Vrijdag 26 Mei 1893. Achtste Jaargang. No. 394. Antirevolutionair Orgaan FEUILLETON. INHOCSIGNO VINCES T. BOEKHOVEN. DE VERST00TENE Jodenvervolging in - Rusland. Abonnementsprs per drie maanden franco per post 50 Cent. Amerika bij vooruitbetlaing f 3,50 per jaar. Afzonderlijke nummers 5 Cent. SOMMELSMJH. Advertentiën van 1 5 regels 50 Cent elke regel meer 10 cent en 3/, maal. Boekaankondiging 5 Cent per regel en V3 maal. Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing. Alle stukken voor de fftedaetie bestemd, Advertentiën en verdere Adininistratle franco toe te «enden aan den Uilgever. Gouda. De verkiezing in het district Gou da, die op 30 Mei e. k. moet plaats hebben, verdient belangstelling. Allereerst om de oorzaak, waar door dé"'vacature is ontstaan. De oud-Minister J. P. Havelaar had slechts korten tijd zitting als Ka merlid voor het gemelde district, en hield thans op lid te wezen doordien hij de betrekking van Directeur-Generaal der Posterijen en Teiegraphie aanvaardde. Hoe spijtig het nu ook is, thans na anderhalf jaar (de vorige verkiezing had plaats op 24 Nov. 1891) wederom, ter stembus.!te moeten gaan, het optre den van den heer Havelaar voor een zoo uitgebreiden en gewichtigen tak van 's Rijks dienst als het post en telegraafwezen, is een rijke ver goeding voor deze moeite. Nauwelijks was de hoofddirecteur J. P. Hofstede overleden, of de heer Havelaar werd als zijn mogelijke en waarschijnlijke opvolger genoemd. Dit kwam wellicht hieruit voort, dat hij zoo in den vollen zin des woords de aangewezen man vöor deze betrekking was, Tijdens zijn Ministerschap legde hij een onge- wqnenijver aan den dag, vooral ook in de behartiging van post- en telegraafzaken, en onder zijne leiding is er lang niet weinig gereformëerd. In 1891 kwam er een nieuwe postwet tot stand, waarbij de tarieven voor het brie venvervoer, de postwis- sels en quitantiën zijn verlaagd, en waarmee inzonderheid de kleine pers gebaat werd, omdat het maximum gewicht voor de bladen die met een halve cent' k mnen gefrankeerd wor den van 25 op 40 gram gebracht. Ook voor het personeel van den dienst heelt de heer Havelaaf. des tijds veH gedaan, waardoor hij de genegenheid van geheel het corps ambtenaren tot zich trok. Dè trak tementen heeft hij naar" vasten maatstaf geregeld postboden en be stellers, die daarvoor iri de termen vielen, ontheven van ovèrmatige.n arbeid, en zooveel de omstandighe den gedoogden, de zondagrust voor de ambtenaren in het algemeen be vorderd. Ambtenaren van alle rich tingen waren dan ook zeer verblijd, toen zij vernamen, dat de heer Havelaar het hoofdbestuur van den post- en telegraafdienst zou gaan voeren. In de- N. Rolt. Courant b. v. is doof een telegraatcommies uiting aan deze blijdschap gegeven. In Noord Amerika worden tegen woordig de postpakketten op enkele drukke lijnen vervoerd door .middel van luchtdruk in ondergrondsche buizen. In de dagbladen deed kort geleden het bericht de rondte, dat de eerste buizenpost te Philadelphia geopend werd in tègenwoordigheid van den postmeester-rgeneraal, en dat deze hooggeplaatste ambtenaar als eerste voorwerp in de buizengelei ding een Bijbel liet leggen, gewik keld in de Amerikaansche vlag, met byvoeging van de woorden: „Het eerste gebruik, dat in de Vereenigde Staten van de eerste pneumatische post gemaakt wordt, dient om daar- mèê een -exemplaar der Heilige Schrift, de verhevenste boodschap, die ^oit aan de wereld gebracht is, te verzenden." Terecht merkt de redacteur van „De Bazuin" hierbij op, dat wij thans in Neerland een Directeur-generaal over het postwe zen hebben, die tot het afleggen van dezelfde verklaring in staat zoude