H Vrijdag 26 Augustus 1892. Zevende Jaargang No. 354. w 1 Antirevolutionair Orgaan W0IB IJ nditie INHOCSIGNO VINCES FEUILLETON Boer en Edelman. T. BOEKHOVEN. NST. h. Dezo Courant verschijnt eiken Vrijdag. Abonnementsprijs per drie maanden franco per post 50 Cent. Yoor Amerika bij vooruitbetaling f 3,50 per jaar. Afzonderlijke nummers 5 Cent. *u i" 'lb uitgever: Advertentiën van 1 5 regels 50 Cent elke regel meer 10 een ten 3/2 maal Boekaankondiging 5 Cent per regel en 4/3 maal. Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent por plaatsing. Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan Advertentiën worden ingewacht tot Donderdagmiddag 12 uur. Alle stukken voor de Redactie bestemd, Advertentiën en verdere Administratie franco toe te zenden aan den IJitg-ever. Ëen ijdele profetie. In de Tweede-Kamer-zitting van 22 Juli jl. werd den Minister van JusMtie toegestaan, zijn begrooting voor 1891 met 33,000 gl. te ver- hoogen, m wel ten behoeve van het onderhoud van gevangenen en ver pleegden, en lutgoen daarmede in verband staat. Deze post werd nu ge bracht, in zijn geheel op 376,000 gl. Ook was er sprake van het in richten eener nieuwe gevangenis te Breda. Zoo dikwijls men zulke dingen leest, rijst onwillekeurig weer de profetie van Prof. Opzoomer voor onzen geesthetgeen gij voor de scholen en het onderwijs uitgeeftzidt gij meer dan voldoende weer uil- winnen door het overtollig worden van gevangenissen. Waarlijk, wij zeggen dit niet uit leedvermaak of partijzucht. O, zoo gaarne hadden wij aan onze natie gegund, dat deze voor spelling ware uitgekomen, ofschoon elk christenman wel op zijn vingers kon uittellen, dat zij niet kon uit komen. Had de Utrechtsche hoogleeraar FRANSCHE OMWENTELING. VI. In den kerker te Parijs. „Mijii arm kindmijne arme Lucia de boer hield de handen voor zijne oo- gen en kon niets dan snikken. „O, wat zou zij dansen en huppelen, als zij u wederzaghernam Chamone, eenigzins gemaakt blijde „ik wed, dat gij met haar mede zoudtdoen. Welaan, ter zake! ik heb een middel gevonden, om u te bevrijden. Burger Renne wil zich gaarne met u verstaan, weet gij. Bedenk, dat hij thans alvermogend is. Hij is eene onmisbare hulp van Marat, en deze zal hem op zijne beurt niets weigeren. Zonder Renne is het onmoge lijk om vrij te komen, ziet gij. Iedereen is overtuigd, dat gij u door Devigne hebt laten misleiden hij is naar Engeland uitgeweken, om de vijanden van de met zooveel roem bedekte omwenteling op te ruien. Uwe papieren? en wat zouden die nog? zij beteekenen niets. Er zijn wel anderen geweest, die papieren hadden oneindig veel beter in orde dan de uwe, en toch heeft men hen naar de andere wereld geschopt, zonder ze zelfs te on dervragen. Gij kunt, ik herhaal het nogmaals, slechts gered worden door een enkel man, doore Renne, en luister eens op welke voordeil ge voorwaarden. Hij stelt u voor om het kasteel en de lan derijen van Devigne van u te koopen hij zal u teruggeven, wat gij er voor betaald heb en nog vijf percent bovendien. Zijn dat geene goede voorwaarden, een braaf man waardig? Is de zaak beklon ken, dan laat hij u onmiddelijk naar uwe woonplaats terugkeeren. Denker goed over na: de vrijheid, een goede buil gelds in den zak, veel meer dan gij noodig hebt om van uwe boerderij eene landhoeve te maken zooals er bijna geene tweede in het geheele land isbuitendien nog bedoeld, het bedrijven van mis daden en daardoor het bevolken der gevangenissen te keer te gaan door het oprichten van christelijke scho len, ter vorming van den geheelen mensck, met inbegrip van het hart, ja, dan zou de ervaring zijn profetie stellig bevestigd hebben. De Schrift zegt toch niet tever geefs: „leer den jongen de eerste be ginselen naar den eisch zijns wegsals hij ook oud zal geworden zijn, zal hij daarvan niet