§oedereede ei
Blicaiw en Co SS«
Fabrikanten van de beroemde A. N.
Vrijdag 1 Mei 1896.
Antirevolutionair
Elfde Jaargang No. 550.
Orgaan
m
IN HOC SIGN O VINCES
twam- f5.worden FRANCO toegezonden
P. VAN DOKEN, Schilder,
FEU ILLETON.
WAAE haalt gij uw
SÉoomnaal-Artittii
Dat ieder
T.BOEKHOYEN.
Alle stukken voor ele Redactie kestenad, Advertentiën en verdere Administratie franco toe te zenden aan den Uitgever.
Een man des ongeloofs.
Niemand van Christelijke beginse
len kan, dunkt ons, ingenomen zijn
met het regeeringsbeleid en met de
daden van den tegenwoordigen minis
ter van Binnenlandsche zaken. De
heer v. Houten toch is de apostel van
het ongeloof, een vijand der geopen
baarde waarheid. Dit hoeft hij, he
laas met maar al te velen gemeen,
v. Houten echter doet meer. Hij
heeft in woord en schrift steeds pro
paganda gemaakt voor het ongeloof
en gaat nog steeds daarmee voort.
Ongeloovigen hebben er genoeg
op den ministeriëelen zetel plaats ge
nomen, maar ongeloofsprofeten als
v. Houten niet veel. Toen hij pas
als politicus optrad was hij of scheen
hiJ te zijn röod radikaal, zoo niet
erger. Vele bezadigde, ouderwetsche
liberalen en nog meer de conserva
tieven, toen die nog in de Kamer
zaten, jaagde hij den schrik op 't lijf,
als hij op het Binnenhof de revolu
tionaire ideeën ontwikkelde en er ge
volgtrekkingen uit afleidde, waarvoor
die heeren terugdeinsden.
In beginsel waren de makke libe
ralen het wel met hem eens, maar
v. Houten was hun een onmogelijk
man van wege zijn onzinnig drijven
en voortjagen op den weg der Revo
lutie. Men herinnert zich, hoe hij
het b. v. was, die het uitsprak, dat
te onzent de Kroon niet meer is dan
een „ornament." 't Is waar, de man
nen der Revolutie hebben met ver
eende krachten de macht der Kroon
besnoeid, maar wat had v. Houten
dat zoo ruw en plomp weg uit te
spreken
Meermalen is hij dan ook genoemd
het -enfant
terrible,"
der liberale
partij. De spelbreker bij uitnemend
heid. Meer dan een ministerie heeft
hij sommige van zijn revolutionaire
lievelings-ideeën zou trachten te ver
wezenlijken.
En v. Houten heeft het begrepen
Ronduit heeft hij 't verklaard Als
ik wist te kunnen rekenen op een
meerderheid naar mijn hart, dan zoudt
ge nog gan3ch andere dingen van
me te zien krijgen
God beware ons land en volk voor
zulk een meerderheid
Want ook zonder die meerderheid
is 't al meer dan erg, wat hij aan
gedurfd heeft. Door meer dan een
daad heeft hij het geloovig Neder
land een slag in 't aangezicht ge
geven.
Wat Tak niet durfde of wilde,
deed hij. Hij heeft zich
achtigen re
lïen.
er over
hij ten val helpen brengen, Menig
een betwijfelde echter, of hij 't ooit
zelf tot minister brengen zou. Daar
voor voerde hij te veel oorlog op
eigen hand. Bijna elke partij of
groep had een of meer grieven tegen
hem, wat vermoeden deed, dat hij
wel bij elke kabinetsformatie gepas
seerd zou worden.
Dit veranderde echter geheel, toen
de kieswet-Tak aan de orde kwam.
Niemand heeft dat wetsvoorstel feller
en met meer taaie volharding be
streden, dan de heer S. v. Houten.
