dien naam God nietomdat men zich God denkt, buiten en geheel in tegen- spaak met het geopenbaarde Woord. „Men ziet hier evenwel voor de, wie weet hoeveelste maal, dat de Staatsschool een school is, waar God niet genoemd word." De Standaard In het opschrift van dit stuk is door den zetter een fout gemaald die over het hoofd werd gezienen verbetering vereischt. Er staat boven ,,de Goddelooze schooldit moet zijn de Grod- looze School. Maastricht. Voor de Kamerverkiezing in het district Maastricht waren Dinsdag van de 2311 kiezers opgekomen 1987. Van onwaarde waren 41 stemmen. De volstrekte meerderheid was 978. De heer Schreinemacher Jr. verkreeg er 639, de heer De Ras 534, de heer mr. G. Tri pels 474 en de heer Franquinet 294 stemmen, zoodat een herstemming moet plaats hebben tusschen de heeren Schreinemacher en De Ras. Roermond. Aantal kiezers 1852uit gebracht 1090 stemmen, geldig waren 1005 st.de volstrekte meerderheid was alzoo 503 st. Gekozen is de oud-minis ter jhr. mr. G. L. M. Ruijs van Bee- renbroek met 853 stemmen. Uit ons Parlement. ^etnengd Nieuws. Plaatselijk Nieuws. Sommelsdijk, 1 Juli. De gemeente bode M. P. J. Lebbe is benoemd tot Secretaris van de Brandweer. Middelharnis, 5 Juli, In de heden middag gehouden gemeenteraadsvergade ring werd o.m. door den Heer Koert den eed afgelegd. Ooltgensplaat. Velen zien zich ge noodzaakt hun varken op heden te slach ten wegens de vlekziekte. Nieuwe Tonge, 28 Juni. De collecte voor de gewapende dienst heeft in deze gemeente opgebracht fl,70. Dirkslaud. Een jongen van W. de Ruiter alhier had op een dorschvloer zich neergelegd om uit te rusten terwijl men hooi mende, ongemerkt was hij aan slaap gevallen. De overige werklieden hem niet ziende, kwamen met een voer aanrijden, dat hem over de beenen ging. Het mag een wonder heten dat beide beenen niet afgereden werdenhij werd met zware kneuzingen met een wagen bij zijne ouders gebracht. Ouddovp. Door den gemeenteraad is met 4 van de 6 stemmen tot gemeente ontvanger benoemd de heer C. Boslooper. De heeren Jac. Tanis Jzn. en J. Breen Jbzn. hadden ieder één stem. Ook werd beëedigd het onlangs benoemde raadslid, de heer T. Hameeteman Johzn. ËSur$erlijke Stand. ,.41 s VERBETERING. Verkiezingen. De uitslag der Dinsdag te Vlaardingen gehouden verkiezing van een lid der Prov. Staten van Zuid-Holland is, dat er herstemming moet plaats hebben tusschen de heeren A. W. Schippers a.-r., oud-lid, en IJzermans R.-K. te Vlaardingen. De heer Schippers had 1008 en de heer IJzerman 905 stemmen. Dr. Snijders lib. kreeg er 652. Volkeren «Ier Aarde. Wij willen ditmaal onze wekelijksche wandeling over het rond der aarde begin nen bij Ëngeland, dat is niet zoo ver uit de buurt. Dat land verkeert mid den in de verkiezingsstrijd, en dat wil wat zeggen. Al gaat het er niet zoo ruw naar toe als in Amerika, toch loopt maar zelden eene verkiezing af zonder bloed vergieten. Ook nu weer meldt men en kele botsingen, waarbij harde slagen vie len. De 86 jarige Gladstone reist onvermoeid rond, om overal het programma der libe ralen aan te prijzen. Nu moet men de Engelse he liberalen vooral niet vergelij ken met onze landgenooteu, die zich (maar ten onrechte) met den naam „liberaal" tooien. Het voornaamste punt in alle redevoe ringen van Gladstone, is zijn lievelings denkbeeldhome rule voor Ierland. Dat wil zeggen de instelling van een Iersch Parlement, onder toezicht van Engeland. Dit plan heeft misschien evenveel voor als tegenstanders, en het is merkwaardig, na te gaan, hoe de Engelsche pers daar over schrijft, 't is maar net door welke bril de redactie kijkt. Het eene blad zegt ondanks alle redeneeringen er nog niets van te begrijpen, terwijl een ander blad schrijft, dat Gladstone nu eens duidelijk gesproken heeft. Hoe