afwijken." En wederom „werp uw brood uit op het water, want gij zult het vinden na vele dagen." Inderdaad, als er alom in Neder land in dezen geest onderwijs ge geven wareals men de volksjeugd gewend had, om „aanharen Schep per te gedenken," dan zou er zulk een zee van zedelijke ellende niet over onze erven zijn uitgevloeid dan zouden orde en zedelijkheid on der onze natie zijn bewaard geble ven dan zou er op kerkelijk gebied zoomin als op sociaal terrein zulk een toenemende verwarring worden aanschouwd. Maar de Utrechtsche hoogleeraar een aanzienlijk en invloedrijk bescher- mér in Parijsdat zijn geene te versma den zaken in den tijd, dien wij beleven." Julius had met de grootste aandacht toegeluisterd. De vrijheid was eene groote verzoeking; maar zijne belofte, maar zijn eed te middernacht op het kerkhof ge daan! Neen, hij kon noch mocht iets daarvan aannemenhij hield zich een oogenblik stil en staarde in het flikkeren de haardvuur, daarna zeide hij op beslis- teii en langzamen toon „Ik wil mijne landerijen en mijn kas téél niet verkoopen." „Maar, mijn arme Dubois, gij moet u verstand verloren hebben, gij zijt waarlijk krankzinnig. Gij wilt niet verkoopen! wij zullen zien, dat is de eenige kans, om het leven te reddengij zijt anders een slachtoffer der guillotine, ik geef geën stuiver voor uw hoofd. Maar is dan het aanbod niet prachtig, dat burger Rénne u doetis het zelfs niet een der edelmoedigste „Misschienantwoordde Julius, „maar hoe edelmoedig het ook is, ik kan noch wil mijn eigendom verkoopen." „Uw eigendommaar wat zult gij aan uw kasteel en uwe akkers hebben, als gij in 'de kerkerholen van Parijs nederligt. Meent gij somtijds, dat men ze aan uw kind zal achterlaten? Hoe dwaas! één woord van Renne, en binnen drie dagen zal uw kasteel en al wat er in en bij is, verbrand worden Ziedaar [dus wat gij hardnekkig wilt: uzelven en de uwen ongelukkig maken. Chamone zweeg, hij had Julius willen verschrikken; maar hij was in zijne bedreigingen te ver gegaan. Dubois kreeg zijn moed en gezond verstand weder. „Hoor eens," zeide hij tot Chamone, „laten de manschappen en aanhangers maar niet veel beweging bij ons begin nen, want onze landlieden weten van geene onderwerping aan vreemdelingen, die als boeven en struikroovers het huis van een braaf mensch komen plunderen en verbranden. Wat mij betreft, ik zal, of ik vrij verklaard of veroordeeld word, het huis en de landerijen van Devigne nimmer verkoopen. Gods wil geschiedde had bij zijn voorspelling slechts scho len op het oog, waar enkel het hoofd gevormd, het verstand bear beid wordt, en overeenkomstig zijn raad is Nederland met dit soort scholen geheel overdekt. Het hart van de kinderen behoefde niet be arbeid te wordenalthans niet in de schoolzoo meende hij en zijne geestverwantendat hart was in hun schatting goedgezind genoegslechts kwam het er op aan de kinderen verstandelijk te ontwikkelen en te verlichten, en dan zouden zij van zelf hun schreden richten op het pad der deugd. Doch de droevige uitkomst toonde, ook hier, dat God Zijn bedreiging gestand doet: „Ik zal de wijsheid der wijzen doen vergaan, en het verstand der verstand igen zal ik te niet maken." Want zie, de mis daden nemen op schrikbarende wijze toe, en de gevangenissen zitten over vol. Men heeft zijn krachten uitslui tend gericht op de ontwikkeling des verstandsen men heeft dat opvoe ding genoemdmaar men moet nu ondervinden, dat het menschdom er „Ge zijt toch, wat men noemt, een groote stijfkop hernam Chamone met een onaangename glimlach; „waarlijk, vviendje, uwe opvoeding laat veel te wenschen over. Wie spreekt thans nog Van Godeen of ander hongerig of dweepziek geestelijke, wellicht jamis schien gelooft er ook nog menig stokoudje aanmaar beschaafde en fatsoenlijke menschen lachen met die