öoltgeiisplaat. Deze week is voor de
Gemeente eene plaatselijke feestweek.
Onder begunstiging van goed weer was j.l.
Maandagmorgen vroeg, schier de geheels
gemeente in feestdos gehuld. Verrukkelijk
schoon was het, om de honderden vlaggen
te zien wapperen over de versierde straten
en de prachtig getooide eerepoorten. Wat
was de reden hiervan?^ De Oemeente
mocht het genoegen smaken den Weledel-
Gestrengen Heer Mr. A. J. C. van Weel
thans 25 jaren als Notaris in hun midden
te hebben. Om half negen werd eene op
tocht gehouden, door een honderdtal
jongelingen in uniform gekleed met ver
sierde paarden, onder begeleide van het
Fanfaro-corps „Uitspanning door Inspan
ning" met eenige versierde wagens vau
landbouwers en ambachtslieden naar de
Achthuizen en de Langstraat waar alle
werkzaamheden van welken aard ook bij
werden vertegenwoordigd; een prachtig
versierd schip ondernam mede met de
noodige manschappen den tocht. Het Pro
gramma der feestelijkheden luidde als
volgt
Oude Touge. 8 Sept. Tot wethouder
dezer gemeente is in plaats van den heer
W. van Putten, welke voor deze betrek
king heeft bedankt,alszoodanig benoemd
den Heer H. de Haas van üorsser.
Nieuwe Touge. Tijdens het onweder
dat j. 1. Zaterdag boven deze gemeente
woedde, sloeg de bliksem in de meestoot
alhier.
V&LB&EllËft DKR A.tR&SS
De correspondent te Berlijn van de N.
Rott. Ct. seint aan dit blad, dat in de Zu-
kunft een reeks politieke uitingen van
liismai'C.k. zijn verschenen, die niet
weinig opzien zullen baren, te meer om
dat men daarin veel tusschen de regels
door zal lezen.
Bismarck dan vindt het verklaarbaar,
dat wantrouwige lieden te Parijs eerst
don woordelijken inhoud van het verbond
tusschen Rusland en Frankrijk zouden
willen zien, om daarnaar over de waarde
ervan te oordeelen. De uitdrukking „na
tions alliées" behoort tot de woorden die
geen verplichting opleggen, en tot de
duistere zinswendingen die Bismarck zich
uit zijn eigen staatsmansloopbaan in groo-
ten getale herinnert. Hij gelooft niet „dat
de inhoud van het verdrag, als er wer
kelijk een verdrag bestaat, de Franschen
zal bevallen." Zoover hij de Russische
politiek kent, is deze altijd zeer voor
zichtig, en laat zich niet zonder noodzaak
verleiden tot avontuurlijkheden, omdat zo
daarbjj niets kan winnen.
Men overschat veelal de beteekenis van
reizen, bezoeken, feesten, toosten, die om
zoo te zeggen het decoratieve element in de
staatkunde vormen. „Ook mij," zegt Bis
marck, „tracht men vaak decoratief te
gebruiken om kleurschakeering aan te
brengen, maar ik ben daarvoor te oud en
voor tooneeleffecten niot meer bruikbaar,
geloof ik."
Faure schijnt als flink koopman, (de
handel is geen slechte school voor liet
toekomstige hoofd van een staat) voor de
nieuwe mode van de „reizonstaatkunde"
allerlei gelukkige eigenschappen te bezit
ten hij is gehard tegen de vermoeienis
sen, spoorweg-en zeereizen, heeft een ster
ke maag, en gedraagt zich handig en
met tact, zonder zich schuldig te maken
aan overdrijving en rederijkerij. Over
't algemeen heeft hjj zich blijkbaar goed
en met smaak van zijn taak gekweten.
Maar in de politiek geven toch ten
slotte niet aangename indrukken, maar
belangen den doorslag. Als Duitschland
niet heel onverstandig te weik gaat, zijn
het Tsarenlied en de Marseillaise niet
te rijmen. De Russen zijn in politieke
aangelegenheden gewoonlijk zeer behoed
zaam, en de tegen woordiger Keizer van
Rusland heeft te veel plichtsbesef om
zijn soldaten te laten uitrukken ter be
vrediging van de Franschen. Desniette
min staat het Fransche potje nu toch
dichter bij hot vuur en kan, nog lichter
dan anders, wel eens plotseling overkoken.
