mm li ui-lil liiiifliafiiii
mwm SÜKSk
Eerste blad.
Yrijdag 22 April 1802.
Zevende Jaargang No. 386.
Antirevolutionair
Orgaan
IN HOC SIGNO VINCES
Glristis ïoor Filatus,
T. BOEKHOVEN.
uitgever:
Alle stukken voor de Bedactse bestemd, Advertenties* est verdere Administratie franco toe te zenden aan den Uitgever.
Partij of beginsel?
III.
Wat eindelijk het kiesrecht betreft,
hierbij staat de heer L. lang stil
niet minder dan twintig bladzijden
heeft hij er aan gewijd. Hij oordeelt,
dat het vraagstuk van antirevolutio
naire zijde nog niet genoeg doorge
dacht is. Het kiesrecht is geen
natuurrecht. De vraag: „aan «demoet
de wetgever het verleenen" behoort
in verband mot de bestuursinrichting
en met den toestand des lands, dus
in verband met de vraag naar de
macht der kiezers te worden behan
deld. Het kiesrecht beteekent in het
eene land geheel iets anders daa in
het andere. In Duitschland b.v. bezit
wel elk Duitscher kiesrecht voor het
samenstellen van den Rijksdag
doch daardoor heeft hij op geen stuk
ken na zooveel invloed als de kiezer
in ons land, omdat de Duitscher
niet den Bondsraad helpt samenstel
len, die het eigenlijk Rijksbestuur
waarneemt. In de Vereenigde
Staten zijn bijna alle Amerikaansche
burgers van zekeren leeftijd stemge
rechtigd. De kiezers hebben er een zeer
groote macht. Maar de President
met zijn Ministers is in vele zaken vrij
van het Congres. De Ministers kun
nen niet tot beengaan gedwongen
worden. Vooral ook door den Senaat
(waarvan de President en de Ministers
.deel uitmaken) wordt de Volksverte
genwoordiging in baar macht beperkt,
nïin Engeland vormen het lokale zelfbe
stuur en het Hoogerhuis, dat uit
lepaald aangewezen standen wordt
laamgesteld, een krachtigen dam
;egen machtsoverschrijding. Doch
n ons land hebben wij feitelijk een
Derhalve brengt bet antirevoluti
onair beginsel niet mede, in dezen
toestand op toekenning van kiesrecht
aan allen aan te dringen, of op huis
manskiesrecht.
Zoo althans oordeelt de heer L.
en hij 'toont dit nader aan uit de
geschriften van Air. Groen v. P. en
Dr. Kuyper. Eerstgenoemde vreesde
voor het doorvoeren van de theorie
van „het algemeen staatsburger
schap" laatstgenoemde heeft al eens
voorgesteld om nevens het stemrecht
aan alle familiehoofden aan bepaalde
klassen van burgers bet recht te ge
ven tot bet uitbrengen van meer dan
ééne stem, om het overstemmen van
het meer ontwikkelde deel der natie
te voorkomen. Yerder is tot voor
bereiding voor de uitbreiding van
het stemrecht noodig, dat de bevoegd
heid der Staten-Genoraal beperkt,
de zelfstandigheid van het koninklijk
gezag verzekerd en de diepe klove
tusschen dé bezittende en de niet
bezittende klasse zooveel mogelijk
worde gedempt. Het Ministerie-Mac-
kay wilde met bet oog op dit alles
voorzichtig te werkgaan, en maakte
even vóór de 'uörkiezingen van 1891
als zijn plan openbaar, dat het voor
eerst de zaak zóó wilde regelen dat er
50000 kiezers, hoofden van gezinnen
bij zouden gekomen zjn. Het kiesrecht
te binden aan eenig bezitacht de
beer L. niet in strijd met Gods
Woord, omdat bet even goed als
verstand een vr je gave.Gods is. Niet
alsof het kiesrecht zou berusten op
bezitmaar als alle burgers bet niet
kunnen hebben, en er moet een ken
merk gezocht voor grensscheiding,
dan kan hiertoe even goed de aan
wezigheid van een weinig bezit als
het innemen van zekeren stand in
de maatschappj worden aangewezen.
Het hoofdbezwaar tegen het alge
meen maken van het stemrecht (onder
de familiehoofden) licht in de groote
macht der Staten-Generaal. In België
is tot afwering van dit gevaar het
„referendum" ingevoerd, dat is het
recht des volks om zelf over gewich
tige wetsvoorstellen te stemmen.
Daardoor kan aan de Kamer het
machtsmisbruik onmogeljk gemaakt
worden.
