Uit tie Pers. dementie Berichten. I DUUR MIDDELBAAR ONDERWIJS. Dr. Bruinsma geeft in het „dagblad voor Nederland" een lijstje van rijks hoogere bur gerscholen met opgaaf van wat iedere leerling aan zulk eene inrichting per jaar aan het rijk kost. Over geheel Nederland verdeeld, kost iedere leerling het Rijk ƒ311 per jaar. Het hoogst staat Tilburg, daar moet het rijk voor iederen leerling der h. b. s. 673 per jaar bijpassen. Te Roer mond 520Alkmaar 400Gouda f 380 Assen 378 Zwolle 357 's Her togenbosch 352 Middelburg f 282. Voor de rijks hoogere burgerscholen met 3-jarigen cursus is de verhouding nog treuriger; daar wordt over 't geheele rijk verdeeld, door het rijk per jaar 381 per leerling bijgepast. Het hoogst staat Hel mond daar moet het rijk voor iederen leerling der h. b. s. 522 bijpassen. Zalt- bommel 496 Winterswijk 489 War- fum 486, enz. Voorbeelden genoeg om aan te toonen, dat wij in Nederland hebben duur middel baar onderwijs. Gaat men nu na hoe veel of hoe weinig aan het eind van den 5-jari- gen cursus de leerling kent, dan is de vraag gewettigd, oi zijne kennis, bovenal zijne bruikbaarheid in de maatschappij evenredig zijn aan ƒ1500 a ƒ3300, door de gezamenlijke belastingschuldigen al dien tijd voor ieder hunner uitgegeven. Dr. B. wijst er ook op dat met name te Tilburg, Gouda, Alkmaar, Assen, Roer mond, Helmond, Zaltbommel, Winterswijk en Warfum gemiddeld slechts 8 a 12 leer lingen in een klasse zitten. Nog wijst hij, en terecht op het volgende „Een geschenk van 300 a 400 geeft dus de Staat per jaar aan de ouders van eiken jongen, die de Hoogere Burgerschool bezoekt. Zelfs een schatrijke vader kan dat geschenk krijgen als zijn zoon maar bij het toelatings-examen slaagt, kan hij er van profiteeren. Geen onderzoek wordt gedaan, of hij dat „voorrecht" wel verdient, en het wel „noodig" heeft, in het minst niet. Een categorie van burgers wordt echter, tot nu toe, van die milde Staatszorg uitgesloten, namelijk zij, die te arm zijn om de 30 of f 50 schoolgeld te betalen." Dit zegt nu geen antirevolutionair, maar een radicaal. Is het wonder, dat eindelijk ook de arme bij den milden Staat aan klopt, en vraagtwaarom hij ook niet ge lijk zijn vermogende medeburger van deze mildheid mag profiteeren. (Zeeuw.) Een meubelhandelaar te Parijs kocht op eene verkooping een toilet-tafeltje voor 25 francs. Thuis gekomen onderzocht hij zijn eigendom, of het gerepareerd moest worden. Het viel hem op, dat een der drie aanwezige laadjes niet open wilde, met een forschen ruk trok hij het ein delijk uit de tafel. De lade viel op den grond en tegelijkertijd een bundel obligatiën der stad Parijs, ter waarde van twaalfduizend francs. De tafei behoorde oorspronkelijk toe aan den heer B., die vóór zes maanden is overleden. Tien jaar geleden had hij de effecten in de lade van zijn toilettafel gelegd, waaruit zij plotseling waren verdwenen. Hij meende bestolen te zijn, leverde een aanklacht in bij de politie, doch vond van zijn eigendom geen spoor terug. Het blijkt nu, dat de obligatiën tien jaren verbor gen hebben gezeten tusschen de lade en den wand der tafel. Een eikenhouten tafel, welke eens aan Olivier Cromvyell heeft behoord naar men 'zegt de tafel, waarop de Protector het dood vonnis van Koning Karei I onderteekende is dezer dagen te Lyme Regis (Dorset) ver kocht voor ƒ1704. Yolgens officieel bericht van de „Reichs- anzeiger" belooft de oogst in Duitschfand dit jaar zeer gunstig te worden. In Pruisen luiden de berichten van alle zijden voortreffelijk. De luchtreiziger Damm, die dezer dagen te Berlijn uit den „Volksgarten" opsteeg met zijn nieuwen ballon „Fiirst Bismarck" is bij het nederdalen te Rozenthal door een troep laffe baldadigen aangevallen. Een aantal boerenjon gens en heeren wierpen hem, toen hij den ballon wilde ledigen, op den grond, en eenigen hielden hem vast, terwijl de overigen als razenden onder luid geschreeuw den ballon begonnen te ver nielen. Door een aantal