Sociaal Congres.
Uit ons Parlement.
Volkeren der aarde.
Plaatselijke Berichten.
zoeht, als deze vóór deli zeeslag de admiraalska-
juit achter zich toesloot.
O neen, koningin Wilhelmina moet bidden tot
den Plicht. Die is voor den schrijver de Koning
der koningen. Voor den plicht buigt deze vrome
liberaal zich neder en wil hij het jeugdig Hoofd
van den Staat doen nederknielen.
Is het niet bedroevend, is het niet ergelijk
iets dergelijks te moeten lezen in een Christen
land P
En geloof ons, lezer, deze schrijver heeft in
ons lieve vaderland duizenden bij duizenden geest-
verwanten.
Hoewel wij gaarne toegeven, dat er nog vele
liberalen zijn, dié in een persoonlijken levenden
God gelooven, zoo hebben de meeste hunner toch
met Hem gebroken, en in Zijne plaats een afgod
gesteld.
Dat ging niet op eens, maar geleidelijkLiberale
grootvaders kerkten nog bij orthodoxe predikanten.
De zoons gingen een stichtelijk woord hooren
bij moderne domine's en de kLinzoons gaan in 't
geheel niet meer naar de kerk.
Zij kijken naar de sterren, en bidden tot den
plicht
De Regelingscommissie van het Sociaal Congres
heeft in hare vergadering van 14 Februari jl. van
bijna alle heeren, die door haar uitgenoodigd
waren, om één der vijftien punten voor dit Con
gres in te leiden, die bereidwillige verklaring
ontvangen, dat zij hiertoe gaarne genegen waren,
maar de meeste van hendie over speciale pun
ten zouden rapporteeren, oordeelden den tijd van
4 h 5 weken voor de in gereedheid brenging van
hun rapport veel te korten tenzij de opening Van
het Congres verschoven wierd, de indiening van
een behoorlijk rapport hunnerzijds ondoenlijk.
Dientengevolge heelt de regelings-commissie
besloten het Congres te openen op G October dezes
jaars, en zich den tijd, die hierdoor vrijkwam,
ten nutte te maken, om alsnu te doen, wat zij
eerst om den korten tijd naliet, om namelijk vooraf
bij Patrimonium, dat in dezen het initiatief nam
te onderzoeken, welke denkbeelden in de kringen
van Patrimonium omrent de sociale quaestie bo
vendrijven, en welke wenschen aldaar worden
gekoesterd.
Hiertoe zijn een vijftigtal vragen aan Patrimonium
toegezonden, dat hierover het advies der afdeelin-
gen zal inwinnen, en daarna te Amsterdam eene
consultatieve vergadering met de Regelings-com
missie zal beuden op Dinsdag na Paschen.
Tevens wierd besloten de rapporten over de
drie eerste punten, rakende de beginselen uit
Gods Woordvóór 1 Mei in gereedheid te doen
brengenopdat deze tijding aan de overige rap
porteurs kunnen worden toegezondenten einde
deze rapporten met de geschetste beginselen niet
in strijd mogen zijn; en alzoo de eenheid van de
van de resolutiën van bet Congres beter moge
zijn gewaarborgd.
Tevens kan worden medegedeeld, dat de on
derwerpen voor de onderscheidene sectiën thans
als volgt zijn vastgesteld:
Sectie I.
0c Sociale quastie van haar Christelijke
religieuse zijde.
1. Welke algemeene beginselen beheerschen
volgens de H. Schrift, de oplossing der sociale
quaestie, en welke vingerwijzing voor die oplossing
ligt in de contreete toepassing welke deze begin
selen voor Israël is bet Mazaïsch recht gevonden
hebben
2. Welke beginselen stelt de H. Schrift voor
bet bezit van Goed en de beteekenis van den
Arbeid
3. Welke beginselen stelt de H. Scbriit voor
bet buisgezin en zijne onderscheidene leden, mot
het oog op den arbeid
4. Welke beginselen stelt de H. Schrift voor
de roeping der Kerk tegenover de sociale nooden;
zoowel wat aangaat de Kerk zelve als den Dienst
des Woords
5. Welke beginselen stelt de EL Schrift voor
den Dienst der Barmhartigheid?
Sectie II.
De Sociale quaestie van hare maatschap
pelijke zijde.
