r
mm si
Vrijdag 23 September 1892.
1
I
Mi
Antirevolutionair
Zevende Jaargang No. 358.
Orgaan
fcweede blad.
IN HOC SIGN O VINCES
T. BOEKHOVEN
FEUILLETON
Boer en Edelman.
9
eu ws.
EER
1MERDIENST.
i1 -
raasnympli,
•fjff
Deze Courant verschijnt eiken Vrijdag.
Abonnementsprijs per drie maanden franco per post 50 Cent.
Voor Amerika bij vooruitbetaling f 3,50 per jaar.
Afzonderlijke nummers 5 Cent.
uitgever:
Advertentiën van 1 5 regels 50 Cent elke regel meer 10 centen 3/2 maal
Boekaankondiging 5 Cent per regel en k/3 maal.
Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan
Advertentiën worden ingewacht tot Donderdagmiddag 12 uur.
Alle stukken voor «Ie Redactie bestemd, Advertentiën en verdere Administratie franco toe te zenden aan «len Uitgever.
Dit nummer bestaat uit
twee bladen.
SLA Cr Y AARDIG.
Koning Frederik I van Pruisen
zond zijnen opperhofmaarschalk von
Printzen Raar Karei XII van Zwe
den, toen deze zich in Saksen be
vond, en liet hem opeischen om het
land te verlaten. Karei vroeg spot
tend, omdat Frederik eerst weinige
jaren te voren door den keurvorst
van Brandenburg tot koning van
Pruisen verheven was, of het Prui
sische leger even goed als het Bran-
denburgsche was? Zonder zich één
oogenblik te bedenken, zeide de heer
von Printzen: „Ja, Uwe Majesteit,
het bestaat nog altijd uit de oude
soldaten, die zich bij Fehrbellin be
vonden." Karei moest de bittere
herinnering aan de nederlaag der
Zweden slikken, zonder dat hij den
slagvaardigen gezant iets kon ant
woorden.
Gedachten.
Het geloof wordt door het Woord
12 Een tafereel uit de
VI.
De president nam toen een vel papier,
schreef een luttel aantal woordenhet
was een bevel tot gevangenneming. Eeni-
ge gendarmes werden afgezonden om de
beschuldigden, Renne en Chamone op te
sporenmaar welke pogingen men deed,
men vond ze niet. Chamone was bij
Peronet in zekerheid. Deze had hem op
zijne beurt bescherming beloofd voor de
dienst, die hij hem bewezen had door
hem de middelen te verschaffen om zijn
mededinger in het ongeluk te storten.
Wat Renne aangaat, deze had, toen hij
Dubois had zien gevangennemenuit
vreeze van de velen hem in verdenking
brengende verklaringen, die de landman
zeker geven zou, zich stillekens uit de
voeten gemaakt en eene schuilplaats bij
een zijner vrienden, een wijnkooper, ge
zocht, die meer dan één verdacht per
soon reeds in zjjne wjjnvaten verborgen
had.
Maar hoewel afwezig en wellicht voort
vluchtig, werden Chamone en Renne des
niettemin veroordeeld.
De cipier Brutus werd op het verzoek
van Peronet voorgebracht. Deze getuigde
Chamone verscheidene malen lang met
Dubois te hebben zien spreken, maar de
laatste antwoordde telkens: „Ik wil mijn
huis niet verkoopen." Chamone was hem
's morgens komen afhalen. Het was na
tuurlijk, dat hij niet wist waarom; hij
had niets te vragen maar was eenvoudig
gehouden om allen bevelen te gehoorza
men, die de wetgevers der republiek
hem gaven.
Na Brutus werd «ok zelfs de Breton-
sche boer binnengebracht. Deze verklaar-
Gods geboren, door den vrede Gods
bewaard, door de liefdé Gods gevoed.
Gelijk een lamp het huis verlicht,
waarin zij is, zoo verlicht het geloof
de ziel.
Wie uit goud niets maken kan,
heet ten onrechte een goudsmid.
Zoo kan niemand met recht geeste
lijk genoemd worden, die zich niet
op een geestelijk leven toelegt.
Noch wetenschap, noch wysheid,
noch welsprekendheid brengt de we
reld tot Christus. Dat vermag al
leen een godzalige wandel.