zijn, en hij noemt het één van de wonderlijke teekenen onzes tijds, dat de heer Havelaar, die èn als Minis ter èn als Kamerlid een sieraad der antirevolutionaire partij kon genoemd worden, thans aan het hoofd van Post- en Teiegraphie in Nederland staat. Intusschen, hoe bevredigend deze reden van altiedcnals Kamerlid ook wezen moge, in Gouda moet nu een nieuw Kamerlid gekozen worden, en dat wellicht voor korten tijd. Want gaan de plannen van den heer Mi nister Tak van Poortvliet door, dan gaat over ongeveer een jaar de geheele Tweede Kamer naar huis. De thans noodige verkiezing wordt dan ook nagenoeg geheel beheerscht door de ve houding, waarin de voorgestelde candidaten slaan tot de kieswetten. Natuurlijk stellen de antirevolutio naire leiders in het districht Gouda bij eerste stemming een antirevoluti onairen candidaat; maar tevens heb ben zij dadelijk uitgezien naar een democratisch gezind man, naar een voorstander van finale kiesrechtuit- breiding; een man, die te dezen aan zien geen slag om den arm zou houden, maar uit volle overtuiging zijn ingenomenheid zou kunnen be lijden met eene kiesrechtregeling, die het algemeen huismanskiesrecht zoo veel mogelijk nabij komt. Hierin is men uitnemend geslaagd Als candidaat is thans gesteld de heer A. Brummelkamp, emm.-predi kant te Groningen en redacteur van de Nieuwe Prov. Cr on. Courant. Geen onbekende grootheid dus, maar een talentvol spreker en schrijver, een vriend van het geheele volk in al zijn rangen en standen, en een man, die om zijn edelaardige, eerlijke ma nier van strijdvoeren niet slechts bij zijn partijgenooten, doch ook onder de tegenstanders zeer geacht is. Of bet komt door de bijzondere mate van bescheidenheid, dezen heer eigen, zoodat hij zichzelf nooit op den voorgrond plaatst, of waaraan het ligt, weten wij nietmaar ver geleken met sommige zijner geest verwanten in de Kamer, is het zeer te betreuren, dat hij daar niet reeds vóór lang zitting kreeg. Hij zou er zeker een bevallig figuur maken, en ijverig medewerken (daarvoor bezit hij de capaciteiten) om wrat goeds tot stand te brengen. En om het belang des lands, èn om zijn per soon immers ook het kronen van erkende verdienste is zèer vereen ig- baar met en bevorderlijk voor het algemeen belang zou het ons zeer verheugen, als hij op 30 Mei e. k. de overwinning wegdroeg. Toch vreezen wij daarvoor. Gouda is een twijfelachtig district. In Juni '91 bekwam de heer M., Boogaard Bzn. (lib.) 1246 stemmen en de beer O. J. E. Baron van Wassenaer van Catwijck 967 st. In Nov. '91 keerden de kansentoen kreeg de heer Havelaar 1320 van de 2457 geldige stemmenv en was dus terstond gekozen. Thans kon het district wel weer eens omslaanvooral nu de conservatieve roomsehen reeds dade lijk gedreigd hebben, dat zij geen voorstander van Minister Tak's plan nen zullen steunen. Gelukkig zijn onze mannen le beginselvast om zich ter wille van beloften of dreigementen uit het goede spoor te laten leiden maar dat neemt niet weg, dat a% de katholieken zich onthoudende kans op overwinning voor de antirev. zeer klein wordt. Wij hopen nochtans dat deze overweging voor niemand eene oorzaak tot verslapping of vertraging zal wordenmaar dat men met moed en veerkracht alles zal doen wat mogelijkplichtig en noodig is, om later geen zelfverwijt te hebben. Pro/. Mr. i. T. Sl a ij s De liberale partij heeft één harer sierlijkste leden verloren, door het overlijden van den Leidschen hoog leeraar Buijs, op 65 jarigen leeftijd. Reeds spoedig na zijne promotie mm m wmm inii Deze Courant verschijnt eiken Yrydag. UITGEVER: Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte-die zij beslaan. Advertentiën worden