B IJ VOEGSEL MAAS' Vrijdag 17 Juli I896 No. §61, FEUILLETON. Oplossing Prijsraadsel Ho. 9 IN HOCSIGrNO VJÏÏSES VAN prijzen en verachten neemt de een het woord in een geheel anderen zin dan de ander. Nu, dezer dagen beredeneerde de heer C. E. van Koetsveld („de bekende antirevolutionair" in Zee land, zegt de Nederlanderin een ingezonden schrijven in de Zeeuw dat Mr. Groen van Prinsterer geen democraat was. Om dit te bewijzen haalt hij van dezen staatsman de volgende regelen aan: „De demo cratie is het dogma van de vol ledige overgave van 's burgers hei ligste en dierbaarste rechten van goed en bloed, aan den op geenerlei Eindelijk terug. uuveu aaiigenatuue wooraen niet heeft veroordeeld hetgeen onze party' thans beoogt, wanneer zij spreekt van het sturen in democratische richting. Men kan toch niet aanne men, dat eene geheele, sedert vele jaren ontwikkelde partij, zoo maar op eens zal omhelzen datgene, het welk een harer grootste leermeesters kenschetst als afkomstig uit de hel en slechts voerend tot den ondergang. Dit kan men toch nietgelooven van eene partij, die haar grondbeginselen afleidt uit Gods Woord, en die dus wandelt bij het onbedriegelijke licht. Enkele [personen mogen zoo diep vallen, en zoo jammerlijk verblind nen van mvioea op de samenstelling der volksvertegenwoordiging, die bij de regeering de volksbelangen heeft voor te dragen. Werpt men hiertegen op, dat die volksvertegenwoordiging feitelijk voor eon deel regeert, dan antwoorden wij: men kan toch het Yolk er niet buiten laten tot tijd en wijle die toestand van mederegeeren op houdt; vooral niet, als men ziet, dat juist in de hoogere volkskringen, bij de rijken en aanzienlijken zich een streven openbaart om hun mede- besturenden invloed aldoor vast te houden en uit te breiden. Immers zoodoende zou men in een verkeer- schijntegenstrijdigheden opdiepen. Zoo ook bij Mr. Groen opzichtens de door hem toegekende waarde aan den volksinvloed. Maar men moet het geheel van hun woorden en daden nemen, en legt men dien- breederen maatstaf bij Mr. Groen van Prin sterer aan, zie dan wordt het klaar als de dag, dat Mr. Groen, als het er op aan kwam met en voor het geheele volk optrok, en de trouw aan zijn beginselen verre stelde boven de vriendschap der aanzienlijken, waardoor hij langen tijd met slechts een paar vrienden alleen bleef staan. Dezelfde Mr. Groen van Prinste rer, die de volksoppermacht zoo Grondwet, waarbij de rechtmatige invloed van het Volk niet geheel uit het oog verloren en de moge lijkheid van Grondwetsherziening ondersteld is." „Lijdelijkheid past den christen, doch waar de gelegenheid tot werken bestaat, past lijdelijkheid hem niet.'' Mr. Groen heeft nooit het volk willen laten regeeren, doch dat wil zijn leerling Dr. Kuyper, dien hij tot zijn opvolger heeft aangewezen, evenmin. Maar wel heeft hij vaak en veel gepleit voor de volksrechten, en Dr. Kuyper doet dit naar de eischen onzes tijds evenzeer. VAN 'tWint tegenwoordig al meer veld, Om voor betrekk'lijk weinig geld, Een net en degelijk pak te koopen; Wenscht dus g' uw geld een nuttige besteding, Bezoek B. Haagens, ge vindt er hoopen Gemaakte heeren- en kinderkleeding. Ooltgensplaat. N. A. Sohilperoord Hd. Wanneer in 'thuishouden gemaakte heeren- [en kinderkleeding benoodigd zijn, Reist men naar Oost en West, doch van't [gekochte krijgt men pijn. Men stelt vertrouwen in snit en stof en 't [komt verkeerd soms uit; De één bemerkt dit, den and'ren weer dat, [men maakt zich wrevelig tot besluit. Verlangt gij goederen naar den smaak, in [prima qualiteit en zeer solied? Reis dan naar Middelharnis en bezie het [goede, wat Benjamin Haagens u biedt. Ouddorp. Willem Caron. In Middelharnis op den dijk, Alwaar die fraaie winkel prijkt, Van Haagens, waar