Zaterdag 4 April 1891.
Antirevolutionaii
Zesde Jaargang No. 208.
Orgaan
t
4
IN HOC SIGNO VINCES
Aj-LJ1.
s
FEUILLETON.
DE TWEE BOEREN.
re»
T. BOEKHOVEN.
Alle stukken voor «Ie Redactie bestemd. Advertentie» en verdere Administratie ïrasu'o toe te «enden aan «len 5 iöwever.
Godsdienst en libera
lisme /.ij 11 twee.
O'
Deze Courant verschijnt eiken Woensdag en Zaterdag.
Abonnementsprijs per drie maanden franco per post f 1.—
-*** Zaterdagsnummer alleen 50 Cent.
Amerika bij vooruitbetaling f 5,50 per jaar.
ouderlijke nummers 5 Cent.
UITGEVER:
SO MM B4LSMJH
Adverteutiën van 1 5 rogels 50 Cent elke regel meer 10 cent en 3/2 maal*
Boekaankondiging 5 Cent per regel en ''/3 maal.
Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing.
Oroote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan.
Adverteutiën worden ingewacht tot Dinsdag en Vrijdagmiddag 12 uur.
Somtijds wordt er van de liberale
partij een voorstelling gegeven, alsof
4* *'u haar midden volstrekt geen
»- |enstige mensehen zouden zijn
To Aneu zijn.
''*ilk een voorstelling moeten wij
die bij het
-V „ijn lft „olitieke vraagstuk-
eVe1® ^Enjk nalaten kunnen
leerstellig ongeloof voor
e^ie komen.
oW u andere liberalen bepalen
^uitsluitend tot de politiek, en
men bun best om in zake den gods
dienst niemand ergernis te geven.
Neen, waarlijk, wij hebben nooit
beweerd en zullen nooit beweren,
het liberale kamp of onder
%vl verschijnende hulptroepen
N^'sdienstige menschen zijn.
Ne ^enrnin geven wij voor, dat
die zich in de gelederen der
revolutionairen voegen, wél gods-
enstig zijn. Dat zij verre.
Maar wij houden staande, dat de
liberale partij als zoodanig een on
godsdienstige partij is, en de antire
volutionaire partij een godsdienstige.
Deze uitspraken betreffen niet de
aanhangers of medegangers eener
partij hoofd voor hoofdmaar baar
geheel van leden.
(Slot,)
Twee weken waren voorbijgegaan.
Het was thans een prachtige dag in de
maand Juli. In het zweet huns aan-
8chijns hadden de dorpelingen hun brood
gezocht en gegeten. Vermoeid van den
arbeid wandelden zij langzaam naar huis
om in de kalmte van den stillen avond
de liefelijke rust te genieten.
Maar niet zoet, niet bevredigend
voor het hart was dat ernstige en
geheimzinnige zwijgen om hen heen.
'tWas of atles wachtte op de
dingen, die komen zullen en een
niet te verklaren onrust deed me
nigeen met zekeren angst zijne woning
opzoeken.
Hoe loom was de tred zelfs van
het levenslustige, speelzieke kind.
De warmte was drukkend.
In een nevel gehuld zonk de zon
achter de kimmen, die zich geel, akelig
geel hadden gekleurd. De planten bogen
het matte hoofd en de bladeren hingen
verdorrend naar beneden* Droomend rit
selde een heete ademtocht door het groen.
De bloemen geurden niet meer en flets
hing de schoone roos aan heur steel.
H«t gezang der vogels was ver
stomd; zij klemden zich in doodsclie rust
op de takken.
De koeien waggelden door de weiden
en strekten zieli straks vermoeid in het
gras uit. Het leven was hun bijna een
ij» is onweer op handen", zeide de
eigens» vsn Ooievaarsnest", die
\>eiv'iC1^;aar den hemel staarde»
Ted, Soe(f gezien te hebben,
olked''68 een koeltje en dton-
i "onnen zich te vertoonen.
teie'
En de reden waarom wij zulk
een stoute uitspraak ter neer schrij
ven, is eenvoudig dat deze waarheid
van liberale zijde zoo dikwijls word
ontkend, en men liet diepe verschil
in dit opzicht tusschen de politiek
der liberalen en die der antirevolu
tionairen zoekt uit tc wisscken of te
bedekken.
