voor de Zuid-Hollandsche en Zeeuwsche Eilanden. Vrijdag 1 November 1889. Vierde Jaargang N°. 192. fit nU-ciievoUMonait (3lVwfMad IN HOC SIGN O VINCES 1 Brief van een stervenden Soldaat in Amerika, mm vronwinEipM W. BOEKHOVEN. lONMEmniJK. Alle stukken voor de Redactie bestemd, Advertentiën en verdere Administratie, franco toe te zenden aan den Uitgever. De éénheid onzer natie. FEUILLETON. Wat te doen tegen de werk stakingen Uit de Pers. Deze Courant verschijnt eiken Vrijdag. Abonnementsprijsper drie maanden 50 Cent, franco p. post Afzonderlijke nummers 5 Cent. uitgever Advertentiën van 15 regels 50 cent, elke regel meer 10 cent. Advertentiën driemaal geplaatst worden slechts tweemaal berekend. Advertentiën worden bij den Uitgever ingewacht tot Donderdagmiddag 5 uur 1.1 r Het kan helaas door niemand die van waarheid houdt en die het vermogen heeft om een weinig door te denken, ontkend wor den, dat de liberalen, zoolang zij het roer van den Staat in handen hadden, steeds alle bitrgers hebben willen dwingen om óók evenals zij liberaal te worden. Daartoe hebben zij al hun macht en in vloed misbruikt. Zij waren zóó voldaan, over zichzelf dat zij zich maar niet konden begrijpen hoe een redelijk en zedelijk mensch nog met hen in inzichten kon verschillen en strijd mocht voeren tegen hetgeen zij eenmaal hadden geijkt en goedgekeurd. Zoo iets vonden zij eigenlijk vermetel en onbeschaamd, of een bewijs dat men „met zijn tijd niet medeging". En daarom vonden zij er ook niets onrede lijks in om de wetten en geheel het bestuur des lands, in zooverre de godsdienst er bij betrokken was, in te richten, als waren alle of bijna alle burgers van Nederland liberaal of rationalistisch. Dit toonden zij in de zaken van het lager en het hooger onderwijs, in het opdringen van een kerkelijke organisatie, in de eenzij dige keuzen bij de ambtenaarsbenoemingen. En niet alleen dat zij zoo in de praktijk te werk gingen, maar zij willen dit ook nog in theorie verdedigen. Dit bleek onlangs weer uit de brochure van den heer De Beaufort tegen Dr. Kuyper. De heer De Beaufort beweerde nl. dat het 1 rekening houden met de verschillende gods dienstige gezindheden schade doet aan onze „staatsrechterlijke eenheid". Ook bracht hij als bezwaar in, dat er op deze manier geen eind zoude komen aan de groepen burgers die ter wille van hun godsdienst weer andere eischen zouden stellen. Dr. Kuyper heeft hem echter onder het oog gebracht, dat de eenheid onzer natie volstrekt niet gedeerd, maar veeleer bevei ligd wordt door de menschen in hun gewe ten en hun godsdienst vrij te laten. Ook op ander gebied bestaat er groot verschil onder de burgers en ook daarmede rekent 's lands wetgeving. Mijne gel Vóór deze regelen u bereiken, zal de bleeke dood mij reeds van het tooneel des levens heb ben afgevoerd en het onrein gewormte zich verzadigen met het overschot van hetgeen u voorheen zoo dierbaar was. (Ik schrijf was want 't onbindend lichaam heeft niets aantrek kelijks.) Voortaan zult gij in mijne armen niet meer rusten enzullen mijne oogen, nu met een doodschaduw beneveld, uwe bevallige persoon niet meer aanschouwen noch op mijne zeer ge liefde kinderen staren. Gisteren hadden wij een zeer hevig maar daardoor ook bloedig gevechtVelen sneuvelden men zegtop 't veld van eer terwijl weer anderen zwaar gewond werden. (Daarbij behoorde ook uw man, kinderen ook uw vader). Ik kreeg Onze wetten hebben afzonderlijke bepa lingen voor mannen en vrouwen, voor vol wassenen en kinderen, voor mondigen en onmondigen. Er worden verschillende be stuursmaatregelen genomen voor rijken en armen. Men brengt uit de publieke kas voor den handel andere offers dan voor den land bouw en beoordeelt bij den aanleg van pu blieke werken beide afzonderlijk. En waar om zou de overheid dan geen rekening mo gen houden met het machtig verschil in godsdienstige gesteldheid onder de burgers? Dit laatste behoeft ook niet naar willekeur en zonder grenzen te geschieden. Dat ver langen de antirevolutionairen ook niet. Vooral zij opgemerkt, dat de overheid bij het stellen