Hij was de ziel der oppositie. En daar
hij ongetwijfeld iemand met groote
talenten is, werd hij als vanzelf de
aanvoerder van de coalitie, die zich
tegen Tak vormde. Toen dan ook Tak
viel, was het onmogelijk v. Houten
te passeeren. Bij moest de taak vol
brengen, die Tak had moeten neer
leggen.
En 'alzoo is in den jare 1894 ge
beurd, wat niemand enkele jaren
vroeger mogelijk zou geacht hebben,
dat de man des ongeloofs door de ver-
eenigde actie van sommige liberalen, f22V2cent.
Roomschen en antirevol. op het kussen 27 */2 cent.
vinden het hoogst treurig
en bedenkelijk en-richten voorts de
wapenen meer tegen elkaar, dan
tegen den gemeenschappelijken vij
and.
Ook nu weer hetzelfde verschijn
sel, waardoor Groen v. Prinsterer
zoo vaak met machteloosheid geslagen
werd.
De verdeeldheid en het onderling
wantrouwen onder de belijders heb
ben misschien evenveel toegebracht
tot de ontkerstening van ons volk,
als al de pogingen door de mannen
der Revolutie aangewend, te zamen.
f 1,10.
Atjeh.
Wollen ei
Meer dan een hield zijn hart vast,
toen hij deze benoeming vernam. Een
v. Houten als raadsman van een na
zaat van Willem den Zwijger!
Toch hei stelde men zich eenigszins
van zijn schrik. Yan Houten zou
toch moeilijk kunnen vergeten, door
wier samenwerking hij op zijn zetel
kwam. Hij wist immers, dat hij in
de Kamer geen meerderheid vond,
die het in beginsel met hem eens
was. Daaruit volgde, dat hij op een
meerderheid rekenen kon, vermoede
lijk tenminste, om zijn kieswetplannen
ten uitvoer te brengen, maar dat hij
die meerderheid niet zou vinden, als
Eindelijk terug.
Koloniale
Waren
oudste en beste
Adres is
ROTTERDAM.
Aflevering 6 en verschijnt h
om de tweede druk van dit werk
zoodra hetzelve compleet is, met
op ƒ4,-.
Thans 20 Cent per aflevei tot
bepaald spotgoedkoop, te
begrepen zijn.
OAT IKDEH J
is
onder
Deze Courant verschijnt eiken Vrijdag.
Abonnementsprijs per drie maanden franco per post 50 Cent.
Amerika by vooruitbetaling 3,50 per jaar.
Afzonderlijke nummers 5 Cent.
UITGEVER:
SOJftMELS&'MJrS£.
Adrertentiën ran 1 5 regels 50 Cent elke regel meer 10 cent en 3/2 maal.
Boekaankondiging 5 Cent per regel en maal.
Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan
Advertentiën worden ingewacht tot Donderdagmorgen 10 uur.
Merweb.
9
15
hf 20
15
227,
cent.
cent.
cent.
cent.
cent.
Beddenzakken volslagen 2 persoons
Stroozakken 2 persoons
Ruw katoenen Lakens 2 persoons
Graslinnen Lakens 2 persoons
Kussensloopen (constitutie) met knoopen 21
dito (ruw katoen) 1772
8/4 wit piqué spreien
f 1,25.
75 cent.
cent.
cent.
cent.
cent.
50
75
verschenen, vlugschrift van den oud-
Raad van Indië, den heer Pruijs v. d.
Hoeven, komt tot het resultaat, dat onze
vestiging een aanmerkelijke inperking
moet ondergaanwat niet alleen zeer
wel kan, maar ook verre de voorkeur
verdient, indien men zich maar goed
rekenschap geeft van het eigenlijke doel
van ons optreden in Atjeh.
7/4gêniftb aZ9Pver, dat we
Sportflanel in alle streZqljgh-
8'4 blauw Melton voor jonge
8/4 blauw cheviot voor jonge
10/4 beddenbont
Gekleurd katoen circa 100 di
Gekleurd katoen echt van kle
De beste grijze voering die <J
Gro
Corsetten, Tafelkleeden, wa
kleeden
Yan af heden IjOTEH voor de
PAARDËNLOTEBIJ te beko-
men a 1 gulden per stuk bij
BIRKSLAHD.