Evenwel, nu de antirevolutionaire
party met machteloosheid geslagen
is, en zj haar beginselen niet kan
doorvoeren, acht de beer L. bet niet
dienstig, dat zij zich tegen de uitvoe
ring van het „huismanskiesrecht"
aankant. Dit wordt thans in hoofdzaak
ook voorgestaan door Mr. van Houten;
hij wil aan de hoofden van families als
de „elementaire eenheden van de
maatschappj", maar dan ook aan
alle hoofden, het kiesrecht toekennen,
tenzj er een bepaalde reden van
uitsluiting besta.
Plet advies om onder de bestaande
omstandigheden met het voorstel van
Houten mede te gaan acht de heer
L. niet in strijd met de antirevolu
tionaire neiging om het kiesrecht
beperkt te houden, in verband met
de rechten der Kroon en het zoeken
van evenwicht in de Staatsinstellin
gen want in bet liberale kiesstelsel
is het verleenen van kiesrecht aan
de familiehoofden nog het billijkst,
en is althans geen betere grens te
vinden. Groote maatschappelijke om
keeringen verwacht de heer L. van
zulk een uitbreiding van het kies
recht niet. De meeste nieuwe kiezers
hebben toch belang bij het behoud
van het bestaande, en de grondslagen
vau het bestaande zjn toch reeds
aangerand door de vele „neutrale"
Staatsinstellingen, (losgemaakt van
alle Godsopenbaring)door kiesrecht-
uitbreiding kan dat haast niet erger
wordenwellicht wordt het er beter
van.
Of de proportioneele vertegenwoor
diging moet aanbevolen worden,
is nog een deels open quaestio. Daar
aan moet nog meer studie besteed
worden.
Moge hot boven aangehaalde strek
ken om velen met verlangen te doen
grjpen naar bet oregineel. De bro
chure van den heer L. moet bestu
deerd worden.
Uit de Pers.
ISuiteeijiaiid.
Deze Courant verschijnt eiken Vrijdag.
Abomaementeprijs per drie maanden franco per poat 50 Cent.
Voor Amerika bij vooruitbetaling f 3,50 per jaar.
Afzonderlijke nnmmers 5 Cent.
SOMMEmiDMJfli.
Advertentiën van 1 5 regels 50 Cent elke regel meer 10 oent en maal
Boekaankondiging 5 Cent per regel an maal.
Bienstaanvragea en Dienstaanbiedingen 50 Cent por plaatsing.
Groote letters en vignetten wordea berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan.
Advertentiën worden ingewacht tot Donderdagmiddag ljjj uur.
EMt nrararauer Psffistrarat uit
twee Madera.
(W
Het aanbieden van premiën door bla
den, van welke richting ook, is schier
aan de orde van den dag.
Veelal zijn die premiën echter van
weinig waarde.
Wij maken thans daarop bepaald een
uitzondering.
Immers, iedere abonné van ons blad
kan thans voor luttel prjs een keurige
plaat bekomen, een plaat die een sieraad
is in welke huiskamer ook.
ter groote van 65 bj 85 cM.
Keurig bewerkt, op zwaar Chromo-
papier gedrukt bieden wj onze lezers
aan voor slechts 75 Centen.
Wij twijfelen niet of velen onzer
vrienden zullen deze zoo prachtige gravure
voor dat nietige bedragje bestellen, waar
om we beleefd verzoeken dit s. v. p.
spoedig te doen, opdat we onze oplage
kannen regelen.
DE UITGEVER.
regeerende Volksvertegenwoordiging.
Als het er op aankomt, moet
de Regeering voor haar bukken. De
macht der Kroon wordt steeds meer
beperkt. De meerderheid in de Sta-
ten-Generaal is bijna met absolute
macht bekleedwant doordien de
samenstelling van den Hoogen Raad
feitelijk aan de Tweede Kamer is
overgelaten, biedt hij weinig tegen
wicht. Het gevolg is, dat de min
derheden rechtens onbeschermd zijn
dat wil natuurlijk niet zeggenvo
gelvrij verklaard maar wel, dat de
meerderheid het steeds in haar macht
heeft om in haar belang te beslissen,
ook al acht de minderheid bij wat
anders belang te hebben. In de
Vereenigde Staten van N. A. en in
Engeland wordt de uitvoering der toet
ten voor een groot deel opgedragen
aan de lokale gemeenten en de door
deze jaarlijks te kiezen beambten,
die geen ambtenaren zjn in den bier
te lande gebruikelijken zin, doch
slechts (tegen betaling) met enkele
functiën worden belast. Met deze
uitvoerders, met geheel de bevolking,
moet daar dus meer gerekend worden.
