Vrijdag 20 Mei 1892. Zevende Jaargang No. 340. iMim Anlirevo liitionair Orgaan IN HOC SIGNO VINCES T. BOEKHOVEN. FEUILLETON Alle stïfiSiSien voor de Redactie l>estemd, Advertentiën en verdere Administratie franco toe te Kenden aast den Uitgever. (Een nu vervallen Regeeringsstuk.) III. Ra het schetsen van den histori- schen loop der pokziekte stelt de Rota van den Minister Lohman de vraag aan de orde of de inenting en herinenting inderdaad een mensch tegen de pokken beveiligen. En dan blijkt uit eenige bijgevoegde Duitsehe tabellen, dat de vaccinatie in geen enkele leeïtijdsklasseabsolute bescher ming verleent; alsmede, dat naar gelang van den leeftijd het aantal lijders onder de gevaccineerden toe- en onder niet-gevaccineerden afneemt. Hieruit gevolgtrekkingen te maken is moeielijk, zoolang men niet de verhoudingen van het antal gevacci neerden en ongevaccineerden kent. Reeint men echter aan, dat in de plaatsen, waarop de bijgebrachte cijfers betrekking hebben, heel of bijna heel de bevolking, althans op verderen leeftijd, gevaccineerd is geworden, dan wekt het verwonde ring, dat te midden van een door en door ingeente bevolking toch de ziekte telkens uitbreekt en ondanks de herinentingen op alle leeftijden vele slachtoffers maakt. Reemt men daarentegen aan, dat in de aange haalde plaatsen een overgroot deel der bevolking oningeënt is ge bleven, dan zouden de cijfers zeer ten nadeele der inenting pleiten, omdat dan zou blijken, dat op oude ren leeftijd de vatbaarheid voor pok ken veel spoediger bij ongevaccineer den dan bij gevaccineeden vermin dert. Wat het Engelsche leger bereft, kan hier nog bijgevoegd worden, dat volgens Engelsche autoriteiten sedert 1879 dit leger uitsluitend uit gevac cineerden bestond, terwijl men toch jaarlijks een stijgend aantal ziekte gevallen waarnam. En bij de marine, die sedert 1869 de vaccinatie ver plichtend stelde, is sedert dien tijd wel een aanzienlijke en geleidelijke daling van het aantal ziektegevallen te bespeuren, maar daarbij dient in aanmerking te worden genomen, dat in de laatste dertig jaren veel in den gezondheidstoestand der schepen en in het voedsel en de gemakken der manschappen is verbeterd. Ru volgt de vraag: zijn niet-ge- vaccineerden ook gevaarlijker voor de gevaccineerden Dit wordt niet bevestigd door de statistiek. Eer het tegendeel. Vele plaatselijke epidemieën in Duitschland kunnen niet worden toegeschreven aan de tegenwoordigheid der weinige niet- gevaccineerden. Slechts een enkele epidemie had haar uitgangspunt in het ziek worden van 4 niet-ingeente personen. Ook zijn de gevallen, dat oningeente jonge kinderen tot de eerst aangetasten behooren, hooge uitzondering. Onder de sedert 1874 in Rederland sporadisch voorgeko men pokkengevallen treft men weinig jonge kinderen aan de groote meer derheid zijn volwassen gevacoi- neerde personen. Betreffende den invloed der vacci natie op de sterfte aan pokken laat de statistiek den nauwkeurig en onder zoeker slechts in het onzekere. En nu de schadelijke gevolgen der inenting. Talrijke voorbeelden bewij zen, dat op dezelfde plaats en met dezelfde insnijding of steek van het lancet tegelijk met de pokstof de kiem voor syphilis in het lichaam kan worden gebrachtdat deze twee tegelijkertijd met hetzelfdeinstrument van dezelfde pokpuist kunnen afge- nomen -worden, en dat van dit ge vaar (van de aanwezigheid van syphilitische stof in dezelfde pok puist) vaak niets te ontdekken is. Aldus concludeerde Dr. Ballard in 1868. Ook de fransche geleerde, Prof. Fournier komt tot dezelfde slotsom. Hij is overtuigd, dat het overbrengen van syphilis in vele gevallen