Het geldt hier precies hetzelfde
verschil als tusschen christenen en
niet-christenen. Vele ongeloovigen
bepleiten altijd de stelling, dat ie
mands geloof niets te maken heeft
met zijn levenen dat er dus geen
wezenlijk, ingrijpend verschil is tus
schen een godsdienstig en een ongods
dienstig mensch. Och, zegt men dan,
er zijn zoowol bij ben die zich als
geloovig aandienen als bij hen die
dat niet doen, goede en slechte lie
den. De godsdienst is maar „een
vorm", door den een hooger geacht
dan door den ander, maar het maat
schappelijk gedrag der menschen
blijft er hetzelfde om.
Overgebracht op politiek gebied
wil dat zeggenof er een liberale
OÖ
of een andere meerderheid in het Par
lement is, hetzij er een liberaal of
een ander Ministerie het roer in han
den neemt dat geeft eigenlijk geen
groot onderscheid. Beide werken
zoowat op dezelfde manier. De eene
partij heeft dus de andere niets of
al heel weinig te verwijten.
Hare bochtige koppen werden al zwar
ter en zwarter. Een lichte wind gierde
over de wegen en straten en voerde het
stof al warrelend omhoog. Alles hijgde de
verkwikking tegen, die de Heere zou zen
den.
Iutusschen spreidde zich eene vale slui
er over de aarde uit en hulde de om
trek zich in een grauw schaduwkleed.
De nacht viel in en al de dorpelingen
hadden de legerstede opgezocht om de
moede leden door eene aangename rust
te verkwikken. Het loof der hoornen suis
de onder de regendruppels, die er val
len en een doffe weergalm van den don
der, die in de verte dreunt, werd ver
nomen.
Woest barst, als op een wenk des
Heeren, de storm los en akelig huilt hij
om de hofsteden, zoo eenzaam te mid
den der landerijen gelegen. Door alle re
ten heen baant hij zich een weg en werpt
onder grommend geluid alles omver, wat
zijn kracht niet kan wederstaan. De hoo
rnen buigen zich voor zijn woest geweld
en bladeren en takken vliegen her- en
derwaarts. Snel jagen de donkere wolkon
langs den hemel en alles zucht en kraakt
De.beide buren liggen in een gerus-
ten slaap, .een hevige donderslag schudt
hen op eenmaal wakker. Eene felle blik
semstraal flikkert en doet al do huisge-
nooten huiveren. Deuren en vensters
rammelen; het knettert en klappert als
worden zij uit hare hengels gelicht. De
regen stort in stroomen neer en met
vreeselijk gedruiseh wordt het water te
gen de glazen aangezweept.
Overal worden de slapenden door het
angstwekkend jagen van den storm ge
wekt en diep verslagen zitten de bevrees
de harten in het vertrek bijeen.
'tWerd noodweer.
Een zee van vuur scheen den omtrek te
bedekken en voor de teekenen van 'sllee-
ren macht en majesteit werden de beide
buren bevreesd.
Niet altijd hoort' men zulk een
toon aanslaan, O neen, de liberalen
tappen ook vaak uit een geheel
ander vaatje.
In 1888 toen er voor het eerst
kans bestond, dat er een gedeeltelijk
antirevolutionair Kabinet zitting zou
krijgen, werd het volk bang gemaakt
met de bewering, dat onze christe
lijke Staatspartij zoo partijziek en
dwingziek van aard is, dat het onder
zulk een Regccring haast niet om
uit to houden zou zijn.
De liberalen zouden „vervolgd"
worden, zoo profeteerde men.
Weldra echter bleek deze profetie
een leugen te zijn.
Niemands vrijheid werd gekrenkt.
Volgens Prof. J. T. Buys een
liberaal getuige, wiens naam gezag
heeft in deze legde het tegen
woordig Ministère zelfs „een merk-
waardigen schroom" aan den dag
om wetsontwerpen voor te dragen
die öf uitsluitend.een roomsch of een
antirevolutionair karakter be- zitten.
Het Ministerie ging* dus zéér voor
zichtig, gematigd te werk. De pro
fetie faalde.
Brengt men nu hulde aan de
bruikbaarheid, aan den practischcn
en roijalen zin van christen-staats
lieden
O volstrekt niet. Neen, nu heet
het weer, gelijk wij hierboven reeds
aanstipten dat er geen diepgaand
Eensklaps schoot een hevige bliksem
straal neder, oen ratelende slag volgde,
alles dreunde, alles schokte en doodelijk
verschrikt sloeg hoer Meier zijn handen
boven het hooft te zarnen.