De Christen zegt„Zorg niet voor
morgen, want Godt zorgt, morgen
ook;" de heiden zegt: „Zorg niet
voor morgen, omdat morgen onzeker
is." De Christen zegt: „Gebruik
het heden!" de heiden: „Geniet
het heden!"
De belijders der waarheid moeten
vaak door ondergaan overwinnen.
Huss op den brandstapel predikte
krachtiger, dan Huss op den kansel.
Yan menig Christen is dit de
loopbaanZijn hoogeschool een
krank lichaamzijn studietijd een
mensehenlevenzijn collages de pij-
de, dat hij meer dan eens gehoord had,
dat Chamone Dubois met zijne aanzoeken
lastig gevallen was en gedreigd had.
Eindelijk werd de beschuldiging, door
Peronet tegen Renne en Chamone uit
gebracht, erkend als gegrond te zijn.
Misschien waren de bewijzen van mede
plichtigheid aan den moordaanslag van
Marat niet sterk genoeg, hoe het ook zij,
men voerde toen de processen met de
grootste snelheid uit, en bovendien behoor
de Renne tot eene staatkundige partij,
waarvan men zich verlangde te ontdoen.
Zij werden diensvolgens met eenparig
heid van stemmen ter dooa veroordeeld.
Wat Dubois aangaat; hij werd onschul
dig verklaard; de bezittingen van Devignc
werden hem als wettig eigendom toege
wezen, en men voegde aan de acte eene
paragraaf toe, als dat alles geregeld had
plaats gehad. Men gaf hem ook een cer
tificaat van burgertrouw mede; de presi
dent van de rechtbank onderteekende het,
en Dubois werd op vrije voeten gesteld.
De oude Bretonsche boer deed zelf ook
zijn voordeel met het geluk van zijn
vriend. Men kwam inderdaad te weten,
dat de broeder, om wiens zaak men hem
gegrepen had, sedert een half jaar de
republiek gediend had, waarin hij zich
zoo gunstig had onderscheiden. Hij werd
daarom ook vrijgesproken en verkreeg
van stonde aan zijne vrijheid.
Burger Peronet vergezelde hem tot en
op straat om aan het volk te toonen, dat
hij een beschermer van de rechten der boe
ren was, en terwijl hij hun de hand gaf en
schudde, zeide hij, dat allen, wie het ook
waren, in het recht der republiek vertrou
wen konden en moesten stellen „maar,"
voegde hij er zachtkens bij, „ik raad u
evenwel om nu zoo spoedig mogelijk naar
uw huis terug te keeren."
Sedert dien dag nam Peronet de plaats
van Renne in, niet dat hij zoo veel kwaad
deed als hij, maar hij kreeg een grooten in
vloed. Yoldaan en tevreden dat hij zijn
mededinger den voet had gelicht, deed hij
overigens weinig moeite om hem op het
spoor te komen. Renne wist derhaGe te-
ontsnappen, en wij zullen hem na eenige
nenzijn doctoraat de groote ver
drukking- zijn praktijk geduld
maar zijn loon is in den hemel.
Wij, slaven der zonde, zijn vaak
te laf, om het eenige oproer te wa
gen, dat God niet alleen goed keurt,
maar eisoht.
De weg des verderfs is gemaklijk
men vindt die blindelings.
Gemengd Af eis we.
De spoorweg van Jaffa naar Jeruzalem
wordt op 26 dezer geopend. De „heilige
stad" telt thans 80,000 inwoners; in de
laatste jaren nam de bevolking sterk toe
door immigratie van Russische Israëlieten.
,t Klinkt zonderling, een spoorweg in
de plaatsen waar eenmaal de voeten van
onzen Heiland en Zijne apostelen ston
den. De haast waarmee het stoompaard
vliegt en die het alom verspreid en na zich
sleept, zou niet goed vereenigbaar zijn
met des Heeren Jezus „het land doorgaan,
goeddoende."
Een brief uit Jeruzalem aan de Köln.
Volks zeit, in dato 24 Aug., schetst den
indruk dien de eerste locomotief daar op
de bevolking gemaakt heeft. LI. Zondag,
zoo heette het, stroomde veel volk de Jaffa-
poort uit, in de richting naar Bethlehem.
Daar, niet ver van de stad, wordt het sta
tion gebouwd voor den spoorweg, die eerst
daags in gebruik zal genomen worden.