en handhaven der wetten al leen dan met den godsdienst en den gewe tensdrang behoeft te rekenen, als er zaken en verhoudingen geregeld worden, waarbij godsdienst en zedelijkheid in het spel ko men, en dus niet in administratieve quaes- tiën. En nu vragen de tegenstanders van zulk een hoogst natuurlijk, eerlijk en rechtvaar dig staatsrecht welwaar is zoodoende het eind, daar dan op het laatst ieder burger zijn afzonderlijke beginselen van godsdienst en zedelijkheid zoude willen toegepast of althans erkend en geëerbiedigd zien Doch deze vraag kan den nadenkende niet verschrikken. Het is een vraag die bui ten het leven staat. Werkelijkheid in Nederland is, dat men, wat den godsdienst betreft, drieërlei tint in den stroom van het nationaal leven te zien krijgtde rationalistische of revolutionaire, de roomsch-catholieke en de calvinistische. Al deze drie hebben een krachtigen his- torischen oorsprong in ons land. Met het bestaan van deze drieërlei soort burgers moei gerekend worden, of het leven wordt voor één of meer groepen schier ondragelijk. Immers, als de Overheid geen verschil van levensbeschouwing onder de burgers in aan merking neemt, dan behandelt zij hen als burgers van ééne overtuiging, en moet dan of de overtuiging van éérfgroep huldigen öf een kogel in de liesch, en daarna een in de borstThans ben ik zoo zwak door het verlies van bloed, dat ik niet dan met zeer veel moeite, deze weinige regels schrijven kan, als de laatste bewijzen van liefde tot u en on ze kindereu. De geneesheer -zegt mij, dat ik ten hoogste nog drie uur levens heb. Helaas maar al te spoedig zal mijn bang voorgevoel, dat ik u niet meer zal aanschouwen, worden verwezenlijktMijne zwakte neemt ook in deze oogenblikken nog toe. Ziehier nog eene kleine omschrijving, sinds ik u en mijne kinderen moest verlaten om aan den veldtocht van Bunker's hill deel te nemen. Op onze reis van Engeland naar Amerika gaf ik mij geheel over aan het lezen van den bijbel, het eenigste maar ook het beste boek wat ik bezat. Het behaagde den Almach tige, mijn hart tot zich te trekken door de liefelijke koorden Zijner genade, en, mijne duistere ziel te verlichten. Daar was in't re giment een godvreezend korporaal, een vol geling van den beroemden George Withheld. Ik had aan hem en hij aan mij niet de minste kennis, totdat ik op zekeren nacht, nadat ik een overtuiging opdringen die aan alle groe pen vreemd is. In beide gevallen heeft er onderdrukking van andersdenkenden plaats, wordt de on derlinge wrevel opgewekt en dus de eenheid der natie tegengewerkt. Dat echter ae liberalen van geen onder scheiding op godsdienstig gebied weten wil len ligt voor de hand. Éénvormigheid is dé vloek van het moderne leven en het pro paganda-middel der liberalen. Door het godsdienstige leven in de bur gers tegen djn aard in te behandelen, ver zwakt en doodt gij het en wintdegodsdienst- loosheid veld. Daartegen moet onze partij blijven pro testeeren en strijden. Verkrijging van rechtsgelijkheid en vrij heid voor de burgers van elke godsdienstige gezindheid blijve het echt nationaal doel van onzen strijd. De éénheid onzes volks wordt dan vanzelf in de hand gewerkt. De groote werkstakingen, zoowel te Lon den als te Rotterdam, en ook die van de Duitsche mijnwerkers zijn voorbij, doch nieu we werkstakingen staan voor de deur, want de onrust blijft broeien in de maatschappe lijke lucht. De geest van verzet en opstandwerktaan- stekelijk. De algemeene tevredenheid is ge weken. Er wordt niet genoeg onderscheiden tusschen gegronde en ongegronde grieven der werklieden. En zij weten nu dat zij, door den hoop te spannen, vrij spoedig hun wen- schen bevredigd kunnen krijgen. Bij de jongste werkstakingen moesten de patroons schier aan al de eischen der werk lieden toegeven, en als onder de laatstge noemden maar genoeg samenwerking is, kunnen zij bij een volgende uitbarsting wel weer op een even voordeeligen uitslag reke nen. Voor dit doel het verkrijgen van werk stakingen op breede schaal worden dan ook voortdurend toebereidselen gemaakt. Men richt groote