het zij, wij zullen op een afstand de strijd gadeslaan, en in ons volgend overzicht misschien reeds den uitslag kunnen mededeelen. Alleen wijzen wij nog op eene nieuwe manier van strijdvoeren, die wij evenwel niet durven aanbevelen. Gladstone werd bij zijn bezoek aan een plaats waar hij spreken zou, aan zijn oog getroffen door een harden broodkorst welke een vrouw in zijn rijtuig wierp. Yan een ander afgevaardigde lezen wij dat een oesterschelp in zijn gelaat terechtkwam; van een derde dat een steen hem trof. Het zijn inderdaad zonderlinge argumen ten Yan Engeland overstekende naar Spanje, komen wij te Madrid juist bij tijds, om hevige straatkabalen bij te wo nen. Twee klassen van de burgerij zijn in vollen opstand tegen de regeering, en wel le de wisselmakelaars, wegens een nieu we belasting op de beurszaken; 2e de „dames van de vischmarkt," wegens de verplaatsing van een markt. Vooral bij het tweede geval hebben betreurenswaardige gebeurtenissen plaats gehad. Ei scheen een formeel oproer uitgebroken, zoodat de troepen te hulp geroepen moesten worden. Toen de soldaten om vrees te veroor zaken, in de lucht schoten, ontstond er een treurig gedrang, waarbij menigeen het leven verloor. Een geest van verzet blijft nogheer- schen, doch de regeering heeft krachtige maatregelen genomen. Wenden wij ons nu ne „r Rusland, dan moeten wij erkennen dat ook het Russische volk door ramp op ramp ge troffen wordt, ja meer dan een ander volk van Europa. De vreeselijke hon gersnood van het vorig jaar is nog maar ten deele geweken, terwijl de berichten over den oogst van dit jaar niet zeer gunstig luiden, zoodat men opnieuw in vrees verkeerd. Doch nu dreigt een i-*' - nieuwe ramp, en wel de cholera, die in Azie heerscht, en reeds de Russische grenzen overschreden heeft. Begrijpelijk is het, dat men in Rus land een nadering der cholera ditmaal met nog meer bezorgdheid dan anders aanschouwt. De toestand der bevolking in vele districten, die dezen winter door hongersnood geteisterd zijn, geeft reden tot de vrees, dat de cholera daar een gunstig terrein voor hare verbreiding vinden zou. In het zuiden van Rusland stierven de laatste dagen 31 van de 51 aange tasten aan de cholera. Te Baku was de sterfte op 27 Juni 39 van de 55 in het hospitaal, en 18 dooden in de stad. Te Tiflis stelde het gemeentebestuur 46,000 roebels voor gezondheidsmaat regelen beschikbaar, en het bepaalde, dat de betrekkingen van geneesheeren, die bij de vervulling hunner taak om kwamen, een pensioen van 600 roebels zullen ontvangen. Nu is het, helaas! diep treurig, te zien, hoe weinig invloed tot nu toe deze oordeelen Gods op het in on- en bijge loof verzonken volk hebben, want te midden dier treurige tijden gaat men voort, al wat niet tot de Grieksck-Room- sche kerk behoort te vervolgen, en hen die naar Gods woord wenschen televen smaadheid aan te doen. De chef van de Russische „zending tot bekeering der secten", „vader" Isi- door, heeft gedreigd, de muren der Pro- testantsche bedehuizen met heiligenbeel den te zullen bedekken. Te Ivanov- ka, Saratovka en Bakoe zijn de Baptis- tisehe bedehuizen gesloten. Alleen het gemis aan de noodige middelen weer houdt de protestanten om in massa naar Amerika te verhuizen. Te Kisckeneff, in Besarabien, zijn drie Stundistische leeraars veroordeeld wegens het versprei den van „dwaalleeringen"twee werden verbannen met verlies van alle burger lijke rechten, en een tot 18 maanden gevangenis veroordeeld. De zaak werd met gesloten deuren behandeld. Ruim het derde deel der Tweede Ka mer heeft bij de algem. beraadslagingen over de ingediende belastingwetten zijn licht ontstoken of trachten te ontsteken, en indien we ons niet bedriegen dan zullen deze voorstellen wel spoedig kracht van wet krijgen. Meen