onver mijdelijk is. Lotz, een voorstander van den vaccinatiedwang en de autoriteit, die in Duitschland en in het buiten land hoog staat aangeschreven, zegt mede Ernstige nadeelen zijn zoo wel vóór als na de invoering der vaccinatiewetten van de vaccinatie het gevolg geweest. De over planting van syphilis zal steeds gevreesd moeten worden. Ook de roos en ander ziekten zijn door de vaccinatie overgeplant geworden, of althans de mogelijkheid eener dergelijke overplanting is er kend geworden. Geen wonder der halve, dat de Regeering, zoowel in Engeland als in Duitschland overging tot eene krachtige bevordering der inenting alleen met dierlijke stof, welke ook zooveel mogelijk ten on zent geschiedt, ofschoon het niet ge makkelijk schijnt, ahijd dierlijke lymphe in vooraad te hebben. Het gebruik van die lymphe voor komt wel het gevaar voor overbren ging van syphilis. Doch volgens de verklaring van vele medici wordt daardoor tocii geenszins alle gevaar voor schadelijke gevolgen verm den. Yolgens door Dr. Cory gehouden aanteekeningen ondervonden van 1881 tot 1889 323 van de 32000 door hem met dierlijke pok stof ingeënte personen schadelijke gevolgen, dus ruim 1 percent. En wat de indirecte schadelijke gevolgen betreft, deze zijn niet met zekerheid op te geven, zoolang de werking de vaccine in het mensche- lijk organisme onbekend is. Iutus- schen heeft Dr. Perron uit Bordeaux in den laatsten tijd een hypothese (een voorwaardelijke stelling) opgeworpen, n.l. deze, dat indien men door de vaccinatie er in verslaagt een terrein te scheppen, dat ongunstig is voor de inplanting van ééne ziekte, men gevaar loopt, het lichaam tevens ontvankelijk te maken voor de ont wikkeling van andere ziekten. Reemt men hierbij verder in aanmerking, dat de koe als natuurlijke voortbrengster der vaccine tevens een bijzonder tuberculeus (teringachtig) dier is, dan volgt uit gemelde hijpothese, dat de vaccinatie het gevaar doet ontstaan, dat zij den mensch aanleg voor tering geeft. Dr. Perron meent voor deze opvatting zelfs steun in de feiten te hebben. De tubereulose teringkicm zegt hij, neemt in den loop dezer eeuw op een anders onverklaarbare wijze toe en het verdient de aandacht, dat deze ziekte bij voorkeur jeudige personen aantast, dat wil zeggen personen, wier weerstandsvermogen het grootst is. Derhalve, zoo rede neert hij, moest eene ziekte, die voort spruit uit uitputting en natuurlijke ar moede, eerder heerschen onderoude en afgeleefde mensch en en het moet dus aangenomen, dat jonge menschen doo een geheel bijzondere oorzaak ontvan kelijk worden voor de inplanting van den Koch'schen bacil. Ook meent Dr. Perron, dat deze onderstelling nog versterkt wordt, door het ver schijnsel, dat vele jonge soldaten, die in den regel in gezonde kazernes huizen, en een gezond leven leiden, die bij hun indiensttreding ook door de keurings comissie voor geschikt (en alzoo voor gezond) verklaard zijn, maar die dan tevens gerevaccineerd worden, dat vele van die jonge goldatenvaak plotseling door tuber eulose worden aangevalen. Ziedaar lezer, u het aller voor- naamste uit de gewichtige vaccine- Rota medegedeeld. Is het nu niet schrikkelijk jammer, dat zij in de Tweede Kamer niet in openbare be handeling is gekomen, door het af treden van het Kabinet-Mackay Twee dingen vooral springen bij het aandachtig lezen van deze Rota in het oog. Vooreerst dat de vacci natie niet alle pokken-epidemieen kan afweren. "En ten tweede, dat men de werking der inentingsstof niet voldoende kent. Maar daarom was het dan ook uiterst gewenscht, dat do Overheid zich bepaalde tot het aanraden der kunstbewerking