Op dezen dag nu was de eerste locomotief
jaren, lang na den dood van Peronet, die
in een der gevechten, welke later Parijs
met bloed bezoedelden, gedood werd, we
der vinden.
Maar keeren wij tot Julius en den ouden
Bretonschen boer terug. De beide vrienden
haastten zich den raad van Peronet op te
volgen, en vergezeld van eene menigte
menschen die hun geluk wenschten en
hun de hand drukten, begaven zij zich
naar de kade, vanwaar de schepen ver
trokken, die naar Normandië afvoeren.
Een daarvan zon juist vertrekken, de bei
de vrienden namen er plaats in, en weldra
verlieten zij Parijs te midden van het ge
juich en geschreeuw des volks.
Zij behielden lang het stilzwijgen en
beschouwden, op den achtersteven van de
schuit gezeten, de kerktorens van Parijs,
die allengs kleiner werden en langzamer
hand in den rook der groote stad verdwe
nen. Weldra zagen zij, zoover het oog
reikte, niet meer dan de rivier, waarop zij
langzaam en bedaard voorwaarts dreven,
en het land aan beide zijden van den
stroom.
Hier en ginds ontwaarde men een
groepje boomen, een dak metroode pan
nen, een torentje, een klokkentoren; en
de zon wierp op het geheel hare warme
en weldadige stralen.
Zij waren vrijzij bevonden zich we
der geheel buiten! Hoe geheel anders
was het toch in de vrije natuur dan in
de dompige stad. Evenwel zag het er
thans buiten niet aanlokkelijk uit. Vele
akkers waren niet bebouwd verscheide
ne boomen lagen ruw omgehouwen en
verminkt op den grond; een tal van hui
zen was gesloten, maar hunne gedachte
bepaalde zich niet bij dit sombere en
zwaarmoedige schouwspel. Zij volgde den
snellen loop des strooms en ging hen
vooruit naar de plaats, waar zij het lief
ste huns harten gelaten hadden.
Toen zij te Rouaan kwamen, vraag
den een paar gendarmes hun om hun
ne papieren, maar de handteekening van
den president der rechtbank was een uit
nemend en voldoend paspoort. Na zich
eene korte poos in de stad te hebben
naar de stad gekomen, om het bewijs te
leveren, dat het vóór lang ontworpen, veel
besproken en zoo moeilijk plan van
een spoorweg naar Jaffa zijn verwezenlij
king nabij was. Die locomotief nu wilde
iedereen zien. "Wat een zonderling ge
drocht hier in de nabijheid der heilige
stad! Hoe verwonderd zagen de oude mu
ren, torens en spitsen van Zionop het snui
vende en dampende monster neder! De A-
rabierenen Turken, Christenen en Joden,
Boeren en Bedouinen beschouwden met de
grootste nieuwsgierigheid de rijdende,
sissende machine. Ze ging vooruit en ach
teruit, trok een paar wagens mee, en toch
zag men geen paard, ezel of kameel die de
beweging voortbracht. Datwasverwonde-
lijk! Een overoude Joodsche vrouw, die
nog nooit buiten de grenzen van Jeruzalem
geweest was, zag het monster aan en
zei toen, dat de duivel er in woonde. Een
hoop wilde Arabische jongens naderde
vreesachtig het stoompaard, om bet eens
goed op te nemen. Daar stiet het een scherp
gegil uit, dampte en siste naar links en
rechts, wierp dikke wolken rook uit zijn
muil, en ging vooruit. Onsteld deinsden de
jongens terug. „Ma schab Allah", riepen
ze uit: Dat is de duivel!
Lesseu en Wenken.
Bezorgdheid is eigengemaakte dwang
arbeid.
De bezorgdheid leert ons de wonder
lijke kunst, om ons moe te maken, met
het optillen van niet aanwezige lasten.
opgehouden, haastten zij zich voort. Yoor
zoover zij konden nagaan, kozen zij den
korsten weg langs weiland en akker naar
Honfleur. Alsof hunne voeten met vleu
gelen geschoeid waren, snelden zij voor
waarts en zagen niet tegen de grootste
hinderpalen op, die hen in het voortgaan
belemmerden. Over heggen en sloten wis
ten zij heen te komen, als waren zij nog
jongelingen, en soms schenen zij eerder te
vliegen dan te loopen. Geen wonder dat
zij voor de stad de taveerne „de hoop"
even aandeden, om zich te verfrisschen
en nieuwe krachten voor het overige
van hun tocht op te zamelen.