1. Wat vermag het particulier initiatief ter be
strijding van de volkszonde van Alcoölisme, Pros
titutie, overdadige wee.de oneerlijkheid en on
barmhartigheid Particuliere Philantrophie.
2. Wat vermag het particulier initiatiefom
door vrije corporatiën het organisch verband ook
op het terrein van den arbeid te herstellen Ver-
eenigingen van patroons. Vereenigingen van ar
beiders.
3. Hoe is ie oordeelen over het recht van
werkstaking.
4. Wat vermag het particulier initiatief, in het
belang van den kleinhandel, de lagere ambtenaren,
klerken en dienstboden.
5. Wat vermag het particulier initiatief, tot
sterking van den nationalen arbeid, door ver
hooging van den kunstzin, verbetering van bet
leerlingenstelsel, het openen van wedstrijden, en
het handhaven van het nationaal karakter ook in
den arbeid.
Sectie III.
De Sociale quaestie van hare Staatkundige zijde.
1. Welke houding moet onzerzijds aangenomen
tegenover de vraagstukken van burgerlijk recht
die invloed oefenen op de sociale verhoudingen?
Eigendomsrecht, erfrecht, landbezit, huwelijk.
2. Kamers van arbeid. Arbeiderscontraet, Gil
den.
3. Regeeringszorg voor den arbeider Duur van
den arbeid. Arbeid van vrouwen en kinderen.
Verzekering tegen ongelukken. Areiderspensioenen.
Staatsarmenzorg. Rustdagen.
4. De Magistraat als patroon en werkgever.
Gevangenisarbeid. Administratieve rechtspraak.
5. De wetgeving voor het belastingwezen en de
heffing van accijnsen en invoerrechten.
G. Wat kan gedaan om de sociale misstanden
op het gebied van den Landbouw weg te nemen.
't Is waarlijk vermakelijk om te lezen, hoe
sommige liberale kamerleden nog steeds rneenen, I
dat het belang der liberale partij ook het lands
belang is. Hoe zijn anders de volgende woorden
van den heer Veruli Verbrugge op te vatten:
//Ik had niet gedacht, dat de heer Veegen9 (ook
lib.) zou opstaan bij dit wetsontwerp, van een
Ministerie, dat toch stellig met zijne sympathieën
niet regeertdat hij zou opstaan om in eene uit
voerige rede als eerste man een dergelijk wets
ontwerp te verdedigen. Ik onderwerp hem dan
ook de vraag, of dit wel strookt met de belangen
van de partij die hem hier heeft afgevaardigd", en
verder: //Ik help geen amendement in eene kies
tabel aannemen, waarvan ik zeker weet, dat het
zoude benadeelen de begiuselen, die ik voorsta.
Dat hebben wij getoond van weerszij hij de ver
knippingen, die hebben plaats gehad." Ziedaar
eene prachtige bekentenis. Er hebben dus waarlijk
districtsverknippingen plaats gehad! Edoch, niet
van anti-rev. zijde, want onze partij heeft nog pas
sederd ruim 3 jaren het roer van staat in handen.
Het zijn, lezer, de liberalen, die door verknipping
jarenlang eene kunstmatige meerderheid wisten te
behouden in de St. Gen. en nu nog hebben in
de Prov. St.
Tegenover het getuigenis van den heer Viruli
stellen wij dat van den heer Veegens: ,/Wij zijn
hier niet bijeen om partijbelangen te behartigen,
maar wel om de belangen van het geheele Ned.
volk naar ons beste weten voor te staan: Wannear
wij over eene regeling van het kiesrecht beraad
slagen, mogen wij niet vragen of ze in het belang
van eene partij belooft te zijn, maar behooren wij
onze stem te laten afhangen van de innerlijke
hoedanigheden dier regeling. Blijkt zij ons de
beste, dan moeten wij baar aannemen, zonder ons
om de gevolgen verder te bekommeren. Het lijdt
bij mij geen twijfel, dat (lit op den duur voormlke
partij de beste politiek is."