dat zij die slechts bevorderde door het verkrijgbaar stellen van goede dierlijke pokstof; en dat alle dwang- voor schoolgaande kinderen verviel. Ru evenwel de voorgestelde wets wijziging door het thans zittend Kabinet weer is ingetrokken, kan het nog verscheidene jaren duren, eer do dwang wordt opgeheven. l.'it «5e Pers. Deae Courant verachjjnt «lken Vrijdag. Abonnementsprijs per drie maanden franco per post 50 Cent. Voor Amerika bij vooruitbetaling f 3,50 per jaar. Afzonderlijke nummers 5 Cent. UITGEVER: SOMMESjSDIJH. Advertentiën van 1 5 regels 50 Cent elke regel meer 10 «enten 3/2 maal Boekaankondiging 5 Cent per regel en 4/j maal. Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing. Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan. Advertentiën worden ingewacht tot Donderdagmiddag 12 uur. Aantéèkeningcn wat «ïever- iiiaarde beii'«flenc!c tic Wacciiae, (!«»r «leu v®ri- gen Minislcrvan SSinneaa. Kakeu gevoegd Pagj ®?jn Memorie van Intwoord op het lo»rl<io|iig Ier- slag «lei* Tweede Manier omtrent de afsehafllng van den vaccin ed wan g vooi* Schoolgaande hin deren. HET MORGENROOD DES EVANGELIES XXX. (Slot.) Het is wel te betreuren, dat door zij ne opvolgers niet op de gelegde grond slagen werd voortgebouwd Lodewijk de Vrome was te zwak van karakter, om zulks te kunnen doen en de volgende Karolingers evenaarden hunnen stam vader niet in het bedwingen hunner on- derhooringen en het bestrijden der Noor mannen en andere roofvolken. Ook waren zij en vooral was dit met Lodewijk de Vrome het geval, te onderdanig aan de geestelijkheid die daarvan schandelijk een heerzuchtig misbruik maakte. Ons land had in dien tijd zeer veel van de Noormannen te lijden, die nagenoeg vrij spel hadden plunderend, brandstichtend en moordend vertoonden zij zich nu hier, dan daarniet allen langs de kust, maar ook, nadat zij de rivieren opgevaren wa ren in het binnenland. Utrecht, Duurste de, Nijmegen, Antwerpen moesten het meermalen ontgelden. En het werd er niet beter op, toen Lodewijk het rijk verdeelde onder zijne zonen en deze onder elkander en tegen hun' vader krijgvoer- den. Zijne tweede gemalin Judith van Beieren speelde onder dit alles eene laag hartige rol. Om hier een voorbeeld van te noemen, deelen wij het treurig uit einde mede van den reeds vroeger ge noemden bisschop van Utrecht, Frederik. Hij was een achterkleinzoon van koning Radboud I en de vijfde, die na den dood van Gregerius aan het hoofd der kerk in ons land stond, ofschoon niet met his torische zekerheid de geschiedenis zijner voorgangers kan worden nagegaan. Te Sexbierum in Friesland geboren, en te Utrecht opgevoed, moet hij waarschijnlijk in 828 zijn ambt aanvaard hebben. Met grooten ijver heeft hij dit tien jaren bekleed en met kracht de overblijfselen des Heidendoms bestreden, dat hem op Walcheren veel moeite kostte. Op voor beeld van het hof werden er in die dagen veel gruwelen en misdrijven gepleegd en bisschop Frederik had den Johannesmoed den zwakken koning te berispen, niet alleen over zijne verdeelingen van het rijk onder zijne zonen, maar ook over het schandelijk, onzedelijk gedrag zijner gemalin. Uit wraak daarover liet zij den plichtgetrouwen kerkvoogd, terwijl hij in de St. Janskapel voor het altaar ge knield lag te bidden, verraderlijk door steken. Dit geschiedde den 18e Juli 828. Door den invloed van Odolphus werd Frederiks broeder Altfrik tot bisschop ge kozen. Een jaar te voren had op de plek, waar de zeer oude kerk van Bedum in de provincie Groningen staat, een evenzeer treurige moord plaats, maar di or de handen der Noormannen, die hier den geestelijke Walfridus met zijn