Doch in ons land, evenals in Frankrjk,
voeren afhankelijke Regeerings-amb-
tenaren meest de wetten uit, en is
ook daarin dus geen tegenwicht.
Toekenning van kiesrecht beteekent
in ons land daarom zeer veel, het
beteekent: de absolute regeermacht
mede samen te stellen. Uitbreiding
van het kiesrecht kan nu wel die
macht verplaatsenmaar geen gerech
tigheid waarborgen.
Doodstraf. Moord en doodslagen ko
men dezer dagen helaas telkens voor.
En aan de weder-invoering van de dood
straf wordt niet gedacht. Aan den eenig
goeden regel van Gods Woord, wil men
niet: „Die het bloed der menschen ver
giet, zjn bloed zal door den mensch ver
goten worden."
Terecht schrijft de Delvenaar.
Geen doodstraf, niet waar?
Ook niet, als een onverlaat twee oude vrouwen
met een bijl te lijf gaat en haar den schedel
klooft?
Keen, als hij gevat wordt, een aantal jaren
naar de gevangenis, waar hij goed gevoed en te
gen de koude beschut wordt, waar hij ter ver-
poozing eenigen lichten arbeid kan verrichten.
En dan moet het rechtsgevoel van het volk be
vredigd zijn?
Wat voor rechtsgevoel wordt er toch op die
wijze gekweekt?
Geen doodstraf, niet waar?
Ook niet, als eene dienstbode alleen in huis
wordt overvallen en hoewel met de kracht dei-
wanhoop zich verdedigende, ja, wie weet met
hoevele wonden doorpriemd wordt geveld?
Wij moeten ons do angstkreten van die oudjes
maar voorstellenwij moeten ons indenken, hoe
die andere moordenaar zijn slachtoffer wellicht
het schreeuwen heeft belet, en als zij mot de
kracht der vertwijfelingjzichtrachtlos te wringen
maar telkens weer zijn lango mes in haar horst
of rug stoot, en als dan straks, gelijk wij hopen,
do schuldigen zijn gevat en zij worden wegge
bracht om nu voorts een tal van jaren te worden
opgesloten, dan moeten wij zeggen, dat er recht
is geschied.
Wie kan dat?
En de Zuid-Hollandsche Kerkbode schrijft:
„Niet slechts in hot buitenland, maar ook in
ons vaderland neemt de zonde van den doodslag
onrustbarend toe, terwijl de politie en justitie
de moordenaars bijna niet kunnen vinden. Een
bewijs, dat de booswichten maar al te goed be
rekend zijn voor hun goddeloozen arbeid. Ter
wijl naar de daders van den moord te Haarlem
op twee weerlooze weduwen gepleegd nog im
mer tevergeefs gezocht, zijn thans weer twee vrou
wen, eeu dienstbode te Amsterdam en eene we
duwe te Gouda, op gruwelijke wijze vermoord.
Zou niet, zoo naar Gods ordinantie in Gon. 9
de doodstraf door de overheid weer toegepast
werd, en de misdaad minder voorkomen en de
vreeze den misdadiger spoediger aanwijzen?
Men wil wijzer zijn dan Gods Woord en iemand
niet dooden, maar intusschen terwijl de schul
digen in het leven gespaard blijven, worden de
onschuldigen met minder vrees omgebracht!"
Intusschen zullen, naar de Avondpost
meldt, eenige hoogeplaatste ingezetenen
in de Residentie een adres indienen aan
de Regcering om de doodstraf, die nooit
had moeten afgeschaft worden, te herstel
len.
De Tijd zegt daarvan
„Moge in geheel ons Land dit goede voorbeeld
worden gevolgdTegenover het bedroevende feit
dat in weinig meer dan een maand een achttal
moordaanslagen in ons kleine Nederland wer
den gepleegd, en do meeste slechts de laagste
hebzucht tot drijfveer hadden, moeten, dunkt ons
zelfs vroegere tegenstanders van de doodstraf wel
tot andere inzichten gekomen zijn. Zoo bij plebis-
cit werd uitgemaakt, wie voor en wie tegen de
wederinvoering van de doodstraf is, zou, geloo-
ven wij, het getal ziekelijke philantropen gering
blijken."