echter niet, lezer, dat dit aan de deugdelijke hoedanigheden dier voorstellen is toe te schrijven. Slechts enkele leden waren er, die zich onvoor waardelijk er mede konden vereenigen. Daar zit iets anders achter. De heerA. v. Dedem zeide toch„wanneer de po litiek buiten bleef, zou de groote meer derheid zich verklaren voor eene belasting, alleen van het roerend vermogen. (Thans wil men ook de onroerende goederen be lasten.) De liberale partij is om politieke re denen gedwongen om thans tegen haar wensch te handelen. Dit kan voor haar eene reden zijn om deze wetsontwerpen aan te nemen, maar die reden bestaat voor ons niet. Wanneer deze wetsvoordracht van de rechterzijde uitgegaan ware, dan zou ik wel eens willen vragen hoeveel stemmen aan den anderen kant er vóór zouden geweest zijn. Ik geloof slechts zeer wei nige. Nu kunnen wij het niet helpen dat de liberale partij in het gareel loopt, en er een koetsier op den bok zit, die een harde hand van rijden heeft, die nu aan den eenen en dan weer aan den anderen teugel trekt en daarbij een kwis tig gebruik van de zweep maakt. Wij kunnen ons bepalen tot het aannemen van eene afwachtende houding." De voorz. der lib. Kamerclub, de heer V. d. Kaay twijfelde er echter nog aan, of de drijfkracht der politieke redenen bij zijne vrienden wel sterk genoeg zou wezen om hen over alle bezwaren tegen deze wetten te doen heen stappen. Daar om diende hij hun in de volgende woorden deze waarschuwing toe: „Wij liberalen zijn verantwoordelijk voor onze daden. Onze eer, de eer onzer politieke toekomst! Op ons dient de Re geering te kunnen vertrouwen. Aan ons zou worden verweten en met recht -- de zonde der verzuimenis, waarvan de heer Schaepman gewaagde, indien dit werk onvoltooid moest blijven, nu wij het kunnen volbrengen." We hadden liever het bewijs gehoord, dat het landsbelang de aanneming dier wetten vorderde, dan zoo'n speculatie op het liberale eergevoel. Nu, zulk werken op het eergevoel kan echter bij liberalen geen kwaad. Die zijn altijd nederig ge weest, die stellen zich zei ven niet gaarne vooraan, gunnen een ieder, wat hem toe komt, getuige de benoemingen onder de meeste lib. regeeringen. Mochten de wetten in het vervolg tegenvallen wat we echter niet hopen, dan zullen de liberalen zich echter daarmede kunnen troosten, dat ze veel verloren hebben, behalve de eer. Een schrale troost! Wat nu het debat over versch. zaken betreft: er werd niet alleen herhaald wat reeds gezegd was, maar ook gezegd wat reeds dikwijls herhaald was. We wenschen enkele zaken kortelings mede te deelen. De heer Poelman ver klaarde, dat de sympathie voor deze wetten geheel ontbreekt. Uit alle hoe ken en beurzen worden sommen bijeen gegaard, terwijl de rijkdom ontzien wordt. De heeren Yan Karnebeek en V. d. Borch v. Verwolde wenscliten de draag kracht meer in overeenstemming te bren gen met de talrijkheid vau het gezin. De Min. wilde hiermede echter bij de herz. van het personeel rekening houden. Yolgens den heer Yermeulen wegen de aan den landbouw toegekende voor- deelen in de verte niet op tegen het bezwaar, dat het grondbezit opnieuw getroffen wordt in de veimogensbel. Vooral de verhoogde accijns op het gedistelleerd moest het ontgelden. De heer V. d. Borch v. Verwolde stelde voor desnoods de branderijen te sluiten met vergoeding aan de branders, maar een voorname tak van nijverheid niet door kleingeestige middelen en knijperen te benadeelen. Voor dit denkbeeld is veel te zeggen. Toch blijft het een zeer lastig punt. 