Onder het gebruik van een glas goe
den wijn raakten zij onvoorzichtig ge
noeg! in gesprek over de toedracht der
zaken te Parijs en het gebeurde van de
laatste dagen.
„Dat ik zoo eensklaps op vrije voeten
ben gesteld, is mij een wonder," sprak
onder anderen de boer uit Bretagne.
„Mij ook," zeide Julius, „want op het
oogenblik dat het grootste onheil mij
scheen te bedreigen, werd ik gered."
„Begrijpt gij een man als Peronet?
vraagde de eerste.
„Dat hij Reintje de Yos goed bestu
deerd heeft, staat vast. Onze redding
heeft hem geene windeieren aangebracht
onze invrijheidstelling schenkt hem eene
plaats op het regeeringskussen, geloof
dat maar vast."
Zoudt gij gelooven, dat het welspre
kende pleidooi te uwen gunste dienen
moest om Renne het voetje te lichten?"
„Ongetwijfeld," sprak Dubois zacht,
maar nog luide genoeg om gehoord te
worden.
„Nu burger Renne is het waardig
maar om hem en Chamone op zulke losse
gronden en met slechte en onheilige oog
merken des doods schuldig te verklaren,
dat pleit niet voor het edele karakter
van Peronet."
„Edel karakter!" lachte Dubois „nu
ja, laat ons daarvan maar zwijgen. Ik ben
maar blijde, dat wij er goed Yan zijn af
gekomen.'
„Maar denkt gij dan niet aan het lot
Doe wat gij kunt, en vertrouw dat
God zal doen, wat gij niet kunt.
't Vertrouwen, is als een Aarons staf,
die bloesems uitschiet, en als een Mozes-
staf, die wonderen doet.
Om op God te betrouwen, moet men
God vertrouwen.
Weldadigheid is als de alpenroos; zij
bloeit in de sneeuw.
'Wij herinneren aan de door ons ge
maakte bepalingen dat ieder, de een
Knecht of Dienstbode zoekt, of ieder
Dienstbare die een betrekking zoekt,
dat zij hun wenseh voor slechts 50 centen
in dit blad kunnen plaatsen.
Voor G e h «3 o r t e IS w e-
11| k - v e 1' 1 ij d e n en andere
familie h e r e Ei t e n, Ad
vertentiën omtrentW er g a «I e-
ringen en b||ecnkoui-
sten, te Ia u aa r of t e Sa o p,
a a nl) I e «1 e ia van allerlei zaken
publieke v e i I i sa g e aa en
e a* k O O p i ia g e aa, kortom voor
allerlei advertentiën is de „Maas- en
Scheldebode" door hare uiibreiding het
geschikste en goedkoopste orgaan.
Drie malen ter plaatsing opgegeven
wordt slechts twee maal inrekening ge
bracht. Alle Boekhandelaars en Brieven
gaarders alsmede Heeren Agenten van
dit blad nemen iederen werkdag abon
nementen en advertentiën aan.
van Chamone en Renne?"
„Deze zullen er beter afkomen dan
menigeen denkt. Chamone zal den dood
onder de guillotine niet sterven, daar
ben ik zoo goed als zeker van, en Renne
is óf minstens zoo ver van Parijs als wij,
óf hier óf daar zoo verborgen, dat geen
menschelijk oog hem ontdekken zal.
Hun vonnis is eene holle phrase, eene
formaliteit. Ik zou wel meer zeggen, maar
„leer, hooren, zien en zwijgen," zeide
pater Bernard us."
Zij merkten niet eens op, dat er een
paar gewapende mannen in de gelagka
mer waren, die hen van top tot teen opna
men en alle moeite deden om iets van
hun gesprek op te vangen. Ook niet
dat dezelfde personen zich stillekens door
eene andere deur verwijderden, nadat zij
den waard eenige woorden ingefluisterd
hadden.
Weldra werd het hun duidelijk, dat
zij te luidruchtig geweest waren en nieu
we onaangenaamheid hen wachtte. Want
toen zij den waard betaald hadden en
zich willen opmaken om verder te gaan,
werden zij daarin belet door den herber
gier en zijn knecht, die hen op zeer ruwen
en dreigenden toon vertelden dat zij in
last hadden hen niet te laten vertrek
ken.
