dien naam God nietomdat men zich
God denkt, buiten en geheel in tegen-
spaak met het geopenbaarde Woord.
„Men ziet hier evenwel voor de,
wie weet hoeveelste maal, dat de
Staatsschool een school is, waar God
niet genoemd word."
De Standaard
In het opschrift van dit stuk
is door den zetter een fout gemaald
die over het hoofd werd gezienen
verbetering vereischt.
Er staat boven ,,de Goddelooze
schooldit moet zijn de Grod-
looze School.
Maastricht. Voor de Kamerverkiezing
in het district Maastricht waren Dinsdag
van de 2311 kiezers opgekomen 1987.
Van onwaarde waren 41 stemmen. De
volstrekte meerderheid was 978. De heer
Schreinemacher Jr. verkreeg er 639, de
heer De Ras 534, de heer mr. G. Tri
pels 474 en de heer Franquinet 294
stemmen, zoodat een herstemming moet
plaats hebben tusschen de heeren
Schreinemacher en De Ras.
Roermond. Aantal kiezers 1852uit
gebracht 1090 stemmen, geldig waren
1005 st.de volstrekte meerderheid was
alzoo 503 st. Gekozen is de oud-minis
ter jhr. mr. G. L. M. Ruijs van Bee-
renbroek met 853 stemmen.
Uit ons Parlement.
^etnengd Nieuws.
Plaatselijk Nieuws.
Sommelsdijk, 1 Juli. De gemeente
bode M. P. J. Lebbe is benoemd tot
Secretaris van de Brandweer.
Middelharnis, 5 Juli, In de heden
middag gehouden gemeenteraadsvergade
ring werd o.m. door den Heer Koert den
eed afgelegd.
Ooltgensplaat. Velen zien zich ge
noodzaakt hun varken op heden te slach
ten wegens de vlekziekte.
Nieuwe Tonge, 28 Juni. De collecte
voor de gewapende dienst heeft in deze
gemeente opgebracht fl,70.
Dirkslaud. Een jongen van W. de
Ruiter alhier had op een dorschvloer
zich neergelegd om uit te rusten terwijl
men hooi mende, ongemerkt was hij aan
slaap gevallen. De overige werklieden
hem niet ziende, kwamen met een voer
aanrijden, dat hem over de beenen ging.
Het mag een wonder heten dat beide
beenen niet afgereden werdenhij werd
met zware kneuzingen met een wagen
bij zijne ouders gebracht.
Ouddovp. Door den gemeenteraad is
met 4 van de 6 stemmen tot gemeente
ontvanger benoemd de heer C. Boslooper.
De heeren Jac. Tanis Jzn. en J. Breen
Jbzn. hadden ieder één stem. Ook werd
beëedigd het onlangs benoemde raadslid,
de heer T. Hameeteman Johzn.
ËSur$erlijke Stand.
,.41
s
VERBETERING.
Verkiezingen.
De uitslag der Dinsdag te Vlaardingen
gehouden verkiezing van een lid der
Prov. Staten van Zuid-Holland is, dat
er herstemming moet plaats hebben
tusschen de heeren A. W. Schippers
a.-r., oud-lid, en IJzermans R.-K. te
Vlaardingen.
De heer Schippers had 1008 en de
heer IJzerman 905 stemmen.
Dr. Snijders lib. kreeg er 652.
Volkeren «Ier Aarde.
Wij willen ditmaal onze wekelijksche
wandeling over het rond der aarde begin
nen bij Ëngeland, dat is niet zoo ver
uit de buurt. Dat land verkeert mid
den in de verkiezingsstrijd, en dat wil
wat zeggen. Al gaat het er niet zoo ruw
naar toe als in Amerika, toch loopt maar
zelden eene verkiezing af zonder bloed
vergieten. Ook nu weer meldt men en
kele botsingen, waarbij harde slagen vie
len.