Minister Lohinan voegde daarbij: „Al krijgt
men door deze splitsing een paar stemmen meer,
kan daarin voor deze. Kegeering eene reden gelegen
zijn om zich te handhaven, als zij zonder die
splitsing blijkbaar de meerderheid heeft verloren
Neen! Er bestaat hier geen ander partijplan dan
dit: dat de partij beoogt, dit datgene, wat zij voor
onrecht houdt, wordt weggenomen. Op den qit-
slag van de verkiezingen geloof ik niet, dat deze
splitsing het effect zal hebben, dat sommige leden
der Vergadering er zich van voorstellen. Proff,
Buijs zegt, dat liet aangenomen kiesstelsel, inclusief
de districtenverdeeling een soort van transactie is
geweest tusschen de partijen, en nu neemt de eene
partij alles voor zich. Daarin ligt de erkenning
opgesloten, dat de stemming over enkel- of meer
voudige kiesdistricten eene zaak is geweest, die
óéne partij (de liberale) bevoordeelde, want anders
kon men niet zeggen, dat liet ongedaan maken
van de toenmalige beslissing eene benadeelin^ is
van die partij," en verder: „Ik zal het fiere woord
vaD Tkorbecke niet sprekenwacht op mijne daden;
maar welheb een weinig gedulder blijven nog
genoeg prikkels over om de Reg. te beletten rustig
te blijven zitten."
Bij de behandeling der versch. art. brak de heer
v. Kerkwijk eeu lans voorja lezer, ge raadt
het niet lichtvoor de Zondagsrust, in
tegenstelling met d n heer v. Houten, die de ver
kiezingen op Zondag wilde houden. De heer v K.
zeide o. a.„Daartegen moet ik met kracht op-
komeu. Er zijn honderdduizenden ingezetenen in
Nederland, die daardoor verhinderd zouden worden
in hun verkiezingswerk, ten gevolge van hunne
godsdienstige beginselen.'' Zoo is het ook, en niet
anders; maar toch begrijpen wij niet, dat een
liberaal juist nu, even vóór de verkiezingen, et zoo
voor opkomt om anderen niet in hunne gods
dienstige overtuigingen te krenken, om anderen'
geen gewetensdwang aan te doen; de Schoolwet
van '78, het regeeringsbeleid in Indië, dat iu-
landsche Christenen zeer bemoeilijkt, de Zondags
wet, die haast nergens gehandhaafd wordt, en meer
andere zaken leeren toch duidelijk, dat de meeste
liberalen er volstrekt geen bezwaar tegen hebben,
om gewetensbezwaar van niet-liberelen vau nul en
geeuer waarde te verklaren. Maar 't is waar
ook de verkiezingen naderen, en dan gaat bij
een goed liberaal het vrome vlaggetje in den top
van de mast.
Nu nog even het oordeel van deu heer Domela
Nieuwenhuis. „Hoe de lib. met het oog op hun
verleden, durven spreken van belangeloosheid der
lib. partij, gaat mijn verstand te boven. Het
is een staaltje van brutaliteit, dat alles overtreft.
Immers, het behoud der meervoudige kiesdistr.
bij de groudwetsherz. is een der gemeenste streken
geweest, die er ooit begaan is
De voorzitter: „Ik verzoek deu spreker zielt van
andere uitdrukkingen te bedienen."
De heer D. N.„Ik zegdeze wet is het herstel
van eene opzettelijk begane drukfout, waarover,
niet alleen ik, maar velen iu den lande zich hebben
geërgerd, omdat zij de strekking had aan de lib.
partij de kans te verschaffen de baas te blijven,
ook bij de nieuwe grondwet."
Het wetsvoorstel werd met 52 tegen 38 stemmen
aangenomen. Tegen de keele liberale partij (ook
de heeren van Kerkwijk en Goedkoop) behalve
de heeren Veegens, v. Houten, Kerdijk en D.
Nieuwenhuis.