fatsoenlijke toeschou wers werd de luchtreiziger eindelijk met het overschot van zijn fraaien ballon, aan de handen der woestelingen ontrukt. De verloren zoon. Sedert verscheidene maanden was een 14-jarige jongen te Verviers uit het ouderlijke huis verdwenen, zonder dat zijne ouders wisten, waar hij zich bevond. Alle nasporingen omtrent deze zonderlinge verdwij ning bleven vruchteloos. Eindelijk maakte dezer dagen een telegram uit Oran (Algerië) een einde aan de ongerustheid der ouders. Het jonge mensch telegrafeerde, dat hij zich had inge scheept, om naar zijn vaderland terug te keeren. Men verdiept zich in gissingen, hoe hij iu de Fransche kolonie is terecht gekomen. Een jonge scheikundige te Dijon, heeft een kruit voor de jacht uitgevonden dat geen rook geeft, bijna geen geluid bij de ontploffing de wapens niet doet roesten en goed blijft. Hendrik Adriaan Bouuaa, te Hillegom, kan niet tegen de gevangenislucht. Toen hij de laatste maal wegens oplichterij was veroor deeld, is hij in de cel zoo goed als lam ge worden, waarvan het gevolg is, dat hij nu door- zijne ouders moet worden onderhouden, daar hij geen werk meer kan verrichten. De moeder doet, wat zij kan om het huishouden bijeen te houden en verricht o. a. ook boodschappen voor den heer B. Buddemborg te Hillegom. Den 15en Maart jl. was de vrouw ziek, en daar de heer B. geld moest gewisseld hebben, droeg hrj dit aan den beklaagde op, maar deze wist niet beter te doen dan met de hem toevertrouwde vier bankbiljetten van 25 naar Leiden te gaan en die daar op f 29 na te verteeren. Voorgevende een professor te moeten balen voor zijne zieke moeder, liet hij zich door zekeren Witteman naar die plaats rijden, en de veldwachter Hel- leudoorn vond hem daar in een huis van ontucht. Daar de beklaagde binnen den tijd van 5 jaren reeds 3 vonnissen wegens diefstal en op lichterij achter den rug heeft, eischte de of ficier van Justitie 1 jaar gevangenisstraf. Dood van honger. Dezer dagen hoorde een politieagent, nabij de Halles te Parijs, des morgens te 4 uren een wanhopig hulpgeroep. Daar zat eene vrouw, met een kind op haar schoot, hetwelk zij weenend met kussen over dekte. Het kind, een knaapje van 10 jaren, lag onbeweeglijk in haar armenhet hield zijn handjes tegen zijn verwrongen gezichtje gedrukt. Toen zij den agent zag komen, riep de moeder „Red mijn kind, het sterft 1" De agent nam den knaap in zijne armen en droeg hem naar een nabjjzijnd politiebureel, waar men hem vruch teloos trachtte bij te brengenhij was dood. De moeder verklaarde Mariete Saulier te heeten, dertig jaar oud. Zonder werk, zonder brood, zonder woonplaats liep zij reeds verscheidene dagen en nachten rond, zich alleen voedende met den afval die zij in de Halles vond. De kleine jongen was ziek geweest en vruchteloos had zij hem in een hospitaal trachten te doen opnemen. Blijkens nadere berichten omtrent den ver melden brand in dén Fauborg Saint-Honoré te Parijs zijn daarbij 4 personen, waaronder 1 brandweerman, vrij ernstig gekwetst, maar heeft niemand het leven verloren. De vaster Succi, die, zooals men weet, thans te Londen weder bezig is 40 dagen te vasten, heeft zijn 23sten dag achter den rug. Hij is reeds 25 Engelsclie ponden in gewicht afgenomen. De Majestic, de jongste stoomboot van de White Star line, heeft haar eerste reis van Queenstown naar New-York afgelegd in 6 da gen en löVs uur. Dit is de kortste tijd, waarin deze afstand tot dusver is afgelegd. Uit Genua is weder een schip met 200 emigranten naar Argentinië vertrokken, terwijl er kort te voren een schip was binnen gekomen met 500 laudverhuizers, welke naar hun land terugkeerden. De dag van Stanley's aankomst te Lon den is nog niet vastgesteld, doch men verwacht hem volgens den Londenschen correspondent van de Liverpool post in het begin van Mei. Het aantal hem toegezonden uitnoodigin- gen tot eeremaaltijden enz. is nu reeds zoo groot, dat hij werk genoeg zal hebben, om ze met den noodigen tact te