ouderwetsche en fabelachtige praatjes over God, enz." „Schaamt gij u niet om het te zeggen, Chamoneis het eene waarheid, dat er tegenwoordig weinigen zijn die nog aan God gelooven, dan noem ik den tijd, dien wij beleven zoo op het gebied der staatkunde als op dat der godsdienst rampzalig. Waar moet het heen, als dat zoo is, waar moet dat heenNu begrijp ik het," voegde Julius erbij, die merkbaar ongeduldig werd, „nu begrijp ik het, waarom wij in de handen van ofigeluk- kigen gevallen zijnwaarom Frankrijk zoo zwaar gekastijd wordt. „Om zijne zonden," antwoordde Cha mone op een schijnbaar vromen toon, die de grootste spotterij verried, „juist omdat de maat zijner ongerechtigheden vol is, gelijk Sodom en Gomorra, he Wat een oude wijven-taal, JuliusIk kan wel merken, dat gij bij een pater den kost hebt gehad, die heeren hebben al te maal zoo'n vroom praatje over zich. En weet gij, hoe dat komt? Zij hebben te weinig te doenhadden zij wat har der te werken, dan zouden zij zulke nietsbeduidende en holle uitdrukkingen niet gebruiken. Ik laat mij niet zoo gemakkelijk bedotten en in hunne gees telijke vingers vangen. Die heeren komen de gemeente op een boel geld te staan, gelukkig dat wij er thans maar van ontslagen raken, en de kerken, waar zij lang genoeg den baas gespeeld hebben, moeten ten algemeene nutte aangewend worden." „Wat gij zegt en durft zeggen, is voor uwe rekening, Chamone! toch geloof ik voor mij, ondanks uwe Conventie, in Goden die machtige Heer, weet ik, zal mijRenne en zijne aanhangers en verkeerd en verward tegen in groeit. Yelen worden overspannen, waan zinnig, krankzinnig; anderen weer misbruiken hun ontwikkeld en on gekrenkt verstand, slechts tot sluwe benadeeling van hun natuurgenooten. Dat „ontwikkeld verstand" speelt bij velen de rol van een wild sterk paard, dat op hol slaat, omdat er geen geschikte voerman achter zit. Want die voerman is het hart waaromtrent Gods Woord beveelt: „behoed het bovenal wat te bewaren is, want daaruit zijn de uitgangen des levens." Ook de uitgangen van het maat schappelijk leven. En zie, omdat het rechte gevoel ontbreekt bij de eenzijdig verstande lijk onderwezenen, daarom ontbreken deze uitgangen, öf wel zij strekken slechts tot verwoesting' van het so ciale leven. Lust tot opstand en revolutie, of moeheid en zatheid des levens, zie daar het dubbel bankroet van de wijzen dezer eeuwof, wilt ge, zie daar de chronische kwaal, die de natie heeft aangetast. Een kwaal, die zich in verschil- vrienden ten spijt, van hier brengen, als Hij het namelijk goed en noodig keurt. Zijn raad en zijn wil zu'len bestaan!" „In heb u wel gezegd, dat men niets met hem vorderen zou," sprak Brutus, die inmiddels binnen getreden was. „Het zij zoo, gij wilt dus niet, dan wensch ik u het beste, Dubois!" zeide Chamone. „Het spijt mij om uwentwil. Ik zal dan maar aan de uwen zeggen, dat gij als een goed Christen gestorven zijt, niet waar? Dat zal de oude vrouw genoegen doenalle oudjes zijn bijgeloo- vig, zij zal u als een heilige vereeren. Maar wat moet ik tot het kleine kind zeggen „Al wat gij wilt," riep Brutus on verschillig en ironisch uitik heb geen tijd meer, komaan, asjeblieft, uwe kamer wacht De ijzeren deuren knarsten op hare hengsels, en 'Julius bevond zich op nieuw in de kerkercel, waarin de lantaarn, die op straat brandde, een naargeestig en vaal licht wierp. Al rondtastende zocht de ongelukkige zijn hoekje en wierp zich met het hoofd in zijne handen verborgen op het stroo neder. Een lichtsraal in den duisteren nacht. Het valt lichtelijk te begrijpen, dat de gedachten van Dubois zich allen vereenigden in het onderhoud dat hij met Chamone gehad had. Ongetwijfeld had deze laatste al zijne pogingen aangewend om hem te verschrikken, maar al nemen wij voor een oogenblik zelfs aan, dat hij de