De 86 jarige Gladstone reist onvermoeid
rond, om overal het programma der libe
ralen aan te prijzen. Nu moet men de
Engelse he liberalen vooral niet vergelij
ken met onze landgenooteu, die zich (maar
ten onrechte) met den naam „liberaal"
tooien.
Het voornaamste punt in alle redevoe
ringen van Gladstone, is zijn lievelings
denkbeeldhome rule voor Ierland. Dat
wil zeggen de instelling van een Iersch
Parlement, onder toezicht van Engeland.
Dit plan heeft misschien evenveel voor
als tegenstanders, en het is merkwaardig,
na te gaan, hoe de Engelsche pers daar
over schrijft, 't is maar net door welke
bril de redactie kijkt. Het eene blad zegt
ondanks alle redeneeringen er nog niets
van te begrijpen, terwijl een ander blad
schrijft, dat Gladstone nu eens duidelijk
gesproken heeft. Hoe het zij, wij zullen
op een afstand de strijd gadeslaan, en in
ons volgend overzicht misschien reeds
den uitslag kunnen mededeelen.
Alleen wijzen wij nog op eene nieuwe
manier van strijdvoeren, die wij evenwel
niet durven aanbevelen. Gladstone werd
bij zijn bezoek aan een plaats waar hij
spreken zou, aan zijn oog getroffen door
een harden broodkorst welke
een vrouw in zijn rijtuig wierp. Yan een
ander afgevaardigde lezen wij dat een
oesterschelp in zijn gelaat terechtkwam;
van een derde dat een steen hem trof.
Het zijn inderdaad zonderlinge argumen
ten
Yan Engeland overstekende naar
Spanje, komen wij te Madrid juist bij
tijds, om hevige straatkabalen bij te wo
nen.
Twee klassen van de burgerij zijn in
vollen opstand tegen de regeering, en wel
le de wisselmakelaars, wegens een nieu
we belasting op de beurszaken; 2e de
„dames van de vischmarkt," wegens de
verplaatsing van een markt.
Vooral bij het tweede geval hebben
betreurenswaardige gebeurtenissen plaats
gehad. Ei scheen een formeel oproer
uitgebroken, zoodat de troepen te hulp
geroepen moesten worden.
Toen de soldaten om vrees te veroor
zaken, in de lucht schoten, ontstond er
een treurig gedrang, waarbij menigeen
het leven verloor.
Een geest van verzet blijft nogheer-
schen, doch de regeering heeft krachtige
maatregelen genomen.
Wenden wij ons nu ne „r Rusland,
dan moeten wij erkennen dat ook het
Russische volk door ramp op ramp ge
troffen wordt, ja meer dan een ander
volk van Europa. De vreeselijke hon
gersnood van het vorig jaar is nog maar
ten deele geweken, terwijl de berichten
over den oogst van dit jaar niet zeer
gunstig luiden, zoodat men opnieuw in
vrees verkeerd. Doch nu dreigt een
i-*' -
nieuwe ramp, en wel de cholera, die in
Azie heerscht, en reeds de Russische
grenzen overschreden heeft.
Begrijpelijk is het, dat men in Rus
land een nadering der cholera ditmaal
met nog meer bezorgdheid dan anders
aanschouwt. De toestand der bevolking
in vele districten, die dezen winter door
hongersnood geteisterd zijn, geeft reden
tot de vrees, dat de cholera daar een
gunstig terrein voor hare verbreiding
vinden zou.
In het zuiden van Rusland stierven
de laatste dagen 31 van de 51 aange
tasten aan de cholera. Te Baku was de
sterfte op 27 Juni 39 van de 55 in het
hospitaal, en 18 dooden in de stad.
Te Tiflis stelde het gemeentebestuur
46,000 roebels voor gezondheidsmaat
regelen beschikbaar, en het bepaalde,
dat de betrekkingen van geneesheeren,
die bij de vervulling hunner taak om
kwamen, een pensioen van 600 roebels
zullen ontvangen.