men kleeren, Voor kinderen en voor heeren Verkrijgen kan, zeer net van pas; Gemaakt eer er een kooper was. Ooltgensplaat. P. don Br»b-r. Wie nu eens net gekleed wil gaan, Loopt bij Benjamin Haagens aan; Zijn kleedingstof voor jong en oud, Is zeer solied, en goed vertrouwd. Op de Westdijk, Middelharnis, Ga daar maar heen; ge koopt gewis. Sommelsdijk. Johs. de Wit. Als gij goedkoop gekleed wilt gaan, Behoef je niet eens naar Rotterdam te gaan. Bij B. Haagens in het magazijn, Daar zijn Costumes in 't groot en klein, Camgaren, cheviot en wat al meer, Het beste adres is alleen bij dien heer. Nieuwe Tonge. Anna Lijntje Yerweij. Heeren en dameshebt gij al gezien, Wat Benjamin Haagens u aan kanbien? Gemaakte heeren- en kinderkleeren, Fijne stoffen, zooals wij begeeren. Dus gaat er heen, eer dat het te laat is, 't Is op de Westdijk te Middelharnis. Middelharnis. L. Westdijk. Vroeger moest ge naar Rotterdam om een jas Maar nu zijn ze te Middelharnis van pas De heer B. Haagens staat voor solied bekend, Ga nu niet verder, maar besteed daar uw (geld. Botterdam. Cornelia Vogel. Ik weet voorzeker en gewis, Dat het raadsel in dit nummer is. Gemaakte kleeding, voor groot en klein, Dan moet men bij B. Haagens, Westdijk, (Middelharnis zijn. OoltgenBplaat. A. ran den Tol. Landgenooten uit Flakkee, Koopt toch uw goed bij Haagens B, Middelharnis, straat Westdijk, Bediening ras voor arm en rijk, Gemaakte kleeding, voor kind en voor heer, Neemt eens een proefje, en stellig komt ge [weer. Herkingon. N. Voordijk Pd. Gemaakte heeren- en kinderkleeding, Bij Benjamin Haagens daar vindt men keus, Zeer netjes en degelijk tot zeer lage prijzen, Een prompte bediening is dien heer zijn leus. Op de Westdijk, Middelharnis, boven de [deur staat zijn name; De familienaam Haagens behoeft geen [verdere reclame. Oude Tonge. I. de Winter. Gemaakte heeren- en kinderkleeding, Ziet men in het magazijn; Manufacturen, de grootste sorteering, Damesmantels, extra fijn. 't Is op de Westdijk als ik mij niet vergis, B. Haagens, Middelharnis. Nieuwe Ton ge. Maris Robër, Voor weinig geld, is men gesteld, Broek, vest en jas, zeer net van pas. En is de leus, patroons na keus, In 't magazijn, voor groot en klein. Te Middelharnis op Westdijk, Bij B. Haagens voor arm en rijk. St. Maartensdijk. Sn. C. van Noord. Bij heer Haagens Benjamin, In broeken, vesten, jassen, Kan iedereen zich naar zijn zin, Een mooi costuum aanpassen. Neemt dus de vrijheid, komt en ziet, Zijn waar is prachtig en solied. Sommelsdijk. A. Noordermeer. Middelharnis moet men wezen, Op de Westdijk moet men zijn; In de winkel van B. Haagens Hangen kleeren groot en klein. Ja men ziet er naar verlangen: Heeren- en kinderkleeding hangen. Ooltgensplaat. Herman Yogelaor. Gaat maar naar Middelharnis, En ik weet zeker en gewis, Gij zult u niet beklagen. Een pak voor weinig gulden maar; 't Zij groot of klein, men komt er klaar, Ja, iedereen kan 't dragen. Sommelsdjjk. JH. Koop. Gemaakte heer- en kinderkleeren, Kan men koopen naar begeeren. Voor oud en jong, voor heer en knecht, Zèer kort bij kan men nu terecht. Bij heer Haagens, Middelharnis, Dat is hij als 'k me niet vergis. Sommelsdjjk. P. v. d. Sloot. Heeren- en kinderkleeding gemaakt, Zoodat het ieder zeker netjes staat; Daar het naar de laatste mode is, Bij B. Haagens te Middelharnis. Sommeladijk. P. Buth Gz. Wil men gemaakte heeren- en kinderklee ding koopen, Aanbevelend, B. Haagens, dan behoeft (niet ver te loopen, Westdijk, Middelharnis, daar heeft hij zijn (magazijn. Daar kunt gij zulks koopen, in 't groot (en in 't klein, Ook Manufacturen tegen billijke prijzen, Vergeet niet, de damesmantels, daar (kan ik op wijzen. Ooltgensplaat. Teuntjo M. Metaal. Gemaakte heeren- en kinderkleeding, Ook