BIJVOEGSEL ÏAAS-H VrijdagVS December. 423. FEUILLETON. (i mpsiart Hieuws. DE VERSTOOTENEN Jodenvervolging in Rusland. yin. IN HOC SIGNO VINSES Werkloosheid. '.■--■.rrrr.... -• r\vr.~- sc. ar- BEHOORENDE BIJ In hare Memorie van Antwoord op het Begrootingsverslag van de Tweede Kamer heeft de Regeering medegedeeld, dat zij aan de Com missarissen der Koningin in de pro vincie heeft opgedragen, een onder zoek in te stellen naar de werkloos heidvoorts, dat zij van die h.h. Commissarissen vertrouwelijke en met zorg bewerkt" verslagen heeft ontvangen, waaruit haar is gebleken, dat ,,de omvang der werkloosheid geheel afhankelijk is van oorzaken van plaatselijken aard." De Regee ring heeft daarop de gevolgtrekking- gebouwd, dat alleen plaatselijke voor zieningen ter bestrijding van werk loosheid mogelijk zijn." De heer Heemskerk heeft hier tegen bedenking geopperd in de Kamer. Te Amsterdam b. v. komen gemeenlijk elk jaar eenige gedepu teerde werklieden bij den Burge meester om van hem en het gemeen tebestuur redding te vragen, en de Burgemeester beroept zich dan op zijne onmacht, welk beroep bij het werkvolk dan in kwade aarde valt, zoodat het lang niet malsch over het gemeentebestuur oordeelt. En nu schijnt het den heer Heemskerk niet goed toe, dat door 's lands Re geering een tegenovergesteld bescheid en daardoor aan de werkloozen een wapen tegen de verontschuldiging van het gemeentebestuur in handen gegeven wordt. Hij houdt het er voor, dat, al hangt de omgang dei- werkloosheid ook van plaatselijke omstandigheden af, zooals de Regee ring het uitdrukt, toch de eigenlij ke oorzaak veeleer eene algemeene is, en z. v. m. langs algemeenen weg moet bestreden worden. Aan de gemeentebesturen dit werk op te leggen acht hij het voorschrijven van een ondragelijken plicht. De gemeentebesturen kunnen misschien door het aanvangen van buitengewoon werk aan eenige werklieden werk verschaffen, maar daardoor moet de belasting weer verhoogd worden, en ontstaat het gevaar, dat gegoede ingezetenen de gemeente verlaten, waardoor de werkloosheid dan weer vermeerderen zou. Op de onderstelde vraag, of dan door den Staat een eind aan de werkeloosheid kan gemaakt worden, antwoordde hij kort en bondig: „Van zooverre de werkloosheid hare oorzaak vindt in gebrek aan zegen, kan de regeerin daarop ze ker niet onmiddelijk invloed uitoefe nen maar voor zoover de oorzaken zijn na te sporen op stof felijk geHed en het gebied des rechts, is het voor mij niet uitgemaakt dat de Regeering niets kan doen tot bestrijding van dat kwaad." Het is nu eenmaal niet andersin buitengewone nooden moet de Staats macht buitengewoon optreden. Bij voortduring van vele kanten aanvragen krijgende, hoe ik mijne hoenders voer en behandel, en waar ik mijn hoendervoer koop, alsook bij erva ring wetende, dat vele liefhebbers, door ondoel matige voedering en behandeling hunner dieren, een onvoldoend aantal eieren krijgen, laat ik hierbij mijne voedermethode volgen, terwijl ik een ieder gerust aanraden kan, daarmee de proef te nemen. Naar mijne ervaring is voor hoenders, fazan ten, parelhoenders etc., de volgende voedings- metbode de beste: 's Ochtendszoo vroeg mogelijk, Engelsch hoen derbeschuit, met warm water rul aangemaakt, niet papperig; dit meel is verkrijgbaar bij den heer Aart Jungerius Bz., Katend recht bij Rotterdam. Ik voer daarvan thee kopje per dier en geef niets meer dan zij vlug opeten; wat na '/2 uur overgebleven is neem ik weg. Door dit voer komen de dieren vlug door de rui en leggen vele eieren. Vele l efhebbers voeren alleen graan, doch kippen in rennen zullen daarbij nimmer tieren; bovengenoemd voer geef ik ook mjne in vrijheid loopende hoenders, daar het wegens de spoedige en gemakkelijke vertering 'soohtonds, als wan neer de hoenders na een langen vasttijd gedu rende den nacht, hongerig en flauw zijn, veel spoediger dan graan de noodige voedingstoffen in het bloed brengt. Om l'l unr geef ik de hoenders volop groen voer; al naar gelang van den tijd van het jaar: salade, kool, andijvie of gras (dit laatste vooral heel fijn gehakt, daar er anders kropziekten ontstaan); ook in de helft doorgehakte rapen, bieten, beetwortels en dergelijke zijn 's winters een puik voer ter remplaceering van groen. 