„Wat de vermeerdering van de (Duit-
sche) vloot betreft, er mag alleen worden
toegestaan wat nuchtere mannen van
't vak noodig achten." Bismarok gelooft
dat Duitschland nieuwe kruisers noodig
heeft, maar heeft weinig vertrouwen in
de parade-schepen, die alleen bestemd
zijn om machtsvertoon te maken, en leu
genschepen zijn als er gevochten moet
worden. Yan koloniale veroveringspolitiek
naar Fransch patroon heeft Bismarck
nooit gehouden. De handel moet voldoen
de beschermd worden, maar de vlag moet
den handel volgen, niet voorgaan. In den
eersten tijd blijft voor Duitschland de
hoofdzaak een sterk, betrouwbaar leger,
met de beste wapenen toegerust. „Dat
was ook Moltke's oordeel, en evenals ik
was hij overtuigd, dat wij zelfs slagen
ter wille van ons koloniaal bozit op het
vasteland van Europa moesten leveren.
Geen schrielheid, maar ook geen hersen
schimmige plannen, waarover wij per slot
van rekening nog ruzie zouden krijgen
met andere menschen, die voor onze
positie in Europa van belang zijn."
Uit do verdere mededeeling van Bis
marck blijkt, dat hij, ondanks de uitnoo-
diging van den Keizer, niet naar Kiel
zal gaan om den doop van het pantser
schip dat zijn naam zal dragen bij te
wonen.sHij [voelt zich thuis pleizierig en
is niet] geschikt meer voor fcesteD.
Uit Cufoai&usche bron is te New-
York bericht ontvangen, dat generaal
Weyler, in plaats van de opstandelingen
op te zoeken, den oogst vernield en de
kudden uiteen drijft, In de buurt van
Managa heeft een bloedig gevecht plaats
gehad, waarbij Weyler de vlucht moest
nemen in eene boerderij. In een gevecht
te Santiage werd generaal Linaris gewond
en een paard onder hem doodgeschoten.
Ook kapitein Bonet, drie officieren en
100 Spaansche soldaten werden in dat
gevecht gedood, terwijl eene colonne, die
hun te hulp kwam, moest afdeinzen. De
stad San Andrès, nabij Gibar, is stormen
derhand ingenomen. Een deel van het
garnizoen nam de vluchthet andere deel,
dat stand hield, werd met de bajonet
overhoop gejaagd.
Merken we hier echter bij op, dat,
naar de ervaring leerde, de Cubaansche
berichten niet zoo hèèl veel meer ver
trouwen verdienen dan de Spaansche
onverwinningsdepêches.
De Spaansehe regeering heeft
besloten, met het oog op de veiligheid,
twee kannonneerbooten naar de kust van
Marokko te zenden.
Eerst werd daar den 14den Augustus
het Italiaansoh zeilschip Fiduciamet hout
van Pensacalo naar Marseille bestemd,
door zeeroovers buit gemaakt, die den
kapitein, den bootsman en deu kok ge
vangen namen. Een Italiaansoh oorlogs
schip, dat was uitgezonden om dien bo
dem op te zoeken, vond het schip cn
bracht het naar Marseille.
Deze week is intusschen weer het
Portugeesche schip Rosila door zeeroo
vers nabij Alhucemas aangevallen. Twee
leden der bemanning werden naar het
binnenland gevankelijk weggevoerd. Maar
nu zal het Spaansche gouvernement dan
toch zorgen, dat er aan do vermetelheid
der roovers paal en perk wordt gesteld.
Als nu de Sultan van Marokko daar maar
geen bedreiging in ziet
Op SAreSta is het nog niet in orde.
Nu weer hebben ongeregelde Turksehe
troepen in den nacht van 31 Augustus
geschoten op het Italiaansche schip Sar-
degna. Admiraal Canovaro heeft hierover
bij zijn collega's beklag ingediend, en
dezen hebben besloten, aan Djevad-pacha
ontwapening te vragen van de ongere
gelde Turksehe troepen. Indien dit wordt
geweigerd, zullen de admiraals aan den
Sultan verzoeken Djevad-pacha te ont
slaan.
Do houding van dezen Turkschen
gouverneur, of militairen commandant,
al naar men wil, is steeds van dien aard
geweest dat ze telkens botsing tusschen
Christenen en Mataomedanen uitlokte.