zaak overdreven had, de toestand was daarom niet minder oniustbarend en netelig te heeten. Renne wilde niets meer en niets minder dan de bezittingen van Devigne en zou alles in het werk stellen om tot zijn doel te geraken. Eén oogenblik wankelde de moed van Dubois. Was van alles niet het wijste, dat hij kon doen om de aanbiedingen van Renne aan te nemen? Aannemen en vrijDe sombere muren der gevan genis te verwisselen met de aangename wanden der hoeve! welk een geluk op nieuw over en langs den bloeienden - v „sma lende vormen doet kennennu eens in hevige schokken onder velen te gelijk, dan weer op sluipende wijze onder enkeleneen kwaal, die heden prikkelt tot het ontwerpen van gansch verkeerde plannen, en die morgen weer een waas van doodsch- heid uitspreidt over hem, die juist dan soms zooveel gelegenheid hebben om wat goeds tot stand te brengen. Och neen, oaar is geen evenwicht. De menschen zijn tegenwoordig meest overmoedig öf mismoedig. Yan een blijven in de maat en den stand, dien God allen menschenkindcren aanwees, is slechts bij weinigen sprake. De sterkeren werken zich zelf omhoog tot bezitters en geweld hebbers, en zij, die zich daartoe te zwak gevoelen, geven hun idealen voor het aardsche leven op. „Hypochondrie" (gemelijkheid, „droefgeestigheid en zwaarmoedig heid) is zelfzucht, en zelfzucht is „onbeschaamdheid en ruwheid" zoo schreef de duitsche geleerde E. voh Feuchtersleben. „Maak, indien „het nog niet te laat is, dat de „ongelukkige een hart krijge voor „de wereld, voor de menschheid en akker te loopen, zijnzetel bij den schoor- steenhaard weder in te nemen en zijne kleine lieveling op zijne knieën te laten dansen Welaanbet zij zoo, ik wil de voor stellen van Chamone aannemen. Maar kunt gij het, moogt gij het? denk aan dengene, die u dat kasteel en die akkers toevertrouwd en nooit anders voor u dan goede en liefdevolle woorden gehad heeft. Wat zult gij tot hem zeggen, wanneer de tijden weder tot vorige kalmte teruggekeerd zullen zijn, en hij u naar het pand vragen zal, dat hij aan uwe eerlijkheid toevertrouwd heeft, en waarvoor gij beloofd hebt verantwoorde lijk te zijn en gij zult alsdan moeten antwoordenik heb alles aan uw dood vijand verkocht? Yoorts, wat zal pater Bernardus zeg gen, als hij ziet, dat gij zoo lichtvaardig uwe verbintenissen schendt?" En eindelijk, wat zal uwe oude min zeggen, als zij de overeenkomst met Renne gesloten, te weten komt? „Neen, onmogelijk, ik kan noch mag iets ver koopen." Alzoo spraken gedurende verscheidene uren twee elkander vijandige stemmen in zijn binnenste, dat, als een scheepje door de golven der zee, beurtelings op en neder bewogen werd. „Ik ben besloten riep Dubois einde lijk uit, toen de dageraad den oostelij ken hemel in vuurgloed zette; „ik zal mijn plicht doen. Laten zij mij het leven ontnemen, toch zal ik hun de landerij en mijns meesters niet verkoopen. De Yoorzienigheid zal voor mijne Lucia zorg dragen, en als gelukkige en betere tijden over Frankrijk zullen aanbreken, en zij een groot meisje zal geworden zijn, zal dit haar schoons!e titel wezen, dat zij tot vader een man heeft gehad, die liever den dood wilde sterven dan zijn woord verbreken." Met een gerust geweten sluimerde Julius eindelijk zeer kalm en tevreden in. erflakkee elharnis 10), nm. 3,55u 5 5 6,11(5,51) 5,30 uur stoomboot- n tusschen t. 5.—u. 6,— 6,30 uur. r. ,30 uur. he tijd maand n 4,10 u, 4,10 u. 0 u. ,30 uur r. 5,uur r. erboot 5; Zater- oensdag', aterdag sdag vm ga Oud- ag nm. 2 p werk- m. 5^3,0 Dinsdag a. 2uur and zal Herdam "dag. n Oud and en PP'j Helle en 11,8 's Gra- Helder r. Voor lder. Klasse 55. lasse. Klasse ,25 vervoer v. n. wesluis Isdijk SOMMELSBIJH. 8 Eek tafereel uit de Wordt vervolgd.) f _,-.Y

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1892 | | pagina 1