's Avondséén uur voor den donker, voer ik eindelijk graan, 1 ik 2 handen per kip, zooveel als zij opeten, en zorg dat er niets overblijft. Het beste voer is afwisselend tarwe, gerst, haver of boekweit, doch mais en hennepzaad geef ik alleen bij groote koude en dan nog spaarzaam, daar de dieren anders te vet worden en niet leggen. Gedurende den ruitijd wat ruipoeder door het zachte voer is puik, alsook wat gesveekt lijnzaad of lijnmeel. Ik koop bij mijn leveranoier steeds de boste kwaliteit graan en kan dat een ieder aanraden, die zijne dieren in goede gezondheid houden wil. Vele hoenderhouders begaan ook de grove fout, dat zij den geheelen dag voer onder het bereik van hun hoenders houden; de dieren eten daardoor te veel, worden vadzig en vet, leggen sleoht en het einde is allerlei ziekten en een vroege dood. Men vergete verder niet, dat de hoenders een maag hebben, die maalt of wrijft; ter vertering van hun voer, zijn daarom gebroken schelpen hoog noodig, terwijl zulks tevens gunstig op de beenderenvorming der kuikens en eierschaal vorming der leggende hoenders werkt; een goede hoeveelheid daarvan in een bak in een dei- hoeken der ren is het best, men werpe zulks 24.) OP DE HOOFDSTUK VERDRIJVING DER JODEN UIT DE DORPEN. Wij willen intusschen den lezer me- dedeelen, waf er gebeurd was. Levi Bal- tikof was, zooals wij vroeger Aermelden, reeds meer dan tien jaar in het dorp gevestigd. Het huis, dat hij bewoonde, was zijn eigendomhij had het zelt la ten bouwen en dus geheel tot gemak van hem en zijn gezin laten inrichten het bevatte vier ruime kamers gelijk vloers, voorzien van bedsteden en kasten, verder een kantoortje en boven een flinken graanzolder. Verbeeldt u dus zijn ontsteltenis, toen hij op zekeren dag in de maand Augustus bevel kreeg terstond het dorp te verlaten. Spoedig stelde hij zich echter gerust, toen hij de „Meiwetten" nog eens nauwkeurig nalas; immers al leen die Israëlieten mochten verdreven worden, welke vóór 8 Mei 1882 daar niet gevestigd waren; het moest dus een vergissing zijn. Tot zijn schrik echter vernam hij, dat bijna alle Joodsche ge zinnen in het doip dezelfde aanzegging gekregen hadden,waaronder verscheidene, die evenals hij sedert jaren daar gewoond hadden. Hij begaf zich nu naar een dei- beambten van het stedelijk bestuur om inliohting, doch kreeg slechts ten ai .- woord, dat hij niet stond ingeschreven, en dus geen recht had in het dorp te wonen. Wat hij daar tegen inbracht, en wie hij tot getuige riep, het baatte hem niets. Van de eene overheidspersoon ging hij naar de andere, om zijn zaak te be pleiten, doch alles met hetzelfde gevolg, zoodat hij eindelijk besloot zijn huis te verkoopen en zijn zaak over te doen. Zoo verliep er ongeveer een maand, en in stilte koesterde hij de hoop, dat men hem wel uitstel verleenen zou, totdat de winter voorbij was» Het was de avond voordat de bannelingen uit het stadje P. op de boerderij van Machir aankwamen; er woei een ijskoude wind, die de men- schen ineen deed krimpen en hunne schreden verhaasten, Levi Baltikof was naar de stad geweest, en kwam met een gelaat, waarop moedeloosheid te lezen stond, zijn woning binnen. Daar zat Lea met de kleine Rachel op haar schoot; het kind zag er niet zoo blozend uit