Bij verschillende gelegenheden moesten
de admiraals hem aan zijn instructies
herinneren, want hij neemt alles te baat
om den Ottomaanschen invloed op het
eiland te herstellen. Teneinde nu nieuwe
„streken" van Djevad-pacha te verijdelen,
heeft de nationale vergadering der Kre-
tensers dan ook aan de admiraals laten
weten, dat de autonomie over het eiland
wordt aanvaard zooals ze door de mo
gendheden is vastgesteld.
De admiraals stellen 10 September voor
als den datum voor do opheffing van
de blokkade van Kreta. Zij hebben daar
omtrent telegrapbisch aan hun regeerin
gen instructiën gevraagd.
In de laatste drie dagen moeten te
Konstantinopel ongeveer 300 Turken in
hechtenis genomen zijn, onder verdenking
van te heulen met de joDg-Turksche
partij.
Tien personen werden Zaterdag ge
vonnist, in verband met de jongste dyna-
mietaanslagcn. Twee zijn vrijgesproken,
acht ter dood veroordeeld.
Over de vrede wordt nog wel steeds
onderhandeld, maar nu schijnt men toch
werkelijk te mogen verwachten, dat het
eind spoedig ddar zal zijn. De waarbor
gen, fdoor Griekenland gegeven voor de
afbetaling der oorlogsleeniug, hebben de
mogendheden geheel voldaan alleen staat
Duitschland nog op zijn stuk wat de
financieele controle betreft. Maar tegen
de andere groote staten in, zal de regee
ring te Berlijn toch wel niet willen of
kannen volhouden.
Voorts wordt gezegd, dat Turkije nu
niet minder begeerig dan Griekenland
is naar het sluiten van den vrede, omdat
zjjn troepen in Thessalië zooveel van
ziekten te lijden hebben.
SMinnealand
HOE KAN DAT Pj
In een van de Atjeh-brioven uit do
Indische bladen, komt de volgende mede
deeling voor
„Den 27sten j.l., is de Europeesebe
fuselier De Roo vaa het 12de bataljon,
gedurende het overbrengen van de repe
teergeweren naar Samahani en passant
weet men dus, dat de 4de compagnie van
het 9de, die te Samahani gelegerd is,
repeteergeweren ontvangen heeft onwel
geworden en eenige oogenblikken daarna
in de ziekenzaal te Lambaroe overleden.
Het bleek, dat er in het lichaam geen het
minste voedsel meer was, dus is de man
gestorven aan uitputting of van honger, of
door beide oorzaken tegelijk. Schande, o
schande, indien zulks aan do verpleging
van den troep te wijten is
Tot zoover het verhaal.
De berichtgever voegt er bij, dat er hier
geen sprake is van misbruik van sterken
drank.
Maar waar dan wel van
Het is niet aan te nemen, dat onze jon
gens in onze Oost zóó slecht worden gevoed
en verpleegd, dat zij van honger sterven.
En toch wordt bet hier aD onbetwistbaar
zeker gemeld.
Eenig meerder licht zou wel wenscbelijk
zij»-
Gemengd nieuws.
Vroege verdorvenheid. Voor de recht
bank te Amsterdam stond Vrijdag terecht
een van die ongelukkige jonge schepsels,
die in onze stad mannen aan don kost hel
pen door een oneerbaar leven.
Het meisje was 18 jaar haar moeder
kon haar niet regeeren, en zij had een
„beminde" die op haar kosten leefde. Hoe
ze aan geld kwam Dat bleek voor de
rechtbank. Ze had een kantoorbediende,
een jongen van 20 jaar, medegelokt, en in
een huis van ontucht den knaap bestolen.
Hij miste een portefeuille met ƒ45 aan
bankpapier en zijn horloge.
De jongen raakte ook zijn betrekking
kwijt, omdat hij zich met dit meisje had
afgegeven.
Zij, door den rechter ondervraagd, had
blijkbaar alle schaamte verloren, en was
brutaal. Haar beminde werd door de poli
tie aangeduid als een kwartjesvinder. Dit
sujet kwam vrijhet meisje ging voor drie
maanden achter slot.
Wat het verdei eleven van zulke bekla
genswaardige wezens worden moet
Aaneenschakeling van ellende.
DE AANVARING VAN DE „SPEELMAN".