Nu is het, helaas! diep treurig, te
zien, hoe weinig invloed tot nu toe deze
oordeelen Gods op het in on- en bijge
loof verzonken volk hebben, want te
midden dier treurige tijden gaat men
voort, al wat niet tot de Grieksck-Room-
sche kerk behoort te vervolgen, en hen
die naar Gods woord wenschen televen
smaadheid aan te doen.
De chef van de Russische „zending
tot bekeering der secten", „vader" Isi-
door, heeft gedreigd, de muren der Pro-
testantsche bedehuizen met heiligenbeel
den te zullen bedekken. Te Ivanov-
ka, Saratovka en Bakoe zijn de Baptis-
tisehe bedehuizen gesloten. Alleen het
gemis aan de noodige middelen weer
houdt de protestanten om in massa naar
Amerika te verhuizen. Te Kisckeneff,
in Besarabien, zijn drie Stundistische
leeraars veroordeeld wegens het versprei
den van „dwaalleeringen"twee werden
verbannen met verlies van alle burger
lijke rechten, en een tot 18 maanden
gevangenis veroordeeld. De zaak werd
met gesloten deuren behandeld.
Ruim het derde deel der Tweede Ka
mer heeft bij de algem. beraadslagingen
over de ingediende belastingwetten zijn
licht ontstoken of trachten te ontsteken,
en indien we ons niet bedriegen dan
zullen deze voorstellen wel spoedig kracht
van wet krijgen. Meen echter niet, lezer,
dat dit aan de deugdelijke hoedanigheden
dier voorstellen is toe te schrijven. Slechts
enkele leden waren er, die zich onvoor
waardelijk er mede konden vereenigen.
Daar zit iets anders achter. De heerA.
v. Dedem zeide toch„wanneer de po
litiek buiten bleef, zou de groote meer
derheid zich verklaren voor eene belasting,
alleen van het roerend vermogen. (Thans
wil men ook de onroerende goederen be
lasten.)
De liberale partij is om politieke re
denen gedwongen om thans tegen haar
wensch te handelen. Dit kan voor haar
eene reden zijn om deze wetsontwerpen
aan te nemen, maar die reden bestaat
voor ons niet.
Wanneer deze wetsvoordracht van de
rechterzijde uitgegaan ware, dan zou ik
wel eens willen vragen hoeveel stemmen
aan den anderen kant er vóór zouden
geweest zijn. Ik geloof slechts zeer wei
nige. Nu kunnen wij het niet helpen
dat de liberale partij in het gareel loopt,
en er een koetsier op den bok zit, die
een harde hand van rijden heeft, die nu
aan den eenen en dan weer aan den
anderen teugel trekt en daarbij een kwis
tig gebruik van de zweep maakt. Wij
kunnen ons bepalen tot het aannemen
van eene afwachtende houding."
De voorz. der lib. Kamerclub, de heer
V. d. Kaay twijfelde er echter nog aan,
of de drijfkracht der politieke redenen
bij zijne vrienden wel sterk genoeg zou
wezen om hen over alle bezwaren tegen
deze wetten te doen heen stappen. Daar
om diende hij hun in de volgende woorden
deze waarschuwing toe:
„Wij liberalen zijn verantwoordelijk
voor onze daden. Onze eer, de eer onzer
politieke toekomst! Op ons dient de Re
geering te kunnen vertrouwen. Aan ons
zou worden verweten en met recht
-- de zonde der verzuimenis, waarvan
de heer Schaepman gewaagde, indien
dit werk onvoltooid moest blijven, nu wij
het kunnen volbrengen."
We hadden liever het bewijs gehoord,
dat het landsbelang de aanneming dier
wetten vorderde, dan zoo'n speculatie op
het liberale eergevoel. Nu, zulk werken
op het eergevoel kan echter bij liberalen
geen kwaad. Die zijn altijd nederig ge
weest, die stellen zich zei ven niet gaarne
vooraan, gunnen een ieder, wat hem toe
komt, getuige de benoemingen onder de
meeste lib. regeeringen. Mochten de
wetten in het vervolg tegenvallen wat
we echter niet hopen, dan zullen de
liberalen zich echter daarmede kunnen
troosten, dat ze veel verloren hebben,
behalve de eer. Een schrale troost!