als gewoonlijk en scheen niet recht in orde tc wezen; lusteloos vleide zij haar hoofdje tegen haar moeder aan, in plaats van met een kreet van vreugde, gelijk anders, haar yader te gemoet te springen, als hij binnentrad. Deze scheen het echter niet op te merken, en zijne vrouw, die hem niet ongerust wilde maken, vestigde er zijn aandacht niet op. Levi en zijn broertje Nathan, een guitige knaap van tien jaar, stonden bij tante Rnth en luisterden met zichtbaar genoegen naar hetgeen zij hun zat te vertellen; het was over David en Goliath, en de jongens klapten in de handen van pleizier, toen zij vernamen, hoe de reus in elkaar zakte en met zijn eigen zwaard werd gedood. ,,'t Ware te wenschen, dat er nu ok niet in de loop, waar de dieren het bevuilen. Etens- en drinkensbakken dagelijks reinigen is ook voor do gezondheid der dieren zeer be vorderlijk, alsook het rein houden en eens per week desinfeoteeren der hokken met 5 ore- oline oplossing. Het beste bedeksel voor den vloer der naohthokken is turfstrooisel, terwijl een hoop droog zand op een overdekte plaats, liefst in de zon, de dieren gelegenheid biedt zich van ongedierte te zuiveren. Het voeren op bakken van voldoende grootte en aantal, naar gelang van het getal hoenders, is steeds aan te bevelen; het voer bhjft daar door zuiver en wat le dieren overlaten, kan men weg nemen; men reinige vooral dadelijks deze bakken. Hoendoi s, die gewoon waren uitsluitend graan te eten, zullen niet dadelijk het geweekte voer lusten; wanneer men hun eohter eenige weken 's avonds wat schraal voert, zullen zij er spoe lig den smaak van krijgen en er uitmuntend bij varen. Bij ervaring is mij gebleken, dat de heer Aart Jungeriüs Bz., ka tend recht bij Rotterdam, een zeer vertrouwd adres is v ooi- alle soorten Yogel-, hoender- en duivenvoer. A. J. BICKER CAARTEN, 40 Westersingel, ROTTERDAM. Te Wierum na (le zeeramp. Wierum, een visschersdorpje met bijna duizend zieien in de Friesche gemeente Wcstdongeradeel, i-i in diepe rouwe. Men weet ongeveer, door welke ramp liet getroffen is. De Donderdagnacht uitge zeilde visschersvloot, bestaande uit 16 aken, kreeg reeds Vrijdagmorgen te 6 uur, toen zij met de eerste goede vangst in dit jaar uit de Noordzee huiswaarts wilde keeren, met eenen storm te kampen. Tegen 11 uur werd het een sneeuwstorm, die den viascher.s belette het smalle Wie- rumergat te vinden, en tnsschen 2 en 3 uur deed de booze, kokende zee vier schepen, met 22 koppen bemand, vergaan. Boven den stormwind uit hoorden de andere zeelieden het hulpgeroep der dren kelingen, doch aan redden viel niet te denkenalle krachten werden gevraagd voor het behoud van eigen leven. Men hoopte nog het Amelandergat te kunnen bezeilen, wat inderdaad aan twee aken gelukte. Toen dit voor de anderen on mogelijk bleek, grepen zij het uiterste uoodiniddel dt-s zeemans aan de vaartui gen werden aan het strand met zijne geweldige branding en kerkhooge baren overgeleverd. Men sprong in zee en wa dende, sommigen tot den hals in het water, en twee ouden van dagen getrokken aan een touw, gelukte het hun het Arno- landsche duin te bereiken. De bemanning van ééne aak werd door de Amelandsche leddiugsboot aan wal gebracht. In het geheel werden negen vaartuigen op het strand gezet. Eéne aak, die eerder dan de andere was gewend, slaagde erin over het Bornrif te zeilen, koos volle zee en vond aldaar betrekkelijk goed weder, zoodat z.j niet weinig averij Zaterdag alhier is binnengeloopen. De gestrande schepen konden, daar de vloed afliep, niet meer over het rif komen. De 22 verongelukte visschei'3, die 18 weduwen en 29 kinderen, van wie de oudste 15 jaar, nalaten, behoorden tot de kloekste zeelieden van het dorp. Ook de 81-jarige H. Prins, een kras, verstandig