Heere, wees ons genadig, stamelde
vrouw Derkson op dit oogenblik en angs
tig sloeg zij de armen 0111 hare beide kin
deren, die zich bevende tegen do moe
der aandrongen.
Meier bleef als aan den grond gena
geld in zijne* huiskamer staan.
„Dat is ingeslagen", zeide hij met
trillende stem.
Met een gil springt zijne vrouw op.
Zjj vliegt naar de wieg, waar haar zui
geling onbewust van het dreigend gevaar,
ligt te sluimeren; grijpt baar kind in do
armen en ijlt als door bovenmenscheljjke
kracht bezield uit bare woning.
En buiten is het donker, een raven
zwarte nachtEen zware stortregen
stroomt naar beneden
„Margreta", roept haar man ont
zet, maar zijn roepen wordt niet gehoord.
Er is slechts een stem verneembaar, die
van den donder en hij brult zoo luid dat
alles verBtomt.
Vrouw Meier is in de duisternis ver
dwenen. Met èèn sprong staat zij buiten
het erf. Zij snelt voort; de vuurstralen
wijzen haar den weg. Zij waant zich
bedreigd door de vlammen. Ginds ligt
de huizinge van boer Derksen. De plaats
is bereikt en in doodsangst bonst haar
hand op de deur.
„Brand"! gilt zij luid, „brand,,! en
akelig en hol weerklinkt haar geroep.
Derksen vliegt naar de deur en schuift
den grendel weg.
„Wat is er"? roept hij luid.
Een vrouw met een kind op den arm
staat voor hein.
Zij wijstop een flikkerend schijnsel in
zuidelijke richting
„Daar, daar brengt zij met moei
te uit. „Het vuijr heeft ons getroffen".
onderscheid is tusschen liberale en
antiliberale Ministers, dat bet chris
telijk bewustzijn weinig of niets uit
werkt en dat daarom de heeren Mi
nisters wel kunnen vertrek
ken en hun zetels voor de liberalen
beschikbaar stellen.
Juist hetzelfde wat ge overal in
de maatschappij waarneemt.
Die „fijnen" worden telkens en
telkens weer afgeschilderd als on
hebbelijke, onverdraagzame, vaak
zeer slechte lieden.
En merkt men nu straks, als men
met hen in aanraking komt, dat zij
heusch zoo ongeschikt niet zijn, en
in vele zaken recht en billijkheid
betrachten, dan zeggen de ongeloo
vigen weer: nu ja, het verschil is
niet groot, met mijnheer A of B is
wel te redeneeren of te handelen
als het er op aankomt, willen zij
hetzelfde als wij, en derhalve
zij hebben toch ook zoo niets pikants,
wij kunnen hen verder wel
ongemoeid laten.
Dat de christenen op elk gebied
zich beter gedragen, geeft men van
ongeloovigo zijde nimmer toe.
Doch er zijn liberalen, die nog
verder gaan, en vlak omgekeerd be
weren, (lat de eigenlijke, de ware,
de oprechte godsdienst bij hen hot
"meest gevonden wordt, ook al houden
zij niet van strakke godsdienst-„vor-
men", gelijk zij het noemen.
Dat is de laatste kreet der angsuige
moeder. Zij dringt de woonkamer binnen,
waggelt en zinkt op hetzelfde oog;en-
blik machteloos in een.
Die blik van nainelooze ontroering,
die kreet, die uit de geprangde 'norst
ontsnapt, geeft Derksen zijne bezinning
terug, lijj heeft do vertwijfeling der vrouw
gezien 011 zoo snol als zijne voeten hem
kunnen dragen pegeeft hij zich naar ha
re liefstede, niots anders vermoedende,
dan dat de bliksem de huizinge heeft ge
troffen.
Een kwartier van de grootste onzeker
heid voor de zijnen verliep, toen ko* erde
hij terug. Het bulderend geluid van den
donder was langzamerhand vermimh n*d.
In de verte hoorde men het dof gert mi-
rael nog, doch al zachter en zachter».
Vragend zag vrouw Derkson haat* u tan
aan en ook Margaretha, die 'j0ai< de lief
derijke zorg vau haar buu fVrea\v uit ha
re verdooviug was gebokt wierp een
smeekenden blik op h.em
„Stel u geruft", be,„0I1 Derksen.
„Er is geen brand hij; alles is onbescha
digd.