Wat nu het debat over versch. zaken
betreft: er werd niet alleen herhaald
wat reeds gezegd was, maar ook gezegd
wat reeds dikwijls herhaald was.
We wenschen enkele zaken kortelings
mede te deelen. De heer Poelman ver
klaarde, dat de sympathie voor deze
wetten geheel ontbreekt. Uit alle hoe
ken en beurzen worden sommen bijeen
gegaard, terwijl de rijkdom ontzien
wordt.
De heeren Yan Karnebeek en V. d.
Borch v. Verwolde wenscliten de draag
kracht meer in overeenstemming te bren
gen met de talrijkheid vau het gezin. De
Min. wilde hiermede echter bij de herz.
van het personeel rekening houden.
Yolgens den heer Yermeulen wegen
de aan den landbouw toegekende voor-
deelen in de verte niet op tegen het
bezwaar, dat het grondbezit opnieuw
getroffen wordt in de veimogensbel.
Vooral de verhoogde accijns op het
gedistelleerd moest het ontgelden. De
heer V. d. Borch v. Verwolde stelde
voor desnoods de branderijen te sluiten
met vergoeding aan de branders, maar
een voorname tak van nijverheid niet
door kleingeestige middelen en knijperen
te benadeelen. Voor dit denkbeeld is veel
te zeggen.
Toch blijft het een zeer lastig punt.
't Is nu toch zoover gekomen, dat deze
belasting wel eens genoemd wordt „de
kurk, waarop het geheele Nederl. belas
tingstelsel drijft," en het wil toch nog al
wat zeggen dat drijfvermogen nu nog te
vergrooten. De belasting „op de dronk
aardszooals deze accijns in het debat
genaamd werd, treft tocu hunne gezinnen
het meest. En die zijn er toch al ellendig
genoeg aan toe.
De heer Zyp hield er eene zonderlinge
redeneering op na. Hij kwam tot de con
clusie, dat een boer met f 100,000 ver
mogen jaarlijks volgens de nieuwe wetten
f 1084 meer zal moeten betalen, dan hij
die hetzelfde vermogen in effecten heeft
belegd, en toch zou hij voorstem
men, omdat deze wetten eene eerste
schrede zijn op den goeden weg. Wij
vragen: waarom niet een stapje of wat
meer op dien weg gezet
Kan de teugel van het lib. partijver
band zelfs bij een boer zoo sterk terug
houden
Min. Pierson hield eene schitterende
rede om zijne voorstellen te verdedigen
Wel kunnen we niet zeggen, dat veel
zijner argumenten houtsneden, maar de
wijze waarop alles gezegd werd doet ook
reel af. Hij trachtte zijne tegenstanders
te weerleggen, sprak het zelfs uit dat hij
liever een nationaal dan een op en top li
beraal werk wilde verrichten en maakte
over het algemeen een zeer goeden in
druk.
Ware het niet, dat, naar wij uit alles
opmaken, het plan der liberalen is, deze
voorstellen in elk geval aan te nemen,
dan zouden we toch meenen, dat de kans
van aanneming na die rede is vergroot
geworden.
De eenige radicaal in de Kamer, de
heer Tijdens, was onvoldaan.
Wij, voor ons, gelooven, dat deze
voorsteilen eenige verbetering aanbrengen.