ziften. Van zijn boek, dat nagenoeg voor de helft in druk is, zijn thans reeds, noch voor het geadverteerd is geworden, een 50,000 exemplaren besteld. Er is te Lucem sprake van een lucbt- spoorweg, ter verbinding van twee bergtoppen den Klinsenhorn en den Pilatus. Er zullen zes kabels, elk 1800 kilogram zwaar, gespannen worden over een 520 meter breeden afgrond, en het daarover rollend voertuig is een soort van kooi, waarin hoogstens zes menschen kun nen plaats nemen. Als deze stoute onderneming slaagt, zal men al de bergtoppen rondom het Vierwaldstiitter- meer op die wijze verbinden hoezeer ook zulk een kabelspinweb het natuurschoon zal benadeelen. Het droevig ongeval te Koog aan de Zaan, waar verleden week door het omslaan van een schuitje zeven mannen zijn verdronken, wekt aldaar algemeene deelneming. De eenige geredde heeft de toedracht van het ongeval iu bijzonder heden medegedeeld, waaraan het volgende wordt ontleend Ter hoogte van de balkenhaven in de» kuil bemerkte een der achter in-zittende dat hij natte voeten kreeg hetgeen hij dag eerder zou op gemerkt zijn. Nauwelijks had hij dit kenbaar gemaakt of de schuit, beladen met zwaar ge reedschap, zonk onder huune voeten weg en lagen allen te dobberen op het onstuimige water. »Eén oogenblikc, zegt hij »zag ik ons allen op de kleeren drijven, doch ook even spoedig in de diepte verdwijnen, zonder éen enkelen gil te hooren. Ik behield mijn tegenwoordigheid van geest, wist weder boven te komen, doordat ik in mijn jeugd goed zwemmen had geleerd, en vat te bij toeral een der riemen, waarop ik mij drij vende hoopte boven te houden. Spoedig bemerkte ik dat dit niet ging, toen heb ik met veel moeite, mij oprichtende iu het water, den riem iu den grond weten te krijgen en mij daaraan geklemd. Nu zette ik het op een schreeuwen want ik was juist met mijn mond boven water, niettegen staande de golfjes telkens over mijn achterhoofd sloegen en ik herhaalde malen aan de jas en de beenen getrokken werd. Na ruim een half uur, toen mijn krachten bijna uitgeput waren, werd ik opgemerkt dooi de knechten van de heeren Keg, te Zaandam, die met den bekenden vrachtwagen den straat weg passeerden. Toen ze mij na lang zoeken ik kon niet meer roepen in de duisternis hadden gevonden, werd ik, het hoofd boven water hou dende, naar den kant gesleept, omdat mijn ede le redders het niet verantwoord achtten mij in het kleine ijzeren schuitje binnen te halen. Ik werd in een molen binnengebracht, doch toen verloor ik mijn bewustzijnlater vernam ik, dat ik liefderijk verzorgd was en thuis ge bracht werd, maar hoe veranderden de gezichten mijner redders, toen ik hun mededeelde, dat op diezelfde plek, waar de riem nog boven water uitsteekt, 7 mijner makkers waren verdronken. Op dit bericht stroomde een aantal menschen naar het Helling* en »Sehipperslaanpad«. Achtereenvolgens werden dien avond 4 lijken opgehaald en in de fabriek de Zaangebracht, waar door de heeren Dr. Vrendenberg en Dr. Eijkman vergeefs beproefd werd de levensgees ten weder op te wekken, Verder verhinderd door de duisternis en het onstuimige weer, werd om half twaalf het zoe ken uitgesteld tot den volgenden morgen, toen spoedig de drie overigen werden opgevischt. De namen der verongelukten zijn Jan Honigh, oud 46 jaar, Lambertus Nieuwenhuis, oud 72 jaar, Paulus de Wit, oud 57 jaar, Hendrik Koene, oud 46 jaar met 5 kinderen, Simon Karte, oud 39 jaar met 11 kinderen, Jan Smit, oud 20 jaar, Simon Ris, oud 16 jaar. De geredde, Simon Kuijper, is weder geheel hersteld. Nog zijn 2 andere knechts gelukkig aan de ramp ontkomen, daar zij loopende naar huis waren gegaan. Ter voorziening in den nood van de onver zorgde weduwen en weezen wordt eene oproe ping gedaau voor geldelijke hulp. Bij den be- keuden liefdadigheidszin onzer landgenooten mag men verwachten, dat aan die oproeping op krach tige wijze gehoor zal worden gegeven. Te Koog aan de Zaan zijn Vrijdagochtend, onder tal van blijken van