I®rar||s. Yerleden week heelt de ex-
luitenant Anastay, die de barones Del-
lard, zijne weldoenster, vermoord heeft,
de doodstraf ondergaan. Dit bloedige
schouwspel blijft maar voor duizen
den en duizenden hoogst aantrekke
lijk. Te middernacht was de Place de la
Roquette reeds dicht bezet met zienslus-
tigen. En aanhoudend hield de stroom
van mensehen aan, de een te voet, de
ander in rijtuig komende. De nabijgele
gen koffiehuizen waren stampvol. De Gar
de Itepuhlkaine te voet en te paard bad
groote moeite de orde te bewaren, want
het gedrang om zooveel mogelijk nabij
te zijn, ten einde goed van het schouw
spel te kunnen „genieten" was buiten
gewoon.
Te overleed dezer dagen een
ongehuwd schatrijk man, die heel een
voudig leefde. De familie was natuurlijk
zeer treurig gestemd en zoo bedroefd,
dat zij reeds des avonds het geheele huis
afsnuffelde naar de waarden van den rijk
aard, die geen testament had nagelaten.
Doch niets was te vinden. Men zocht nog
den volgenden dag, ook nog den daar-
opvolgenden, maar tevergeefs. Geen ef
fect, geen stukje bankpapier en toch be
stond daarin het fortuin, want geen vas
te eigendommen bezat de man en hij
woonde in een gehuurd pand. De fami
lie hield raad boven op het zaaltje, ter
wijl de doode in zijn doodkist beneden
in de huiskamer lag, slechts in gezel
schap van een ouden knecht, die veel
van hem gehouden had en die den laat-
sten wil zijns meesters had volbracht, om
hem namelijk in zijn Zondagsche kleeren
te kisten.
Op eens gaat de deur open en stor
men de bedroefde familieleden in de sterf
kamer. Wat was er gebeurd? Een van
hen, een Parijzenaar, had beneden den
doode zien liggen en het al heel vreemd
gevonden dat deze in zijn zwarte jas en
broek met een mooi overhemd op dc borst
en manchetten aan de handen in zijn
doodkist lag en de vooronderstelling ge
opperd, dat de aap wel eens in dat pak
kon zitten. Den doode te ontkleeden was
een werk van een paar minuten en
tranen van aandoening werden
gezamelijk spoedig gestortechtgenooten
vlogen elkander om den hals, kinderen
omhelsden hun ouders, want werkelijk in
het Zondagspak, dat met den doode stond
begraven te worden, zat een ander pak
en wel een pak met de effecten
In Noord-AsnerlkCB. stond een
gehuwd paar van nog geen zestig jaren
niettegenstaande zij kinderen hebben,
doch die zijn goed geplaatst, huil ge
heel vermogen van f 250,000 aan de
Buitenl. Zending af, tegen betaling slechts
van 5000 jaarlijksche lijfrente.
Sedert 1835 werd op het eiland EJTs-
land, met 70,000 Protestansche bewo
ners, geenerlei misdaad bedreven. On
langs werd er echter een moord begaan,
waarvan het geheele eiland als verslagen
was.
Een buitengewoon hooge ouderdom
Uit St. SBet4ï8,SÏisïBB'>g- wordt het
overlijden gemeld van Stepan Ivanoff,
onderofficier bij de grenadiers der keizer
lijke garde en die den ouderdom van 125
jaar bereikt had.
In dienst getreden onder Keizer Paul
I maakte hij den veldtocht mee met Sou-
varoff, in Zwitserland, tegen de Ifran-
schen. In den slag van Leipzig werd hij
krijgsgevangen gemaakt door de Fran-
schen.
Voor twee jaar was hij blind gewor
den, maar was nog steeds gezond. Zijne
vrouw, die nog leeft, is 96 jaar oud en
was sedert 80 jaar met Ivanoff getrouwd.
De czaar heeft bevel gegeven het pensioen
van den man geheel aan zijne weduwe
uit te betalen.
De Engelsche proleet SSaxles*,
die den ondergang der wereld op 11 April
1901 voorspelt, heeft onlangs weer een
voordracht over deze groote gebeurtenis
waarvoor allen zich moesten voorberei
den, gehouden. Plotseling stond een der
hoorders op en vroeg den spreker, of hij
bereid was, zijn geheele vermogen te ver
maken aan een weldadige instelling, wie
het na 11 April 1901 zou toebehooren
Baxter meende dat dit onnoodig was,
daar dan niemand meer leefde. „Dat
doet er niet toe," meenue de andere,
„misschien worden wel enkelen gered en
die zouden het geld goed kunnen gebrui
ken. Een van mijn vrienden en ik zul
len gaarne als beheerders der stichting
optreden. Maak dus het document maar
op. Den heer Baxter ging het echter als
den rijken jongeling, „want hij heeftvele
goederen." Het document werd niet op-