Vrijdag 11 Maart 1802.
Zevende Jaargang No. 330.
Antirevolutionair
IN HOC SIGNO VINCES
FEUILLETON
T. BOEKHOVEN.
Deze Courant verschijnt eiken Vrijdag.
Abonnementsprijs per drie maanden franco per post 50 Cent.
Voor Amerika bij yoornitbetaling f 3,50 per jaar.
Afzonderlijke nummers 5 Cent.
uitgever:
mMMMSMBEJfMl.
Adyertentiën van 1 5 regels 50 Cent elke regel meer 10 cent en 3/j maa
Boekaankondiging 5 Cent per regel en maal.
Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan.
Advertentiën worden ingewacht tot Donderdagmiddag 12 uur.
Alle stukken voor de itedactle bestemd, Advertentiën en verdere Administratie franc© toe te menden aan den Uifgrever.
Oe belasting- voorstellen.
Tot voor korten tijd dacht de libe
rale partij nog niet eenstemmig over
de vraag, wat het eerst aan de orde
moest komen kiesrecht- of belasting
hervorming.
Thans is die vraag reeds practisch
beslist. De Minister Pierson heeft
geoordeeld, dat de natie het eerst eu
het meest naar een herziening der
belastingen verlangde; en met een
voortvarendheid, die waardeering ver
dient, heeft hij gezorgd, dat de Twee
de Kamer bij het hervatten harer
werkzaamheden eenige wetsontwer
pen gereed vond.
Hard werken om de tengels vah
het bewind in handen te houden, be
hoeft de liberale partij anders niet.
De niet-liberalen, en vooral de room-
schen zijn onderling te veel verdeeld
dan dat de gemeenschappelijke tegen-
party als de liberalen nog een tegen
partij van de katholieken kunnen hee-
ten) veel van hen heeft te vreezen.
Toch zullen de liberalen wel gevoe
len, dat er na al de schoone toezeg
gingen, in de eerste helft van '91
gedaan, en na het intrekken van het
belangrijke legerwetsontwerp van Ber-
gansius, iets van beteekenis moet ge
beuren.
"Welnu, de heer Pierson heeft daar
toe moedig de handen uit de mou
wen gestoken, en velen, die hopen dat
belastinghervorming ook belasting-
vermindering zal meebrengen ver
mindering voor de zwakkere burgers
althans zijn reeds zeer benieuwd
de afloop van de Kamer-beraadsla
gingen over 's Ministers voorstellen te
weten.
HET MORGENROOD DES
EYANGELIES.
xxiii.
Aan dit laatste is dan ook veel ge
legen. Immers, er kan nog van al
les met het ontwerp gebeuren.
Maar hoe het ook loope, de Mi
nister Pierson heeft er eer van, dat
hij nu reeds klaar is met verscheide
ne ontwerpen.
Ook is er in deze ontwerpen wel
het een en ander, dat naar den zin
der antirevolutionaire is. Het zou par-
tijzuchtig zijn, dit niet dadelijk te er
kennen- Ja, dp heer Pierson bood ons
de gedeeltelijke uitvoering van de
beide laatste werkprogrammen der
antirevolutionairen partij op het stuk
van belastingen.
Onzerzijds toch was gevraagd af
schaffing van den zout- en zeepaccijns,
en vermindering der mutatierechten.
En nu stelt de heer Pierson voor, den
zeepaccijns, die ruim 2 millioen op
brengt, geheel op te heffen, terwijl hij
voorts plan heeft, den zoutaccijns
van ƒ9 op 4 per honderd kilogram
te brengen.
Wat de mutatierechten of de kos
ten van overdracht bij den verkoop
van onroerend goed betreft, stelt de
heer Pierson een aanzienlijke verla
ging voor. Hij wil haar brengen van
6,27 pCt. op 2,15 pCt. Dus bijna
twee derden gaat er af. Alleen is het
jammer, dat de Minister behalve in
geval van overgang in het eerste jaar
na den verkoop, een vast recht van
overgang wil behouden, en dat hij
niet voorstelt om het onroerend goed,
dat soms een halve eeuw of langer in
handen van dezelfde bezitters blijft,
evenredig te belasten. Zij toch, die
het onroerend goed veel verkoopen,
zijn gewoonlijk de lieden die geldge
brek hebben, en zij die nooit of bij-
na nooit verkoopen zijn gemeenlijk
de rijkeren.