De contracten met de Stoomvaartmaatschappij
„Nederland" en „Rott. Lloyd" werden verworpen,
ook met behulp /au eenige antirev. leden. Ziedaar
dan nu met de daad zelve bewezen, wat er aan
is van het praatje, dat de rechterzijde met de lteg.
door dik en duu inedegaat. Al kuunen wij de
deugdelijkheid dier contracten niet. beoordeelen,
toch gelooven we, dat de Reg. ook hierbij 's lands
belang heeft trachten Ie behartigen, en doet ons
hare nederlaag, hoe klein die ook zij, leed. Maar
aan de andere zijde verblijden we ons, dat ook
antirev, tot do tegenstemmers behoorden, omdat
daaruit blijkt, dat zij niet bet partijbelang boven
's lands belang plaatsen altijd, volgens hunne
meening
Onze lezers zullen wetendat de Sultan van
Turkije zoo in den loop der tijden al heel wat
van zijne macht ingeboet heeft. Thans is Turkije
bitter klein, vergeleken bij hetgeen het vroeger
was. Ouder anderen heeft Turkije ecu gedeelte
lauds ten Zuiden van den Donau noeten loslaten,
dat sinds 1878 bekend is onder den naam van
het vorstendom Bulgarije. De vorst, die tegen
woordig over Bulgarije regeertheet prins Ferdi
nand, eeu jong man, die in vele opzichten voor
zijne taak schijnt berekend e wezen. Onder zijne
regeering gaat het land in welvaart vooruit; de
rooversgeschiedenissenals in vroegeren tijd, min
deren; met de Sohranje of volksvertegenwoordiging
kan hij het best vindenkortom, de Bulgaren zijn
met hun vorst best ingenomen. Maar wat is nu
de keerzijde van de medaille Prins Ferdinand is
op deu Bulgaarschen troon gaan -zitten zonder
door de groote mogendheden van Europa erkend
te zijn. Dit was niet volgens afspraak. De Bul
garen mochten wel een eigen vorst hebbenmaar
de groote heeren zouden zeggen wie. Vooral Rus
land is boos op prins Ferdinand. De Czaar, die
gaarna beheerseher zijn wil van dc kusten der
Zwarte zee, spreekt gaarne een woordje mee in
het bestier van Bulgarije, dat Oostwaarts aan ge
noemde zee grenst en daar een vrij belangrijke
zeehaven heeft, Varna geheeen, eene stad mpt
25000 inwoners, waar granen, wol en andere
dierlijke produkten uitgevoerd worden. Turkije,
de suzerein of opperheer van Bulgarije, was tot
vóór korten tijd eveneens verbolgen op Bulgarije,
dat buiten goedkeuring der Porte prins Ferdinand
ten troon verheven had, Turkije is er echter de
mogendheid niet naai om lang bons te blijveu.
Eeu ziekelijk man geeft zijn verzet spoedig op.
Zoo gaat liet ook met 'Turkije. In den laatsten
tijd werd de verhouding tusschen den Sultan en
prins Ferdinand van vriendschappelijker aard. Dat
ergert Rusland. Vandaar, dat de Russische gezant
te Constantinopel dezer dagen den Turkschen
grootvizier een bezoek gebracht en aan den groot-
waardigheidsbekleeder gevraagd heeft, waarom Tur
kije zoo vriendelijk knipoogde tegen Bulgarije.
„Och," antwoordde de grootvizier, „U moet in
't oog houden, dat Bulgarije nog altijd min of
meer onderworpen is aan Turkije en het den leen
heer toch vrijstaat, hoe hij zich ten opzichte van
deu leenman gedragen wil." Die uitvlucht hielp
den pacha echter weinig, want de Russische ge
zant ging opeens uit een ander vaatje tappen
en vroeg hoe het met de oorlogsschatting stoud
die de Porte voor een aanmerkelijk deel nog aau
Rusland schuldig is. Daarop betrok het aange
zicht van den grootvizier, want meu moet bij de
Turkseke bewindslieden niet over geld praten,
dan krijgen ze eene koude rilling over 't lijf.
De pil schijnt reeds gewerkt te hebben. De Turk
seke gemachtigde te Sofia, de hoofdstad vau Bul
garije, heeft, naar men bericht, order gekregen
wat kariger te zijn met ziju vriendschapsbetuigin
gen aan den Bulgaarschen vorst.
Wij hebben voor ditmaal onze lezers ecnigszins
lang bij het Zuid-Oosten van Europa opgehouden,
om de eenvoudige reden, dat wij daar iu den
regel weinig vertoeven en het toch ook een stuk
van ons werelddeel iswaar veler Staatsmansoog
bij tusschenpoozen den blik heenweudt. Het komt
ons ten minste voor, dat de tijd wellicht niet
meer zoo heel verreis, dat Turkije als afzonderlijk
rijk zal hebben opgehouden te bestaan, en dat
RuslandOostenrijk en Griekenland met den buit
gaan strijken. Alleen de vrees der mogendheden
voor Rusland's overwicht, als dit rjk door het
bezit van Constantinopel sleutelbewaarder van de
Zwarte zee zijn zon, houdt Turkije op de been.