Op aanvrage franco toezending.
22.
Hoofdstuk YI.
„En thans?" vroeg Visser, die vermaak
begon te scheppen in de uitdrukking van
afgrijzen op het roode gelaat van den
kleinen, dikken man.
„Thans werd ik gedwongen den heelen
weg over het bijzijn te dragen van dien
jongen gek van den Lagenhof."
De predikant werd plotseling ernstig en
de fabrikant, die dit opmerkte, zeido
haastig
„Het is waar ook, de Overwaters zijn
uwe vrienden. Ik dacht daar zoo gauw niet
aan."
„Willem van Overwater is nooit mijn
vriend geweestgij kunt dus gerust voort
spreken."
„Zooveel te beter!" hernam de ander
vroolijk. „Gij moogt het hem voor mijn
part woord voor woord oververtellen, dan
weet die ellendige jongen meteen hoe ik
over hem denk. Wij zaten reeds in den
trein, want ik ben altijd veel te vroeg, toen
hij binnenkwam. Yan groeten was natuur
lijk geen sprakewij zijn maar eenvoudige
indpstriëelen, en dus veel te min voor dat
heerschap. Hij scheen erg in zijn nopjes, en
atfekte zich met een behaaglijken glimlach
uit, zijne beenen op de tegenovergestelde
bank leggende, vlak naast mijne dochter
hare moeder moest haar nog zeggen haar
mantel terug te trekken, uit vrees dat zijne
laarzen hem vuil zouden maken. Zoo lag
hij een poos, terwijl hij ietsopeijne vingers
na scheen te tellen. Na verloep van een
kwartier haalde hij een gouden sigaretten
koker uit den zak, ging overeind zitten en
wilde beginnen te rooken. Dat was te veel;
ik riep uit
„Mijnheer Yan Overwater, gij hebt u
zeker van waggon vergist. Hier wordt niet
gerookt."
Hij zag mij met minachtenden blik aan
en antwoordde
„Zulke bepalingen zijn alleen gemaakt
voor het algemeen. Ik veronderstel dat gij
ook wel eens eene sigaar opsteekt in het
bijzijn van deze dames. Mijne sigaretten
zjjn geparfumeerd zij zullen haar dus niet
hinderen."
„Waarom gaat gij dan niet in een
rook-coupé bromde ik.
„Omdat de tabak van anderen mij on
aangenaam is."
„Dat is ook juist mijn gevoelen, ik
verzoek u dus uw koker weêr weg te ber
gen."
Hij haalde de schouders op, en streek
met de grootste onbeschaamdheid een was-
luoifertje af. Dat bracht mij buiten mijzel-
ven en voordat hij het had kunnen voor
zien, had ik het lucifersdoosje gegrepen en
EN
Het
C. l OIWiVCo.
Witte de Withstraat
HIEUW».
Nog niet ontdekte moorden.
Rotterdam mede, zijn er nu sinds '92,
dertien moorden in ons land gepleegd,
waarvan de daders nog niet ontdekt
werden. Ziehier het lijstje. De moord op
do 2 vrouwtjes te Haarlem in Februari
18922) de moord op een weduwe te
Gouda in April 1892 3) de moord op
de dienstmaagd vaa den heer Vistta te
Amsterdam in Maa-'1 A8C# 4) de moord
L. F. uit Waalwijk, te Drunen gepleegd
in November 1894 5) de twee vrouwen
van de Jong, verdwenen in 1893; 6) de
moord in het Asser Posoh in 1895; 7)