ingewacht tot Donderdagmiddag 12 uur. 3.) ÖF DE HOOFDSTUK 7 7 i. EER KOOPMANSFAMILIE IR RUSLAND. Dé zieke sloeg de oogèn op, en zag onrustig om zich heentoen vestigde zijn uyuker, sprekend oog zich op zijn zoon. ,0, Nathan, ik ben blij u te zien," sprak bij gejaagd; hoe gaat bet met de zaken?" Kod ik maar weer opstaan en mijn plaats op 't kantoor innemen de bediendén zullen misbruik maken van mijne afwezigheid De christenkler ken zijn niet te vertrouwen, dat hebben wij ondervonden!" „Stel u gerust, vader," sprak Nathan zacht; „alles gaat goed, en waarom zou den wij om dien éénen al de anderen wantrouwen? Zijn er ook onder onze geloofsgenooten niet sommigen, die er op bedacht zijn zichzelven voordeel te ver schaffen ten koste van anderen?" „Doch vaderlief," vervolgde hij met aandrang, „vermoei u thans daarmee niet. Rust is u noodig* Tracht het alles te. vergeten, totdatu weer geheel hersteld zult wezen „Vergeten," sprak de ziekie veront waardigd, „hoe kunt ge zoo spreken, NathanZou ik mijne zaken vergeten mijne schatten, die ik met zoo ontzaglijk veel moeite en inspanning verkregen heb! Waaraan ik al mijn tijd en krach ten heb gewijd, meer dan veertig jaren O, is het niet vreeselijk hier mach teloos te liggen en niets te kunnen doen dan denken, altoos denken Mevrouw Waiscovitz was intusschen opgestaande opgewondenheid van haar •echtgenoot verontrustte haar zeer, en haar zoon een wenk gevende om zich te ver wijderen, sprak zij zacht, maar beslist: „Spreek nu niet meer, Samuëlik zal u een der psalmen van David voorlezen uw geest zal er door tot rust komen, en wellicht valt ge dan ook weer in slaap." Toen zette zij zich neder en las „Hoort dit, al gij volkenneemt ter oore, alle inwoners der wereld! Zoowel geringen als aanzienlijken, te zamen rijk en armWaarom zou ik vreezen in kwade dagen, als de ongerechtigen, die op de hielen zijn mij omringen? Aan gaande- degenen,die. op hnn goed ver trouwen- en op dé veelheid huns rijkdoms roemen, niemand van hen zal zijnen broeder immer kunnen verlossen hij zal Gode zijn rantsoen niet kunnen geven." Op een toon van diepen ernst had zij dit gedeelte uit Psalm 49 gelezen, en haar stem getuigde van innerlijke ont roering, toen zij verder las: „Hun bin nenste gedachte is, dat hunne, huizen zullen zijn tot in eeuwigheid, hunne "woningen van geslaöht tot geslachtzij .noemen de landen naar hunne hamen. De mensch nochtans die in waarde is, blijft niet, hij wordt gelijk als de beesten,' die vergaan.' Deze hun'weg is een dwaas heid van hen, nochthahs hebben hunne nakomelingen een welbehagen in hunne woorden." Ook kon zij hare tranen niet weerhouden, toen zij voortging„Men zet hen als schapen in het graf; de dood zal hen afweiden, en de oprechten zul- len over hen heerschen in dien morgen stond en het graf zal hunne gedaante verslijten, elk uit zijne woning. Maar God zal mijne ziel van het geweld dea graf verlossen, want Hij zal mij opne men Zij zweeg en verviel in diep naden- kenkon zij die laatste woorden tot hare maken Had ook zij die zeker heid? Eindelijk slaakte zij een diepen zucht, stond zachtjes op, schoof behoed zaam het gordijn dicht, daar de kranke sliep, en begaf zich naar het aangrenzend vertrek. Daar vond zij de huishoudster, een krachtige vrouw, van middelbaren leeftijd, bezig met het avondeten kl iar te zetten. „Mevrouw", sprak deze bij haar bin nentreden op ietwat ruwen, doch niet onvriendelijken toon, „het is noodig, dat u meer rust neemt, anders hebben wij binnenkort twee zieken in huis. U ziet zoo bleek als de doodZal mijnheer Nathan van nacht blijven waken „Neen, Barbara," was het antwoord, diens tegenwoordigheid doet mijn echtge noot te