't Is nu toch zoover gekomen, dat deze belasting wel eens genoemd wordt „de kurk, waarop het geheele Nederl. belas tingstelsel drijft," en het wil toch nog al wat zeggen dat drijfvermogen nu nog te vergrooten. De belasting „op de dronk aardszooals deze accijns in het debat genaamd werd, treft tocu hunne gezinnen het meest. En die zijn er toch al ellendig genoeg aan toe. De heer Zyp hield er eene zonderlinge redeneering op na. Hij kwam tot de con clusie, dat een boer met f 100,000 ver mogen jaarlijks volgens de nieuwe wetten f 1084 meer zal moeten betalen, dan hij die hetzelfde vermogen in effecten heeft belegd, en toch zou hij voorstem men, omdat deze wetten eene eerste schrede zijn op den goeden weg. Wij vragen: waarom niet een stapje of wat meer op dien weg gezet Kan de teugel van het lib. partijver band zelfs bij een boer zoo sterk terug houden Min. Pierson hield eene schitterende rede om zijne voorstellen te verdedigen Wel kunnen we niet zeggen, dat veel zijner argumenten houtsneden, maar de wijze waarop alles gezegd werd doet ook reel af. Hij trachtte zijne tegenstanders te weerleggen, sprak het zelfs uit dat hij liever een nationaal dan een op en top li beraal werk wilde verrichten en maakte over het algemeen een zeer goeden in druk. Ware het niet, dat, naar wij uit alles opmaken, het plan der liberalen is, deze voorstellen in elk geval aan te nemen, dan zouden we toch meenen, dat de kans van aanneming na die rede is vergroot geworden. De eenige radicaal in de Kamer, de heer Tijdens, was onvoldaan. Wij, voor ons, gelooven, dat deze voorsteilen eenige verbetering aanbrengen. Dat brachten echter vroegere voorstellen ook aan. Waren dezelfde voorstellen echter onder het vorig Kabinet ingediend dan houden we het voor waarschijnlijk dat ze door de lib. als één man zouden verworpen zijn, misschien wel op grond dat de belangen van den landbouw er niet genoeg door worden behartigd. Ze zouden dan zoo groot ongelijk niet ge had hebben. Waar de landbouw kwijnt, daar hebben niet zoozeer de domme boeren daarvan de schuld, als wel de wetten, die jaren lang slechts handel en nijverheid bevoordeelen en landbouw en veeteeld links lieten liggen. Moet dat niet veranderd worden? Omtrent de audiëntie der Eriesche arbeiders bij de Koningin-Regentes te Leeuwarden, bevat de „Sneeker Ct." de volgende mededeelingen, die haar door Stienstra werden gedaan „Met mej. WeijerGiezen, Zandstra en Waalkes ging ik des namiddags naar het Paleis. Omdat ons geweigerd was, in particulier gehoor ons adres toe te lichten en het toch om die toelichting te doen was, hadden wij een adres meegenomen dat zichzelf toelichttenl. een bedeelings- roggebrood en een pond maïsmeel, in water gekookt, in een geseheurden pot alles in doeken gepakt. Buiten in den regen stonden arbeiders van Beets, Jubbega en Surhuisterveen- sterheide te wachten men had hun ge zegd, daar te blijven staan, maar wij namen hen me le in de vestibule. Toen we de trap op zouden gaan, werd er geroepen: „De arbeiders achteraan!" waarop een onzer zei: „Ja, dat is altijd zoo geweest en 't zal ook nog wei zoo wat blijven, maar eenmaal houdt het op." We gingen naar boven en traden een zaal binnen, waarnaast een andere, die door twee deuren met de audiëntiezaal in verbinding stond. Aan den wand zaten deftige heeren in gala op zijden en flu- weelen stoelen. Een stoel was ledig waar op Jouke Postma uit Beets ging zitten: de man had wel wat rust noodig. Direct gingen de heeren naast hem van hunne zitplaats opstaan, waarop andere arbeiders hunne plaats innamen. Binnen 5 minu ten hadden alle zittende heeren hun stoel verlaten en waren deze beschikbaar voor ons. Als het proletariaat niet langer wenscht te staan, en enkelen hunner maar plaats gaan nemen, dan ruimen de heeren hun zetels uit zich zelve wei voor hen in. Toen we in de zaal naast de audiëntie zaal waren gegaan, kwam de Commissa ris der Koningin op ons toe en vroeg mij, wat wij daar bij ons hadden. Ik ant woordde „het adres", en liet hem ons roggebrood zien. Daarna