Zooals men weet, heeft in den nacht van 28 Juli in
Straat Bangka een aanvaring plaats gehad tusschen het
stoomschip Speelman van de Koningklijke Puket-
vaartmaatschappij het Fransche zeilschip O u g u c|s-
cl in
Yan een der passagiers, den heer II Graphic Poppe
uit Berljjn, ontving (het Bat. N w s b 1het volgende
relaas aan de ramp.
„Den 27sten Juli, Dinsdag, verliet het schip onder
fraai weer, te 8 uur 30 Singapore, voor dejreisnaar
Batavia. De verdere le klasse passagiers aan boord wa
ren mej. Greiss uit Pommeren, jde hoeren Kakbeek uit
Yianen, en Neder burgh van Batavia. Er waren boven
dien nog 37 tusschendeks-passagiers.
„Den len dag ging de reis geheel jnaar [wensch, Jen
geen onzer had dan ook maar een gedachte van hetgeen
ons zou overkomen. Des avonds gingen wij allen vroeg
ter kooionze mede-passagieres was naar haar hut ge
gaan; wij heeren, hadden uesloten den nacht op dek
door te brengen.
„Te kwart voor eenen werden wij plotseling in onzen
slaap opgeschrikt door een verschrikkelijk geraas als
van brekend glasik sprong dadelijk op, in het denk
beeld, dat het schip op een rit was geioopen. Een oogon-
blik lag de boot stil, en onwillekeurig maakte zich toen
de gedachte van een naderend einde van mij meester.
Terstond wekte ik de medepassagieres, raadde haar aan
zich van redding-gordels te voorzien, en snelde daarop
weer naar dek, om onderzoek te doen naar de oorzaak
van de ramp. Aan dek gekomen zag ik aan stuui booid
een groofcen schoener, die ons schip middenin getroffen
had, en bezig was het als het^vare te vernielen de boeg
spriet stond dwars over het dek. Na het vernielingwerk,
dat slechts kort duurde, zette het andere sehipzyn reis
voort.
„Wp dachi^ niet anders, dan dat wij reddeloos
verloren zöuïfen zijn en maakten reeds een boot aan
bakboordszijde gereed, aangezien de drie booten aan
stuurboord. verbrijzeld ol onklaar waren. De lantarens
waren bovendien gebroken, de olie, die eruit vloeide,
vatte vlam en een oogenblik bestond nog de vrees voor
een brand ^gelukkig werd dit uieuwe onheil atgewend.
„Ik informeerde daarop bij een der officieren of de
machine niet onklaar was geraakt en waar zich de
gezagvoerder bevond. Ik hoorde tot mijn geruststelling
dat de machine niets geleden, noch het schip een lek
bekomen had, doch tot mijn leedwezen werd er bijge
voegd, dat onze gezagvoerder bij het ongeluk het leven
had verloreneen tijding, die op alie passagiers een
diepen indruk maakte. Kapitein Scherpbier bevond zich
nl. tijdens de kramp in de hut onder do brug en deze was
geheel weggeslagen.
„De kompassen, chronometer en verdere instrumenten
waren zwaar beschadigd en onbruikbaar gemaakt.
„Al deze omstandigheden lieten niot na de passaggiers
zeer ter neer te slaan, doch het was een groote gerust
stelling, toen de le officier, de heer Schippers, order gal
geen booten neer te laten, omdat de romp van het schip
niet zoodanig was brseliadigd, dat het de reis niet zou
kunnen voortzetten.
„Er werd nog gewacht of debark nog noodseinen gaf,
en toen dit niet het geval was, werd de reis voortgezet.
„Het lijk van den gezagvoerder werd hierop gerei
nigd van het bloed, dat uit verscheidene verwondingen
gevloed had en daarop in een der sloepen gelegd, over
dekt met de Hollandsche vlag.
„Hierna gingen ,wij over tot de behandeling, voor
zoover ons dat mogelijk was, van de gekwetsten de heer
Nederburgh verleende mij hierbij zeer veel hulp. Uit
mpn ^eigen^kleine reis-apotheek kon ik nog een en ander
verstrekken, ^dat wij daarbij gebruikten aangezien de
verbandmiddelen niet toereikend bleken.
„Het vertrouwen, dat de hr. ^Schippers de le officier
volkomen ertoe in staat zou zijn het schip naar zijn
bestemming te voeren, droeg er veel toe bij om onze
gemoederen langzamerhand weer, ten deeleaithans, tot
bedaren te brengendoch al ging schijnbaar alles weer
zijn gewonen gang, wij waren niet in staat, ons aan
den indruk vau het gebeurde te onttrekken.