de moord op Paaschmorgen 1894, ge
pleegd op een slager in de Ceintuurbaan
te Amsterdam 8) de moord op een slager
te Enkhuizen in November 1894; 9) de
moord op den slagerszoon te Halfweg
10) de moord op den heer Brouwer te
Doetinchem in October 1894(11) de
moord op den onbezoldigd Rijksveldwach
ter G. Homan te Vlodrop 12) de moord
op den Groninger politie-agent Yan Vliet,
21 December 1895.
De moordtooneelen in Klein Azië heb
ben nog altijd niet opgehouden, en volgens
de Daily News zijn het weer de soldaten
die daarbjj de hoofdrol spelen. Zoo bericht
dit blad, dat in het begin van deze maand
Antiochië, waar zich een Iersche zen-
ding8post en een Engelsche consul bevin
den, door 2000 Turksche soldaten
belegerd werd. Onlusten waren daar niet
voorgekomen, maar het doel van 't bijeen-
trekken van troepen voor de stad was,
rustverstoringen te verwekken, opdat er
een voorwendsel verkregen zou worden
het neersabelen van de Christenen.
Het merkwaardigste echter is, dat zich
in de nabijheid van Antiochië verschei
dene Engelsche oorlogsschepen bevinden,
zonder dat de Turksche machthebbers
SOMMELSDIJK.
J
voor de armen te doen, dan
als ik. er maar aan denk. Ziedaar lieden,
die het een ander altijd lastig maken, en
zoo gij u verbeeldt dat gij die familie ooit
overhaalt iets
hebt gij het voor eenmaal mis."
„Ik vrees dat gij voor het oogenblik
gelijk hebt. Intusschen, men kan nooit
weten. Droefheid verandert den menseh
somtijds geheel en al, en het is niet gezegd
dat de Lagenhof steeds voor verdriet
gespaard zal blijven."
„Nu, ik schaam mij bijna het te zeggen,
want ik wenseh geen ster veling kwaad toe;
maar dien dag zal ik er niet over treuren."
Visser zweeg hjj bedacht vol weemoed,
hoe de smart reeds onder hare vreeselijk-
ste gedaante op het trotsche landhuis was
hunne dwaasheid ooiltffi) Eöe bitter zwaar
zou het hun dan vallen het trotsche hoofd
te moeten buigen, onder de onbarmharti
ge blikken dergenen, die zij zoover beneden
zich hadden geacht, en op wier naam geen
smet kleefde
Aan een volgend station nam zijn reis
genoot afscheid van hem, en in smartelijk
gepeins verzonken, bleef hij alleen tot Den
Haag voortsporen. Hij nam daar een rijtuig
en liet zich naar de „keizerskroon" bren
gen, waar hij naar den heer Yan Overwa
ter vroeg.
De portier ging hooren of hij tehuis was
en keerde een oogenblik later terug met de
boodschap dat mijnheer op het punt stond
uit te gaan en dus niemand kon ontvangen.
„Ik moet mijnheer spreken," antwoord
de Yisser beslist„geef hem mijn kaartje,
ik zal er iets op schrijven."
En hij krabbelde in haast de volgende
woorden neêr
„Men zendt mij van den Lagenhof,
wegens de tram-aangelegenheid."
Een paar minuten later verzocht de
portier hem naar Willem's kamer mede
te komen.
De jonge man liep onrustig op en neêr.
Wat moesten de woorden op Visser'a
kaartje beteekenen Hij wilde het weten.
Zou men ontdekt hebben dat hij die
misdaad had gepleegd? Het was bijna
ondenkbaar; hij kende Driessen tegoed,
om te weten, dat hij, uit vrees zijn
eed te schenden, spreken zou, en geen
sterveling zou er ep komen den jonker
van den Lagenhof te rerdenken. Maar
wat dan te veronderstellen -
Met gedwongen glimlach ging hij zijn
bezoeker te gemoet. Tusschen Yisser
en hem had nooit eenige vriendschap
bestaan. Evenals zijne zusters, was hij
van oordeel dat Maria een huwelijk
beneden haar stand gesloten had, wat
haar te vergeven viel, omdat zij geen
fortuin had bezetenmaar een predikant,
en dan nog wel een die het zoo streng
met zijn ambt opnam, achtte hij verre
beneden zich.
(Wordt vervolgd.)