Dat brachten echter vroegere voorstellen
ook aan. Waren dezelfde voorstellen
echter onder het vorig Kabinet ingediend
dan houden we het voor waarschijnlijk
dat ze door de lib. als één man zouden
verworpen zijn, misschien wel op grond
dat de belangen van den landbouw er
niet genoeg door worden behartigd. Ze
zouden dan zoo groot ongelijk niet ge
had hebben. Waar de landbouw kwijnt,
daar hebben niet zoozeer de domme
boeren daarvan de schuld, als wel de
wetten, die jaren lang slechts handel en
nijverheid bevoordeelen en landbouw en
veeteeld links lieten liggen. Moet dat
niet veranderd worden?
Omtrent de audiëntie der Eriesche
arbeiders bij de Koningin-Regentes te
Leeuwarden, bevat de „Sneeker Ct." de
volgende mededeelingen, die haar door
Stienstra werden gedaan
„Met mej. WeijerGiezen, Zandstra
en Waalkes ging ik des namiddags naar
het Paleis. Omdat ons geweigerd was, in
particulier gehoor ons adres toe te lichten
en het toch om die toelichting te doen
was, hadden wij een adres meegenomen
dat zichzelf toelichttenl. een bedeelings-
roggebrood en een pond maïsmeel, in
water gekookt, in een geseheurden pot
alles in doeken gepakt.
Buiten in den regen stonden arbeiders
van Beets, Jubbega en Surhuisterveen-
sterheide te wachten men had hun ge
zegd, daar te blijven staan, maar wij
namen hen me le in de vestibule. Toen
we de trap op zouden gaan, werd er
geroepen: „De arbeiders achteraan!"
waarop een onzer zei: „Ja, dat is altijd
zoo geweest en 't zal ook nog wei zoo
wat blijven, maar eenmaal houdt het op."
We gingen naar boven en traden een
zaal binnen, waarnaast een andere, die
door twee deuren met de audiëntiezaal
in verbinding stond. Aan den wand zaten
deftige heeren in gala op zijden en flu-
weelen stoelen. Een stoel was ledig waar
op Jouke Postma uit Beets ging zitten:
de man had wel wat rust noodig. Direct
gingen de heeren naast hem van hunne
zitplaats opstaan, waarop andere arbeiders
hunne plaats innamen. Binnen 5 minu
ten hadden alle zittende heeren hun stoel
verlaten en waren deze beschikbaar voor
ons. Als het proletariaat niet langer
wenscht te staan, en enkelen hunner
maar plaats gaan nemen, dan ruimen
de heeren hun zetels uit zich zelve wei
voor hen in.
Toen we in de zaal naast de audiëntie
zaal waren gegaan, kwam de Commissa
ris der Koningin op ons toe en vroeg mij,
wat wij daar bij ons hadden. Ik ant
woordde „het adres", en liet hem ons
roggebrood zien. Daarna pakte Zandstra
zijn brijpot uit en zei ik: „dit is het
andere gedeelte van ons adresmaïsmeel
in water gekookt. Terwijl dit in karne
melk wordt gekookt, als 't moet dienen
voor varkensvoer, zijn er in Friesland
arbeiders, die 't in water gekookt moeten
eten."
„Dat mag niet aan de Koningin aan
geboden worden", zeide de C. d. K.
„Dat wil ik ook niet doen, ik wilde 't
haar slechts laten zien." Nadat een der
heeren van de omgeving der koningin
nog had bevestigd, dat we onze spullen
niet aan haar mochten vertoonen, wees
ik er op, dat Lodewijk XIY het eten
van 't volk ten minste nog wilde zien,
waarop de C. d. K. mij toevoegde„Hou
je mond, of je gaat er uit!" en toen
Waalkes mij iets in 't oor fluisterde, ging
ZEd. tusschen ons in staan, om ons 't
spreken met elkaar te beletten.
Eindelijk konden mej. Weijer, Zandstra
en ik binnenkomen bij de Koningin, wat
wij niet buigende maar rechtop gaande,
deden, met hoed en pet in de hand. Ik
sprak daarop ongeveer dit
„MevrouwWij zijn arbeiders en wenscli
ten u, namens de arbeiders in Fries
land een adres aan te bieden, bij par
ticuliere audiëntie, hetgeen ons echter
geweigerd is.