en opgeruimd man, die aller raadsman was en stilzwijgend als hoold der vloot werd erkend, vond zijnen dood in de golven, 's Zomers bleef hij eene enkele maal wel eens eene reis thuis, maar als de herfstwinden kwamen had ieder hem nog' gaarne naar zee en had de oude man aan wal ook geen duur. In den storm heeft hij zelf nog het roer gehanteerd, en dat trots dit feit het schip van „pake" (grootvader) is vergaan, strekt allen be woners van bet dorp tot bewijs, dat allerminst gebrek aan zeemanskunst eene oorzaak dezer treurige gebeurtenis kan zijn. De aak van Prins was verder bemand met eenen zoon, twee kleinzoons, eenen neef en eenen achterneef van den grijs aard. Op eene der andere verongelukte aken nog zulk een held gevonden werd om voor ons volk te strijden," sprak Baltikof, die met de hand aan 't hoofd bij de ta fel zat; „wij zijn thans wel onder den druk der Filistijnen, en de overheid is de vreeselijke reus, die zich volkomen bewust is van onze onmacht!" „De zoon van David zal immers ko men," zei Ruth zacht en weifelend, „de Messias; en Hij zal voorgoed al onze vijanden ten onder brengen." „De tijd voor zijn komst is reeds lang verstreken," antwoordde haar zwager op somberen toon, „en waar zjjn thans nog nakomelingen van den grooten Koning der Joden?" „Johavah,, de God onzer vaderen, zal toch Zijne beloften vervullen?" hernam Ruth na eenig stilzwijgen. „Jawel, zeker Ruth," antwoordde Bal- tikot, „maar ons volk heeft gezondigd, en „Vader," zei Levi opeens, „de jongens op school zeggen, dat de Joden hun ei gen Messias hebben vermoord, dat is toch niet waar?" Baltikof ontroerde zichtbaar; hoe me nigmaal reeds, en vooral in den laatsten tijd, waren er allerlei twijfelingen dien aangaande in r/ijne ziel opgerezen; hij was goed bekend met de Schriften des Ouden Verbonds, en vreemd kwam het hem voor, dat Jehovah zijn volk zoo geheel had overgegeven aan allerlei smaad en onderdrukking, zonder ooiteen helper te zenden gelijk vroeger; vreemd bovenal, dat de Messias niet op den bepaalden tijd verschenen zoij zijn. „Dwais kind," antwoordde hij, een poging doende om te glimlachen, „meent gij dan dat de Messias dit zou hebben waren drie broers, allen gehuwd. Het trof mij, schrijft een correspondent aan een blad, hoe ik bij deze eenvoudige bevolking, dooreengenomen straatarm, steeds den zielmensch en betrekkelijk weinig den materiëelen mensch hoorde klagen. En toch, nijpende armoede staat op den dorpel hunner deur. In de laatste drie jaren is de vangst (zij visschen schel visoh en in den zomer ook wel rog) uiterst schraal geweest; een huisgezin, dat per jaar f200 a f300 verdiende, aehtte zich heel gelukkig. Vroeger, toen in het Noorden van Friesland de vlas bouw nog bloeide en het braken soms meer handen vroeg dan beschikbaar wa ren, was het zoo erg niet als er eens een slecht vischjaar nwam. De stoere visschers konden braken als de besten, al toonden zij, kinderen der zee, geboren met den trek naar zee in hen, vaak lie ver met geringer verdienste op zee te zwalken dan in het hraakhok te staan. Nu echter moet alles van de visscherij ko men. In de eerste behoeften wordt door de gemeente voorzien, maar vóórdat alle weduwen en weezen goed zullen zijn verzorgd, en de vrouwen, gelaarsd en in pijen broek, weer bet Wad op zullen gaan om aas (zeewormen) te zoeken voor de voltallige vloot, zal een mooi kapitaaltje bijeengebracht moeten worden. Het liefdadige vaderland zij Wierum met warmte aanbevolen. Te Lemmer zijn reeds 7 gevallen van pokken voorgekomen, waarvan 3 met doodelijken afloop. Daar de pokken zeer kwaadaardig zij n, vreest men, dat de ziekte zich verder zal uitbreiden. In hetzelfde huisgezin te Goes, waar in de bejaarde vrouw aan pokken is overleden, is de oudste