En nu naar Italië. Koning Humbert is, zooals
wij reeds wetenzoo gelukkig geweest mannen te
hebben gevondendie het kabinet Crispi vervan
gen. Het nieuwe ministerie is wel wat vreemd
samengesteld. Colombo, een knap ingenieur, zal
de geldmiddelen beheeren; Branea, een keerenboer,
de openbare werken voor zijne rekening nemen;
de groote rechtsgeleerde Chiuiirri staat aan 't hoofd
van het departement van landbouw en generaal
Pellouxdie indertijd op leger versterking bedacht
waszal nu zijn best moeten doen om op de oor-
logsbegrootiug 8 millioen te bezuinigen. De expe
ditie naar Afrika zal het met 4 millioen minder
moeten stellen dan eerst het voornemen was en
de minister van marine moet ook met 4 millioen
minder zien rond te komen. Deze bewindsman is
dan ook maar dadelijk aan het bezuinigen gegaan.
Hij heeft gelast, dat aan de Rijkswerven vooreerst
geene nieuwe schepen gebouwd mogen worden.
Eenige schepen van de Middellandscke zeevloot
zijn in bewaring gebracht en de kustverdediging,
die aan de zijde van Frankrijk op oorlog ingericht
was, zal voortaan eveneens goedkooper gedreven
worden. Als wij nu nog mededeelen, dat op de
andere departementen van bestuur 14 millioen
bezuinigd zal wordendan zien wijdat het ka
binet Radini in 't geheel 30 millioen op de be
grooting bezuinigen wil. Dat is nog eens de moeite
waard. Als het nu maar niet bij praatjes blijft
De Italianen verwachten thans dadsn. Di Rudini
heeft in de Kamer verklaard, dat hij er naar
streven zal om met alle mogendheden op vrieud-
schappelijken voet te leven en de ellende, waarin
een deel van het Italiaansche vtdk verkeert, te
wenden. En Crispi De oude heer gaat waar
schijnlijk binnenkort naar Friedrichsruhe om bij
zijn vriend Bismarck van zijn vermoeienden ar
beid uit te rusten. Wat zullen deze twee elkander
veel te vertellen hebben! In ieder geval hebben
beiden thans den tijd om over het wisselvallige
en vergankelijke van alle aardsche grootheid na
te denken.
In Chili woed de burgeroorlog nog altijd voort.
Indien wij ons niet bedriegen, zal Balmaceda, de
president aan het kortste lijntje trekken. Óver
het algemeen schijnen de Cbilianen verbitterd te
wezen, dat hij te eigenmachtig regeereu wil. Wij
vernemen nu dat 6 Januari jl de antiregeerings-
partij een manifest uitvaardigde, waarin ze ver
klaarde om desnoods met geweld het tyranniek
bewind van Balmaceda te keeren. In plaats, dat
de president deze waarschuwing behartigde en de
volksvertegenwoordiging (het Congres) in eere her
stelde, liet hij korten tijd daarna 300 burgers
uit 8antiago en Valparaiso opsluiten. Hoewel het
eerst al den schijn had, dat hij vrij zeker op het
landleger rekenen kon, blijkt het meer en meer,
dat dit geineene zaak maakt met de zeemacht,
zoodat het voorzien is, dat Balmaceda zijne tent
spoedig zal moeten oprollen.
Sommelsdijk, 23 Februari. Bij Kon. besluit
van den 12 Februari is benoemd tot griffier bij
het kantongerecht alhier, Mr. H. B. van der Eist,
thans kantonrechter plaatsvervanger, advocaat en
procureur te Rotterdam.
Van uit deze gemeente vertrekken weder
binnen enkele dagen zes personen naar N.-Amerika.
De suikerpeê campagne is eindelijk afgeloopen.
Ongeveer 8 millioen kilo's suikerpeen werden
op de kaai gebracht, waarvan 61/., millioen naar
verschillende fabrieken zijn vervoerd geworden.
Ongeveer P/o millioeiKkiloJs zijn dus door de
vorst verteerd.