pakte Zandstra zijn brijpot uit en zei ik: „dit is het andere gedeelte van ons adresmaïsmeel in water gekookt. Terwijl dit in karne melk wordt gekookt, als 't moet dienen voor varkensvoer, zijn er in Friesland arbeiders, die 't in water gekookt moeten eten." „Dat mag niet aan de Koningin aan geboden worden", zeide de C. d. K. „Dat wil ik ook niet doen, ik wilde 't haar slechts laten zien." Nadat een der heeren van de omgeving der koningin nog had bevestigd, dat we onze spullen niet aan haar mochten vertoonen, wees ik er op, dat Lodewijk XIY het eten van 't volk ten minste nog wilde zien, waarop de C. d. K. mij toevoegde„Hou je mond, of je gaat er uit!" en toen Waalkes mij iets in 't oor fluisterde, ging ZEd. tusschen ons in staan, om ons 't spreken met elkaar te beletten. Eindelijk konden mej. Weijer, Zandstra en ik binnenkomen bij de Koningin, wat wij niet buigende maar rechtop gaande, deden, met hoed en pet in de hand. Ik sprak daarop ongeveer dit „MevrouwWij zijn arbeiders en wenscli ten u, namens de arbeiders in Fries land een adres aan te bieden, bij par ticuliere audiëntie, hetgeen ons echter geweigerd is. Daar we hier op dit oogenblik geen gelegenheid zouden hebben, om dat adres uitvoerig toe te lichten en u geheel met den treurigen toestand van duizenden uwer onderdanen in Friesland op de hoog te te brengen, hebben we het adres niet meegenomen. Alleen hebben we u een enkelen blik in het leven van die duizenden willen laten slaan, door u te laten zien, welk voedsel duizenden van hen dagelijks ge bruiken. Wij hadden daartoe een pot maïsmeel en een roggebrood meegenomen, maar het werd ons niet vergund, die in uwe tegenwoordigheid te brengen. Wenscht u, dat ik het zal gaan halen De koningin antwoordde in gebroken Hollandsch, dat dit niet noodig was, ze kon 'tin de voorzaal wel later in oogen- schouw nemen. „Bedenkt u dan, mevrouw," vervolgde Stienstra, „dat dit maïsmeel, als üet voor varkensvoeder is bestemd, in „karnemelk" wordt gekookt, terwijl de arbeider, die allen rijkdom schept, het met „water" moet nuttigen met vrouw en kinderen. En als het dan eindelijk zoover komt, dat ze zich zelfs geen maïsmeel meer kunnen aanschaffen, dan gaan ze naar de armvoogden en krijgen daar een rog gebrood zooals het door ons meegebrachte, met een kwartje. Er is veel, zeer veel ellende in Fries land Ik hoop, mevrouw, dat u op de hoogte zult komen van den toestand on zer arbeiders. Over den toestand der woningen wilde mej. WeijerGiezen u het een en ander vertellen." Mej. WeijerGiezen„Ja mevrouw, het is met de woningen zeer slecht ge steld, er zijn woningen waar geen mensch zijn hond zou laten slechter dan een varkenshok. Ik ken er eene, waar 9 menschen in twee bedsteden moeten slapen, waaronder een oude vrouw, die aan pleuris lijdt en haar bed met 2 vol wassenen moet deelen. Als ge dit alles niet kunt gelooven, noodig ik u uit den toestand zelve in oogenschouw te nemen onder mijn geleide. Voor uw veiligheid zal het geheele Friesche volk in staan Daarna werd de motie van veront waardiging door de gecombineerde ver gadering van Alg. Stemrecht en de 3 Soc. Dem. Yereenigingen aangenomen, over het weigeren van de particuliere audiëntie, nog door Zandstra aan de ko ningin-regentes overhandigd. H. M. was blijkbaar zenuwachtig en verklaarde dat men haar het adres nog maar moest zenden. Zij zou met de re geering over alles spreken. Melle Lageveen uit Beets: „Mevrouw, ik, als a beider, kom op tegen al de pracht en praal, waarmede men u hier heeft ontvangen, terwijl hier zooveel ellende heerscht. De massa des volks lijdt honger, getuige de telkens herhaalde bede om hulp." Jouke Postina (Beets). „Mevrouw, u hebt f 1500 gegeven voor Beets, maar met geven is het niet te helpen, want wij lijden nog