„Aan de equipage alle lof en dank vóórhaar flink en
moedig gedragden officieren in het bijzoader voor liun
beleidvol optreden in de verbijstering, die velen tijdens
de ramp had aangegrepen."
Schandelijke nalatigheid. Zooals we
voor eenigen tijd meldden werd E. A. van
Wijnjeterp door den kantonrechter te
Bee tsterz waag fcot 3 maanden hechtenis
veroordeeld, omdat hij nagelaten had po
gingen tot redding te doen van een kind,
dat in levensgevaar verkeerde en later
dood uit het water werd gehaald, terwijl
die hulp zonder gevaar van zijn eigen
leven had kunnen worden verleend.
De veroordeelde kwam in appèl en de
zaak diende voor de arrondissements
rechtbank van Heerenveen.
Beklaagde erkende, dat hij het kind
in een sloot heeft zien liggen, met het
hoofd en de beenen onder water, geheel
roerloos. Geen oogenblik twijfelde hij er
aan of het was dood. Bekl. zegt, dat hij
nooit een lijk heeft kunnen zien daar
om snelde hij terstond naar de ouders
om dezen te waarschuwen.
„Ik wijt net", zoo sprak bij tot de
moeder, „of er je kwet oan gelegen leit,
mar dan is 't net sa best."
„Hwet is er dan," vroeg de vrouw.
„Er leit 'n bern ija 't wetter."
De vrouw snelde hem na en toen ze
haar eigen kind zag liggen, schrikte ze
zoo, dat ze tot niets in staat was. Op
haar geroep kwam haar naaister Meintjc
aansnellen die het kind zonder moeite
uit het water haalde en aangaf aan den
vader, die er inmiddels ook bijgekomen
was. Allo drie meenden, dat de kleine,
na uit het water gehaald te zijn, nog
een snik gaf. Terstond werd om een
doctor gezonden, doch daar deze op twee
uren afatafad woonde, was het al veel te
laat toen hij kwam.
De officier van justitie acht het aan den
beklaagde ten laste gelegde wettig en
overtuigend bewezen. Uit de verklaring
der getuigen blijkt, dat bet kind geleefd
heefc. Wat de naaister gedaan heeft, had
bekl. ook kunnen en moeten doen. Hij
eischt dan ook bevestiging van het von
nis.
Bekl. neemt nog eens het woord. Waar
om, zoo ongeveer spreekt hij, zou ia het
kind niet gered hebben, als het mij mo
gelijk wasdoch ik heb gezien dat het
dood was. En, zooals ik reeds zeide, ik
kan nu eenmaal geen lijk zien.
Uitspraak op 9 September.
jEen misleide. Zooals men weet is
Geertje Kleefstra indertijd wegens maje
steitsschennis tot zes maanden gevange
nisstraf veroordeeld. Zij is daarna naar
Belgie uitgeweken.
Daar verkeert zij in droevige omstan
digheden zij is werkloos, broodeloos en
zal weldra ook geen dak meer boven
het hoofd hebben.
In De Vrouw doet de redactrice, Nel
lie van Kol, een beroep op de partijge-
nooten om gelden bijeen fe krijgen.
Door de Belgische justitie wordt
zekere D. uit Brussel gezocht, die voort
vluchtig is en vervolgd wordt wegens
handel in blanke slavinnen. Hij lokte
jonge schoone meisjes naar Brussel, onder
voorgeven dat hij goode positiën voor
haar had in 't buitenland, en met onzede
lijke bedoelingen zond hij ze dan naar
Amerika of Zuid-Afrika. Een paar 17-
en 18 jarige meisjes uit Koekelberg
brachten liet schandelijk bedrijf van den
man, die zelfs waar hij kon de meisjes
van de ouders kocht, aan hot licht.
De heer Dekker, een geacht schrijver
voor „De Wereldstrijd", wijdt de volgende
regelen aan de jeugdige gevangenis-bevol
king.
Dezer dagen ontmoette ik een jongen in
de cel, die pas 22 jaren telt,en reeds heel
wat maanden gevangenisstraf achter den
rug heeft.
Thans heeft bij weer 5 jaren voorden
boeg.