zoon Radfridus, die biddend neergeknield lagen, van het leven beroofden. Te zijner nagedachtenis bouwde men op de plek de kerk en begroef er het stoffelijk over schot in lateren tijd deed men bedevaar ten naar die plaats. In hetzelfde jaar, waarin Utrechts bisschop door den dolk eens gehuurden sluipmoordenaars viel, stierf ook Pepijn een der zonen van Lode- wjjk den Vromen, en een nieuwe oorlog brak onder de drie overige zonen uii. De vader bezweek van verdriet den 26e Juni 840 in het legerkamp voorMainz. Eei'6t in 843 werd de vrede hersteld door het verdeelingsverdrag van Verdun. Deze onzalige tijden hadden op de nog zoo jeugdige plant des Christendoms in ons vaderland, die zoo zeer de bescherming der overheid noodig had, vooral nu tegen de telkens herhaalde invallen der Noor mannen, een zeer belemmerenden invloe 1. Bij de diepe onkunde, waarin over hot algemeen de bevolking voortleefde en don lagen trap van geestesontwikkeling, waarop zij stond, door gebrek aan onder wijs, want de School te Utrecht was nog de eenige in ons land, kon dit ook niet anders. Maar toch werd er in dat middelpunt des lands als het ware eene moedergemeente gevormd van wel onder wezen en de heiligmaking najagende Christenen, van wie, als van eene stad op een berg liggende, het licht des Evangelies, dat voor hen had mogon oprijzen, kon uitstralen. En zoo zullen ook in de vele gemeenten, die reeds el ders in het vaderland bloeiden, wel Gluistenen door de zendelingen en Evan geliedienaars, die uit Utrecht er heen gezonden werden, gevormd zijn, wier godsdienstige kennis grooter was, dan die van het Onze-Yader en de twaalf arti kelen des Geloofs, waartoe zich de we tenschap des volks gewoonlijk bepaalde. ONVOORBEREID. Op aandrang van liberale zijde besloot de Tweede Kamer, de stukken over de Kamers van Arbeid nog wat te laten liggen. De gewone regel, dat wat inkomt, naar de sectiën gaat, mocht ditmaal niet ge volgd. Niet, let wel, omdat de sectiën het te druk hebben; want ze hebben niets te doen. Er valt niets meer te onderzoeken. Op enkele kleine zaakjes na, is heel het lijsje reeds afgewerkt. Neen, maar de leden waren niet genoeg Om te stemmen Dat ware te begrij pen geweest. Om de publieke beraadsla ging te openen Ook dat ware wat veel gevergd. Doch van dat alles was geen sprake. Er was alleen sprake van sectieonder- zoek. In wat zin waren de heeren dan niet voorbereid De beide stukken saam least en her leest men in één dag. Daar zat 't 'em dus ook niet. Met hoeveel kosten ook verbonden, zullen sommigen zich wel afschriften vangedeel ten des Bijbels of den geheelen Bijbel en van andere geschriften verschaft heb ben, om ze in hunnen kring voor te lezen, en daardoor ware kennis en echt Christelijk leven aan te kweeken. Kloos ters waren er in ons land, behalve die te Utrecht, bij Dokkum en te Stavoren, toen nog niet, waar zulke afschriften talrijk konden vervaardigd wordenmaar menig geestelijke zal ook in zijne gemeente, als hij daar begaafde leeken aantrof, wel mede geholpen hebben, om door onder wijs in lezen en schrijven de kennes van Gods Woord verder te verspreidm. Was liet aantal ware Christenen waar schijnlijk ook nog klein, het Evangelie was toch reeds te diep geworteld in ons land, om weder uitgeroeid te kunnen worden, en was het er nog verre van af, dat wij met Paulus zouden kunnen zeggen „Het oude is voorbijgegaan, ziet, het is alles nieuw geworden", zoo waren toch de zwarte schaduwen van den nacht des Heidendoms geweken en was het morgenrood aangelicht, dat eene schoone toekomst beloofde.

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1892 | | pagina 1