werkmansbonden of ver- God ernstiglijk gebeden had, dat hij mij den weg des vredes wilde leeren, in mijnen slaap van dezen man droomde en bij name tot hem gewezen werd. Zijn naam was Samuel Pierce. De droom maakte zulk een sterken indruk op mijn gemoed, dat ik hij het ontwaken onder zoek deed, of er iemand met dien naam in 'tregiment bekend was, en, Gode zij dank! tot mijne niet geringe verwondering vond ik hem. (Dit is in onzen tijd wel zeer ongewoon, maar daarom niet ongeloofelijk, vooral als men in 'toog houdt de eenvoudigheid en oprechtheid van het verhaal, zooals de uitkomst zal leeren.) Ik verhaalde hem mijnen droom met welke hij zeer was ingenomen. Spoedig ontstond daar door innige vriendschap tusschen onshij had de goedheid mij te verklaren de liefde Gods in het zenden van Zijnen Zoon Jezus Christus, om voor arme let wel arme zondaren aan het Kruis te sterven. Hij (de korporaal) ging voort met het onderwijzen van de groote ver borgenheid der zaligheid, de wedergeboorte, en het groot aanbelang der heiligheid in hart en wandel, lil 't kort hij werd mijn geestelijken vader, en aan hem naast God ben ik eenigingen op en schrijft in de statuten van sommige dier vereenigingen zelfs de onzede lijke bepaling, dat de leden verplicht zijn om in zekere gevallen alleen op bevel van an dere (hun vaak onbekende) personen het werk te staken en het werk niet te hervatten eer zij langs denzelfden weg weer „vergun ning" daartoe gekregen hebben. Zulk een rumoer en organisatie zijn juist een kolfje naar de hand der socialistische volksdrijvers. Zij hebben de hoop en den toeleg om uit de vereenigde werkstakers hun legers te halen voor de onderstboven- keering der maatschappij. Wat is daartegen te doen Den werklieden beletten zich te vereenigen, of uitzonderingswetten daarstellen Dit zou weinig baten. Vooreerst is het on billijk den eenen burger te verbieden wat den ander is vrijgelaten. De oorzaak van het kwaad wordt er ook niet mede verholpen. Integendeel, de werk lieden krijgen zoodoende een nieuwe griel er bij, omdat zij zichdaninhunburgerschaps- rechten verkort rekenen. Zulke uitzonde ringswetten breken in den regel de kracht niet van hen tegen wie zij gericht worden en storen den loop van het algemeene recht. Neen, om het gevaar te keeren, peinze men liever op wegen en middelen om gegron de klachten der arbeiders te voorkomen. Men kan dan met zedelijke veerkracht hun on billijke eischen tegenstaan. Ook de over heid mag en moet zich hiermede bemoeien, want de handenarbeid heeft even als alle maatschappelijke levenskringen recht op haar bescherming. En breekt er, vooral door socialistischen invloed, nochtans een opstand uit, dan trede de politie haastig en krachtig op om hen die willen doorwerken te beschutten. lederwerk- man moet vrijheid behouden om naar eigen overtuiging werk te doen of te weigeren. DE GEVOLGEN. In dezelfde vegaderiug Burgerplicht", waar Prof. Spruyt verschenen was om het aannemen der schoolwet te verdedigen, heeft deze hoog- verschuldigd al het goedewaarmede ik be kend ben geworden. (Waardoor ik aanstonds getroost kan sterven en daarna volmaakt te gaan leven.) Mijne gel. hoe zeer verlang en wensch ik, dat gij, kennis mag verkrijgen van dezen weg des levens Kort na onze landing behaagde het God mij inwendige vrede der ziel te schenken. 0 wat genoot ik toen een zaligheid, ja eene onuitspre kelijke blijdschap door liet blojd des Lams. Hoe brandde mijn hart om kenbaar te maken wat Jezus voor mij gedaan had. Maar hoe ernstig en vurig verlang ik ook, dat gij, mijn liefste, eens smaken en kennen zult de liefde van God in Christus. Ik zou de wereld wel hebben willen geven, om bij u te zijn, om u die paarl van groote waarde te leeren en ze u aan te p.ijzen. Geliefde, nu wij elkaar op deez' aarde nim mermeer zullen ontmoeten ik gevoel er moeten teedcre banden verbroken worden maar laat mij stervende u deze laatste ver plichting opleggen, en zoo gij mij waaraan I ik niet twijfel immer liefheb, laat mij u

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1889 | | pagina 1