Yerder wil de heer Pierson de rijks-
tollen laten vervallen.
Het gezamelijk bedrag dezer ont
heffingen zijnde 10 millioen, wil de
Minister terugkrijgen door den drank
accijns van ƒ60,— tot 65,— te
verhoogen en voorts door een vermo
gensbelasting in te voeren. Laatst ge
noemde is zeer voordeelig voor de
rijksten (die vijf ton en meer bezitten)
gesteld.
Het Handelsblad sprak den wensch
uit, dat deze ontwerpen nu niet weer,
gelijk vroeger zoovele andere voor
slagen, door een deel der liberale
partij zouden worden afgestemd.
Nu, wij helpen het die redactie
wenschen. De voorgestelde ontheffin
gen zouden o. i. bepaald verbetering
in het belastingwezen aanbrengen.
€*eeaa Politiek awoortl.
Het „vast accoord" dat door de
Standaard terecht de wet voor alle po
litieke samenwerking genoemd is,
wordt door de Tijd (no van 26 Febr.)
gerekend of te bestaan, of onmogelijk
tot stand te brengen.
Volgens de redactie van dat katho
liek orgaan bestaat er zulk een accoord
in het gemeenschappelijk geloof aan
het gezag van een Hod, die het heel
al bestuurt en onderhoudt.
Zoodra dus de liberalen, zegt ze,
met plannen voor den dag komen, die
gericht zijn tegen dat geloof, doen de
antirevolutionairen en de roomschen
vanzelf samen.
En als voorbeeld wijst ze dan op
de schoolquaestie, waarin de beide
antiliberale partijen gestadig op een
doel aanstuurden, en aanvankelijk
overwonnen.
Maar overigens acht zij, noch voor
de regeling van het kiesrecht, noch
in zake de belastingen, noch opzich-
tens vrijhandel of protectie, noch aan
gaande het koloniaal beheer een vast
accoord mogelijk of wenschelijk. Neen,
zij acht het veel beter, dat de knap
pe heeren die het volk in de Colle
ges vertegenwoordigen, bij al die qua-
estien maar naar hun eigen inzicht te
werk gaan, zonder daarvan vooruit
mededeeling te doen aan de kiezers.
Zij wil dus in conservatieven geest
Y ertrauensmanner'afge vaardigd
zien. "Van een program, stelt zij zich
niets goeds voor.
Nu, dat wisten we reeds. In dien
toonaard spraken de katholieken reeds
lang.
Doch erger is, hetgeen zij er om
trent onze partij bijvoegt.
In den boezem van alle partijen
zegt zij, ontbreek eigenlijk het vast
accoord even goed als tusschen de
roomschen en onroomsche geloovigen.
Want wel bestaat er een antirev.
program, doch zij meent, dat de
heeren volksvertegenwoordigers het
slechts in substantiedat is in geest
en hoofdzaak onderschreven, en dat
het overigens meer bewonderd dan na
gevold wordt.
Zou dat ten deele waar kunnen zijn,
hetzij formeel of feitelijk Zoo dachten
wij bij het lezen dezer regemn.
Indien het waar was, dan
moesten wij ook maar geen Deputa-
ten-vergaderingen meer houden, en
kon het Centraal-Comité wel ontbon-
worden.
Want wat geven besluiten en pro
gramma's, als men ze toch niet uit
voert?
Of neen, dan moesten niet de leden
van het Centraal-Comitè of de Depu-
taten voortaan thuis blijven, (want
deze deden getrouw hun plicht)maar
dan moesten de afgevaardigden beter
nagekeken worden.
Wij gelooven stellig, dat er onder
hen mannen zijn, die het eerlijk en
cordaat meenèn met de opgestelde
programmen. Doch zij, van wie het
mocht blijken, dat zij er zich na hun
verkiezing niet aan storen, en dat
zij het „onderteekenen in substantie"
slechts tot een oogverblindenden vorm
maken, mogen niet meer herkozen
worden.