Daar we hier op dit oogenblik geen
gelegenheid zouden hebben, om dat adres
uitvoerig toe te lichten en u geheel met
den treurigen toestand van duizenden
uwer onderdanen in Friesland op de hoog
te te brengen, hebben we het adres niet
meegenomen.
Alleen hebben we u een enkelen blik
in het leven van die duizenden willen
laten slaan, door u te laten zien, welk
voedsel duizenden van hen dagelijks ge
bruiken. Wij hadden daartoe een pot
maïsmeel en een roggebrood meegenomen,
maar het werd ons niet vergund, die in
uwe tegenwoordigheid te brengen.
Wenscht u, dat ik het zal gaan halen
De koningin antwoordde in gebroken
Hollandsch, dat dit niet noodig was, ze
kon 'tin de voorzaal wel later in oogen-
schouw nemen.
„Bedenkt u dan, mevrouw," vervolgde
Stienstra, „dat dit maïsmeel, als üet voor
varkensvoeder is bestemd, in „karnemelk"
wordt gekookt, terwijl de arbeider, die
allen rijkdom schept, het met „water"
moet nuttigen met vrouw en kinderen.
En als het dan eindelijk zoover komt,
dat ze zich zelfs geen maïsmeel meer
kunnen aanschaffen, dan gaan ze naar
de armvoogden en krijgen daar een rog
gebrood zooals het door ons meegebrachte,
met een kwartje.
Er is veel, zeer veel ellende in Fries
land Ik hoop, mevrouw, dat u op de
hoogte zult komen van den toestand on
zer arbeiders. Over den toestand der
woningen wilde mej. WeijerGiezen u
het een en ander vertellen."
Mej. WeijerGiezen„Ja mevrouw,
het is met de woningen zeer slecht ge
steld, er zijn woningen waar geen mensch
zijn hond zou laten slechter dan een
varkenshok. Ik ken er eene, waar 9
menschen in twee bedsteden moeten
slapen, waaronder een oude vrouw, die
aan pleuris lijdt en haar bed met 2 vol
wassenen moet deelen. Als ge dit alles
niet kunt gelooven, noodig ik u uit den
toestand zelve in oogenschouw te nemen
onder mijn geleide. Voor uw veiligheid
zal het geheele Friesche volk in staan
Daarna werd de motie van veront
waardiging door de gecombineerde ver
gadering van Alg. Stemrecht en de 3
Soc. Dem. Yereenigingen aangenomen,
over het weigeren van de particuliere
audiëntie, nog door Zandstra aan de ko
ningin-regentes overhandigd.
H. M. was blijkbaar zenuwachtig en
verklaarde dat men haar het adres nog
maar moest zenden. Zij zou met de re
geering over alles spreken.
Melle Lageveen uit Beets:
„Mevrouw, ik, als a beider, kom op
tegen al de pracht en praal, waarmede
men u hier heeft ontvangen, terwijl hier
zooveel ellende heerscht. De massa des
volks lijdt honger, getuige de telkens
herhaalde bede om hulp."
Jouke Postina (Beets).
„Mevrouw, u hebt f 1500 gegeven
voor Beets, maar met geven is het niet
te helpen, want wij lijden nog honger."
Beiden en ook anderen kregen iets
tot antwoord, waar iets inkwam van
„beproeven om van regeeringswege te
voorzien in de nooden.
De arbeiders van Surhuisterveenster-
heide boden een door hen zeiven opge
steld adres aan, waarin ze hun treurigen
toestand beschreven.
De Stiensters verklaarden„Mevrouw,
de Friezen willen Algemeen Kies- en
Stemrecht
De lieden uit Tjalleberd wezen er op,
hoe er noodzakelijk verandering moet
komen in den toestand der arbeiders en
verzochten de Koningin-Regentes, haar
invloed te doen gelden om algemeen bij
bestekken den achturigên werkdag [te
doen aannemen tegen 10 ets. per uur.