zoon thans ook door die ziekte aangetast. Influenza. In vele gemeenten der provincie Friesland heerscht de influ enza in hooge mate. Er zijn plaatsen" waar zij huis aan huis bij tal van patiënten voorkomt. Over het geheel is het karak ter der ziekte goedaardiger dan vorige jaren. Ook diphtheritus wordt op sommige plaatsen waargenomen. Een Duitscher werd door de politie te Venloo gearresteerd als verdacht in Duitschland diefstal te hebben gepleegd. De man werd door de agenten zoodanig mishandeld, lat bij zich beklaagd heeft bij den officier van justitie te Roermond, die nu een instructie heeft gelast. De verdachte had een zware wond aan het hoofd en verscheidene wonden op zijn lichaam. De predikant M. te Heteren is, naar de Aruh. Ct. verneemt, voor den rechter van instructie te Arnhem verschenen, als verdacht van onzedeljjke handelingen. In diezelfde zaak moeten verleden week Viij- dag ook reods 9 personen, onder wie 8 meisjes van 14 tot 21 jaar, door dien rechter zijn gehoord. De burgemeester van een groote Zuid- Hollandsche gemeente ontving onlangs het volgende briefje Edel- Achtb. HeerIk heb de eer UEd A. mede te deelen dat ik verhuisd ben van naar onder medeneming van mijn broeder en mijn hond. Hopende U dit in de annalen der ge meente zult willen boekstaven, heb ik de eer te zijn UEd.A. dw. Dr. Te Haaften is een schipper, die aldaar den eenzamen dijk passeerde, door twee onbekende mannen aangerand en van zijn geld (24 Gld.) beroofd. De aangerande bekwam twee messteken in het aangezicht. toegelaten? doch het wordt tijd voor de kinderen om naar bed te gaan," ver volgde hij haastig, „vindt ge ook niet, Lea?" Zijne vrouw glimlachte en stond op om hun avondeten te krijgen. Binnen een uur lagen de jongens gerust te slapen. „Hebt ge nog geen kooper gevonden voor ons huis?" vroeg Lea, toen het haar gelukt was ook Racheltje in slaap te sussen. „Neen," antwoordde Baltikof meteen zucht; „weet gij, waai ik al over gedacht heb, Lea?" vervolgde hij, half aarzelend; of het niet goed zou wezen dit land te verlaten en naar Ame rika te gaan." Verbaasd en half verschrikt zag zij hem aan. „Na aftrek van de reiskosten zal er zeer weinig overblijven om er een nieu wen handel mede te beginnen, doch daartegen over stuat dat de toestand in de stad met den dag treuriger wordt, en waar het eerst reeds moeielijk was zich een tamelijk goed best ran te ver zekeren, zal men weldra dankbaar mo gen wezen, zich voor verhongeren te kunnen vrijwaren. Wij wagen dus in het eene geval evenveel of even weinig als in het andere, hoe denkt gij er over, Lea?" De aangesprokene zuchtte, keek van terzijde naar hare zuster, die blijkbaar hare ontroering trachtte te verbergen, en antwoordde toen: „Wellicht zal het ons nog vergund worden hier te blijven, althans tot het voorjaar." Er volgde nu een pijnlijk stilzwijgen. Een nieuw Siameesch tweeling is te Limoges in Franktijk geboren. Do aaneengegroeide kinderen zijn zeer goed gevormd en krachtig. Het Engelsche schip Jason is ten gevolge van een hevigen storm op de kust van Michigan gestrand. Slechts één der opvarenden werd gered, 26 anderen kwamen om, ondanks de pogingen om het schip met reddingbooten en lijnen te bereiken. De hoofdcommissaris van pol'tie te 's-Gravenhage waarschuwt dat men op zijn hoede zij bij het aangaan van handelsbetrekkingen met Catharina Ma ria Budding, huisvrouw van Albertus Jacobus Raveling, laatst wonende aldaar Van Leeuweahoekstraat 9. Eep kooPv rouw in manufacturen uit Meppel. dm wekeliiks de Zwnlsehe markten bezoekt, deelde eergistnrmorgen aan den politieagent Vos te Zwolle mede, da.t circa 3 a 4 weken geleden van hare uitstalling aldaar ontvreemd was een stuk japonstof, waarvan zij eene kleine vrouw, die dikwijls op de