drie maanden ziek was geweest,
was Dora met allen bevriend, zóó zelfs
dat Jan Meier, haar terwilie er van af
zag, om 's Zaterdagsavonds naar de kroeg
te gaan. Hj was een groot liefhebber
van het damspel en Dora ging 's Zater
dagsavond met hem dammen. Zj hield
ook heel veel van dit spel verklaarde
zj. Maar de kleine Anna begreep, waar
zj het om deed en in de dankbare
blikken die het kind haar na zoo'n
avond bj het heengaan toewierp, vond
Dora een grooter genot dan het ver
bijt in het rjkste en meest ontwik
kelde gezelschap haar had kunnen ver
schaffen.
Doch de lezer zal zelf met het huis
gezin waar de kleine Anna toebehoorde,
nader kennis maken, en behoeft dus ook
niet te luisteren naar het gesprek dat
naar aanleiding van Dora's bezoek aan
dat huisgezin bj de familie Ouwerkerk
gevoerd werd. Wj noodigen hem uit ons
te volgen waar wj in het tweede hoofdstuk
een bezoek brengen aan den heer Theo-
door van der Maas.
TWEEDE HOOFDSTUK.
„Laat maar, juffrouw, ik weet den
weg 1"
En eer de verraste hospita gelegenheid
had te antwoorden kraakte reeds de trap
onder den veerkrachtigen tred van dan
vrooljken welgedanen heer, die het voor
nemen te kennen had gegeven een be
zoek te brengen aan Mr. Theo van der
Maas. Een korte geruchtmakende tik
aan de deur en onmiddel jk daarna
„Bonjour, Van der Maas! Kerel, nog
maals harteljk gefeliciteerdKom daar
heb je mj plezier mee gedaan
En j j doet me nog meer plezier, door
persoonl jk eens aan te komen," was het
antwoord van Theo, terwjl hj zjn bezee-
ker met warmte de hand drukte. „Ik
zal maar niet vragen, hoe je vaart, ging
hj voort met een glimlach om het roo-
de gezicht en de corpulente gestalte van
zjn bezoeker.
„Zooals je zietmager, maar gezond,"
zeide deze, terwjl hj zjn lichaam in
een luien stoel neervleide.
„En jj
„O, uitstekendMaar hoe kom je
zoo onverwacht uit de lucht vallen P"
„Ik moest voor particuliere zaken even
in den Haag wezen, en ik dachtKomaan
laat ik eens naar Leiden overwippen."
„Daar heb je wel aan gedaan. Komt,
laat ons de nieuwe broederschap met de
oude vriendschap tegeljk gedenken."
En Theo ontkurkte de champagner on
der welks genot de beide vrienden zich
met welgevallen in de herinneringen uit
vroegere dagen verdiepten.
Theo van der Maas en Emile le Jeune
waren langen tjd studiemakkers geweest,
hadden naast elkaar gewoond en veel
met elkaar omgegaan. Emile echter was
verscheidene jarenouder dan Theo en had
dan ook de academie reeds verlaten toen
Theo met zjn studie pas halverwege
was.
Emile was thans advocaat te Zatphen
Hj mocht, ofschoon een der jongsten
onder de broederen, zich reeds in een
uitgebreide practjk verheugen. Men kon
van hem zeggen, dat hj een van die
weinige menschen was, die het karakter
hunner ziel terstond openbaren in de ge
stalte vanhun lichaam en in de trekken
van hun gelaat.
(Wordt vervolgd.)