veel aan zijn zaken denken, waardoor hjj onrustig en gejaagd wordt; ik zelf zal dus waken. Ik zal trachten eerst wat te slapen in dien leuningstoel daar," voegde zij er geruststellend bij, ziende hoo Barbara's gelaat betrok. Deze liet zich daar echter niet mede tevreden stellen. „O neen, mevrouw, doe dat toch niet!" sprak zij smeekend, „u hebt reeds twee nachten gewaakt, laat mij het ditmaal doen." Na herhaald aandringen verkreeg zij dan ook haar wensch, en Mevrouw Waiscovitz begaf zich te bed, onder voorwaarde, dat Barbara haar terstond roepen zou, wanneer de zieke naar haar vroeg. Dit gebeurde echter niet; doch even na middernacht richtte hij zich plotseling op, slaakte een diepe zucht, en viel langzaam weer achterover, ter- wjjl een groote verandering op zijn ge laat zichtbaar werd. Barbara ontstelde, en begaf zich tei stond naar het bed harer meesteres; doch toen deze ver scheen, was de geest reeds ontvloden. Weeklagend en jammerend wierp zij zich op den geliefden doode, terwijl Nathan verschrikt opsprong van het rustbed in een klein nevenvertrek, waar hij, zijn ondanks, in een lichte sluime ring was gevallen. Zelf hevig ontroerd, wendde hij toch al het mogelijke aan om zijne moeder tot kalmte te brengen en te troosten. Het was een vreeselijke nacht; en hoewel de smart niet ver- minder.de en de omstandigheden niet veranderden, scheen het toch, alsof de morgenstond eenige verlichting bracht. En hij bracht ook verstrooing mede, al thans voor Nathan, daar deze alles te regelen had voor de begrafenisplechtig heid. De volgende dagen weerklonk in het huis het luid misbaar van familiebetrek kingen en kennissen, waardoor de Isra ëlieten van ouds hunne droefheid lucht gaven. Maar wij gaan deze uitingen van smart, gepaard met allerlei godsdienstige verrichtingen, stilzwijgend voorbij, en vinden mijnheer Nathan, zooals Barbara hem noemt, na afloop der begrafenis, alleen op zijn kamer. „Slapen in het stof der aarde," telkens en telkens weder kwamen deze woorden hem voor den geest, terwijl hij in som ber gepeins verzonken, daar zat. Hoe kwam hij er aan En daar opeen8 zag hij zich in gedachten verplaatst bij den ouden Rabbijn, van wien hij zijne godsdienstige opleiding ontvangen had hoe eerwaardig zag deze er uit en hoe plechtig klcnk zijn stem, wanneer hij tot hem sprak over den inhoud der H. Schriften „Nathan," had hij menigmaal gezegd, „het zijn de woorden van Jehovah, lees ze met eerbiedJa, nu kwam het hem weer te binnen In het boek van den profeet Daniël had hij die woor den gelezen, en opstaande, ging hij een dik boek krijgen, sloeg het open, door bladerde het eenigen tijd, en riep toen uit: „hier staat het!" Daarop las hij langzaam: „En velen van die in het stof der aarde slapen, zullen ontwaken, dezen ten eeuwigen leren en genen tot versmaadheden en eeuwige afgrijzing." (Dan. 12: 2) Ontwaken, ja, dat zou zijn vader ook eenmaal, en tot wel ken zou hij dan behooren, tot „dezen" of tot „genen?" „Wie zouden opstnan ten eeuwigen leven Wat moest men daarvoor doen P Een Jood te zijn was toch blijkbaar niet genoeg, want Daniël richtte zijne profetie tot de Jo den. Een doodelijke angst maakte zich ran hem meester, hoe meer hij nadacht over die vreeselijke woorden „tot ver smaadheden en eeuwige afgrijzing." Toen knielde hij neder in een hoek ran het vertrek, hief de handen omhoog en bad: „O God van Abraham, Izak en Jacob, doe mij toch weten, hoe ik daaraan ont komen kan!" En dit gebed, dat voort kwam uit het hart, zou verhoord worden; doch op gansch andere wijze en langs geheel andere wegen, dan hij ooit had kunnen denken. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1893 | | pagina 1