Oppervlakkig beschouwd, zegt men, en
terecht, wat 'n schoelje. Maar als men al
les weet, dan krijgt men toch weer een an
dere kijk op zulk een individu. Een gevoel
van medeljjden maakt zich dan van ons
meester. Welk een jeugd, en welk een
opvoeding
Ik was zoo vertelde hij mij vijf
jarenoud, toen mijn vader mijne moeder
verliet. Ik at het bevuilde brood uit de
tafelstoel, waar mijn jongste broertje in
zat, want ik had honger. Maar moeder had
het te druk om met vader te kijven, dan
dat zij zich veel met ons bemoeien kon. En
vader, hjj was onverschillig geworden
verliet ons
Dat was reeds meermalen gebeurd,
maar dan kwam hij toch weer terug. Maar
de laatste maal is hij weggebleven." Geen
wonder dat zulk een kind opgroeit voor,
wat men noemt, galg en rad.
Zulk een jongen (of meisje) begint met
kleine diefstallen, om dan in een rijksop
voedingsgesticht terecht te komen. Dat is
het begin van het einde, want eens daar
geweest, komen zij vaak later in de gevan
genis te recht, en maken een vast deel uit
van de vlottende bevolking dier inrichtin
gen, Het zou mij wat waard zijn de percen
tage daarvan te weten. Wat zou dat hoog
zijn.
De oorzaak hiervan is niet ver te zoeken.
Een gevangene, die het klappen van de
zweep kent, en ook op de „Kruisberg" ge
weest was, zei mij eens de Kruisberg me
neer, is de kostschool voor Leeuwarden.
En niet zoo heel lang geleden verklaar
de zulk een indivendu, voor de rechtbank
te Rotterdam, dat hij „zes jaar in het
gesticht had doorgebracht, dat hjj zijn
bost had gedaan om goed op to passen,
maar, zoo vervolgde hij „als je er
als een fatsoenlijke jongen komt, dan ga
je er als een bee3t vandaan. „En in die
woorden ligt ^ontzaglijk veel waarheid.
Wij vragen niet of alles in de stichtingen
is zoo als het behoort, en wij veroorloven
ons geen oordeel uit te spreken waarom
indertijd de gewezen le luitenant Salo-
monson het als adj.-directeur dier stich
ting niet kon uithouden. Maar wij durven
wel beweren dat men in die gestichten
eene verzameling van ondeugden en lage
zielen vindtladelichters, gauwdieven,
zakkenrollers, wagens- en winkeldieven
inbrekers, enz. enz. En als nu onder al
dat gespuis een jongen inkomt, waar nog
wat goeds in zit, dan wordt dat er door
de andere jongens uitgehaald. Van een
meisje dezer dagen ontslagen, ontving ik
eon rapport, en in de rubriek „gedrag"
stond vermeld: onverschillig gedrag
laat veel te wenschen over. Zulke rappor
ten zijn inderdaad geen zeldzaamheden
en zulks kan moeilijk anders. Er is naar
mijne stellige overtuiging maar èèn mid
del dat kans biedt op beterschap, en dat
is do kinderen te plaatsen in eene om
geving waar zij niet alleen met vaste
hand en met liefde, maar ook door het
Evangelie bearbeid en geleid worden. En
dit laatste ontbreekt in de Rijks-opvoe
dingsgestichten, en bet is misschien ook
daarom dat de resultaten van die gestich
ten inderdaad zorgbarend zijn.
Zoo dikwijls komen vader of moeder
mjjne hulp inroepen om hun ondeugende
jongen of meisje in een geslicht te helpen,
maar in geen geval ben ik er ooit voor
te vinden, tenzjj ik ze geplaatst kan krijgen
in een Christelijk gesticht of wanneer ik
het wenscbelijk acht een schadelijk per
soontje te helpen verwijderen, opdat hij
niet de gelngenheid hebbe, ook andere
jongens ot meisjes zedelijk ten gronde
te richten.
Plaatselijk Xieuus».
Sommelsdijk. Ia aansluiting met hot
bericht, door onzen particulieren corespon
dent verschaft, (Zie ons laatste nummer)
werd ons van offieieële zijde kennis ge
geven, dat ook de Heer ÉIS al hier, door
de Vereeniging van Nederlandache Suiker-
fabrikanten, erkend wordt als deskundi
ge tot het ijken en zuiver erkennen van
weegbruggen.
Dit ter geruststelling aan II.H. eige
naren van weegbruggen. Wien wij gaarne
het adres ter hand stellen aan wien do
Heer Voenhuizcn dit Schrijven zond.
Ingezonden.