damesmantels zoo ik vernam, Het is alles soliede, billijke prijzen, Komt te Middelharnis zal men u wijzen Bij den heer B. Haagens is veel keus, Gaat maar uitzoeken naar eigen leus. Delfshaven. Johs. Schellavis. Het raadsel als 'k mij niet vergis, Is B. Haagens Middelharnis. Gemaakte heer- en kinderkleeding, 't Is al pas klaar en ruim sorteering Op de Westdijk moet men zijn, Ruime keuze grof en fijn. Stud aan 't Haringvliet. M. van Bumpt Bd. B. Haagens levert hier genaaid ook bij de lap, Een prachtig heercostuum voor krom ge- [bochelde en ook knap, Te Middelharnis in dat schoone Magazijn, De Westdijk is de keus van Damesmantels in [het fijn. De oplossing mag hier zijn Gemaakte heeren- [en kinderkleeding, Verzoekt men hier beleefd een ieders binnen- [treding. Den Bommol.jj "W. van Gelder Cz. De Weledele dienstvaardige dienaar B. Haa- [gens, Bericht aan 't geachte publiek van Flakkee, Dat hij ons kan helpen naar ieders behagen, Aan kleederen op maat, van iedere snêe, In zijn woning te Middelharnis, Die aan de Westdijk te vinden is. Nieuwe Touge. JanBraurGz. Ik heb toch nu zoo lang gezocht, Dat ik dit raadsel heb uitgedocht, Bij B. Haagens te Middelha rnis, Daar koopt ge wat te vinden is, Bij B. Haagens in 't Magazijn, Daar koopt ge alles grof en fijn. Sommelsdijk. K. Grootenboer, Gemaakte Heeren en Kinderkleeding, Mij dunkt dit zal het raadsel zijn, Mocht ik nu de prijs eens winnen, Dan zou het voor Paulus Slis zijn. Abonne's van de Scheldeboó, Ik sluit mijn versje, het zij zoo. Dirk9land. Gemaakte heeren- en kinderkleeding, Mij dunkt zoo moet het raadsel zijn. Bij den Heer B. Haagens moet je wezen, Die verkoopt groot en klein. Ik ben geboren in Flakkee, Nu doe ik uit een grap eens mee. Herkingen. Cornells de Vos. Die nu eens iets goeds wil koopen, Een jas of broek heel mooi en fijn, Gaat naar B. Haagens Middelharnis, Dat zal het goede adres wel zijn. Middelharnis. T. Verdonk. Die goedkoop gekleed wil wezen, Moet bij B. Haagens te Middelharnis wezen, Daar kan u gemaakte heeren- en kinder- [kleeding bekomen. Treed zijn winkel binnen, kiest, past en [koopt zonder schromen. Oud Beierland. B. Bison. Weet gij niet waar gij uw kleeding kunt ver krijgen, Zoo niet? dan wil ik het voor u niet verzwijgen 't Is bij den heer B. Haagens te Middel harnis, Alwaar het speciale adres voor heerenklee- [ding is. En wiens systeem is: soliede waar tegen bil lijke prijzen Te leveren, daar dien ik u ook op te wijzen. Middelharnis. L. Vrosgindeweij Wz. - Is uw costuum oud en versleten, Wil dan B. Haagens niet vergeten, Hij levert u tegen billijken prijs, Soliede kleeding zwart en grijs. Herkingen. A. W. Keizer. Bij Benjamin Haagens, te Middelharnis, Op de Westdijk, mijne heeren 'tis gewis, Koopt men allerlei soorten, van heeren-, Damesmantels, fijne kinderkleeren. Gemaakt en goedkoop, zeer lage prijzen Een ruime keuze, zwarten en grijzen. Sommelsajjk. Jb. Joppe Cz. Gemaakte heer- en kinderkleeding, is de regel [mijnheer, Die u bedoeld in de courant van de vorige [keer, Maar ook damesmantels zijn te koop op de [Westdijk, Bij B. Haagens, vroeger Hartogs, sorte ring zeer rijk, Koopt vrij in die winkel, soliede moet 'tzijn, Daar staat 't bekend voor 't genaamde maga zijn. Den Bommel. H. Borgdorff Pz. Bij B. Haagens daar moet men zijn, Die heeft er in zijn magazijn: Gemaakte heeren- en kinderkleeding, En ook damesmantels heel fijn. Dus heeren en dames, ik zeg uvoorwaar Koopt er uwe kleeren en mantels maar. Nieuwe Tonge. N.eltje Sara van Ziolst Ad. Goede waar voor weinig duiten, Is de leus van iedereen, Bij B. Haagens voor de ruiten Staan, gemaakt# heerenkleên, Dus spoed u vrienden, naar 't magazijn, Westdijk, Middelharnis, moet je zijn. Dirksland. J. Roodzant K.Pz. VU T CA AA Uü ACUOIJCU VUU1 UHt 