markt komt, verdacht hield. De agent ontving een staaltje van het vermiste goed. Niet lang daarna trof hfl de bedoelde vrouw op de markt aan met een nieuw jak, over eenkomende met de ontvr-emde stof. Vos bracht baar voor den commis saris van politie, alwaar zij bleef vol houden het goed van dat jak bij den winkelier F. te Zwolle te hebben ge kocht. Dit bleek echter niet waar te zijn. Eindelijk werd het overige van het goed in beslag genomen bij eene naaister aldaar, die ook het jak had gemaakt. De vrouw bekende eindelijk dien lap 3 weken geleden op de markt te hebben ontvreemd. Van een en ander werd tegen A. H., huisvrouw van H. K., wo nende buiten de Sassenpoort te Zwolle, prooes-verbaal opgemaakt en werd zij ten beschikking der justitie gesteld. De Telegraaf schrijft; Dat het eindapport over Neerbosch nog niet vastgesteld kan zijn, is niette verwonderen, daar eerst na de verschij ning van de 2e brochure van den heer Van Deth verscheiden sociaal-democra tische oud wezen zich tot het geven van inlichtingen bereid hebben verklaard. De geloofwaardigheid der door de verboorde pers men gedane opgaven is zooveel mo gelijk onderzocht en verscheiden proces sen verbaal van verhooren worden in bun geheel in het eindapport, dat zeer om vangrijk belooft te worden, opgenomen. Pokken. Te Delft heeft zich weder een geval van pokken bij een vrouw van 27 jaar aan de Buitenwater- sloot voorgedaan. Te Hillesluis eiscben de pokken nog steeds offers. In een gezin overleden dezer dagen twee personen aan die ziekte. Vele nieuwe gevallen komen er voor. De 1 akkers. Drie bakkersgezel len te Arnhem hebben Zaterdag den ar beid gestaakt, omdat hun patroon hen zeven en twintig uren achtereen aan den arbeid had gehouden. Onder den indruk van dit en derge lijke feiten hebben de bakkersgezellen daar ter stede nu besloten, de hulp der gezondheidscommissie, der ingezetenen en der vakgenooten in te roepen, om thans met doortastende maatregelen een eind te maken aan dien onverantwoordelijken toestand. Treedt midderwijl geen verandering in, dan zullen de Arnhemsche bakkers op 29 Januari allen het werk staken. Te Waddingsveen is een 10-jari- ge jongen aan cholera overleden. Bin nen een paar uren was het kind gezond en dood. Ruth zat over haar naaiwerk gebogen en Lea breide met zenuwachtige haast aan Rachels kous, terwijl Baltikof in het vuur zat te staren, zoo lang, tot de hel dere vlam verdwenen en er nog slechts een paar glimmende kooltjes overgeble ven waren. Toen sprong hij op, en zei „Kom, wat baat het er langer over te peinzen! Laten wij het voorbeeld der kin deren volgen en ons ter ruste begeven, want het begint hier koud te worden!" En zoo gebeurde het. Rustig sliepen allen tot omstreeks drie uur in den nacht, toen eenklaps een hevig gebons op de voordeur hen deed wakker schrikken. „Hoort ge dat?" riep Lea uit, 'erwijl, zij overeind spr >ng, en angstig luis terde. „In naam der wet, doe open!" riep een forsche .stem daar buiten. Baltikof verbleekte, en haastte zich op te staan. „Doe je open of ik trap de deur in!" schreeuwde de stem weer. Inmiddels waren de kinderen ook wakker gewor den; de kleine Rachel riep scheiend om hare moeder; en de jongens sprongen uit bed. Juist had Lea licht aangestoken in de woonkamer, een doek gegiepen, het kind daarin gewikkeld en op haar arm genomen, toen de deur opengeduwd werd en de commissaris van politie bin nen tradj gevolgd door een zijner beambten. Doodelijk ontsteld staarde Lea hem aan, doch zonder op haar te letten, sprak hij op ruwen toon tot den beambte: „Toe kerel, pak maar mee, wat voor de hand staat en gooi het in den wagen. Wij zullen dat .lodenvolk leeren zich wat te haasten Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1893 | | pagina 5