Middelharnis, 23 Februari. Aan'de loting voor
de Nationale militie op 3 Maart a.s., zullen uit
deze geufeente 42 personen deelnemen, er zijn 14
vrijstellingen door broederdienst en eenige zoon.
De lieer C. de Vries, üqtaris alhier, zal,
wegens gevorderden leeftijd, tegen 1 April a.s.
zijne betrekking neerleggen.
Den 19 Februari heeft schipper G. Kaman,
van Papendracht, zijn schip, genaamd „Broeder
trouw," gelegen alhier, en geladen met suikerpeën,
bestemd voor Bergen op Zoomonbeheerd achter
gelaten, zonder dat iemand weet waarheen hij
zich heeft, begeven." Men vermoed dat hem een
ougeluk is overkomen, zijn schip is Maandag
moraen achter een sleepboot en bestuurd door schip
per Fluit van hier naar Bergenop Zoom overgebracht.
Ooltgensplaat23 Febr. Terwijl gistren middag
in onze gemeente op verschillende plaatsen de
godsdienstoefeningen even waren aangevangen ont
stoud er eeu groote ontsteltenis door het gero"
van brand, in de woning van K. Wielhouw
Hoewel de brand zich zeer ernstig liet aan zi
was men, dank zij de vlugge brandweer, geluk
kig spoedig meester.
LI. Donderdagavond werd er in de Ned.
Geref. Kerk door den heen J.-> de Braaivau
Voorschoten, reizend agent voor het Oh. Nat.
onderwijs, eene lezing gehouden over de roeping
der ouders in zake het Chr. onderwijs, naar aan
leiding van Neb. 1.
Twee huisgezinnen alhier brengen zich in
gereedheid om met April a.s. de Nieuwe Wereld
(Amerika) te bezoeken en zich aldaar te vestigen,
ten einde hun geluk te beproeven, waaroui dan
ook van een hunner, .A. K', heden avond zijiie
woning in veiling werd gebracht, die voor de
som van i 1400 door den WelEd. heer L. M.
van Putten werd gemijnd.
Nieuwetonge, 23 Febr. Vrijdagavond is alhier
stemming geweest door manslidmaten der Ned.
Herv. Kerk., om te kiezen tusschen kerkeraad of
kiescollegie. Bij de opening bleek dat er 46 wa
ren voor kiescollegie en 19 voor .kerkeraadzoo
dat het is gebleven zoo als "het de laatste 10
jaren geweest is. 4
Herkingert, 22 Febr. De alhier de vorige week
gehoudene herbesteding van palen, en Doorniksche
steen, voor rekening van den polder O. Herk.,
ziju laagste inschrijvers geweest: maste palen,
J. H. Schneider te Gorinehemh f 9,50 per 10Ó
Doorniksche steen:
J. Notenboom te Fijnaarta f 0,69 per last.-
Ouddorp. Onze beroepen herder en leeraar,
ds. D. F. Meinsma te Uedel, zal aldaar D. V. 8
Maart zijn afscheid pieeken, om 15 Maart alhier
door ds. C. Bonthoorn bevestigd te worderf.
De vastenavond is hier zonder straatkabaai
voorbijgegaan; zeker een buitengewoon verschijnsel.
Door men weet niet welke oorzaak hebben
Zaterdag voor 8 dagende kleeren van een krank
zinnig meisje van 11 jaar vlam gevat. Alle huis-
genooten waren afwezig, behalve een broertje en
zusje, die zaten te slapen. Een voorbijganger
heeft de vlammen uitgedoofd, toen het ongeluk
kige kind, reeds met brandwrnden overdekt be
wusteloos was neergevallen. Men vreest voor
haar leven.
De mazelen-epidemie is geweken. Gelukkig
is er niet ééu sterfgeval daaraan te betreuren.
De Engel des verderfs heeft zijn zwaard nog
niet over deze gemeente uitgestrekt. O-uders
denkt daar aan; en waar ge in den nood uwe
knieën gebogen hebt, om den Heere om het leven
uwer kinderen te sineeke»dankt Hem dan -nu
ook voor de uitredding uit het gevaar.
We gaan hier vooruit, wat het politietoe
zicht betreft. Naar men verneemt zijn er Zondag
avond door de politie eenige processen-verbaal op-