34. Hoofdstuk X. Gedurende den nacht had men nog een sterfgeval te betreuren gehadmaar de meeste gekwetsten, waaronder ook Jan Evertsen, gaven alle hoop op herstel, en onderwierpen zich vol dankbaarheid aan Maria's vriendelijke zorgen. Er wa ren werkstakers onder, die geen moeite hadden haar te beloven nooit opnieuw te zullen beginnen, indien zij hunne ge nade verkreeg, en toen er eene maand over deze gebeurtenissen verloopsn was, zou niemand geraden hebben dat het vreedzame Berghorst ooit het tooneel van een opstand was geweest. De fabriek was wederom in volle werking en nergens hoorde men meer klagen. Eiken Woens dagmiddag vereenigde Yisser de arbeiders om zich heen en sprak hen vol gloed en ernst toe. Yelen kwamen reeds des Zon dags ter kerke en hij, zoowel als Maria, was zoo bemind geraakt, dat men het niet gewaagd zou hebben een woord te hunnen nadeele te zeggen. De winter verliep in de diepste rust, Maria hield zich veel bezig met de fa briekskinderen, en overal heersohte de beste geest. De Lagenhof werd wederom gereed gemaakt om zijne meesters in de eerste lentedagen fe ontvangen; eender jonge meisjes was thans sedert een paar weken gehuwd, en Willem scheen zijne korte ballingschap geheel en al vergeten te hebben. Zoo werd hot zomer. Maar het waren dagen van afwisselende hitte en kilheid, door zware onweersbuien veroorzaakt, zoodat er veel zieken op het dorp kwa- men, wat groote armoede gaf. Met het doel om deze te lenigen zetten de fami lies uit den omtrek een bazaar op touw en kwam men ook Maria verzoeken daaraan deel te nemen. Zij weigerde echter beslist. „Het zou mijne plaats niet wezen," antwoordde zij op vriendelijken toon: „Ik moet mij op nederiger schaal met de armen bezighouden." „Maar, lieve mevrouw, het is toch een werk van liefdadigheid," merkte hare bezoekster op. „Ja, maar een vermaak tevens; of zouden zij, die er deel aan nemen, niet even goed het geld kunnen geven, dat zij van plan zijn er aan te besteden P Ikzie op uw ljjstje al de rijke families uit den omtrek staan, en de armen zullen niet op uw bazaar komen koopen." „Neen, maar wij noodigen ook rijke vrienden van de stad en elders uit. Van hen verwachten wij het meest. Ik bid u, doe mede, er zullen geen luidruchtige genoegens aan verbonden zijn, en zoo gij wilt kunt gij het winkeltje der kleê- ren voor arme kinderen krijgen." Maria zag haar man aan, in wien zij eene steun hoopte te vindenmaar Vis ser was van oordeel dat eene kleine afleiding haar goed zou doenzij had zich gedurende de laatste maanden over werkt en wilde van geen rust weten waarom zou zij dan geen deel nemen aan een werk van barmhartigheid, waar niets anders gedaan zou worden, dan in de open lucht te verkoopen Het was e#n zeer schuldeloos vermaak. Zij eindigde dus met toe te geven, nadat men haar nogmaals had verzekerd, dat er geen feestoljjkheden bij zouden plaats vinden en dat mevrouw YanOos- «■■■■EWBMragBgHBBggMMaggligLi I'I B—HB— ten den O verbeek beschikbaar had gesteld, als zijnd® het dichtst bij het dorp gelegen en dus het gemakkelijkst voor de stads bewoners te bereiken. Maria ontving inderdaad de kinder kleeren onder haar beheer en mocht zelf hare helpsters uitkiezen. Alles was voor treffelijk en uit ruime beurs geregeld, en het kraampje, dat zij geheel met spar rengroen had versierd, zag er allerliefst uit, ofschoon zijzelve heel wat maer de aandacht trok, dan de door haar ten toon gespreide voorwerpen. Men kooht met voorliefde bij haar; een ieder wist te vertellen hoe moedig zij zioh bij de werkstaking gedragen had, en dat ver leende nog slechts poëzie te meer aan het dichterlijke harer verschijning. Ongelukkig had ook Willem zioh, op het laatste oogenblik, bij de helpers aan gesloten, en was zij wel genoodzaakt