belangstelling de lijken ter aarde besteld. Het steenkolenvervoer uit Pruisen is weder in vollen gang. Donderdag liepen tusschen Maas tricht en Venlo niet minder dan 6 extra steen- kolentreinen van en naar België. Donderdag werd door den tienjarigen schaapsherderszoon Paauwe, te Heinkenszand, een flinke daad verricht. Hij begaf zich onmid- delljjk in een grooten waterput, waarin hij een tweejarig kind zag spartelen, dat al spelende in het water geraakt was, terwijl het een 00- genblik door de moeder zonder toezicht was gelaten. Het mocht den moedigen knaap met veel moeite gelukken het kind nog levend aan de moeder weder te geven. Meldden we dezer dagen van een geval der slaapziekte „Nona", dat in zich Friesland had voorgedaan, thans wordt van een tweede geval te 's Hertogenbosch gewaagd, waar eene vrouw van 36 jaar reeds een week in diepen slaap verzonken ligt. Op den stal van den heer Boezeman te Finsterwolderhamrik is een paard aan de griep bezweken. Verscheidene paarden zijn in die streken door de ziekte aangetast. Een treurig ongeval heeft zich te Haar lem voorgedaan, Eene jonge vrouw, nog geen jaar gehuwd, heeft door verdrinkiug een einde aan haar leven gemaakt. Alvorens daartoe over te gaan, heeft zij eerst haar familie per brief gewaarschuwd. Het lijk werd in den Klopper singel gevondeu. Te Overschie is een 4-jarige jongen in een regenput gevallen en een paar minuten later dood opgehaald. Mr. Haffmans schrijft over de verkiezing te Delft in het „Venloosch Weekblad Dinsdag 22 April is de grootste dag. Dan wordt er over het al of niet voortbestaan der anti-liberale partij beslist, dan wordt het ant woord gegeven op de vraagZullen Katholie ken en Antirevolutionairen nog langer samen gaan of voorgoed uiteenspatten Het lot van Nederland is met de verkiezing te Delft gemoeid. Weer onder den ouden liberalen knoet en dan voorgoed en onherroepelijk, of nog wat verademing? Dat is de quaestie. Men zegge nietDe Centrums-partij inDuitsch- land staat toch ook op ziehzelve, en dus Beste vriend, in Duischland is een ineenge sloten anti-liberale partij geen volstrekt ver- eischte. In Nederland wèl. Geloof me, de eeni ge manier om de liberalen in bedwang te hou den is ten onzent het bondgenootschap tus schen Katholieken en Antirevolutionairen, dat den 22en dezer maand op het spel staat. Wijs mij een ander middel om onzen hals vrij te houden, en ik geef hun gelijk, die zoo ongemakkelijk op hun poot spelen. De strijd over den persoonlijken dienst plicht heeft een dichteres gevondeu. Onder het opschrift Aan de verbonden Christelijke Staats partijen heeft Mevrouw de wed. L. Bougartz Sineets bij de firma A. M. Van Dijk Zoon, te Delft, een paar honderd „Dichtregelen" doen verschijnen, waarin de bestaande verdeeldheid betreurd en om herstel der geschokte eenheid gebeden wordt. Wij laten hier de vier eerste coupletten volgen. Wat boozc geest vaart door de rijen, 'k Zie 't heir des vijands zich verblijen Bij 't tweespalt in der Christen bond. Hoe kon dat monster binnenwippen En aan het speurend oog ontglippen, Zoo het de wachters waken vond Zijn nu die dapp'ren ingeslapen, Die eerst niet rustten als in 't wapen, Gelegerd om des veldheerstaf Of achten zij 't genoeg gestreden, Genoog geleden en beleden, En legden zij de wapens af Kon zoo door de eens zoo dapp're scharen Een vijand stoorloos ommewareu, En dragen kruit en brandstof aan, Er zijn er, die den vuursteen leenen, Om straks bij jammeren en steenen De vlammen te zien om zich slaan Neen, neen nog staan de trouwe knechten In 't wapen voor huns Heeren rechten, Nog even wakker, even vroed, Nog vol van fleren lust tot strijden Voor 't heilig doel, dat zij zich wijden, Nog vol van hoogen heldenmoed. Een matroos aan boord van Zr. Ms. wacht schip te Hellevoetsluis, die op 19 Februari jl. de wacht had, wist een verlofpas machtig te worden, vulde dien in, ging met verlof naar Zutfen, waar hij thuis behoort, stak zich in een „politiekje" en leefde