„Waarom kunnen wij niet gaan sprak
Dubois, niet weinig verbaasd en verschrikt.
„Dat weet ik niet, daar bemoei ik mij
niet mede," hernam de waard kortaf.
„Met welk recht houdt gij ons dan op
vraagde de Bretonsche boer. „Zijn wij dan
geene eerlijke mannen?"
„Dat zal de rechter wel beslissen," ant
woordde de waard.
„Wij hebben met geene rechters te ma
ken," spraken onze beide vreemdelingen
en deden moeite om de deur te bereiken.
„Dat zal men jelui wel leeren," bulderde
een gendarme, het vertrek binnenstuiven
de en op den voet gevolg wordende door
een drietal gewapende.
„Maakt u van deze beide mannen mees
ter!" schreeuwde dezelfde stem.
r 1
v\
a -
ik vermaant da
ij weten niet, of
ook niet spoedig
rden.
rust en kalmte
tilentie. En waar
n tot rust willen
elijk buiten deze
lrank de geesten
ing, om te meer
te doen hooren:
sterven?"
voor ieder, maar
eden.
oor hen geduld,
geisoht worden
dsleden de zonde
ohte redactie,
tw. dienaar
K.
iber Jfaxr men
emeente in zijne
tember besloten
verzoeken van
de vrij e- en
lagere school
n kwam met zijn
S de W, Welke
er niet met zijn
cht komen, al-
ineesheer te zijn
an de Cholera
van den ha vert
eringen te weeg
e aanleiding van
leze gemeente
weer, bij de
de orde tegen
s uit de gemeen-
g van de politie,
brachten met
s verbaal opge-
chtrust.
eede en Overflakkee
sluis en Middelharnis
2,55 uur (2,35)
ui. 7,15, (6,55) 10 uur.
■8,35 (8,15)10,45!, (10,25
1.11,15 (10,55)nm. 5, 30
iting met de stoomboot-
terdam v. v.
enwichtijd zijn tusschen
tS ZIJN
iSTER.
STOOMBOOT.
iHHR\IS.
Dinsdag vm. 5.u.
Donderdag 6,
ige dagen 6,30
nm. 2,uur
en 29 Sept.
ddelharnis.
8.15 uur.
n. 3 uur.
s-
citcang,
Rotterdam,
ïsdagvoorm. 4,30 uur.
ïalf uur later
lam
Amsterdamsehe tijd
ag van iedere maand
it
mterdienat.
am.
nsdag vm. 5,15; Zater-
d
nm. 2,30; Woensdag.
10 nm. 5,30; Zaterdag
vm. 8, nm. 3.
andag en Dinsdag vm
Vrijdag (langs Oud-
lag, en Zaterdag nm. 2
September) op werk
les Zondags vm. 83,0
Maandag en Dinsdag
-Beierland) na. 2uur
van elke maand zal
Hand naar Rotterdam
erdag en Vrijdag,
vm. 5,45, van Oud-
ïerlbad, Zuidland en
t-maatschappij
rdingen naar Helle-
atsen v. y.
DINGEN iii"
ni 1892.
ehouden.
■er treinen,
ar en 6,59 uur,
et station.
ir en 9,20 uur.
ra 10,20, 5,34 en 11,
eor Rotterdam,'sGra-
dam en Den Helder
>t verkrijgbaar. Voor
n en Den Helder.
ven
versa Eerste Klasse
our 0,85
30 Retour 0,55.
rersa Eerste Klasse.
15
Tersa Eerste Klasse
r 0,40.
,15 Retour 0,25
lig. Goederenvervoer
rengelden.
kgentenH. P. v. i>.
JVEnD Nieuwesluis
Rotterdam.
ll,10en 4,10 u.
11,10 en 4,10 u.
;erdam.
11,30 en 4,30 n.
u.
50 en nm. 4,30 uur
levoetsluis.
en 5,u.
alfuur later.
Brielle.
1,30 en 5,uur
lf uur later.
'sRijks veerboot
n. Sommelsdijk
FRANSCÏÏE OMWENTELING.
De terugkeer van den gevangene.
(Wordt vervolgd.)
m