Wegens periodieke aftreding als Raads
lid werd de heer C. Joppe Gz, in do
Openbare Vergaderingvans September
j.l. herbenoemd tot Wethouder en Amb
tenaar van den Burgelijken Stand, welke
beide betrekkingen weer door hom werden
aangenomen.
Middelharnis. Tot onderwijzeres aan
de O. L. school alhier is benoemd Mej.
J. Bolle te Haemstode (Zeeland.)
Nadat Vrijdag do geloofsbrieven der
nieuw benoemde raadsleden zijn ondor-
zocht en goedgekeurd, werden zij heden
beëedigd en tot de vergadering toegelaten.
Hot zoontje van C. Jordaan viel Zater
dag in de kaai en kwam met zijn hoofd
op den drijver terecht, zoodat hij bewuste
loos ia het water viel. Gelukkig werd hij
intijds gered door den 14 jarigen zoon van
den Heer Busink, die te watersprong.
Stad a'/t Haringvliet. Tot onderwijze
res aan de O. L. School alhier is benoemd
Mej. G. Jongste te Middelharnis.
Den Bommel. Tot wethouder dezer Ge
meente is gekozen inplaats van de Heer
A Jongeling (aftr) die 2 stemmen verkreeg,
de Heer F. J. Knoop met 5 van de 7
stemmen.
1. liet opstellen van den stoet. 2. Den
optocht. 3. Receplie op de Raadzaal. 4.
Aanbieding der Cadeau's van ingezetenen
van Ooltgensplaat en Den Bommel, van
Notarissen en van eenige leden der Geref.
Kerk. 5. Complimentcering door den Raad
der Gemeente. 6. Ovatie Schoolkinderen.
7. Serenade Mnziekvereeniging. 8. Con
cert. 9. Illuminatie. 10. Vuurwerk.
Dinsdag mocht den WelEdelen Heer
L. M. van Putten de onderscheiding
genieten zich voor 50 jaren op het Notaris
kantoor alhier werkzaam te zien hetwelk
ook de Gemeente feestelijk herdacht.
ZEd. werd ook eenige Cadeaux tot blij
vende herinnering aangeboden door tal
van vreemdelingen werd dit feest bijge
woond. Aan de armen van elke gezindte
werd door den heer van Weel eene gift
aangeboden als mede aan de Schoolkinde
ren van de Staatsschool no. 1 en 2 en van
de bijzondere school te Achthuizen ver
snaperingen die dankbaar werden aan
vaard.
Volgens hetj gesloten inschrijvingsre
gister zullen dit jaar 34 personen aan de
loting moeten deelnemen.
Tot deelneming aan do vrijwillige
oefening in den wapenhandel hebben
zich geen jongelieden aangemeld.
Zijn weg nemende langs het dak en
springende langs verschillende gootsn en
buizen kwam hij in den regenbak uit.
Hoewel een zware zwaveldamp aan
wezig was veroorzaakte gelukkig een
brand, en bleef het bij materieels schade
IMrksland, Op Zondag 19 dozer hoopt D.
V. Ds. Kalkman prod, te Woerden in do Ned.
Herv. Kerk alhier eene Unierede! te houden,
waarbij een Collecte voir de christelyke sohool
gehouden zal wordon.
De heer A. v. d. Graaf onderwijzor aan de
Chr. School alhier is als zoodanig to Gorinchem
benoemd, en heeft die benoeming aangenomen.
Op de alhier gehouden stemming voor4 gemach*
tigden zijn horkozenjde heeren G. Bosiohietor, M.
v. Eek, P. van Dongen, en gekozen de heer H. J.
Jansen.
Yoor do vrije oefeningen in jden wapenhandel
hebben zich slechts 12 jongelingen aangegeven.
Melissant. In de Raadsvergadering van
7 dept. zjjn de verkozen raadsleden de
heeren J. Schilperoort en D. Sielingals
zoodanig beëdigd.
In dezelfde vergadering is besloten een
nieuw torenuurwerk aan tekoopen.
iiigeiaGïiden SSasIiiiera.
Buiten Verantwoordelijkheid van Redactie en Uitgever.
Mijnheer de Redacteur
In uw blad van den 3n dezer komt een
verslag voor van de feestviering in deze ge
meente op den jaardag van Koningin Wilhel-
mina, dat op enkele punten rectificatie noo
dig heeft en waartoe ik beleefd een plaatsje