er kalmpjes en wel. Ver leden week echter begon hem dit vrije leven blijkbaar te vervelen althans hij meldde zich bij de bevoegde autoriteit in zijne woonplaats als deserteur aan en werd gepasseerden Zaterdag hier door de gewapende macht teruggebracht. In de „Oprechte Haarlemsche Courant" leest men het volgende Dat niet algemeen de maatregelen van den Gouverneur van Suriname, jhr. De Savornin Lohman, afkeuring vinden, blijkt uit het vol gende, dat wij ontleenen aan een particulier schrijven van een geheel onpartijdig persoon, in die kolonie gevestigd „Ik heb nu geen tijd u over de Surinaamsche politiek te onderhouden, maar wil toch dit zeggen, dat de Hollandsche couranten de zaken van hier geheel verkeerd voorstellen. De heer Lohman heeft volkomen gelijk, en toont door daden, dat hij wel de belangen der kolonie in ziet. Dat de Joodsche Raad (de Koloniale Sta ten) tegen hem opponeert en hem dwars boomt waar hij kan, dat ligt dieper. Zoo zul len zij handelen tegen iederen Gouverneur, die niet aan hun leiband wil loopen." Neerland's onafhankelijkheid loopt in ge vaar, zoodra een oorlog uitbreekt. Dit is de meening van den bekenden heer Eeary TindaL Herhaaldelijk heeft hij trachten duidelijk te maken, dat noch onze verdedigingslinie, noeh onze vestingen, noeh ons leger voldoende in staat is om den vijand te weren. Eerst maakte hij zijn beschouwingen bekend aan de Regee ring daarna toen dit naar hij zegt, niet hielp bracht hij zijn beschouwingen op de publie ke markt. Vooral wees hij er op, dat 's Gravenhage, de zetel van ons krijgsbestuur, blootstaat aan een bombardement. De Regeering heeft daarop, bij de behandeling der oorlogsbegrooting, doen opmer ken dat een dergelijk bombardement, als zijnde in strijd met het volkenrecht, niet zou kuuneu plaats hebben. Deze opvatting van het volken recht werd door hem met nadruk bestreden, voornamelijk op de volgende gronden lo. Den Haag is de zetel der Regeering al de bureaux van Oorlog en Marine zijn er ge vestigd. Van hier uit worden de bevelen gege ven tot mobilisatie van het leger, concentratie der troepen, enz., in één woord alle bevelen, die noodzakelijk zijn voor de verdediging. Voor de mogendheid, waarmede wij in oorlog zijn, is dus Den Haag, bij het uitbreken van den oorlog, de plaats, waar het hoofdkwartier van ons leger gevestigd is. 2. In Den Haag ligt garnizoen; het is de grootste garnizoensplaats van Nederland. Dit garnizoen wordt bij het uitbreken van den oorlog hier gemobiliseerd. Den Haag is dus voor onzen tegenstander een stad, waar zich een groot aantal vijandelijke troepen bevinden, die aldaar bezig zijn zich slagvaardig te maken. 3. In Den Haag is onze geschutgieterij. In tijd van oorlog is het dus voor de tegen partij een stad waar zich militaire établisse menten van den vijand bevinden. Dus kunnen groote militaire voordeelen behaald worden door een beschieting van Den Haag bij het uitbreken van een oorlog, en zoolang dit alles blijft bestaan, zou dit bom bardement dus geenszins een onnoodige wreed heid zijn, derhalve alsdan ook niet in strijd met het volkenrecht. De lieer Tindal verklaart thans, in een adres aan de Tweede Kamer „dat hij onder alle des kundigen, die hem de eer hebben aangedaan met hem van gedachten te wisselen, er niet één heeft aangetroffen, die te dezen opzichte het gevoelen van onze Regeeriug deelt. Integendeel hebben vijftien algemeen bekende mannen van gezag hem gemachligd. namens hen te verklaren „dat wanneer onder de tegenwoordige (bo vengenoemde omstandigheden Den Haag in tijd van oorlog gebombardeerd werd, dit bombar dement volgens hun gevoelen niet in strijd zou zijn met het volkenrecht. Onder die deskundigen behoort niet minder dan de beroemde veldheer von Moltke, Een knaapje van zes jaar viel van het Wester-marinehoofd te Hellevoetsluis naar be neden, kwam op de hartsteenenglooiing te recht en werd dood opgenomen.

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1890 | | pagina 2