honger." Beiden en ook anderen kregen iets tot antwoord, waar iets inkwam van „beproeven om van regeeringswege te voorzien in de nooden. De arbeiders van Surhuisterveenster- heide boden een door hen zeiven opge steld adres aan, waarin ze hun treurigen toestand beschreven. De Stiensters verklaarden„Mevrouw, de Friezen willen Algemeen Kies- en Stemrecht De lieden uit Tjalleberd wezen er op, hoe er noodzakelijk verandering moet komen in den toestand der arbeiders en verzochten de Koningin-Regentes, haar invloed te doen gelden om algemeen bij bestekken den achturigên werkdag [te doen aannemen tegen 10 ets. per uur. Vervolgens kwam nog Yan Borssum- Waalkes de invrijheidstelling van Geel vragen, waarop hij ten antwoord kreeg, dat de Koningin-Regentes de zaak zou overwegen, maar dat zij hierin niet had te beslissen. Dan ia dat een schoone gelegenheid, verklaarde Waalkes „om eens te beproe ven, wat Uw invloed in dezen vermag. lot zoover de verhaler. En wat zijn nu de gedachten bij dit, aan de eene zij komische aan de andere hoogst ernstige feit? Helpt het nu dat men den kinderen in de openbare school die gevaarlijke vaderlandsche geschiede nis onthoudt? ze vergoeden het zich, zooals men ziet, met de geschiedenis van Frankrijk Zie vervolg Tweede Blad. 5 Juli. Maandagmiddag kwam den bouwknecht J. v. d. Werf met D. v. d. Sluijs gezeten op een wagen bespannen met twee paarden en geladen met hooi van den Oudelandschen dijk afrijden, op de hoogte schrikte één van zijn paarden van den molen die draaide, waardoor de paarden op zij sprongen en den wa gen geladen met hooi omver kantelde. Zij liepen met het voortste gedeelte van den wagen de Westkrakeelstraat door en stuitten op de stoep van R. Gouswaart, waardoor het eene paard daar neerviel dat daardoor een wond kreeg. De personen kwamen met den schrik vrij, gelukkig dat de school op het oogen blik aan was en geen kinderen op straat. Den Rommel. Het vlas onder deze gemeente is grootendeels verkocht. Gemiddeld werd 25 tot 50 gulden per gemet meer besteed als in 1891. Tot Predikant bij de Nederl. Herv. Kerk alhier is beroepen Ds. Wester beek van Eersten te Serooskerke. De Herijk van maten en gewichten zal in deze gemeente plaats hebben op 12 en 13 Juli a.s. in de bewaarschool. De Herijk der maten en gewichten, zal dit jaar plaats hebben op den 18 Juli van des voormiddags 8 tot 11 ure in het gemeentehuis. A. Kattestaart met vrouw en 2 kinde ren, die voor 2x/2 jaar van hier naar Z. Amerika vertrokken, zijn deze week weder teruggekomen. Yeel lof leggen ook deze emigranten, zoo min als de vroeger terug gekomene, op dat wereld deel niet. Een kind van J. de R. had 't ongeluk om van een hekje te vallen en bezeerde haar armpje zoo, dat men geneeskundige hulp in moest roepen. Een kind viel deze week in de haven, doch werd zonder letsel op het drooge gebracht. De herijk van maten en gewichten zal in deze gemeente plaats hebben op 't gemeentehuis, en wel op Donderdag 21 en Vrijdag 22 Juli. Officieel Gedeelte. TOELATING TOT DE OPENBARE SCHOOL. De Burgemeester van Sommelsdijk brengt ter kennis van ouders en voog den die voor hunne kinderen of pupillen met 1 Augustus aanstaande toelating op de openbare lagere school verlangen, le dat zij zich onder overlegging der Vaccine bewijzen kunnen aanmelden ter secretarie dezer gemeente van 14—23 Juli 1892, 2e dat alleen worden toegelaten kinde ren die den leeftijd van zes jaren hebben bereikt of dien bereiken bin- nen drie maanden na den dag der toelating. 3e dat nagemeld tijdstip geen toelating meer zal plaats hebben. Sommelsdijk, 4 Juli 1892. De Burgemeester voornoemd, DE GRAAFF. Sommelsdijk, 23 30 Juni. Geboren: Adriaantje, d. van J. Groenendijk en

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1892 | | pagina 2