„God dank", stamelde i vrouw
en hare bevende hand drukte die van'
hare -vroegere vriendin.
Bij hot aanpreken van den" morgen
stond Derksen op. De zon strooide haar
goud over de ontwakende aarde en een
verkwikkende balsemgeur 'stroomde hem
tegemoet.
De lucht weergalmde van hot gejubel dei-
vogels en duizenden (lauwdroppelsgliuster
den op. do halmen eu liet wiegelende
gras. De bloemen in den tuin ontplooi-*
den hare kelken en plengden den zoet-
sten geur als een offer aan den Heere
die zegent ook in den storm.
-Adles scheen door een nieuw leven be-
zield; geheel de schepping was verkwikt
Daar dwaalde- het oog van den boer
over do akkers. Hij liep eenige schreden
verder en eene koude rilling voer
Zoo b..v. schijnt Mi*. J. Fortuijn
Droogleever eens in een te Gouda
gehouden toespraak gezegd te hebben:
„Een waar liberaal is vanzelf gods
dienstig, en een waar godsdienstig
man is van zelf liberaal." (1.)
Tegen zulk een voorstelling die
men in afwisselende woorden nog
meermalen hoort, moeten wij niet
niimS^** dan tegen het gelijk stellen
van het levenspeil der liberalen en
dat der antiliberalen, protesteeren.
Nog* eens, wij ontkennen niet, dat
er bij de liberale partij godsdiensti
ge menschen kunnen zijn. Maar wij
zoeken ze daar niet het eerst, want
voor zoover zij daar gevonden wor
den, zijn het lieden, die de rechte
éénheid in hun loven missenlie
den, die geheel ongelijksoortige be
ginselen aankleven, en die liet ver
band tusschen den godsdienst en de
politiek niet verstaan.
In elk geval is het beslist onwaar,
dat een echte liberaal van zelf „gods
dienstig" zoude zijn. Men kan dit
wel zeggenin denzelfden zin als de
wereldsche lieden somtijds beweren
„zijn beroep goed waarnemen is óók
godsdienst". Maar dat zijn ijdele
machtspreuken, die niets bewijzen.
Het woord „godsdienst" heeft on
der ons, in een christenland, een
maal een historische beteekenis Men
(1.) Zio het desbetreffend verslag- in de X.
Rott. Crt. van 29 Febr. 1888.
hem door dc leden. De oude eik, die hun
vrede zoo lang* had gestoord, lag daar
door den bliksem getroffen, de lictft der
takken en van den stam op zijne, de
andere helft op büurman's akker.
„Dat is do stem des Heeren", flui-
terde Derksen. „God heeft gesproken".
Toen vouwde hij de handen en een
verzuchting om verzoening voor al zijn
schuld ging naar boven.
Boer Meier naderde vau den anderen
kant do plaats, waar do takken heinde
en ver verspreid lagen.
De Heere heeft ons pleit beslecht",
riep Derksen uit. Ik wil niets van den
boom hebben hij is geheel voor 11. De
eigenaar van „liet ooievaarsnest" bleef
met bleek gelaat als vastgenageld staan.
„Ik heb mij vreeselijk bezadigd"
stamelde hij. „God bad mij moeten straf
fen, doch ik ben gespaard. Ik zal van
hot hout niets nemen." -
Er werd thans een strijd gestreden,
wie den boom als zijn eigendf nn mocht
aanmerkeij. Dit gesprek werd in liefde
gevoerd en het einde er van was, dat
de léden van beide gezinnen gezamen
lijk aan den arbeid togen, om den ou
den reus kort en klein te maken
Ba.E wagenmakey heeft
zich. vau eC- d^ren Stain moot* m voor
zien; het hou8 van" flen prachtii jen eik
werd bij hetaanbreken van den winter
onder de an uen van het dorp f
Do Heere zelf had den twist
Gelukki» wie acht geven,
stem wbrdt gei word. Diep bewog
de heide gezin: ieii ójmettw het-
des vredes en
nader hijeen. A
erdeeld.
beslecht,
als zijne
•en sloten
verhond
le LIeVe bracht 1 nèii- steeds
'llo ihi)*KHh» v erdwenen
en samen mocht Utui/,-jt ?lnSen
Waar liefde Woc mi „„1 'edt de ;Kcer'
b 01 d-en -zegen
Daar woont Hij zei f v wordt
j vi 1, o.ia
beu t
En 't leven ti.it«in