Yoor het kiezen onzer candidaten
is vaak buitengewoon veel inspan
ning en opoffering noodig. Maar als
onze kiezers dan in het eind moeten
ervaren, dat zij goed bezien, voor niets
geijverd hebben, dan moet de veer
kracht wel verslappen, en krijgt onze
partij een dubbele schande op haar
hoofd.
Wij willen echter nog altijd ho
pen, dat het door de Tijcl aan onze
partij, of liever aan onze vertegen
woordigers ten laste gelegde sterk
overdreven is, en dat zij de uitvoer
ders van het accoord maar liefst in
staat van beschuldiging stelde om
het accoord zelf in discrediet te bren
gen.
Toch blijft waakzaamheid, ook te
genover de uitvoerders, dure plicht.
Wordt vervolgd.
mm bi
mvimm mum
Zoo kon deze zendeling vreedzaam
zijne taak voortzetten en zich den eer
naam, Apostel van Drente, verwerven,
tot hij in het jaar 779 van hooger hand
tot eenen anderen werkkring werd geroe
pen. Karei de Grooteontving op de rijksdag
te Paderbom een gezandschap van Arabie
ren, door twee Emirs uit Spanje afgevaar
digd, om zijne hulp in te roepen tegen
Abdarikamanhij maakte van deze wel
kome gelegenheid gebruik, om even als
zijn heldhaftige grootvader, Irlam te
bestrijden, en toog met een groot leger
de Pyreneën over.
Hoewel deze krijgstocht zijnen neef,
den dapperen ridder Roland, alsmede den
bevelhebbers Eghard en Anselmo en velen
dapperen strijders, het leven koste, smaak
te hij de vreugde, tot aan den Ebro het
land te onderwerpen, en in dit deel van
Spanje, onder den naam van Spaansche
Mark bij zijn rijk gevoegd, het Chr is ten-
dom te herstellen, De Saksers maakten
van de gelegenheid gebruik, om weder
tegen de Franker op te staan en drongen,
alles verwoestend, door tot aan den Rijn
hij Keulen. Dit maakte een vierden oor-
log tegen hen noodzakelijk. Karei be
dwong hen spoedig en bouwde nu, om
hen verder in bedwang te houden, ves
tingen aan de Elbe. Maar steeds was hij
er ook op uit, om hun de zegeningen
des Christendoms te doen geworden, en
daar hij nu van Willehads zegenrijke
werkzaamheid in Drente gehoord had,
zond hij hem naar de omstreken van
Bremen om daar de Saksers te bekeeren.
De verwachting des konings .werd niet
beschaamd, gedurende twee jaren bracht
hij in Wigmodia velen aan de voeten
van Christus, alom werden kerken en
gen.eenten gesticht.
Maar in 782 terwijl Karei naar Rome
was gereisd, om zijne zonen tot toeko
mende vorsten te laten kronen, maakte
Wittekind zich de gelegenheid ten nutte,
op het Saksische volk in opstand te bren
gen. Yele Franken, zelfs legerhoofden
werden gedood. Ook de nieuw gestichte
gemeenten worden uiteen gejaagd en Wil-
lehad moest zijn heil zoeken in de vlucht.
Hij begaf begaf zich per schip naar Fries
land en reisde daarna naar Rome, om
den Paus verslag te geven van zijne
werkzaamheid. Intusschen is Karei
reeds met een leger tot de Aller door
gedrongen en houdt hij te Yerder een
streng, maar wreedaardig strafgericht,
door 4500 Saksers te laten onthoofden.
Dit was olie in het vuur. Geheel
het volk stond nu als één man tegen
hem op en verbond zich met een vreese-
lijken eed aan "VVodan, om wraak te
nemeD.