Vervolgens kwam nog Yan Borssum-
Waalkes de invrijheidstelling van Geel
vragen, waarop hij ten antwoord kreeg,
dat de Koningin-Regentes de zaak zou
overwegen, maar dat zij hierin niet had
te beslissen.
Dan ia dat een schoone gelegenheid,
verklaarde Waalkes „om eens te beproe
ven, wat Uw invloed in dezen vermag.
lot zoover de verhaler.
En wat zijn nu de gedachten bij dit,
aan de eene zij komische aan de andere
hoogst ernstige feit? Helpt het nu dat
men den kinderen in de openbare school
die gevaarlijke vaderlandsche geschiede
nis onthoudt? ze vergoeden het zich,
zooals men ziet, met de geschiedenis van
Frankrijk
Zie vervolg Tweede Blad.
5 Juli. Maandagmiddag kwam den
bouwknecht J. v. d. Werf met D. v. d.
Sluijs gezeten op een wagen bespannen
met twee paarden en geladen met hooi
van den Oudelandschen dijk afrijden, op
de hoogte schrikte één van zijn paarden
van den molen die draaide, waardoor
de paarden op zij sprongen en den wa
gen geladen met hooi omver kantelde.
Zij liepen met het voortste gedeelte van
den wagen de Westkrakeelstraat door
en stuitten op de stoep van R. Gouswaart,
waardoor het eene paard daar neerviel
dat daardoor een wond kreeg.
De personen kwamen met den schrik
vrij, gelukkig dat de school op het oogen
blik aan was en geen kinderen op straat.
Den Rommel. Het vlas onder deze
gemeente is grootendeels verkocht.
Gemiddeld werd 25 tot 50 gulden
per gemet meer besteed als in 1891.
Tot Predikant bij de Nederl. Herv.
Kerk alhier is beroepen Ds. Wester beek
van Eersten te Serooskerke.
De Herijk van maten en gewichten
zal in deze gemeente plaats hebben op
12 en 13 Juli a.s. in de bewaarschool.
De Herijk der maten en gewichten,
zal dit jaar plaats hebben op den 18
Juli van des voormiddags 8 tot 11 ure
in het gemeentehuis.
A. Kattestaart met vrouw en 2 kinde
ren, die voor 2x/2 jaar van hier naar
Z. Amerika vertrokken, zijn deze week
weder teruggekomen. Yeel lof leggen
ook deze emigranten, zoo min als de
vroeger terug gekomene, op dat wereld
deel niet.
Een kind van J. de R. had 't ongeluk
om van een hekje te vallen en bezeerde
haar armpje zoo, dat men geneeskundige
hulp in moest roepen.
Een kind viel deze week in de haven,
doch werd zonder letsel op het drooge
gebracht.
De herijk van maten en gewichten
zal in deze gemeente plaats hebben op
't gemeentehuis, en wel op Donderdag
21 en Vrijdag 22 Juli.
Officieel Gedeelte.
TOELATING TOT DE OPENBARE
SCHOOL.
De Burgemeester van Sommelsdijk
brengt ter kennis van ouders en voog
den die voor hunne kinderen of pupillen
met 1 Augustus aanstaande toelating op
de openbare lagere school verlangen,
le dat zij zich onder overlegging der
Vaccine bewijzen kunnen aanmelden
ter secretarie dezer gemeente van
14—23 Juli 1892,
2e dat alleen worden toegelaten kinde
ren die den leeftijd van zes jaren
hebben bereikt of dien bereiken bin-
nen drie maanden na den dag der
toelating.
3e dat nagemeld tijdstip geen toelating
meer zal plaats hebben.
Sommelsdijk, 4 Juli 1892.
De Burgemeester voornoemd,
DE GRAAFF.
Sommelsdijk, 23 30 Juni.
Geboren: Adriaantje, d. van J. Groenendijk en