de speldeprikken te verdragen, welke hij haar telkens toebracht. Hij maakte ruimschoots gebruik van deze gelegenheid zijn wrok tegen haar echtgenoot te koelen, en zij verzweeg het slechts voor Yisser, uit vrees hem te grieven, waar hij tooh maohteloos tegenover den gewetenloozen losbol stond. Den tweeden dag stond zij juist iets aan den tramdirecteur te verkoopsn, die verzekerde met Kerstmis het kind van een zijner onderhoorigen van hoofd tot voeten in een nieuw pak te willen steken, toen Willem, die met eenige kennissen stond te praten, luid de stem verhief en lachend uitriep „Het domineesvrouwtje Ja, een aller liefst gezicht; jammer dat zij niet wel bij het hoofd is geweest. Zoo iets komt licht terug, en men moet wel gok worden als men zulk een man heeft." Leendertse, die deze onbeschaamde woorden evengoed gehoord had als Maria, keek schielijk op, en zag hoezeer zij ver bleekte. Zonder zioh te bedenken, keerde hij zich om, greep Willem in zijne ge spierde armen en droeg hem spartelend voort tot bij het hek, waar de meeste menschen stonden. Daar gekomen, hief hij hem in de lucht en wierp hem naar buiten. Ylegels booren hier niet thuisriep hij uit en keerde toen rustig op zijne schreden terug. Overwater, wiens neus bloedde, waagde het niet zich weder met verkreukt lin nengoed en gezwollen gelaat onder zijne vrienden te mengen, en de tramdirec teur kwam weder even kalm alsof er •iets gebeurd was, bij Maria en zeide: „Die mijnheer wist zioh niet te gedra gen ik heb hem even buiten gezet." „Zou hij u om geen voldoening komen vragen?" vroeg zij angstig. „Om voldoening?" antwoordde hij luid genoeg om door Willem'e kennissen ver staan te worden: „Geen nood! Zulke liedon dagen alleen personen uit, die niet vechten kunnenmaar zoo hij lust heeft bij mij aan te komen, zal ik hem zeer gaarne zelfs, en met woekerrenten de klappen teruggeven, die hij het gewaagd heeft onzen predikant toe te dienen." Leendertse, die van plan was geweest Bleohts kort te blijven, verliet den Over- beek niet voordat de verkooping ten einde was, en bleef Maria's kraampje nauwlettend in het oog houden. Hij kende Overwator's aard, en was niet zeker dat deze niet zou trachten zich op eene on schuldige te wreken. Maar Willem verscheen niet meer. Hij werd niet juist door heldenmoed gtken- merkt, en de forsche vuisten van Leen dertse boezemden hem eerbied in, en hij keerde woedend naar den Lagenhof te rug. Maria kwam dienzelfden middag uit geput te huis. Het was zes ure geworden, voordat men de laatste bezoekers had zien verdwijnen, en de al te schitterende oogen, zoowel als het brandende blosje, zeiden duidelijk, dat zij te veel van haro krachten had gevergdmaar zij zag er gelukkig uit en riep bijna jubelend: „O! Visser, ik behoef niet meer naar de fanoy-fair terug! De verkoop isafge- loopen en de jonge meisjes redderen morgenochtend de winkels opik behoef er niet bij te zijn, want al mijn goed wordt toch onder de armen verdeeld, voor zoover het overgeschoten is." „Zijt gij werkelijk zoo blij dat gjj er niet meer heen moet?" vroeg Visser glimlachend. „Zóó big, zóó big, dat ik het niet zeggen kan, en zij klapte van vreugde in de handen. „Neen, wat men ook mag zeggen, het was daar mijne plaats niet. De wereld heersohte er in volle overmacht; wie bekommerde zich eigenlijk in den grond der ziel om de ongelukkigen Terwijl men druk bezig was aan het buffet champagne en jjs te gebruiken, zag ik het kreupele ventje van de lood gietersweduwe van het hek wegjagen, waar hij toch niets anders deed dan met begeerigen blik naar al het gebak te turen, en gij weet hoe arm zij zjjnhet kind had waarschijnlijk den ganschen dag nog niets gegeten."

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1896 | | pagina 5