„Hilikroti Wou-
dana, ilp osk un
osken pana Witekin
ok Ikelta of ten ais-
kena Karelui ten
Slaktenera. Ik tif
ti in ur un tu scapa
un taf rof. Ik slakti
ti all fanka up tinen
iliken Artisberka
Zoo zwoeren zijmaar Karei liet het
zoo ver niet komen. Door 2 bloe
dige slagen, bij Detmold in het Teuto-
burger woud en aan de Haze, een zijtak
der Eems, was ditmaal de strijd beslist
en Wittekind, die eerst bescherming ge
zocht had bij Siegfried, den koning der
Denen, en Albi onderwierpen zich met
de belofte, het Christendom aan te nemen
en te bevorderen en werden in 785 te
Attignij Champagne gedoopt. De hevige
tegenstand van dit volk tegen het Chris-
lendom is eenigzins te verklaren; het
stond toch gelijk met eene onderwerping
aan de Frankische heerschappij, zooals
duidelijk blijken kan uit eene belofte,
die dé opperhoofden bij den doop moes
ten afleggen en die wij hiermede laten
volgen
„Heilige groote
Wodan, help ons
en onzen hoofdman
Wittekind en ook
de aanvoerders te
gen den ijselijken
Karei den slachter.
Ik geef u een oeros
en 2 schapen en den
buit. Ik slacht voor
n alle gevangenen
op uwen heiligen
Hartzberg!"
„Heilige maktik
konink Karelo, ik
iin vanken Oddo,
puna of thousand
vorsaki ten krotten
Woudanarbelta up
Artisberka. So ok
all min godmanni
ok kristnetti to ker-
stene. A1 minsitto-
ma ok rekto is in
thin will ok anda.
We bit du otmode
um levens ok fri
doms. We will ol-
dena bi Gotto al-
maktik ten vater,
ten son, ten illiken
ost, so we nu.lernet
ok an ti us nadik
konink
Na de onderwerping der Saksers, werd
Willehad door Karel den Groote naar
Wigmodia teruggezonden. Hij had, uit
Rome teruggekeerd, een paar jaren in
de abdij te Echternach vertoetd waar hij
o. a. de brieven van Paulus afschreef.
Nadat de opstand der saksers bedwongen
was, zond Karei hem naar Wigmodia
terug, waar hij twee jaren met zegen
werkzaam was, tot de koning hem in
787 tot Bischop te Bremen aanstelde.
„Heilige, mach
tige koning Karei,
ik, uw gevangene
Otto baanderheer o-
ver duizend, ver
zaak het groote
Wodansbeeld der
Hartzberg. Zoo ook
zullen al mijnegoe-
;de inaunen (onder
geschikten) en
Krijgsknechten zich
laten kerstenen. Al
'mijne bezittingen
en rechten zijn in
uwe hand. Wijbid-
den u ootmoedig om
leven en vrijheid.
Wij willen ons hou
den bij God almach
tig, Yader, Zoon en
Heiligen Geest, als
wij nu geleerd zijn,
en bij u onzen ge-
nadigen koning!"
Dit was een der bisdommen door den
koning onder de Saksers gesticht o m de
uitbreiding des Christendoms on Ier dit
volk te bevorderen. Nog twee jaren mocht
de ijverige Willehad in deze nieuwe waar
digheid het heil der hem toevertrouwde
kudde met zelf verloochende liefde behar
tigen toen riep de opperste herder der
gemeente hem tot zich in de woningen
van het hemelsch Vaderhuis.
Op eene herderlijke rondreis door zijn
bisdom werd hij onverwachts ziek en
ontsliep de 8sten November 789. Een
zijner geliefdste leerlingen die bij hem
was uitte den wensch, dat hij voor zijne
kudde nog gespaard mocht blijven, waar
op de stervende antwoordde: „Mijn zoon
houd mij niet langer terug van het aan
gezicht mijns Heeren.
Verheerlijk toch de lasten van dit
aardsche leven niet door uwe woorden
vol eigenbelang. Ik wensch niet langer
te leven en zie niet tegen het sterven
op, maar bid alleen mijnen God, dien
ik van ganscher harte bemind en met
alle naastigheid gediend heb, dat het
Hem volgenade en barmhartigheid beha
gen moge, mij voor mijn werk het heer
lijk loon der vergelding te geven. De
schapen, die Hij mij heefc toevertrouwd,
stel ik onder Zijne bescherming, daar ik
het goede, wat ik wellicht gedaan heb, in
zijne kracht heb verricht. De genade van
Hem, wiens goedertierenheid de geheele
aarde vervult, zal u niet begeven